Buitenlandsch Overzicht. K. Gorten, landbouwleeraar te Limmen bij Maastricht, die als spreker zal optreden. Wat we reeds gehoord en gelezen hebben omtrent de belangrijke voordrachten door den heer Gorten gehouden, zoo in de provinciën Noord-Brabant en Limburg als in Belgie, geeft grond voor de verwachting van iets zeer belangrijks te zullen hooren. Het kan voor onze landbouwers niet dan nuttig eu voordeelig zijn kennis te maken met den schat van theoretische grondstellingen en practische ervaringen die de heer Oorten heeft opgedaan en die elders ook met zooveel en steeds toenemende belangstelling dooi de landbouwers zijn onthaald. Zijn we wel onderricht, dan stelt de heer Corten zich voor op deze vergadering te behandelen eenige algemeene grondbeginselen van den wetenschappelijken landbouw juist iets waaraan o. i. in deze streken Dog wel behoefte bestaatwant zonder iets af te dingen op de ambitie en de bekwaamheid van velen onzer landbouwers, valt het toch niet te ontkennen, dat er onder 't geen doorgaat voor practische ervaring en gegronde overtuiging nog veel schuilt dat eigenlijk niets anders is dan routine en overgeleverde, onvoldoend gegronde meening. Wij noodigen daarom heeren landbouwers met aan drang uit de aangeboden gelegenheid tot het hooren eener voordracht, die gewis allerbelangrijkst zal zijn, niet ongebruikt te laten voorbijgaan, maar zich Vrijdag a. s. des namiddags te drie ure op Schuddebeurs te laten vinden. We ontvingen ter inzage het reglement van de //Nederlandsche Vereeniging tot beperking van openbare dronkenschap." Gelijk we indertijd hebben medege deeld is deze vereeniging haar oprichting verschuldigd aan het initiatief van den heer J. F. Schuld te Meerkerk en diens vrienden. Zijn vereeniging staat naast de reeds zooveel jaren bestaande //Nederlandsche Vereeniging tot afschaffing van den sterken drank," van welke op dit oogenlik onze geachte stadgenoot jhr. J. L. de Jonge voorzitter is. Deze nieuwe vereeniging, hoewel 't zelfde doel beoogende: Nederland te verlossen van de jeneverpest, berust echter op geheel andere grondslagen. Wij kunnen deze hier nu niet nader uiteenzetten doch aarzelen niet te verklaren dat zoowel leden als niet-leden der afschaffings-vereeniging ook tot deze beteugelings-vereeniging kunnen toetreden. Zij zullen daarmede een goed werk doen, aan 't welk wij van harte Hooger Zegen toewenschen. De heer F. W. N. Hugenholtz is opgetreden als correspondent voor deze stad en gaarne bereid nadere inlichtingen te geven. Naar wij vernemen zal het festival der sociteit z/Nut en Genoegen" gehouden worden op Donderdag 24 Juli a. s. Alsdan zal zich het beroemde muziekcorps der Rotterdamsche schutterij onder directie van den heer Hntsclienrniter doen hooren. Zaterdag den 14 Juni is het stoomschip Prins Hendrik met het eerste transport troepen voor Indië, groot 400 mau en 50 officieren, van Nieuwediep naar zee gegaan. Een groote menigte bloedverwanten, vrien den en bekenden was getuige van dit aandoenlijk tooneel. De Min. van Koloniën was ook nog, even voor. 't vertrek, aan boord der Prins Hendrik geweest om een afscheidsbezoek te brengen aan de vertrekkenden. Kort daarna vertrok ook Zr. Ms. schroefstoomschip Amboina, uit de haven. Gedurende het vertrek der Amboina uit de haven liet de muziek van het instituut der Marine zich hooren. Zondag den 15 is van Hellevoetsluis insgelijk over Suez naar Indië vertrokken Zr. Ms. schroefstoomschip 4e kl. Banda. Ylisstngen, 14 Juni. Jongstleden Woensdag heeft de opening van het badhuis alhier, door het ongun stige weder dikwijls uitgesteld, plaats gehadmet eene muziekuitvoering van het muziekkorps der schut terij te Middelburg. De uitvoering der verschillende nommers liet niets te wenschen over; een talrijk publiek was aanwezig. VI. Ct. Door Z. M. is aan den heer H. Rekker, op zijn daartoe gedaan verzoek, met ingang van 1 Juli a.s., eernol ontslag verleend als procureur bij het provin ciaal gerechtshof in Zeeland en de arrondissements rechtbank te Middelburg. 's Gravenhage, 16 Juni. De Eerste Kamer heeft heden behandeld onderscheidene wetsontwerpen, o. a. dat om trent het crediet van 51/2 millioen voor den oorlog met Atchin; 't welk met algemeene stemmen aange nomen is. 't Zelfde had plaats met de overeenkomst met de Ned. Handelmaatschappij. Naar wij vernemen zal een wetsontwerp tot regeling- van ons gymnasiaal ouderwijs eerstdaags bij den Raad van State in behaudeling komen. Buiele, 14 Juni. De hoofdcommissie alhier heeft gisteren in eene gehouden vergadering op verzoek van Z. M. besloten, de onthulling in plaats van 2 September op den llden daaraanvolgende te doen plaatshebben. Rdbl Wanneer we, in de jongste dagen, de gebeurtenissen in Frankrijk overdachten kwam ons meermalen de geschiedenis voor den geest van de restauratie, die met de herstelling der Bourbons in 1814 aanving en die gedurende eenige jaren Frankrijk belachelijk heeft gemaakt. Toen stond het grootsche tafereel van het eerste keizerrijk nog bij allen versch in 't geheugen geschreven en bij velen waren de dagen der groote republiek ook nog niet vergeten. Tegenover deze stout geteekende en krachtig gekleurde figuren van dien heldentijd, kwam nu Lodewijk XVIII, reeds naar 't lichaam wrak en onoogelijk als een antiquiteit, nog bovendien een walgelijke comedie spelen met de vormen en toestanden van voor 1789. De witte kleur met de lelieu kwam terug en met de bespottelijke pretentie om de roemruchtige driekleur te vervangen die door de heldenscharen van Napoleon naar alle hoofdsteden van Europa gedragen was. De uitgeweken edelen, grijs geworden en ontfranscht in hun langdurige ballingschap keerJen terug; zij brachten hun ouderwetsche gegaloneerde rokken, hun statie-degens eu poederpruiken mede, zij bogen en wuifden elkander toe als in de dagen van ouds en deden zelfs hun best om in plaats van fétais Franqaisj'etois Franqois te zeggen; een wonderlijke geur, als van iets dat lange jaren ingepakt is geweest, omgaf hunne groepen als zij ter receptie gingen bij den koning, die zelf al 't voorkomen had van een oud meubel uit het huis van Bourbon. Voor 't volk was dat alles zoo vreemd en ongewoon als een maskerade uit den ouden tijd, als 't vliegen van een vlucht uilen over dag. De restauratie werd een ijdele comedie en na 15 jaar was't voor goed gedaan met de oude Bourbonsche traditie terwijl zelfs reeds met Karei X 't onhoudbare van al dien ouden rommel was gebleken. Toch was in 1814, na den val van Napoleon, een soort van restauratie, enkel bestaande in de natuur lijke reactie onvermijdelijk. Dat de Bourbons en hun aanhang zich belachelijk en spoedig ook onuitstaan baar maakten kwam enkel daarvan daan dat zij niet te vreden waren met die natuurlijke reactie, maar deze nog opzettelijk en kunstig wilden te weeg brengen. Reactie op zich zelf is goed, zij tempert de uitersten waartoe een natie in een gegeven tijdperk zich heeft laten vervoerenmaar zij moet niet overdreven worden, want dan herneemt dat uiterste weder zijn veerkracht en het werk dier opzettelijke reactie mislukt. Zoo is het in veel opzichten ook nu met Frankrijk gesteld. Het gouvernement van 24 Mei heeft zich zelf opgeworpen als de opzettelijke reactie. Zich noemende een gouvernement de combat heeft het ook met blinden ijver den strijd aangebonden, die in den grond een strijd is tegen windmolensdoch waaraan het met vrome deftigheid en pathetischen ernst het voorkomen wil geven van een worsteling voor Frankrijks behoud en redding uit de macht van de booze revolutie. Werkelijk heeft liet tot heden toe nog niets gedaan dan woeden tegen een denkbeeldige vijand dien het du eens revolutie, dan demogogie, dan commune, dan internationale noemt. Het schijnt dien mannen niet in de gedachte te komen dat het zoo gaande weg al zijn troeven uit speelt vóór de goede slagen nog komen en dat on verstandige ijver meer kwaad kan doen dan in 't geheel geen ijver. Behalve de talrijke, meestal geheel ongemotiveerde afzettingen van ambtenaren en vervanging van dezen door anderen, en waardoor het gouvernement de macht en de administratie noodwendig weder in handen der bonapartisten speelt, hadden er nog een paar feiten plaats die veelbeteekenend zijn en het geheele comediespel aan 't licht gebracht hebben. De opheffing van den Corsaire, door de heeren Lepere en Gambetta als een groote onhandigheid in het licht gesteld, was nog van niet zooveel gewicht als de uitvaardiging van die bezuchte circulaire die van het ministerie van Binnenlandsche Zaken is rondgezonden aan de prefecten. Deze circulaire, door den heer Gambetta bemachtigd ofschoon zij voor de //diepste diepten der geheim houding was bestemd," is van den volgenden inhoud //Zend mij ten spoedigste eeu rapport over de drukpers in het departement. Het oogenblik is gekomen om in deze de autoriteit en den invloed te doen gelden, die door een affectatie van onverschillige neutraliteit te niet waren gedaan. z/Noem mij de conservatieve bladen of die er vatbaar voor zijn het tc worden, welke overigens hun kleur zijhun financieelen toestand en welken prijs zij zouden kunnen stellen op de wellwillende hulp der administratieden naam hunner hoofdredacteurs, hun vroegere overtuigingen en hun antecedenten. Indien gij hen spreekt overtuig u dan of zij een correspon dentie zouden aannemen en in welken geest zij haar wenschen. Wij gaan een bureau voor telegrafische en autografische berichten orgauiseeren, die U regel matig zullen worden toegezonden en waarvan gij mededeeling zult doen naar gelang van het vertrouwen, dat de bladen U inboezemen. Derhalve zult gij ver standig handelen om in uw kabinet een bureau te organiseeren voor drukpers-aangelegenheden buiten weten van de ondergeschikte ambtenaren. Meldt mij uw gevoelen over de laatste punten. Ik reken op uw beleid. z/Er is geen teederder zaak, die meer voorzichtigheid en handigheid vordert. Vermeerder uw velatien en wees zeer voorkomend jegens de vertegenwoordigers der drukpers." Ziedaar nu de geheele machinerie op eens bloot gelegd en bij 't publiek bekend en dat pas een paar dagen na dat de circulaire aan de prefecten was in zee gegaan. Een middel waarvan zich het tweede Keizerrijk altoos zoo behendig en werkelijk in 't geheim heeft weten te bedienen, wordt nu door de reactie zoo naïef nagemaakt, dat het niet anders dan bespot telijk is; 'tis als de gepoederde pruiken onder Lode wijk XVIII; in de dagen van Lod. XV behoorden deze tot het decorum der patriciërs, na 1815 waren zij bespottelijk en verachtelijk tevens omdat er uit bleek dat de adel zijn prestige meende te dragen in zijn pruik en niet in zijn hoofd en hart. Zoo de circulaire. Het tweede keizerrijk had in zijn systeem dat drukpers-bureau noodig't gouvernement van 24 Mei geeft zich uit voor de bewaker der republiek, der vrijheid, der orde, en 't aarzelt niet te beginnen met het verachtelijke middel van omkooping der pei*3, voor zoover zij te koop is, en strenge vervolging voor zoover zij zich niet wil verkoopen. Want ook de minister van Justitie. Ernoul, heeft een circulaire gezonden aan de procureurs-generaal, waarin hij hun gelast een streng toezicht te houden op de radicale dagbladen en deze te vervolgen, zoodra zij den gods dienst, het familie-leven of den eigendom aanranden. De heer Gambetta verdient wel een compliment om dat hij zoo spoedig in het bezit van de geheimen vau het gouvernement heeft weten te komen. De minister Beulé trachtte tot heden toe te vergeefs den ambtenaar op te sporen die geklapt heeft aan den heer Gambetta, want de blunder die hij sloeg toen de heer Gambetta die circulaire in de vergadering voorlas was werkelijk niet gering en er was aan vankelijk sprake van zijne aftreding. Ondertusschen is het niet zoo ver gekomen en heeft hij een der ambtenaren, den ondersecretaris Pascal, als zondenbok voor zich laten opdraaien. Een andere groote onhandigheid van het Gouver nement is de handelwijze ten opzichte van het onlangs nieuw-gekozen lid der Nationale Vergadering liane. Deze is betrokken geweest in de zaken der Commune, doch niet in die mate dat de krijgsraden termen gevonden hebben hem te doen arresteeren of vervolgen. Thans, nu hij door dc radicale partij naar de Nat. Vergadering gezonden is als eeu protest tegen de ont aarding der republiek door het drijven van de rechter zijde, wil het gouvernement daarover wraak nemen en Ranc vervolgen. Ook in dit geval heeft het Gouver nement een gek figuur gemaakt. Noch de minister van Oorlog, noch de president van den betrokken krijgsraad wilde rechtsingang verleenen. Daarna heeft 't kabinet zich tot de vergadering gewend om van deze de volmacht te erlangen Ranc te doen vervolgen. Hierdoor heeft het evenwel reeds stilswijgend de wettigheid van Rancs verkiezing erkend, en deze wordt juist ook betwist en is nog in de vergadering hangende. Het is klaar dat door dit alles de populairiteit van den heer Ranc moet winnen, terwijl de radicale op positie wordt gestijfd. Mogelijk wil men dit echter wel, om den stok te kunnen vinden waarmede de hond geslagen moet worden. Welke zou nu de indruk moeten zijn die deze on miskenbare teekenen van immoraliteit van het gou vernement, dat zoo veel reinheid gehuicheld heeft, op het volk moet maken Als 't goed was dan moest de natie meer doen dan er om te lachen; doch zal zij dit begrijpen Wij vreezen van neenzulk een gouvernement is alleen mogelijk aan het hoofd van zulk een volk. Maar de reactie kan niet weder terug, zelfs niet stilstaan, zij moet voor op den verkeerden weg en als de maat vol is dau zal de Gallische haan zijn veeren weder eens schudden, ziju kuif oprichten, eens ferm kraaien en dat zal 't teeken zijn van het changement de theatre//andere heeren 1" Merkwaardig; terwijl te Parijs de Gonsaire wordt opgeheven omdat men er een reukje van de commnne aan meende te bespeuren, laat het gouvernement on-

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1873 | | pagina 3