/li Bik/i;i.s(;ni: roniwr. voor het arrondis- jókt* seiiient Zierikzee. 1873. No. 5. Woensdag 15 Januari. 76ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD Mr. J. A. BOLLE. P O S T E 11 IJ E V. Nog wat Anti. Deze Courant verschijnt DINSDAG- en "VRIJDAG avond uitgezonderd op FEESTDAGEN. Prijs per drie maanden 1.Franco per post f 1. Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte- en Doodberichten van 16 regels 60 cent. Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 ct. Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKEN9IAX. Onder verwijzing naar ons artikel over de aanstaande verkiezing, in no. 4 van ons blad, herhalen we nogmaals onze aanbeveling tot lid in den Gemeenteraad van den heer Grif/ier bij het Kantongerecht. Ondergeteekende verwittigt belanghebbenden, dat de verzending der correspondentie voor öuragag en Paramaribo voortaan geschiedt van Zierikzee uiterlijk per middagpost op den 15den en laatsten van elke maand. Vallen die dageu op een Zaterdagdan geschiedt de verzending met dezelfde postgelegenheid op den lsten en 16den der maand. Be directeur van liet Postkantoor PILAAR. Bekendmaking. AANBESTEJDING. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee zullen op Woensdag den 22 Januarij 1873, des namiddags te 12uur, ten Raadhuize AA1N BESTEDEN: Het maken van een zoogenaamden Paardentrap ten dienste der Scheepvaart. Inlichtingen zijn te bekomen bij den Gemeentebouw meester. Bestekken zijn verkrijgbaar ter Gemeente-Secretarie, tegen betaling van 15 cent. Zierikzee, den 30 December 1872. De Burgemeester en Wethouders C. J. FOKKER, Weth. I. B. De Secretaris J. P. N. ERMERINS. Bekendmaking. De BURGEMEESTER van Zierikzee maakt bekend, dat het Zijne Majesteit heeft behaagd, bij besluit van den 16 December jongstleden, no. 29, met wijziging in zoo ver van artikel 12 der Instructie op de werving voor de Korpsen van het leger hier te lande, te bepalen, dat recruten he neden den ouderdom van 18 jaren tamboers enz. daaronder begrepen) zich voor vijf jaren moeten verbinden. Zierikzee, den 8 Januarij 1873. De Burgemeester van Zierikzee C. J. FOKKER, Weth. I. B. Gaat gij nu al weêr die oude koeien uit de sloot halen Waarom niet Er moeten geeu koeien iu de sloot blijven liggen, ook geen oude, 't zijn ook beesten. Men herinnert zich nog wel dat we in onze vorige artikelen o. a. betoogd hebben hoe de anti-sehoolwetverbonds-agitatie inzonderheid ge richt is tegen de openbare school en hoe haar alle middelen goed schijnen te zijn, die tot dit doel kunnen dienen. We vinden nu in een voorval te Amsterdam wederom een bevestiging in onze overtuiging dat de strijd geldt de open bare school en niet een of ander mogelijk ge brekkig artikel der wet. In de Sehotsche Zendingskerk te Amsterdam werd onlangs een bijeenkomst gehouden van het Anti-schoolwet-verbond. Een der aanwezigen, de heer V. verklaarde, onder veel aandoening, dat een zijner kinderen zeven jaren geleden op een vernederende wijze was gestraft, omdat het op een der openbare armenscholen een gedeelte van een Evangelisch gezang had opgezegd, waarin de naam „Jezus" voorkwam en zulks nadat de onderwijzer genoemd kind had uit- genoodigd een versje naar eigen keus voor te te dragen. In den Standaard van 9 Nov. 11. werd die verklaring met blijkbaar welgevallen opgenomen en als een argument gebezigd voor de herziening van het hoofdbeginsel der wet van 1857. Dit meenden de hoofdonderwijzers der openbare ar men scholen van Amsterdam zich te moeten aantrekken. Zij vroegen van den Standaard nadere inlichtingen, doch werden door dezen ver wezen naar den heer V. zelf. Deze heer be richtte hun dat het feit vóór 7 jaren op school no. 11 was voorgevallen en dat gezang 83 1 en 3 het bedoelde gezang was geweest. De hoofd onderwijzers wendden zich nu tot den toenma- ligen thans reeds gepensioneerden hoofdonder wijzer dier school. Deze ontkende echter ten stelligste voor zoodanige daad ooit eenige straf te hebben opgelegd. Integendeel gaf hij te kennen zelf op de school verschillende leerboeken te hebben gebruikt, waarin de naam Jezus" voorkwam. De hoofdonderwijzers verklaren thans in het Alg. Handelsblad de beschuldiging voor ongerijmd en merken o. a. nog al pikant, op dat in gezang 83 vers 1 en 3 de naam» Jezus" niet eens voorkomt. Volgens hun gevoelen is de beschuldiging uit de lucht gegrepen. Wij vinden inderdaad ook dat de heer V. iu de bewuste vergadering hazepeper zonder haas heeft opgedischt. Terecht zijn de hoofonderwij zers der openbare armenscholen van Amsterdam verontwaardigd op den Standaard, die zoo zon der eenig onderzoek naar de gegrondheid zijn kolommen openstelt en ook zijn eigen origineele, „aandoenlijkheid" mededeelt aan de openbaar making van grieven die volstrekt geeu zin hebben. „Wat moet, vragen zij ten slotte, het oordeel worden over een partij, als zij tot zulke mid delen hare toevlucht neemt, om hare tegenstan ders te schaden Wij hebben tot nog toe de ge voelens van den Standaard kunnen achten, ofschoon wij die niet deelden. Bedenkt echter dat zulke insinuatiën slechts diegenen schaden, die er gebruik van maken." 't Zou nu wel nobel van den Standaard zijn als hij de begane „onjuistheid" ook herstelde door 't stuk uit het Handelsblad over te nemen. Wij verwachten dit echter niet en we moeten erkennen dat er dan ook van die aandoenlijk heid" niet veel zou kunnen overblijven. En 't is juist deze bijzonderheid die aan dergelijke op zich zelf onbeduidende kleinigheden kracht bijzet tot voeding der agitatie. We kunnen ons zoo voorstellen hoe misschien tal van ge moedelijke eenvoudige menschen, die toen in de Sehotsche Zendingskerk tegenwoordig waren innerlijk geroerd zijn geworden toen de heerV. daar met „aandoening" zijn aangrijpende scène ten gehoore bracht. Had hij nu dadelijk 't be wuste gezang opgegeven dan zou men mogelijk wat bedaard zijndoch nu was 't niet onna tuurlijk dat men zuchtend en ook mogelijk gedreven van inwendigen toorn over de gruwe lijke vervolgingen, waaraan 't Christendom te Amsterdam bloot staat, met, volle overtuiging en een zekere blinde geestdrift zich verdrongen zal hebben om de inschrijvingslijst van nieuwe leden voor 't anti-verbond. Die nieuwe leden er nu toch eenmaal zijnde, zou de bovenbedoelde reetifieatie ook niet veel meer geholpen hebben. Ondertussehen zoo gaat het. Eik draagt zijn steentje bij, niet om te bonwen, maar om te steenigen. En dit is geen nieuw verschijnsel. Iu de dagen van Jezus van Nazareth liet zekere partij zich veel gemakkelijker door haar leiders gebruiken om steenen op te rapen en te werpen, dan om steenen te vormen tot opbouw van den tempel des geloofs en der liefde en der waar heid, in welken niet hingen walmende lampen waarbij men de dingen slecht en verkeerd ziet, maar die wijde ramen had om Gods lieve zon onbelemmerd naar binnen te laten schijnen. Binnenland. j Zierikzee, 13 Jan. In den vorige n winter werd hier ter stedé, uitgaande van eenige leden van het Departement der Maatschappij tot Nut van 't algemeen en door de Maatschappij eenigszins gesteund, een volks-leeskamer opgericht. Het doel dat men zich voorstelde was aan personen uit den handwerksstand gelegenheid te geven tot aangenaam en nuttig samen zijn in een goed verlicht en verwarmd lokaal, waar men zich met lectuur van enkele dagbladen en verder van tijdschriften, geïllustreerde werken en nuttige boeken kon bezighouden. Er werd een geringe contributie vastgesteld, die echter op verre na niet voldoende kon zijn om de noodzakelijke kosten te dekken, doch die men alleen in beginsel aannam om alle gedachte aan weldadigheid weg te nemen. De geheele zaak werd, wat handhaving der orde en verzorging der boeken en geschriften betreft, zóó ingericht dat de bezoekers der leeskamer nagenoeg geheel zelfstandig waren en ook van geen voogdij van //lieeren" sprake kon zijn. Aanvankelijk slaagde de onderneming naar wensch soms was 't aantal bezoekers zoo groot dat het lokaal niet ruim genoeg bleek te zijn. De belangiooze op richters verheugden zich in den aanvankelijk goeden uitslag vooral daar de vergaderingen op Zaterdag avond plaats hadden, een tijd dat doorgaans meer aan het bezoeken van kroegen dan van nuttige uitspan- ningsplantsen gedacht wordt. Toch kon 'tden opmerkzamen bezoeker niet ontgaan dat er onder de leden der leeskamer een goed getal waren, die niet of slechts zeer gebrekkig lezen konden, en anderen, die wel kwamen doch geen boeken of geschriften ter hand namen. Doch wat gebeurt er Dezen winter werd de volks-leeskamer weder opengesteld en ofschoon deleden, van den vorigen winter, eenparig gemeend hadden dat nu de toevloed veel grooter zou zijn dan toen, - slechts vijf of zes personen kwamen op en men heeft de volks-leeskamer moeten zien doodgaan, faute dj aliment.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1873 | | pagina 1