voor kt aiTondis- sement Zierikzee. 1873 No. 77. Zaterdag 28 September. 75ste jaargang. NIEUWS- en AD VERTEN TIE-BL AD Beke 11 cl ra akin g. BE K ENBMAK.IN G. De adressen van antwoord op de TROONREDE. WETENSCHAPPELIJKE LANDBOUW. Een Landbouwschool te Zierikzee. /JIlUKAKlsnil (OIIIWT. Deze Courant verschijnt DINSDAG en YRIJDAG avond, uitgezonderd op FEESTDAGEN. Prijs per drie maanden ƒ1.- ïranoo per post 1.- Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent. PRIJS DER ADYERTENTIEN: Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks- Geboorte- en Doodberichten van 1 6 regels 60 cent. Dienstaanbiedingen van 1-5 regels, mits contant betaald, 25 ct. Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever H. l AKEMAN Advertentien worden ingewacht tot 's namiddags 3 ure. i worden voor DuitscUmd, Oostenrijk en Zwitserland aangenomen door de HH. HAASENSTEIN YOGLER, te Hamburg, Advbetesïien en Abonnh|NTE^ worden y(Jor mtJdm door de HH. NIJGII YAN D1TMAR, te Rotterdam. LIJST VAN BENOEMBAREN BIJ DEN DIENST DER BRANDWEER. De BÜRUEilEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee maken bekend, dat door lien is herzien de lijst van inge zetenen dezer gemeente, die voor den dienst bij de oiuna- weer benoembaar zijn, en dat die lijst van Donderdag den 26 September 11.gedurende veertien dagen op de Secre tarie gemeente voor een ieder ter inzage zal nederliggen. Zij, die meenen redenen van vrijstelling te hebben, op gvond van de. bepalingen voorkomende in het nieuw art. *5 dei- Verordening tot voorkoming en blussching van brand, kunnen binnen gemelden termijn van veertien dagen die redenen schriftelijk indienen bij Burgemeester en Wethouders, en bij 'afwijzende beschikking in beroep komen bij den Raad. Die bepalingen luiden als volgt: Benoembaar zijn alle mannelijke ingezetenen van 18 tot >45 jaren oud, woru-.ndc binnen de bebouwde kom der ge- »meente en op de Dijken tot aan het Sas, behoudens deze «uitzonderingen »Niet benoembaar zijn de leden van den Gemeenteraad, «behoudens het in art. 43 bepaalde; de leeraars der onder- «scheidene godsdienstige gezindhedendo leeraars en onder- wijzers dor openbare en bijzondere scholen; militairen, ^uitgezonderd gepensioneerden en zij die heSben gerempla- »ceerdschutterpligtigen, uitgezonderd zij d'0 tot de reserve »zijn overgegaanhet personeel aangesteld, tot bediening »der. gemeente-vloeiplanken; de Rijks- en gemeente-anibte- naren voor zoover, de aard hunner ambtsbediening «hunne vrijstelling noodzakelijk maa'.t de leden der regter- »lijke macht,; geneesheeren, en zij die door ligchaamsgestel voor den dienst bij de brandweer ongeschikt zijn." Zierikzee, den 23 September 1872. /)e Burgemeester en Wethouders C. J. FOKKER, Weth. l.B. De Secretaris J. P. N. ERMERINS. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee maakt bekend dat MARIA SCHOT, huisvrouw van JACOB van DLiKE, wonende in deze gemeente, vergunning heeft gevraagd om eene bergplaats van petroleum te stichten op het erf achter haar woonhuis, staande in de Ravenstraat, wijk G. n° 419. en dat de information de commodo et in- commodo betreffende dit verzoek zullen worden gehouden op Woensdag den 2e October aanstaande, te 12 uur des middags, in de gewone vergaderkamer van het Bestuur, ten Raad huizezullende allen, die. tegen dat verzoek bezwaren rnogten willen inbrengen, alsdan in de gelegenheid zijn om in hun belang te worden gehoord. Zierikzee, den 25 September 1872. De Burgemeester en Wethouders C, J. FOKKER. Weth. I. B. De Secretaris J. P. N. ERMERINS De parlementaire usance brengt mede dat de toe spraak-des konings, bij de opening van het politieke jaar door elk der kamers van de Staten Generaal wordt beantwoord met een adres, waarin de vertegenwoordiging hare gevoelens blootlegt omtrent het medegedeelde of be loofde. Gewoonlijk zijn die adressen slechts een weer klank van de troonrede en waar de koning „zich ver heugt," daa? //Verblijden" zich de kamers; waar de ko ning //met genoegen" iets kon zeggen, daar was het de kamers „aangenaam" dit te vernemen waar de ko ning wetsontwerpen of andere maatregelen „aan het oordeel der kamers zal onderwerpen", daar beloofden de kamers //ecu ernstig onderzoek" enz. enz. Maar Je beraadslagingen, die bij het vaststellen der adressen, plaats hebben, zijn doorgaans, vooral die der tweede kamer, niet van belang ontbloot. Hier toch wordt art. 5-3 der Grondwet toegepast//de ko ning is onschendbaar, de ministers zijn verantwoorde lijk," en worden dus de laatsten menigmaal geïnter pelleerd over uitdrukkingen in de troonrede voorkomende of over beloften, daarin geuit, zoodat zij gelegenheid hebben zich over het te volgen regeeriugsbeleid te verklaren. Terwijl het adres der eerste kamer reeds jl. Zater dag den koning is aangeboden, waarbij Z. M. verzocht zijnen dank aan dat iigchaam over te brengen met de verzekering dat hij met genoegen vernam hare be reidvaardigheid tot de vervulling van hare gewichtige taak, begou de behandeling van het adres der tweede kamer op Maandag 23 September. De heer van Wassenaar Catwijck opende de dissussicn, die, steunende op het beroep op samen werking tusschen regeering en vertegenwoordiging voor het welzijn van het vaderland, eenige wereldkwestien te berde bracht, om daarvoor of daartegen maatregelen te beramen. Hij noemde het misbruik van sterkeu drank, de wanverhouding tusschen kapitaal en arbeid (met zijdelingschen blik op de Internationaleen de be hoeften van den werkenden stand. Maar bovenal achtte hij het de taak der regeering om door het onderwijs de vrije werking van het Evangelie te bevorderen, dat door de openbare staatsschool, door het middelbaar onderwijs {vergiftigd door leeraren die den kansel ver laten hebben door het benoemen van hoogleeraren in de theolegie van verschillende richtingen, belemmerd wordt. NB. Mag een regeering, met eene grondwet, die volkomen vrijheid in het belijden van godsdienstige meeningen waarborgtde vrije werking van het Evangelie bevorderen?? De heer van Zuylen van Nyevelt toonde zich van het begin af aan een venijnig tegenstander van dit ministerie, en, het was blijkbaar uit zijne rede neringen, alleen omdat geen conservatief ministerie was opgetreden. Te vergeefs verklaarde de heer van Eeenen, dat hij zelf de opdracht tot vorming van een ministerie had afgewezen, omdat alleen een libe raal kabinet kans van slagen had, te vergeefs wees de heer de Vries er op, dat toen de koning hem opdroeg eeu ministerie samen te stellen, hij toch moeielijk mannen kon voordragen die tot de conser vatieve richting behoordeD, al te vergeefs, de heer van Zuylen bleef beweren, dat „de natuurlijkste con- stitutioneele weg ware geweest, dat iemand uit de meer derheid der kamer het mandaat tot kabinets-vorming had aanvaard" en die meerderheid waren de tegenstanders van het ministerie Thorbecke - Blussé, duseen conservatief ministerie. Tegen zulke redeneringen valt niet te praten. De meerderheid, die het ministerie deed vallen, was gevormd uit verschillende meerder heden en niet uit eene partij. Bij de behandeling der van het adres had de minister meermalen gelegenheid zich omtrent het regeeringsbeleid te verklaren. 2, over de buitenlandsche betrekkingen deed den heer Godefroi de vervolging der Israëlieten in Eu- menie ter sprake brengen, terwijl anderen het congres der Internationale te berde brachten. De min. van buit. zaken zegde zijne ondersteuning toe aan de po gingen, die tot hulp der vervolgden werden aangewend, en de min. van justitie, wees met fierheid en kracht de beschuldiging van zich af, als had hij in strijd met 's lands belang gehandeld door het toelateu van het congres. En toen de heer Heemskerk Azn., die de handelwijze in zake de Internationale het hevigst laakte, tot in zijn laatste bolwerk vervolgd en gesla gen, eindelijk vroeg, of de minister kennis droeg, wat op de geheime vergaderingen behandeld was, ontving hij het beschamend antwoord, dat niets voor de. re geering was geheim gebleven, en dat zelfs door vreemde mogendheden was erkend, dat het congres niet alleen onschadelijk geweest is voor Nederland, maar door de uitkomsten zelfs eene nuttige strekking had gehad. Bij 4 had de heer van Houten een amendement voorgesteld, om de belasting-hervorming- in het plan van dit ministerie optenemen. De min. van finantiën toonde evenwel aan, dat herziening van den census aan die hervorming moet voorafgaan, en ofschoon sommige leden vreesden, dat de census tweemaal zou herzien worden, hetgeen de minister niet toestemde, werd de heer van Houten zoodanig overtuigd, dat hij zijn amendement introk, onder de hilariteit der kamer. De min. van oorlog gaf bij 5 de redenen op I waarom de militare wetsontwerpen zijner voorgangers ingetrokken waren. Verplichte persoonlijke dienst bij de militie,- door afschaffing der plaatsvervanging moet vooraf gaan, en daarop de regeling van al het andere gebaseerd worden, terwijl hij tegen de leger organisatie bij de wet geen grondwettig bezwaar heeft. De heer Saaijmans Vader stelde bij 7 een amen dement voor, om den wensch te uiten, dat de bekende bezwaren tegen het lager onderwijs mochten worden opgeheven. Dit-amendement kon echter niet aange nomen wordenomdat het adres de uitdrukking der geheele kamer isen die kwestie beter bij de behandeling der begrooting voor binn. zaken kan behandeld worden. Het amendement werd dan ook verworpen met' 60 tegen 5 stemmen. Het ontwerp tot den census zal, volgens de ver klaring van den min. van binn. zaken, binnen wei nige dagen bij de kamer worden ingediend. Daardoor werd aan mr. Heemskerk Azn. weder een argument van bestrijding ontnomen, die meende, dat de kiezers lijsten voor het volgende jaar niet tijdig genoeg zou den kunnen worden opgemaakt. Bij 10 heeft de minister van koloniën, o. a. ter geruststelling van den heer Nierstrasz, die een spe- cialen commissaris wilde afvaardigen, verklaard, dat de stand van zaken op Curacao alleszins de aandacht der regeering bezig houdt, maar niet van dien aard is, dat zij ongerustheid behoeft te baren. Het adres van antwoord is in de zitting van Dinsdag met 63 steramen tegen 1 stem aangenomen. De heer Saaijmans Vader scheen zoo gekrenkt, dat zijn amendement de nederlaag had geleden, dat hij zijne goedkeuring niet aan het adres kon schenken. Daar zijn er velen en vooral in streken als de onze, waar de landbouw de hoofdbron van welvaart is, die een zekeren afkeer hebben van dit woord „weten schappelijke landbouw." Inderdaad, als men sommigen hoort 'Spreken over het landbouwbedrijf, dan zou men baast gaan denken dat de landbouw een vak is dat eigenlijk buiten alle wetenschap omgaat, een vak waarin alleen de ondervinding en de gewoonte den weg wijzen, waarin routine voor bekwaamheid door gaat en waarin 't op zijn zachtst gezegd, niet geraden is zich veel in te laten met de regelen en voorschrif ten der wetenschap noch met proefnemingen op grond van wetenschappelijke theorieën. Moge dit nu in de eilanden Schouwen en Duiveland, te midden van een over 't algemeen zeer goed ontwikkelden landbouwers stand, al niet zóó sterk uitgedrukt kunnen worden, toch valt hier nog menig vooroordeel te bestrijden. De wetenschappelijke landbouw is voor velen nog een zaak die hun onpractisch en onuitvoerbaar voorkomt.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1872 | | pagina 1