aelitig plichtgevoel tegenover den edelen doode,
„die 't merk van zijn beeld heeft gedrukt" op
onze staatsinstellingen. En daarom bovendien
willen ook wij „van onzen dank doen blijken,"
omdat „liet Nederlandsche volk," zooals de
Commissie zoo juist bemerkt, door die daad
zich zelf vereert. Het is, gelijk Opzoomer 't
zoo schoon uitdrukt, „het volk, dat zijne groote
dooden eert, eert zich zelf; het toont, wat het
op prijs steltzijne hulde roept de geesten, die
nog sluimeren, wakkerze prikkelt tot navol
ging; ze wekt tot leven op en tot werken."
liet goed, dat menschen doen, blijft na hun dood.
Zoo moge 'tzijn met hem.
Maar ook Thorbecke had zijne zwakheden
En zijne richting was niet die van velen in
den lande
Wat zullen we antwoorden tot hen, die zoo
sproken Is er iemand, die zelfs Vader Willom
vrij kent van gebreken? En toch, als 'tschoone
Wilhelmuslied wordt aangeheven, ontblooten
we allen 't hoofd. Zoo het dan zwakheid is
staande aan 'tgraf van Thorbecke, zich te laten
bekeerschen door een eerbiedig gevoel voor zijne
deugd en grootheid, zoo 't zwakheid is op 'dat
graf een beeld te plaatsen, zonder ook maar
aan den voet één hoekje te willen schenden,
dat dan de hoeren tegenstanders do strekte
toonen alle monumenten onder den voet te
halenwij zullen dien moed aan niemand be
nijden
Tliorbecke's richting was niet die van velen
in den lande. Zeer zeker niet. Thorbecke had
zijne beginsels, zijne wegen, en voor die be
ginsels werkte hij als jongeling, langs die wegen
leidde hij als man en als grijsaard den Neder
landsehen staat
Inderdaadzoo 't huldeblijk aan wijlen Thor
becke niet nationaal mag wordenomdat ook
hij in dit leven zijne tegenstanders had, dan
is voor deze natie de tijd van algemeen hulde
betoon aan wien ook voorbij.
Maar gelukkig, zoo spreken we niet. Zijn er
onder ons, die een anderen kant wilden gaan
dan wijlen onze Thorbecke, toch kliukt hun,
over 'tgraf des stnatmans, 'twoord van Op-
z joiner tegen: Alles was harmonisch in hem
Talent en deugd laat niemand koud de man,
„die in alle dingen was uit één stuk", dwingt de
bewondering ai' van elk. Ieder erkent zijne roem
rijke meerderheid De natie zal haar weten te
huldigen.
Ons rest eene aangename taak de Sub-Oom-
missie alhier dank te zeggen voor de recht
kiesche wijze, waarop zij onze bijdragen koopt
te ontvangen. Aan ieder zijn vrije wil in den
ruimen zin des woords. „Er prijs opstellende
in die nationale zaak zich van allen aandrang
te onthouden," zendt zij geen inteekenlijst rond,
laat zelfs aan hen, die eeno circulaire ontvingen,
vrijheid 0111 't inschrijvings-biljet ter zijde te
leggen. Althans de biljetten zullen niet worden
afgehaald, maar kunnen na invulling aan één
der leden worden terugbezorgd. En voor ben,
die liever hunne bijdragen zonder inschrijving
wenselien te brengen, ook voor hen heeft de
Commissie de gelegenheid gelaten.
Laten we dan met den wcnsch eindigen, dat
velen in deze gemeenteen uit Schouwen en
Duivelaud, door hunne inschrijvingen of per
soonlijke giften toonenhoe zeer zij de boven
geciteerde woorden van Opzoomer erkennen:
„het volk, dat zijne groote dooden eert, eert
zich zelf!"
Lezers, de natie wil Thorbecke een huldeblijk
stichten; laten wij allen daaraan medewerken!
Binnenland.
ZIERIKZEE, 8 Juli.
Met genoegen hebben wij de benoeming van
liet nieuwe ministerie gezien. Het is samenge
steld als volgt: Mr. G. de Vries, justitieJ. D.
Fransen van de Putte, koloniënMl'. J. W.
Geertsema Cz. binnenlandsche zaken Mr. A.
van Delden, finantien; graaf van Limburg Stirum,
oorlogterwijl de heeren baron Gericke van
Hervvijuen en Brocx hunne portefeuilles van
Buitenlaudsche zaken en marine behoudenDe
nieuw benoemden hebben jl. Zaterdag ten 10V3
ure den vereischten eed in handen des konings
afgelegd en reeds werd ten 1 ure een minister
raad gehouden. Wij hebben dus een zuiver
liberaal ministerie, zonder inmenging van eenige
andere kleur.; en daardoor een waarborg voor
het herstel van de eenheid der liberale partij,
want, zijn de heereu de Vries en van Delden
als liet ware de vertegenwoordigers der oud-
liberale partij en de lieeren van de Pntte en
Geertsema, die dor jonge liberalen-, de lieeren
Gericke en Brocx hebben steeds bewezen de
liberale party met hart en ziel te zijn toegedaan,
terwijl de nieuwe minister van oorlog, erkend
voorstander is der vrijzinnige beginselen.
Wij wenscken 011s land geluk met deze op
lossing van den ministerieelen crisis, en ver
trouwen, dat het nieuwe ministerie door alle
liberalen met ingenomenheid en sympathie zal
worden ontvangen.
Zeer waarschijnlijk zullen de wetsontwerpen
van eenig aanbelang worden ingetrokken, dewijl
zij de zienswijze de'r nieuwe ministers niet zullen
uitdrukken. Doch ook zonder de wijziging van
die ingediende ontwerpen, blijft er zooveel voor-
tebereiden, dat wij in dit zittingjaar wel geene
bijeenkomst van de Staten-Generaal meer zullen
hebben.
Door de arrondissements-rechtbank te Zierikzee is,
ter voorziening in de vacature vau rechter in die
rechtbank, ontstaan door do benoeming van mr. J.
C. E. baron van Lijnden tot rechter in de arrondis
sements-rechtbank te Rotterdam, de volgende lijst van
aanbeveling opgemaakt: 1. mr. L. J. van Gelein Vitringa
advokaat rechter plaatsvervanger te Arnhem 2. Jhr.
mr. P. J. F. Renthaan Macaré substituut-griffier bij
de nrrondissements-rechtbank te 's Bosch3. Mr. J.
H. L. van Busen, kantonrechter te Tholen.
Het zendingsfeest te Wolfhezen heeft Woensdag
onder begunstiging van het fraaiste weder en onder
een toevloed van eene zeer groote schare plaats gehad.
Men schat de aanwezigen op 12 a 15,000 personen.
Algemeen roemt men de orde, welke dit feest, tot het
laatste toe; kenmerkte.
In de op 11. Zaterdag tc 's Hage gehouden verga-
dcring der centrale Tliurüecke-coinmissie is met 33
tegen 8 stemmen besloten tot oprichting van een
standbeeld en met 21 tegen 17' stemmen beslist, dat
omtrent de plaats var. 'tstanbeeld geen praeadvies zal
worden uitgebracht. 13e volgende bijeenkomst zal te
Utrecht worden gehouden.
De sub-commissie voor liet Thorbecke-monument
bestaat te Gorinchem uit de heerenMr. li. J. Dijk-
meester, Voorzitter; Mr. A. H. van Tienhoven, Secre
taris; J. van Houten, Penningmeester; Mr. A. J. E.
Jolles en Mr. W. Wynaendts, leden.
De Provinciale Staten van Zuid-Holland hebben
den heer Just de la Paisières, griffier der Staten, op
zijn verzoek, een eervol ontslag verleend, onder dank
betuiging voor de langdurige en getrouwe diensten
gedurende een recks van jaren door hem in die be
trekking bewezen, onder toekenning van een jaarlijksch
toelage van ƒ1000 uit de provinciale fondsen.
Vlissingen, 6 Juli. Groot was de belangsbelling
door 't publiek Donderdag middag bij de opening van
't nieuwe badhuis aan den dag gelegd. Heerlijk weder,
in 't vooruitzicht iets voor de eerste maal te zien, lokte
de menigte naar buiten. De weg van Vlissingen naar
't nieuwe gebouw was dan ook met wandelaars bedekt,
op 't strand en den zeedijk krioelde liet van toeschouwers
en belangstellenden. liet was geen onaardig gezicht
die joelende menigte op 'tstrand gade te slaan, die
zich daar vermaakte onder liet spelen van muziek door
het gezelschap //Ons genoegen." Wanneer 't publiek
dezelfde belangstelling, bij 't begin dezer onderneming
getoond, blijft aan den dag leggen, dan mag men deze
onderneming als gevestigd beschouwen. Wij hopen,
dat deze nuttige zaak in 't belang onzer stad steeds
in bloei zal toenemen, en de ondernemers spoedig in
staat gesteld zullen worden aan het badhuis een nog
grootere uitbreiding te geven.
De ijzeren deuren van de groote sluis bij Veere
moeten weder uit de hengsels genomen worden, omdat
zij niet goed sluiten en water doorlaten. Om dit
deugdelijk te herstellen moet het op het land geschieden.
De ingebruikstelling dier sluizen en het verkrijgen
van een vasten waterstand in de haven en kade van
Middelburg wordt daardoor denkelijk zeer vertraagd.
sGra.veniia.ge5 Juli. Gisteren namiddag is in
de Koninginnegracht nabij den dierentuin eentreurig
ongeluk plaats. Een zoonfjV vip --u ^enlamschen
schipper, die met zijn pakschuit aldaar lag, viel door
eenig toeval overboord. Dadelijk sprong de vader den
zoon na. Dikwerf had de man zoowel eigen betrekkingen
als andere personen gered. Maar ditmaal werd hij-
helaashet slachtoffer zijner menschlievendiieid en
ouderliefde. Hij zonk plotseling in de diepte. Spoedig
waren vader en zoon nu wel uit het water gehaald
de zoon kreeg ook zijn bewustzijn terugmaar de
vader kwam niet meer-bij, niettegenstaande er spoedig
geneeskundige hulp werd aangewend.
De N. Rott. Ct. meld nog deze bijzonderheid omtrent
dit ongeluk. //Toen het voorviel, passeerden juist
eenige sectiën schutters onder bevel van den kapitein
De Leth, en het laat zich wel begrijpen, dat vele dier
schutters geen oogenblik aarzelden, om pogingen Lot
redding in het werk te stellen. Zij werden eciilcr
daarin belet door hunnen kapitein,, die hen gelastte
door te marcheercn. Een hunner, de schutter Hartink,
zonderde zich, niettegenstaande hst bevel van zijn
kapitein, van de compagnie af en begaf zich, na zijne
wapens te hebben afgelagd, gekleed te water en redde
dan ook het zoontje, terwijl de vader zoo goed als
dood werd opgehaald. Maar hiermede was de zaak
nog niet ten einde. Bij den terugkeer van het schijf
schieten, ging de compagnie de plek, waar het onge
luk plaats gehad, voorbij, en toen de schutters ver
namen dat de schipper zijne vaderliefde met den dood
had moeten bekoopen, werden den kapitein De Leth
allerlei verwijten daaromtrent gedaan, ja zelfs wilden
eenige schutters hem te lijf, hetgeen door de politie
belet werd. Op het plein gekomen, waar de schutters
werden afgedankt, werd de kapitein wederom bedreigd
en zou het tot feitelijkheden zijn gekomen, indien
de politie eveneens niet tusschen beiden ware gekomen."
De nieuw benoemde Ministers hebben Zaterdag in
handen des Konings den eed afgelegd en daarna
ministerraad gehouden, onder het voorzitterschap van
den Heer Brocx.
Alle departementen zijn overgenomen, behalve dat
van Justitie, daar de Heer Jolles afwezig was.
Z. M. heeft benoemdtot Minister van Staat mr.
P. P. van Bosse en tot Bidder der orde van deu
Nederlandschen Leeuw, Mr. P. Blussé van Oud-Albias.
De voorzitter van het prov. genootsch. voor Kunsten
en Wetenschappen in Noord-Brabant heeft in een
gehouden zitting hulde gebracht aan Mr. Thorbecke
en aan den overleden mede-stichter Dr. Hermans.
Tot eerelid werd benoemd de heer H. M. C. van
Oosterzee; tot bestuursleden werden herkozen jhr. Mr.
P. J. Bidder van der Does de Bijc, Dr. A. E. Ingen-
housz, Mr. J. Versfeit, Mr. A. E. X. Luyben, Dr.
A. A. van Heusden en de Heer M. H. Bezemer. Eu
ter vervanging van de bestuursleden de heeren J. A.
Gerlach Jr., die om reden zijner hooge jaren ontslag
nam en van Oosterzee, die buiten de provincie ver
trok, werden gekozen Mr. W. D. Bosch en de heer
J. H. van der Burg.
De heer Nonhebei, geneesheer te Amsterdam, die
zich door zijne methode om verwrikte ledematen en
andere ligchaamsgebreken te herstellen, reeds hier te
lande zooveel naam gemaakt heeft, verlaat heden Amster
dam en begeeft zich voor eenigen tijd naar Schotland,
waar men zijne hulp heeft ingeroepen.
Het vervoer langs den Nederlandschen Bhijnspoor-
weg heeft gedurende de maand Juni 1872 opgebracht:
aan reizigers 180,460; aan goederen f 49,208aan
direct verkeer van reizigers en goederen 183,611
te zamen 416,279.
Sedert 1 Mei 1872 was de opbrengst van reizigers
en goederen 815,149.
Uit den Oranje-Vrijstaat in Zuid-Afrika wordt
gemeld, dat de heer Hamelberg tot consul-generaal
in Nederland is benoemd in plaats an wijlen den
heer Iiiddingh.
Een hulde aan Thorbecke. Een nationale hulde,
om welke te brengen zeker een behoefte is voor zcér
velen, uit alle deelen des lands. Plaatselijke commission
werken mede, met de algemeene commissie te 's Hage,
om aan die hulde uitdrukking te geven in een zichtbaar
beeld, in een zijner waardige stichting wellicht. Ook
onze plaatselijke commissie te Dordrecht richt zich tot
de burgerij van Dordrecht, overtuigd, zegt ze, dat ook
Dordrecht niet achter zal blijven, nu het geldt een
nationaal huldebewijs te brengen aan den man, wiens
verlies Nederland zoo zwaaar heeft getroffen, een blijk
van hulde en dankbaarheid te geven aan den grooteu
staatsman, wien, bij zoovele andere uitnemende hoe
danigheden die hem sierden, de ontwikkeling onzer
intellectuele en materieele belangen zoo na tc r harte ging. -
Zeker wijdde Thorbecke voor oen groot deel zijn leven
die bevordering der intellectuele en roaterieele belangen
van zijn volk, en zulk een persoonlijkheid zelve wekt
eerbied, bewondering, maar ooklhvekt geloof en ver-