ning No. 49. WOENSDAG 21 JUNI 1871. 1,— ter vn- iT'z;;Oitze feestgroet. s. Opmerkingen bij cle studie der Sociale Kwestie. o. $71 ring- der Fe •eg'aramleerd Monarchie an 1 Fe- waarmede men - boven- nen kan kwart ai voor 1,— •ijke be. Lts zelden ZIEBIKZEESCHE COIIMKT. Verschijnt op WOENSDAG- en ZATE 11 DAG PRIJS der ADVERTENTIE N. 10- Cents per Regel. De Inzending kan geschieden uiterlijk tot Diasdag en Vrijdag morgen 11 ure. A B O N N E M E N T S-P R IJ S. Per drie maanden f 1,— Franco per Post Het Telegraafkantoor is geopend van 1 April tot 30 September: Op Werkdagen Van 7 u. 's voormidd. tot 9 u. 's namidd. Op Zon- en Feestdagen: Van 89 's voorin.van 13 en van 7- -9 u. 's namidd. Het Postkantoor is geopend met inbegrip van Zon- en Feestdagen Van des voormiddags van 9'/sHV2 uur. v namiddags 23 s j avonds 77Vs 1 9Vs10 zidkerii iene en- e prijzen t' GEMEENTERAAD Van Zierikzee van 16 «Tuni. cle trekkingen (jeze fitting' waren afwezig de hoeren mr. Fokker, m reeds vau Dongenmr. MoensHouwervan der gToote prezen en Zuurdeeg, f. 7 Na resumtie en goedkeuring der notulen wordt me- zijnde Seriêiigp^ggjjjj een missive van G.ech Staten, begeleidende het lat rle nog ii<0ftfer van dén hoofdei, omslag voor 1871 tot wijziging WegenS(oor den lüad, aangezien de aanslag van A. van l ofroote;heiven door hen va i de 29e naar de 31e klasse is len. lv.er^ bra ïhr.. Dientengevolge wordt het kohier gewijzigd P geld of"1 n:|,'er \'asrgeste.d op een bedrag van 18436.50. bestellingen^ monde van mr. Moolenburgh wordt namens de .ommissie ad lioc rapport uitgebracht op liet voorstel IET aangeran arC- der verordening regelende het openbaar niddelbaar onderwijs en wel om aan het slot van de .5e zinsnede, toe té yoegen r. //gymnastiek." Het t ieder deelapp0rt; |jevat j,et ^vies om zich met liet voorstel ïaag eeiKg. Vereenigeu en tevens om de 2e zinsnede van art. "T aldus te lezen. //Onder het eerstgenoemde getal trekking ify lessen zijn die in de practisohe scheikunde en de digd. /gymnastiek niet begrepen." Aldus besloten. Is m q ng-ekomen vau de gemeente Groningen het jaarverslag tLcIS'iver 1870, hetwelk in de boekerij is geplaatst. Wor- len vastgesteld de staten van oninbare posten op het [B collier van den hoofdei, omslag over 1869 ad 42.51, dem over 1870 ad 139.336 op het kohier der C. ïonilenbelasting over 1869 ad ƒ6,idem over 1870 \d ƒ13,50. De voorzitter deelt mede dat voor de icten. ;poorbootirtaatschappij alhier 42 aandeelen zijn geplaatst AM, ui dat hij gisteren in het belang dier zaak eene besogne t J 57 ,löt de burgemeesters van de gemeenten in Schouwen n Duivelend heeft gehad en dat deze zich bereid ebben v< rklaard oin in hunne respectieve gemeenten Ie deelneming in de maatschappij te bevorderen, voorts lat in de. zomervergadering van de Provinciale Staten !e zaak betreffende het verleenen van subsidie aan die satschappij zal aangehouden worden tot de najaars- TTI RT B"nao|ring zoodat er nu ook meerdere tijdsruimte I» ra zoor de deelneming is. so i Hierna sluit de Voorzitter de vergadering. jl IEWIN soliede wij» al l e opzi ohgg - -- 'Trv Air De langverwachte dag, die door gansch Schouwen en l)u veiaud met zekere spanning tc geinoet werd ge zien is eindelijk aangebroken. Als onze Courant bezorgd wordt woelt waarschijnlijk reeds eeue dichte menigte langs //haven markt en straat" en klinkt "'non' 3 ,/W^ Wurmen lin Wijven staan, wij moeten V altijd voorwaarts gaan," door Zierikzee's straten. V. 'fc *lu's wil blijven zong de feestdichter zulke <l v wn brompotten zijn er zeker niet veel. 't Huis moeten 206 a ->O0blijv.ei| (lat,6 wafc an(1e,.R in gehee o pjU er zip, die nu nog K nu de geestdrift reeds de voorkeu']^ <rausc|Lt! hur^rij bezieldnu we mrf ove™ commissies hebben zien draven en wagens met groen en loop d( M ■met yprijzt zien vervoeren en optochten in 't klein hebben zien arrangeren en de vrolijke toonen der opwekkende muziek, reeds hebben geklonken door onze stadals er nu nog slaapmutsen zijn die hunne gordijnen willen laten vallen en 'thoofd schudden over het geld, waar voor een mensch toch eigenlijk niets heeft, dezoodanigen zullen we waarachtig niet //inet vreö laten," maar //onzen optocht" zullen we zenden langs zijne woning en de heer Schmitt zal zijne trompetten laten schetteren tot zelfs de doove dommelige kraaien van onzen ouden toren lust krijgen om nog eens hare sierlijke pirouet tes in de lucht te slaan, en Kruiningen zal zijne fanfares in de lucht schmettern, tot zelfs de deftigste onder de deftigen hurali roept en de //Volharding" van Goes zal volharden, tot er niemand meer weerstand kan bieden maar allen oud en jong stroomen naar het terreinivaar nieuwe feestvreugde wacht. Maar de optocht zal toch raeenen we 't lichtpunt zijn van het feest. Toen we den //feestwijzer" ontfingen, z/voor den allegorischen optocht" zaten we juist 't verslag te lezen van den intocht der Puitsche troepen in Berlijn. Welk eeu verschil Hoe grootschhoe heerlijk, hoe prachtig daar alles! Welk een menge ling van kleuren „welk een oogverblinding, wanneer de heldere zonnestralen weerkaatsen op de schatten van goud en zilver en edelgesteenten die overal zijn ten toon gespreid. Welk een overweldigend schouw spel, die 42000 uitgelezen krijgers, door de zon ge brand volgende de banieronder welke ze eerst hebben gehouden de Wacht am Bkein en die ze latei- zegevierend hebben geplant op de wallen van Metz eu Sui-a itsbui-g en Parijs die ruiterscharen die in vliegenden galop jagen langs den via triumphalis, (de tri omfweg) met het flikkerende zwaard in de vijist, alsof ze't die honderdduizend e van toeschouwers wilden doen zien, hoe ze gewoon waren den snoeveilden Gallier voor zich henen te jagen - hoe onbete eken end wordt daarbij alles wat onze feestcommissie hare stadge- nooten kan bieden. Onbeteekenend Wie het beweert begrijpt niets vau ons feest. Neen ook wij vieren een' overwinning en eeu schooner', driewerf schooner dan de dappere legerscharen van Friedrieh Wilhelm. Onze eenvoudige //kloetschuit" //de herinnering aan den vorigen toestand van Schouwen" is tevens de herinnering aan den eeuwenouden strijd dien onze vaderen hebben gevoerd tegen den vijand die zijne legerscharen dreigde onze polders te doen binnenstroomen, om te vernielen de welvaart van een' gansche menschenleeftijd. - Hij is overwonnen, in boeien hebben hem onze dijkwerkers geklonken en in triumf voeren we -de kloetschuit door de straten onzer stad. 't Was een goed denkbeeld haar te doen voorafgaan en te doen volgen door eene eerewacht van Schouwen's jonge lingschap, begeleid door de banier //Geduld overwint alsof, wij kinderen der negentiende eeuw, 't willen getuigen dat we gereed staan den ouden strijd te hernieuwen, als ooit de vijand 't mocht wagen zijne boeien te verbreken. Schouwen en Dniveland ook houden hunnen trium- fantelijken omgang en de wapenen drageo ze ten toon, waarmede ze gestreden hebben eeuwen achtereen - een gansche wagen vol landbouwwerktuigenvan de vorensnijdende ploeg tot de scherpe spa, en geen bloed kleeft er aan onze wapenen - wij ook we hebben onze nieuwere en nieuwste wapenenonze mitrailleuses en getrokken kanonnen - zaaimachines en stoomploegen en hooischudders is hun naam en ook zij zijn de openbaring van dit grootsche denkbeeld heerschappij zal de mensch voeren over de natuur de openbaring van het genie. Wij hebben geen dragondersgaloperende langs de via triumphalis maar onzen zegeweg hebben we tochden in groen en vlaggen gelmlden 'Dam waar alles gereed staat onze vredevolle overwinnaars te ontvangen. Wij hebben geen krijgers die gebaad hebben in bloed en nu voor zich uitdrageu de 80 banieren wier ver overing aan honderdduizende krachtige 'mannen het leven heeft gekostachter wie ratelt het buit gemaakte kanon dat eens heeft verpletterd de ledematen van Frankrijks en Germanje's dapperste zonen maar wanneer de kinderen onzer zangver- een iging in feestdosch gehuld met hooggekleurde wangen en tintelende oogen een feestzang aanheffen en van den feestwagen Pomona of Ceres de godin der met bloemen bekleede aarde, met vriendelijk gelaat op hen nederziet en met beide handen schijnt te willen strooien de veelkleurige en veelgeurige bloemen die men haar op haren zegewagen heeft meegegeven dan benijden we Friedrieh Wilhelm en Bismarck hunne gebaarde krijgers niet maar in vrolijke opgewondenheid stemmen we in met den kreetleve TVixU en Genoegen 9 dat ons dit gedeelte van liet feest bereidt Ja, wees ons gegroet! Gij feestdagdie nietdie nergens een traan lokt in het oog maar overal een gullen lach roept op het gelaat - wees ons gegroet, gij feesttrein die niet u versameid hebt op eeu kerkhof, waar uwe broederen bij honderdtallen verslagen liggen - weest ons gegroetgij harmonieën uit alle oorden die nooit nog uwe klankvolle toonen hebt misbruikt wanneer de angst kreet weerklonk, als de zwaarden beten in de hoofden van menschen - laat wapperen uwe banieren gij kinderen van Schouwen en Duivelandlaat de lucht weergalmen van nwen kreet Leve cle Landbouw I d.e Vee- teelt! de lieilig-e Vrede I Leve de vreugde van 't lie er- lijke feest- luiïTENLAND. Aan eeue beschrijving vau den intocht der Duitsche troepen in Berlijn ontleenen wij het volgende De keizer reed, gevolgd van een schitterenden staf, de troepen tegemoet, eu voerde hen de stad binnen. Een eind verder aan gene zijde van de Brandenburger poort werd hij door de overheid der stad ontvangen. Daar ook had zich te voren behalve de keizerin en al de vrouwelijke leden der dynastieeene schaar in liet wit gekleede jeugdige dames onder een prachtigen purperen baldaquin verzameld. Eene dier damesde dochter van den heer Bleeser een der voornaamste beeldhouwers des landssprak tot. begroeting van den grijzen held een gedicht van Ernst Seherenberg uit. Maar we keeren eerst tot den aanvang van den eigenlijken intocht terug. Men zou alle slechts eeniger- mate daartoe bruikbare uitdrukkingen behooren aan te wenden om de geestdrift te schetsen, waarin het publiek zich lucht gaf bij het zien van den Vorst. Het gegons eener fel bewogen zee kan er slechts eenig denkbeeld van geven. Lauwerkransen en bloemruikers vielen als een regen op den overwinnaar neder. Zelfs de vreemdeling, al wilde hij ook koel blijven moest zich door dat allerlevendigst gewoel laten medesleepen Trouwens, alles scheen hiertoe mede te werken. Die duizenden juchende toeschouwers, die ieder hoekje en, niettegenstaande eene brandende hitte, ieder dak vulden, liet onbeschrijfelijk schoone gezicht van dat veelkleurig eindeloos verscheideu geheel, dat statig geluidei'klokken, het indrukwekkend bulderen van het kanon alles droeg er toe bij. De stoet werd geopend door den grijzen Wrangel. Daarop volgden de officieren van het ministerie van oorlog en na dezen (lie van den generalen staf vau liet groote lioo 'dkwartier en van het opperkommando des legers enz. de generaals BlumenthalPodbielsky, von Stosch en vou Stiehle aan het hoofd. Men ver beelde zich een groep van wellicht 200 officieren, in de meest verschillende en schitterendste uniform, zonder te gewagen van de beteekenis die aan de namen van een aantal hunner is verbonden. Ik zag daar Herwarth von Bittenfeld Vogel van Falkenstein von Bonin •von Fabriceprins George van Saksenvon Zastrow, von Werder, von Kameke, den groothertog van Meckelen- burg von Schwerin von Steinmetz von Manteuffel, den kroonprins van Saksen enz. Nu volgden op een rij Bismarck in zijn traditioneele kurassiers-uniform met generaal von Boon ter zijner liuker- en von Moltkemet den zoo even ontvangen maarschalksstaf in de handter rechterzijde. Eerst daarna kwam de keizer met zilveren helm- degen en hoofddeksel omlauwerd- onmiddellijk daarna de kroonprins prius Frederik Kareide overige prinsen en eindelijk de troepen. Voor het slot nabij liet standbeeld van Blücher plaatste zich de Keizer en zijn staf. Daar zou het défilé plaats hebben. 'tWas ongeveer half een .ure toen de eerste gelederen der garde die plaats bereikten, 't Was ruim 4 ure toen de laatste man schappen voorbijtrokken. Al de soldaten waren in veldtenue. En het stof, dat hunne kleederen bedekte, verhoogde, nevens de duizenden hun toegeworpen en zorgvuldig aan liet hoofddeksel of wapen bevestigde lauwer- en eikekransen, den indruk, in plaats van dien te schaden. De eerste gelederen droegen de 80 op de Franschen veroverde Istgcsteld 3.50. 1.75. v FEUILLETO IN. -fr,1 Viroolg van ons vorig nommer.) Een verhooging van 'tloon ook voor die minder 0.87V2- f^phikten zou een premie zijn op luiheid en murmureer en. >ns of Po* l1* .V0k va^^en £eibeten werklieden wier arbeidskrachten, s) verzend#1- hurme waard« wel 25 of 30 perc. verschillen ct Staatsw: eeI) ze^de daggeld. Dit is niet billijk, en ook X t; i S et ni^ *n van patroon en publiek. Door een trapswijze hooger loon toe te kennen zal de ambitie ik aan oiu S^ikkeld en de gelegenheid gegeven worden nriizen J aau t aleïltvolle eu productieve arbeiders om zich 1 Jvooruit te werken. steeds te:e IPJet niefc noodig nog meer te zeggen van )ten onst-aa geen zoo al op den weg ligt der arbeiders-ver- willen, (i: ee,niglllpn- Wat ze ongetwijfeld zullen kunnen uitwerken tot verbetering van den bestaanden toestand en wat ze met zullen vermogen zal de.ondervinding moeten leeren. Zuivere, ware arbeiders-vereenigingen in den geest zoo als ze moeten wezen bestaan er vast nog met veel en de richting waarin zich in onze dagen e groote vereenigingen van dien aard bewegen is helaas, de ware niet. Misschien zal het loutemmr van revolutie hier, de teleurstelling over de mislukking van onzinnige plannen elders, de geweuschte zuivering- te weeg brengen. De Parijssehe gruwelen der jongste dagen zullen gewis niet zonder gevoeligen invloed zijn, zoowel ten goede als ten kwade. Aan den eenen kant heeft de ;elieven te ril Commune de Internationale en met liaar 'tidée van arbeiders-vereenigingen in 'l algemeen, allerbedenkelijkst gecompromitteerd, vooral bij diegenen wier inzicht niet diep genoeg, wier blik niet ruim génoeg is om 'tgoede van 'tkwade te onderscheiden en in wier ge moed geen -menschexiliefde genoeg woont om bij 'tharde oordeel over de gruwelen zeiven toch nog te. blijven bedenken dat algemeen gevoelde nood en algemeen besefte vernedering als 'tware 'tgrondsop zijn geweest waarop het gistende vocht gewerkt heeft. De Inter nationale heeft zich bijna onherstelbaar gecompro mitteerd, doch dit zal eer nuttig dan schadelijk zijn want 'tis niet anders: alle boom die geen goede vrucht kan voortbrengen gaat vroeg of laat ten vure doch om vervangen te worden door edeler gewas. Want het zou jammer zijn als de naam van vereeniging dei- arbeiders een woord van kwaden klank mocht worden door vooroordeel of kortzichtigheid van hen die er buiten staan, doch die er niettemin belang bij hebben als bij elke andere levenskwestie van 'tgroote huis houden, dat wij maatschappij of menschheid noemen. Het is een woord van goeden klank en, voorgelicht door de blakerende vlammen van 't moderne Babyion -kunnen de mannen van goeden wille des te beter zien waar 't pad voor hunne voeten henen leidt; en opgeschrikt door 'tgedonder der kanonnen mogen diegenen die zich anders laten medevoeren en exploiteeren, nu voortaan wakker zijn en bedenken wat ze willen en lioe ze 'twillen. Klagen en morren zij 'took in koor van honderdduizenden stemmen blijft niets anders dan onvruchtbaar geklag en gemor, 'tHoepen van den werkman al is dit ook een geroep dat duizendwerf herhaald een akelig concert maakt, 'troepen tot de gestelde macht of tot de rijken geef broodgeef werk dit geroep leidt tot niets en dat moet niet 'teffect zijn van de arbeiders-vereeniging. Daarom moet de staatkunde ook geheel er buiten blijven. De staat kan wel iets voor den arbeider doen doch in de meeste gevallen doet de staat den arbeider 't meeste wel, door zich 'tminst met hem te bemoeien en de arbeider kan ook wel wat voor den staat doen en 'tis zeer wel mogelijk dat hier of daar in een werkplaats onder de leerjongens een toekomstige minister schuiltmaar die zal zijn weg wel vinden en de arbeider in 't alge meen dient liet best den staat door goed arbeider te zijn en met belangstelling toe te zien hoe de groote machine werkt, zonder juist te eiscben dat ook allen op hunne beurt of misschien wel tegelijk machinist of directeur moeten wezen. Toch kan de Staat wel wat voor den Nedevlandschen werkman doen. Als er b. v. een pantserschip gemaakt moet worden dat- 3 ton kost en men laat het in Engeland maken dan heeft daardoor het nationale bedrijfskapitaal een verlies van 3 ton en daarentegèn heeft de natie nu een pantsersehip dat voorloopig en waarschijnlijk ook n.ooit iets zal produceeren en binnen weinige jaren zal veranderd zijn in een massa oud- ijzer of in een hoek gestopt wegens verandering van de mode, terwijl men die 3 ton in den lande be stedende ook het pantsersehip zou hebben en de 3 ton voor een deel er bij. Ik weet wel dat deze bedenking op grond van de algemeenheid der in- dustrieele belangen kan wedersproken worden, maar toch zoo lang niet alle natiën in écu enkele zijn opgelost zullen de geldelijke en huishoudelijke belangen ook lokaal blijven. De staat .moet echter in geen geval optreden met zoogeuoem.de beschermende rechtendaar de ondervinding al lang geleerd heeft dat die (je nijverheid meer nadeel clan nut doen. De staat moet zorgen voor onderwijs voor gepaste vrijheid van vereeniging, voor bescherming van den eigendom en in dien zin dus voor de nijverheid. Ik zou haast zeggen: al wat daarbuiten is, is van den booze. Een algemeen statenverbond zon ook de staande legers kunnen afschaffen, die een kanker zijn voor de industrie omdat zij, over Europa alleen gerekend, voortdurend meer dan 2 millioeu krachtige handen aan den arbeid onttrekken, jaarlijks honderdduizenden jonge mannen nit het soldatenpak in de burgerij schuddendie daar niet meer deugen omdat ze meestal niets kennen dat voldoende brood waard is en omdat ze gedurig de staatsschulden, dat is de algemeene dobbelbeurs doen opzwellen ten nadeele van de gezonde industrie. De staat kan verder nog wel iets tot welzijn van den werkman. Hij kan dit door gestreng en nauw keurig toezicht op allerlei speculanten die de spaar penningen van den ambachtsman op het oog hebbende hem verlokkeu om mee te doen in loterijen en premielee- ningen. Hij kan 'took door te zorgen dat pandjes huizen en lombarden niet met de zuurverdiende penningen van den verarmden werkman zich verrijken. Misschien zou de staat 'took wei kunnen door krachtig op te treden tegen den sterken drank, die ons volk alleen 30 millioen per jaar kost welke hoofdzakelijk door den werkman worden betaald. Ook de kapitalisten zouden machtig veel kunnen doen als ze naast de prijscourant der effecten ook eens lmu zedelijk en menschlievend gevoel raadpleegden. Vervolg en slot in o?is volgend uommer.)

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1871 | | pagina 1