a. 1 A 1 r j. "zaterda GitrxTTvii! bei» ZIERIKZEESCHE COIIRAIT. Yerscliijnt op WOENSDAG en ZATERDAG PRIJS der ADVERTENTIËN. 10 Cents per Regel. De Inzending kan geschieden uiterlijk tot Dinsdag en Vrijdag morgen 11 ure. A B O N N E M E N T S-P R IJ S. Per drie maanden f 1,Franco per Post f 1,25. Het Telegraafkantoor is geopend van 1 October tot 31 MaartOp Werkdagen Van 8 u. 's voormidd. tot 9 u. 'snamidd. Op Zon- en Feestdagen: Van 89 's vooral.van 13 en van 7—9 u. 'snamidd. Het Postkantoor is geopend met inbegrip van Zon- en Feestdagen Van des voormiddags van 9VsHVji nur. namiddags 23 avonds 77 Va 9Vo10 KAMERNIEUWS. Z. M. de koning heeft aan den heer de Waal op zijn verzoek wegens ziekteeervol ontslag verleend als minister van koloniënonder dankbetuiging voor zijne aan den koning bewezen dienstenen met de portefeuille van dat departement ad interim belast den heer Brocxminister van marine. Het bericht in de dagbladen dat de heer Thorbecke de samenstelling van een reactionair ministerie heeft aan geraden is volkomen waar. Er bestaat daartegen echter krachtige oppositie. De hoogleeraar Opzoomer is door de heeren Fox en van Bosse aangezocht om met hen in een ministerie zitting- te nemen. De Middelburger meldt het volgende Wij vernemen uit goede bron dat de portefeuille van justitie binnen kort door professor Opzoomer zal worden aanvaard aan wien zij reeds geruimen tijd vóór de ministerieele crisis is aangeboden. De nieuwe wetsontwerpen op de overdracht van vaste goederende hypotheken en het notarisambt. Met toestemming des Konings is dezer dagen bij de gebroeders Belinfante te 's Gravenhagetegen den vrij hoogen prijs van ƒ4,90, verkrijgbaar gesteld Verslag (met bijlagen) der staatscommissie voor de herziening der wetgeving op de eigendomsoverdracht van onroerende goederenhet hypotheekstelsel en het notariaat. Deze commissie ingesteld bij'koninldijk besluit van den 9 Februari 1867 no. 58 uit 12 leden en een secretaris bestaande, begon hare taak den 28 Maart 1867 en voltooide die den 21 April 11. - dus ruim drie jaren later. Men ziet dus dat er vrij wat tijd noodig is om een paar wetgevingen te herzienof liever daarin die verbeteringen te brengen welke over eenkomen met de voortgaande ontwikkeling en de eischen van den maatschappelijken toestand. Als vruchten van haren arbeid heeft de commissie bij haar hoogst belangrijk rapport van den 21 April jl. aan den Koning overgelegd 1Een wetsontwerp tot wijziging en aanvulling der bepalingen van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Koophandel en dat van Burgerlijke Rechtsvorde ring ten opzichte der openbaarheid der onroerende zaken en hypotheken 2. Een ontwerp van wet op het Notarisambt (beide met de daarbij gevoegde Memorie van Toelich ting) en 3. Twee ontwerp-besluiten ter uitvoering der voor gestelde wetsbepalingen voor zoover noodig toegelicht. Door deze aanbieding heeft de commissie zich in den ruimsten zin van het haar opgedragen mandaat gekweten. Bij het doorlezen teekenden wij de volgende ge wichtigste veranderingen aanzonder te beweren dat elke verandering eene verbetering is Aan alles wat betreft onroerende zaken en de daarop onder welke benaming ook drukkende rechten en lasten is de meest mogelijke openbaarheid gegeven. Geene andere akten mogen in de registers van overschrijving worden overgeschreven dan die in authentieken vorm zijn vervat. Dat wil o. a. zeggen dat koop en verkoop van vaste goedereneven als in Belgiëniet anders dan bij notarieele akte kan worden geconstateerd. Volmachten daartoe betrekke lijk - ook om hypotheek te verleenen - moeten zijn notarieel of onderhandschmet gelegaliseerde hand- teekeningen. Thans wordt voor verkoop slechts eene uitdrukkelijkevoor vestiging van hypotheek daaren tegen eene notarieele lastgeving vereischt. De schuldeischer die uit kracht van zijne hypotheek tot verkoop der verbonden goederen wil overgaan moet den schuldenaar ingebreke stellen en hem 30 dagen vóór den verkoop daarvan aanzegging doen beide bij exploit. De hvpothekaire inschrijving moet, even als volgens het Fransche recht, om de 10 jaren vernieuwd wordenanders houdt zij op van kracht te zijn. Voor de benoembaarheid van notaris vordert het ontwerp o. a. den graad van doctor in de rechten aan eene der rijks hooge scholen verkregen den werktijd van twee jarenvolbracht op een of meer notariskantoren de aflegging van een voldoend examen waartoe vereischt wordt de kennis van de wetten en besluiten op het notarisambthet zegel- registratie- en suc cessierecht het kadaster en het hypotheekstelsel. De notaris moet een borgtocht stellen van minstens ƒ2000 en van hoogstens ƒ12000. Tegenwoordig vraagt menbehalve eenige bij elke benoeming noodzakelijke stukken alleen de overlegging van het getuigschrift van voldoend afgelegd examen in de theoretische en practische kundigheden voor het notarisambt. Gelijk bij de wet van 25 Ventöse jaar XIdie hier tot 1842 van kracht wasworden er kamers van notarissen gevestigd dm de belangen van het notaris ambt voor te staantoezicht op hen te houden enz. Bij het verlijden van vele akten zijn geen getuigen meer noodig. Voor eenige anderen wordt de bijstand vereischt hetzij van een tweeden notaris hetzij van twee getuigen. Zijdie bij de indiening van het ontwerp aan de Tweede Kamer der Staten-Generaalden titel van Candidaat-Notaris hebben verkregen, behouden de bevoegdheid om tot notaris benoemd te worden. De overgelegde wetsontwerpen zijn reeds bij den Raad van State aanhangig gemaakt. Wij stellen ons voor om, zoodra ze bij de Tweede Kamer zijn ingekomener eene meer uitvoerige be schouwing van te geven. Voorloopig vestigen wij al leen de aandacht der belangstellenden op den omvang rijken arbeid der commissieeen arbeid die de be langstelling ten volle waardig is en die eene verbetering beoogt welke sedert jaren gewenscht en steeds dringender gevorderd wordtdoch niet ieders verwachting kan noch zal bevredigen. BUITENLAND. Algemeen Overzicht. De gebeurtenissen volgen elkander met verbazende snelheid op. Voortdurend blijven we in zenuwachtige spanning uitzien naar de dingendie komen zullen. Nu eens is het het lang verwachte bombardement van Parijs dan weder de vredesonderhandelingen tusschen Bismarck en Thiersstraks weer de voorloopig- met gunstig gevolg bekroonde operaties van de Loire-armee. Voor Duitschland wordt onze aandacht gevraagd dooi de onderhandelingen tusschen de Zuid-Duitsche Staten en den Noord-Duitschen Bond die nog altijd maar niet tot een gunstig resultaat leidendoor de verkie zingen voor het huis der Afgevaardigden en zoovele andere zaken meer. of dat alles nog niet genoeg ware verheft eensklaps Rusland zijne stem en spreekt een woord dat dreigt de verwarring in Europa nog grooter te maken. Reeds in ons vorig nummer namen we onder de telegrammen liet bericht opdat Rusland het traktaat van 1856 had opgezegd en deze opzegging vooral in Engeland groöt'e sensatie had verwekt. De mogelijkheid bestaatdat deze gebeurtenis op den toe stand van zaken een grooten invloed zal uitoefenen en we wenschen daarom onze lezers met een enkel woord op de hoogte te brengen wat er van dat traktaat is. Nadat in het jaar 1855 de vereenigde legers van EngelandFrankrijkSardinië en Turkije den Rus- sischen adelaar hadden gekortwiekt en de inneming van Sebastopol in September van dat jaar de minder heid der Russische krijgsheiren had bewezen wensohten de oorlogvoerende partijen vrede te sluiten. Deze vrede kwam tot stand 30 Maart 1856. 3t Hoofddoel der Westersche mogendheden was natuurlijk van Rus land zoodanige waarborgen te verkrijgendat het voortdurend bestaan van Turkije niet meer bedreigd werd. Men meende deze waarborgen o. a. hierin te vinden dat men aan Rusland en Turkije beide ver bood eene oorlogsvloot in de zwarte zee te onder houden of op de kusten arsenalen aan te leggen terwijl tevens aan elke andere mogendheid liet binnen varen van de zwarte zee met oorlogschepen onmogelijk werd gemaakt. Art. 11 luidde: «De zwarte zee is geneutra liseerd. Geopend voor de koopvaardijvloot van alle natiën, zijn hare wateren en havens formeel en voor altijd gesloten voor de oorlogsviag hetzij van de oeverstaten hetzij van iedere andere mogendheidbehoudens de uitzonderingen, die in art. 14 en 19 van dit traktaat zijn opgenomen." In art. 14 werd dan bepaald welke en hoevele lichte vaartuigen Rusland en Turkije zouden mogen onderhouden voor den dienst in de zwarte zee terwijl aan het slot van dat artikel werd verklaard: uDeze conventie kan nocli gewijzigd, noch vernietigd worden zonder de toestemming van de Mogendheden die het tegemooordig traktaat onderteekenen." De be doeling was duidelijk. Door de zwarte zee voor de Russische oorlogsvloot te sluiten maakte men elke landing in Turkije onmogelijk, terwijl door nadere regeling van den toestand der Donau-Vorstendommen ook van die zijde het gevaar grootendeels was afge wend, naar men meende. Het blijkt nu evenwel dat men buiten den waard heeft gerekend. Slechts ge dwongen had Rusland in deze vernedering toegestemd. Het had besloten slechts zoolang zijn woord te houden tot de omstandigheden gunstig zouden zijn voor de verbreking van dat woord. Somtijds schijnt het alsof voor de diplomatie woordbreuk slechts eene kwestie van opportuniteit is. Welnu de gelegenheid was nu gunstig. Oostenrijk is bijna machteloos, Frankrijk kan niet eens zijne eigene haardsteden verdedigen tegen den indringenden vijand, Italië zucht onder den last van jaarlijks grooter wordende tekortenEngeland handhaaft zijne neutraliteitspolitiek de tijd is nu gekomen, zoo verklaart vorst Gortsohakow om het traktaat te herzien. En we zullen deze herziening- liever niet afwachten, maar ai vast doen of art. 11 en 14 niet geschreven waren. De door ons onder streepte woorden van art. 14, zij hebben nu reeds hunne verbindende kracht verloren. Van dezen dag af aan zal Rusland dus weder werven aanleggen op de kusten der zwarte zee, schepen bouwen, arsenalen, aanleggen enz. En waarvoor? Geen enkele mogendheid bedreigt den noordschen kolossus van dien kant zeeroovers zijn er niet waarvoor dan deze toekom stige wapening'? Rusland wil immers niet op nieuw een aanval wagen op Turkije? Zeker neen want het verklaart dat liet volstrekt «de bedoeling niet heeft de Oostersche kwestie weer op het tapijt te brengen, behalve.... ja 'tzou kunnen zijn dat later bleek, evenals dit nu 't geval is met het traktaat van 1856, dat het bestaan van Turkije de ontwikkeling van Rusland tegenhield en dan zou de noodzakelijkheid kunnen worden opgelegd. En wat zal nu 't gevolg zijn van deze operatie van Rusland? Oostenrijk, zoo beweert een Duitsck blad, zou aan Engeland hebben getelegrafeerd, dat zijne troepen gereed stonden Turkije te lnüp te komen eu de traktaten te handhaven. Maar Gladstone en Bright, zoo voegt de Köln. Zeituug er bij, het zijn twee mannen, die Engeland eenvoudig niets zullen laten doen en Oostenrijk, dat rekent op de hulp van Engeland, zal den Britsehen leeuw kunnen helpen toekijken. De ruimte ontbreekt ons om nu reeds op de waarschijnlijke gevolgen van dezen maat regel der Russische regering te wijzen alleenlijk merken we nog op hoe ook deze zaak, evenals het gebeurde met de kandidatuur van prins Hohenzollern een treurig licht werpt op den eerbied, dien de gestelde machten koesteren voor de wenschen van hunne volkeren, hoe de politiek ook nu nog niets wil weten van den rechten weg maar zich 't liefst beweegt langs sluipwegenhoein een woord ook van ganscli Europa kan worden gezegd wat we in een vorig ar tikel neerschreven van de koloniale politiek van ons ten I" Bj|«onderheden. Uit Parijs wordt gemeld dat aldaar éenige winkels zijn geopend waarin honden- en kattenvleesch verkocht wordt. In een der voorsteden maakt een winkelier goede zaken met het verkoopen van ratten. Berlijn, 11 Nov. Heden passeerde hier een gewond krijgsmandiezich mocht verheugen inde al- si is uit laf cht ing I Hj mh I er( ihe ;eii' •stl lit! ii-1 Ti 'ijl i L J FEUILLETON. VOLKSLETTERKUNDE. Van kwaad tot erger» Vervolg van ons vorig nummer. II. Op de Kermis te D Intusschen ook aan hun pret zou bij gebrek aan geld weldra een eind moeten komenvan hun gan- schen schat waren nog maar een paar centen over en nu ze op het vroolijkst waren op te houden neen dat ging niet aan. Daar valt het oog van de twee vrienden van Jakob op een boer, wiens zilveren tabaks doos door zijn luidruchtige bewegingen telkens uit zijn zak te voorschijn komt, hij deelt in korte, haas tige woorden Jakob zijn plan mede en dezeover de daad zelveevenmin als over hare waarschijnlijke gevolgen nadenkendeweet van een gunstig oogen- blik in het gedrang licht voorkomendegebruik te makenontfutselt de doos en is zoo geworden tot wat zijn ouders zoo vreesdentot een diefMaar daarover was nu geen tijd om te denken. Een dier twee aan ondervinding rijkere vrienden wist een ge legenheid om den behaalden buitnatuurlijk ver onder de waardeaan den man te brengen en daarop ging het met het ontvangen geld bij vernieuwing voorwaarts. Het was laat in den nacht toen de uitputting hunner ledematen en de kracht van den gebruikten sterken drank hen noodzaakten een onderkomen te zoeken ze wisten een afgelegen plek te bereiken waar een gemakkelijk te openen staldeur hun toegang gaf tot een bergplaats van hooidie hun een zeer gewcnschte rustplaats aanbood. Eerst den volgenden morgen zeer laat ontwaakte Jakob door de stem van den eigenaar der seal die hem juist niet zeer vriendelijk vroeg- hoe hij daar kwam. Hoe hij daar kwam hij wist het zelf niet recht meer maar wat hij wel wist of ten minste al ras bemerkte was dat zijne keimissen vroeger ontwaakt dan hij waren doorgegaan met het- geld dat nog over was maar wat hij wel wist en hem nu loodzwaar begon te drukken was het denkbeeld dat hij een diefstal begaan haddat de ontdekking- weldra volgen kon. Die ontdekking ze bleef niet uit de bestolene had zijn gemis bij de politie bekend ge maakt de groote verteeringen der jongelieden hadden reeds de aandacht getrokken Jacob's vreemde gedrag en verwarde antwoorden aan den eigenaar van den stal deden nog meer argwaan opvatten er was ver moeden genoeg om hem voorloopig aan te houden te ondervragen een volleerde dief was hij nog- niet hij verwarde zich in zijn leugens, moest eindigen met te bekennen en werd nog in den loop van denzelfden dag gevankelijk naar Rotterdam gevoerd. III. In de gevangenis. Zijt ge wel eens in een gevangenis geweestlezer Ik bedoel natuurlijk niet of gezooals bet in de volkstaal heet«gezeten" hebtmaar of ge wel eens aanleiding hebt gehadom in een gevangenis een bezoek af te leggen of ge wel eens een gevangenis van binnen gezien hebt. Indien dat zoo is dan zal het u zeker wel gegaan zijn als mij die telkenmale wanneer ik er eene binnentreed mij eene huivering voel door de leden gaan. Die gewaarwording laat zich echter niet zoo sterk waarnemen bij het bezoeken eener cellulaire gevangenis waarschijnlijk omdat die ruimer frisscherluchtiger zijn omdat ze er eenig- zins vriendelijker uitzien (als die uitdrukking ten minste van een gevangenis mag worden gebezigd) omdat ook die met den geest des tijds meer zijn mede- gegaan. De cellulaire gevangenissen zijn daarom dunkt mevoor den bezoeker niet zoo afschrikkend omdat ze niet enkel en alleen beoogen straf voor den mis dadiger maar boven alles de zedelijke verbetering van den gevallen medemensch. Doch hoe het ook zijik verbeeld me een betrekking in een gevangenis te bekleedenzoodat men verplicht is daar te wonen directeurbewaardercipier of zoo iets dergelijks in een gevangenis te zijn, men moet van jongs af daar toe zijn opgeleid om het ooit een aangename betrek king te vinden. De gesloten deuren die het u toeroepen ik laat u niet door indien de deurwaarder aan wiens hoede ik toevertrouwd ben mij niet opent die van tralies voorziene vensters die elk vrij uitzicht elk ruim inademen van frissche lucht trachten te be letten die sloten en grendels die zoo grimmig en onverzoenlijk ons aanstaren neen een gevangenis is het akeligste huis dat er is. En dan het denken aan al die boosheid en al die zonde die daar achter 'voor een poos dikwijls maar gebreideld isaan al die tranen en zuchten die daar gewoonlijk te laat een benaauwd en angstig menschenhart lucht trachten te geven, aan zooveel verwoest menschengeluk, zoo menig later bedorven doch in den aanvang zooveel belovend karakterliet denken aan dat alles het jaagt mij eeu siddering over het lijf en ais ik dat eigenaardige knarsen der gevangenispoort verneem dan geeft dat een vreemden nagalm in mijn binnenstedan doet mij dat pijn aan 't harte. Ja werkelijk pijn maar dat doet mij dan ook telkens een grooter eerbied op vatten voor die mannen en vrouwen die met lust eu met ijver maar boven alles met zoo hoogst noo- digen takt en geschiktheid een deel van hun tijd en hun krachten wijden aan het bezoeken der gevangenen een werk waarvan een man die het bij ondervinding weet A. A. Stuart in zijn Handhoek voor Godsdienstv leeraars en bezoekers in gevangenissen zoo terecht heeft gezegd dat indien het goed wordt gedaan een werk ïs dat meer dan tijd dat inspanning en afmatting kostmaar waaraan ook door tie meeste gevangenen veei waarde wordt gehecht en dat velen in menig opzicht ten goede kan zijn. Maar ik mag niet vergeten u het vervolg van Jakob's treurige geschiedenis te verhalen. Hij onderging zooals wij gezien hebben een voorloopig verhoorwaarin hij zijn misdaad bekende en werd daarop per volgende gelegenheid naar Rotterdam gevoerd. Wat zullen zijne gewaarwordingen op die terugreis gansch anders zijn geweest dan op de heenreis wat zal hij onwillekeurig als het ware vergelijkingen hebben gemaakt tuschen het toen en het nu. Wordt vervolgd. is-1 en rd m )e et l :r.| .ls 1

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1870 | | pagina 1