jV>. 83 Zaterdag 15 October 1870 WOENSDAG EN ZATERDAG. 1 I De Vredebond BUITENLAND. BINNENLAND. ZIERIKZEESCHE COURANi? PRIJS DER ADVERTENTIËN. Gewone 10 cent de regel. Geboorte-, Huwelijk»- en Dood- berigtenvan 18 regels a 0,50. VERSCHIJNT: A B O N N E M E N T S-P R IJ S. Per drie maanden f 1,Franco per post 1,25. Inzen- ding der Advertentiün daags te voren, vóór 10 ure 's morg IX. Onlangs gaf liet „Nieuws van den Dag" een paar hoofdartikelen ouder liet opschrift „een vredebond of niet Het gaf daariu schoorvoetend zijn adheesie aan het plan te kennen; schoorvoetend, want eerst moest de vredebond heel wat beloven geen vervelende ver gaderingen en meetings te houden met onvruchtbaar debatgeen tijdschrift uit te geven dat van A tot Z over het onvermijdelijke onderwerp handelen moet, en vooral geen traktaatjes van vervelende volksvrienden zond er gezond verstand. Als de vredebond dit alles, en nog wel plechtig, beloven wilde dan zou S. vrede met het plan hebben. Dat klinkt nu zeker wel ietwat pedant. Maar vooreerst mag het Nieuws van den Dag wel wat meer zeggen dan een ander en ook zonder dat in aanmer king te nemen ieder heeft natuurlijk volle recht om te zeggen op wat voorwaarden hij tot eene nieuwe vereenigiug wil toetreden. Er zuilen er wel meer zijn die een sclmic op net lijf kregenof lieverdie bij voorbaat moeite hadden een geeuw te onderdrukkentoen zij de statuten zagen bijv. van den ikmsterdamscken vredebond. Wat vage algemeenheden I Niets dat naar een bepaald programma zweemtniets dat practische resultaten belooft Doch laat ons niet te veel afgaan op den schijn en ook in onzen ijver voor practische resultaten niet overdrijven Of wat kan zulk een vredebond Weinig kan hij direct uitwerkenmaar indirect veel. De publieke opinie bewerken is natuurlijk het eerste dat hij zich voorstelt. Of zou dat overbodig ziju Zeker, afkeer van den oorlog is er genoegmaar is ook het militairisme reeds genoeg gehaat P Wordt het staand leger voor een oogenblik aangenomen dat het noodzakelijk isreeds genoeg beschouwd als een noodzakelijk kwaad Gaat niet de hofpartij voor in het coquettereu met onze mooie mannen, in het verheffen van den militairen stand boven de mannen van wetenschap kunsthandel en industrie, die een gewoon mensch toch heel wat nuttiger leden van de maatschappij zou achten En wordt dat door de burgerij reeds genoegzaam gewraakt? W'ordt niet nog menigmaal a la Helmers onze tachtigjarige oorlog verheerlijkt als de roemrijkste bladzijde uit Neêrlands historie Leeren onze kinderen ook reeds genoeg de keerzijde zien, al de gemeeuheden, het bedrogden bloed dorst de kanibaalsche wreedhedendie toen en voor waar niet alleen van Spaansche zijde, aan de orde van den dag waren? Wordt het niet nog te veel'beschouwd als iets dat van zelf spreekt, dat in oorlogstijd, en vooral voor zelfverdedigingalles gewettigdook het slechtste goed wordt Mij dunktin onze vredebonds vergaderingen en geschriften kan zonder schade nog wat gepreekt worden tegen den oorlogzonder dat wij dat overbodig behoeven te achten. Maar daarbij zal bet niet blijven. Niet slechts tegen de oorlogzucht en al wat haar voeden kan ook tegen den feitelijken oorlog kan een vredebond op den duur iets vermogen. Het ligt toch niet zóó voor de hand hoe wij den oorlog onmogelijk maken zullen dat wij daarvoor geen vereenigingen meer zouden noodig hebben. Neen wel doen zich honderden vragen en plannen voor, doch het zijn meest alle nog maar invallen van het oogenblikde irucht van den angstkreet onzer dagen. Die vragen en plannen eisehen een kalm onderzoeken gezet nadenken dan kan er misschien iets goeds uit voortkomen. En juist voor dat kalm onderzoek, is dunkt mij, de vredebond wenschelijk. Nu denkt en zoekt en wurmt iedereen. Maar als straks de vrede is gesloten en handel en nijverheid hun schade trachten in tc halen, dan is de oorlog ras vergeten en is men op nieuwe oorlogen even weinig bedacht als na 66. Dan is de vredebond met zijn besturen en noodzakelijke vergade ringen goed om de agitatie tegen den oorlog levendig te houden en zal bij velen ambtshalve dwingen om te blijven zoeken en denken en werken. En wordt er langs dien weg iets degelijks gevonden iels uitvoerbaars tegen den oorlog uitgedachtdan bestaat er dadelijk een zedelijk lichaam in Europadat die gedachten aanvaarden en tot de ten uitvoerlegging het initiatief nemen kan. De vredebond moet het staand leger tegen den oorlog worden. „Maar," zegt iemand„bewerk de openbare mecning zooveel ge wilt, wat baat het? Was er vóór den oor log eene volksstemming gehouden in Duitschland en Eraukrijkde vrede ware waarschijnlijk gehandhaafd. Maar de regeringen vragen er het volk eerst naar wanneer de teerling reeds geworpen is." Volkomen juisten daarom eere aan onze wakkere Goessche buren, die in deze een goed woord hebben gesproken Het recht van oorlog en vrede worde gegeven, wien het toekomt, aan het volkaan zijne wettige vertegenwoordigers. Le jour (zegt Laboulaye in Paris en Amériqueoil les peuples ne se feront plus soigner par ces charlatans ruineux qu'on uomme diplomates et grauds politiques ils vivront en frères ils auront la paix et la vie en bon marché. Het Goessche adres tot verandering van art. 56 en 57 onzer grondwet worde van alle zijden uit ons land r.aar koning en kamer gezonden. Ook Zierikzee blijve daarin niet lang achter Eerst als dat adres gebaat heeftwordt de oorlogsverklaring eene volkszaak en kan de openbare meeuing tegen den oor log iets baten. Meene niemand dat één of een paar van zulke adressen genoeg is dat het denkbeeld nu reeds is aan gegeven en zijn weg wel vinden zalindien meu er weg op weet. Neen zonder stormloopen met gemeen schappelijke krachten zal dat koninklijk prerogatief niet kunnen worden vermeesterd. De voorstanders toch van het koningschap bij de gratie Gods zullen wel al doen wat ze kunnen om onzen koning het gezond ver stand te benevelen en van zulk eene nobele vader landslievende concessie hem terug te houden. Aan Dagbladgeschreeuw over de in aantocht zijnde roode republiek zal het niet ontbreken. Maar ik heb goeden moed. Het gezond verstand van Neêriand3 volk zal de zaak wel klaar spelen. En onze Willem III is immers ook Nederlander wil immers niets liever zijn? Wel zal onze toekomstige grondwetsherziening een doorn zijn in het oog van onze Duitsche burenwaar zeker na de behaalde overwinningen de „gnadige Herrn" voor een poos weer in volle glorie zijn zullen en minder twijfel dan ooit zal bestaan (altijd voor een poos) aan de goddelijke souvereiniteit van Koning "Wilhelm. Maar hoe ook de Jonkerpartij verachtelijk de lip moge krul len over het kleine vrije Nederlandik vertrouwdat zulk een nieuwe triomf van de zelfregering ten onzent meer helpen zal om Pruisen's aimexatielust te bedwingen, dan al onze proeven met mitrailleuses. Zoo kan dus reeds de eerste daad van de opgerichte en op te richten afdeelingeu van den vredebond in waarheid een praktisch resultaat opleveren. Algemeen Overzicht. Ook nu kunnen we zeggen dat er in den toestand van Europa weinig verandering gekomen is. We nemen daarom de gelegenheid waac eenigzins uitvoerig te spreken over den binnenlandschen toestand vau Erankrijk. Van Pruisische zijde is beweerd dat Erankrijk niet alleen tegen den buitenlandschen vijand te kampen zou heb ben maar de strijd tusschen de verschillende partijen (Napoleontische, Orleanistische, republikeinschesocialis tische) aan het vaderland nog oneindig veel meer nadeel zou berokkenen. Kort nadat de Duitsche legers voor Parijs waren aangekomen vernam men dan ookdat in de stad vrij hevige gevechten hadden plaats gehad. Dat deze berichten niet geheel verzonnen waren blijkt uit eeue proclamatiedie het voorloopig bestuur heeft uitgevaardigd en eerst nu per telegram uit Tours bekend is geworden „De regeering doet een beroep op het patriotisrae der republikeinen, opdat er voor goed een einde kome aan die gewapende demonstraties, die den schijn hebben van oproer zonder dat er in werkelijkheid van verzet sprake is. De vijand wordt vastgehouden voor Parijs door den tegenstandop welken hij niet gerekend had. Hij weet dat hij genoodzaakt zal zijn maanden achter een voor de forten te Parijs te blijven liggen en dat een aanval op de stadsmuren eene onmogelijkheid is. Slechts ééne hoop blijft hem over onze verdeeldheid. De eerste plicht van allen bestaat hierin dat wij ook den schijn van verdeeldheid vermijden." En alsof men bevreesd ware dat ook na deze stellige verklaring de wereld den schijn voor werkelijkheid zou nemen, haast zich Gambetta, zoodra bij per luchtballon te Tours is aangekomen in eene proclamatie te verkondigen „dat Parijs sedert zeventien dagen het zeldzame schouwspel vertoont van twee millioen menschen, die alle verschil van meeuing ter zijde stellende, al hunne twisten ver getende, zich scharen onder de banier der republiek." Is dit werkelijk de toestand van Parijs en Erankrijk Heeds dit dat men het noodig oordeelt telkens op nieuw te verkondigenwij twisten niet, boezemt ons argwaan in. En. verschillende feiten zijn er, die' onzen argwaan versterken. De socialistische partij heeft in het zuiden van Erankrijk de wapenen aangegord en gedurende vele dagen achtereen zijn Lyon en Marseille genoodzaakt geweest aan de bevelen van de hoofden dezer partij te gehoorzamen. Is het waarschijnlijk dat het socialisme te Parijs rustig het hoofd zal hebben gebogen voor mannen als Jules Eavreterwijl zijne kinderen zich opmaakten om hun ideaal te verwerkelijken? Niet waarschijnlijk en niet waar! Toen de inneming van Straatsburg te Parijs bekend was geworden verscheen het socialistische blad „le Combat' van Felix Pyat voorzien van een rouwrand en richtte de redacteur de volgende woorden tot de regering: „Welk eene bekentenis! Maar konden we iets anders van uwe domheid verwachten Eere Straatsburg, maar wee, wee u! Gij zijt het republikeinsche keizerrijk. Sedan heeft uwe voorgaugers gedood. Straatsburg zal voor u noodlottig worden. Gaat, uwe afzetting is beslo ten!" Zietdaar de zoo hoog geroemde eensgezindheid. Van het hoogste belang ook voer deze kwestie is de geschiedenis van de verkiezingen voor de constituerende vergadering. Feitelijk is Erankrijk zonder regerincr. De Napoleontische dynastie is vervallen verklaardde republiek geproclameerd, maar mannen als Eavre, Cre- raieux en Gambetta zouden geheel moeten breken met hunne antecedeuten, wanneer zij wilden beweren datzij het gezag vertegenwoordigden. Het volk, dat ook volgens hunue meeuing in dezen beslissen moet, heeft geen uitspraak gedaan en 't gaat niet aan twee millioen Parijzenaars uitspraak te laten doen over bet lot van 40 millioen Eranschen. En boe onhoudbaar eene dergelijke positie was bleek al spoedig toeu v. Bismarck zwarigheid maakte om met deze regering te onderhandelen. Men schreef dus verkiezingen uit tegen 2 Oct. Spoedig werd de dag der verkiezingen verdaagd tot 16 daarna tot 23 Oct., terwijl het nu blijkt datin 't geheel geene verkiezingen zullen plaats hebben vóór de Pruissen uit het land gejaagd zijn. Maar in den boezem der regering ontbrandt over deze gewichtige zaak een heftige strijd. Glais-Bizoin eü Cremieux eisehen gebiedend de verkie zingen tegen 15 Oct.Gambetta en met hem de partij van Roohefort vordert even dringend uitstel De eens gezindheid ook tusschen de leden van het bestuur is zoo ver te zoeken dat de heer Cremieux genoodzaakt is geweest zich nu met de vierde minister-portefeuille te belasten omdat vier zijner ambtgenooten hun ontslag hebben ingediend. En wij betwijfelen zeer of de leden der voorloopige regering wel de eenigen ziju die 't maar niét eens kunnen worden. Be republiek zal ojis redden zoo luidde 't eerste woord dat na Sedan gesproken werd. De mogelijkheid bestaat maar de eerste vraag is deze of de republiek in Eraukrijk mogelijk is. De republikeinsche regeringsvorm eischt vau het volk eene mate van ontwikkeling, die het Eransche volk zeker niet bezit. Deze oorlog heeft bedroevende bewijzen geleverd van de schromeliike onkunde zelfs der Eransche officieren. Zelfs de meest elementaire kennis ontbrak huil. In de landelijke districten bereikl het cijfer van hendie noch lezennoch schrijven kunnen eene ontzettende hoogte. Wat in de provinciën de mindere man weet van staatkunde is een samenraapsel van lofredenen op het keizerrijk overal verspreid door meer dan 100 redacteuren uit Parijs afgezonden. Frankrijk eene republiek En nog maar weinige maan den. geleden verklaarde bijna het gansche volk dat bet keizerlijk gezind was. Ja, als bolle klanken, frases, in staat waren republikeinen te vormen Victor Hugo zou het wonder reeds lang gewrocht, maar zoolang een volk met donderende toejuichingen begroet strijders, die wat papier bekladden, zoolang de geestdrift moet wor den aangeblazen door onzin als de schrijver der mise- rables nu weer heeft gedebiteerd „de Pruissen hebben gedecreteerd dat Erankrijk Duitschland zal zijn dat de Nijl de Tiber en de Seine zijtakken zijn van de Spree, dat de wereld de stad die haar gedurende vier eeuwen verlichtteniet meer noodig heeftenz." En later „Grijpt Parijs dan aan. Blokkeert het. Bombardeert hetWij antwoorden met een glimlach. Maar terwijl gij bezig zijtzal de winter komen - sneeuw hagel regen, vorst, ijs. Parijs zal zich met vuur verdedigen. Parijs dat gewoon was de menschheid te vermaken zal haar nu verschrikken. De wereld zal verbaasd ziju over de wijze waarop Parijs sterft. Het Pantheon vraagt reeds waar het alle de helden zal bergendie om een plaats komen vragen. O Parijsde geschie denis zal u met sterren kroonenZoolang derge lijks dwaasheden iemand maken tot een republikein zoolang dergelijke onzin het gebrek aan waarachtige levenskracht moet verbergen zoolang zal men recht hebbeD te vragen of zulke blaaskakerij in Frankrijk republikanisme isof deze het Pruisische leger over de grenzen zal drijven. Nooit misschien is het beter aan het licht gekomen dan nu welk eene verrotting in den Eranschen staat heerscht. Terwijl de dagbladen opgevuld zijn met bom bastische proclamaties meent de Semaine een Katholiek blad te Lyon dat er maar één middel is om het volk te enthousiasmeren den oorlog te maken tot een gods dienstoorlog. „Richt gebeden tot de maagd Maria zoo roept het blad„opdat zij tusschen heide kome en aan de Eransche legers de noodige kracht verleene om de Pruissische ketters die nu de Christenheid be dreigen evenals 300 jaren geleden de Turkenuit Erank rijk te werpen." En dit feit staat niet op zich zelf. Ook in de Vendée werden de oude royalisten opgeroepen om te strijden tegen „de wilde horden van het Protes- tantsche Duitschlanddie uwe vrouwen zullen schenden, uwe kinderen den bals afsnijden uwe grijsaards dood schieten uwe kerken venooesten eu de beelden der.heilige maagd vernielen. Gij zult u herinneren dat de Vendée nooit heeft verloren de liefde voor den godsdienst der vaderen." En zoo iets wordt gezegd in het jaar onzes Heeren 1870 en geloofd in dat Frankrijk, dat aan de gansche aarde de verlichting schenken moet. Zeker als eenig volk door zijne totale demoralisatie, door zijn ge brek aau ontwikkeling, door zijne tweedracht eeue ernstige straf verdiend heeft dan is het de Eransche natie. Bij/onderheden. Uit "Versailles wordt van den II Okt. gemeld dat een corps troepen van de armee van den kroonprins onder generaal v. d. Tann den 10 een gedeelte van dc Loire armee bij Orleans op de vlucht heeft geslagen waarbij 1000 gevangenen gemaakt en 3 stukken geschut veroverd werden. Uit Tours meldt men van Eransche zijde dat een gedeelte van het 15 armeecorps, vijf regimenten, vier battaillons en eeue batterij achtponders van des morgens half elf tot des namiddags half drie tegen de Pruissen zou gestreden hebben. De Eransche troepen werden in een bosch teruggeworpen waaruit de vijand te vergeefs poogde hem te verdrijven. Als eeu bewijs dat de zoo hoog geroemde eenheid van het Eransche volk nog al nat te wenschen over laat kan dienen dat den 19 Oct. in eene vergadering van 1500 personen het besluit is geuomen de verklaring af te leggen dat de maatregelen door de regering ge nomen tot verdrijving van den vijand volstrekt onvol doende waren. De prefect van Toulouse bitste de bevolking van Montauban op tegen de kouingsgezinden, de Pruisische Eranschen. Bern. Volgens den Bund is er een opstand uitge broken in Algeriëdie zich hoe langer zoo meer uitbreidt. De Constitutionel beweert vernomen te hebben dat de Pruissen door generaal Dncrot totaal verslagen en in de richting van Versailles teruggeworpen waren. Doornik. Een lnchtballon is hier gearriveerd met 4 heeren, 126 kilo brieven en een zak met telegraphische dépêches. Florence. De Jezuïton uit Rome gaan naar Pruissen. "Bij de verkiezing voor een lid der Tweede Kamer der Staten-Generaal in het kiesdistrict Middelburg, zijn 1314 billetten ingeleverd waarvan 27 van onwaarde waren, zoodat het getal geldige stemmen 12S7 bedroeg. De volstrekte meerderheid was alzoo 644. Riervau werden uitgebracht op den heer mr. J. P. R. Tak 667 stemmen mr. J. P. J. A. graaf van Zuylen van Nyevelt 386 Jonkheer mr. J. G. H. van Tets van Goudriaan 137 E. Nagtglas 54 mr. J. W. Gefken 21 Joban Tak 11 Voorts verkregen 11 personen ieder 1 stem. Met genoegen vernielden wij dat eene goedkoope editie der door C. P. Tiele verzamelde Dichtwerken van De Grnestetin 24 afleveringenhet licht zal zien bij de uitgevers Gebroeders Kraay te Amsterdam. De eerste aflevering is verschenen en kost bij inteekening slechts 17% cent. Wij wenschen deze uitgaaf den besten uitslag toe en vertrouwen dat zij algemeen met groote sympathie zal worden ontvangen. Het adres dat uit Harlingen aan Z. M. dc konirg zal worden gezonden luidt „Aan den koning „geven de ondergeteekenden allen Nederlandsche ingezetenen, die den leeftijd van 19 jaar hebben be reikt met versehuldigden eerbied te kennen „dat de droevige gebeurtenissen der laatste wederom hunne overtuiging hebben bevestigddat de oorlog die vloek voor de volkenzooveel mogelijk moet wor den voorkomen. „dat het gevaar vau oorlog grooter isals de macht om dien te verklaren berust in de banden van een en li 18 :te •in J j l1*- e- rd

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1870 | | pagina 1