N°. 31
Zaterdag 16 April.
1810
VOEISDAG El ZATERDAG.
Binnenlandsche Tijdingen.
Ruitenlandsche Tijdingen.
ZIEBIKZEESCHE CODKANT
PRIJS DER ADVERTENTIËN.
Gewone 5 cent de regel. Geboorte-, Huwelijks- en Dood-
berigtenvan 18 regels a 0,50.
VERSCHIJNT:
A B O N N E M E N T S-P R IJ S.
Per drie maanden f 1,25 - Franco per post 1,50. Inzen
ding der Advertentiën daags te vorenvóór 10 ure 's morg
26 V»
3 2%
217
56%,
55%
17%
17%
9.00
6.50
5.75
5.20
3.50
5.00
9.00
11.00
11.50
13.00
7.00
Celsius.
12.
9.5
8.5
10.
X>e Oourantzal in plaats van Diug-s-
dag. Woensdag -worden verzonden-
De opinie van een liberaal man over liet
lager onderwijs in Nederland.
„Jongstleden Zaterdag had er in Londen ecuc meeting
plaats van liberale parlementsleden en een groot aantal-
onderwijzers. Men kwam bijeen om te beraadslagen
over de beste wijze waarop de kwestie van het gods
dienstonderwijs kon worden opgelost. Het algemeen ge
voelen was dat er geen beter middel bestond dan den
ouders de bevoegdheid toe te kennen hunne kinderen
aan het godsdienstonderwijs op de scholen te onttrek
ken zoodat aan die kinderen ander onderwijs zou worden
gegeven gedurende de uren dat er op de school in
den godsdienst onderwezen zou worden."
Merkwaardig is deze oplossing omdat zij door libe
ralen wordt voorgesteld.
Velen in Engelan d ij veren echter in den laatsten tijd voor het
neutrale staatsonderwijs, en het laat zich vooizien dat
.als de onderwijswet van den minister Forster voor de
de derde maal gelezen zal worden de strijd hevig zal
zijn. Dit ontwerp dat leerplichtigheid voorschrijft wil
hot ouderwijs dat van wege particulieren vereenigingen
'M of gemeenten gegeven wordt, ouversclullig of liet al of
■niet eene godsdienstige richting heeftniet tegen wei ken
maar van staatswege door subsidié ondersteunen en
f laat, als er van staatswege cene school wordt opgericht
aan de gemeente waar zij gevestigd wordt bovendien
r nog de keuze of liet onderwijs al of niet neutraal zal zijn. Al-
®.lccu is het verboden om de kinderen tegen den wil der
ouders te dwingen godsdienstonderwijs bij te wonen, en
ook eene bijzondere schooldie gesubsidieerd is is
aan die bepaling ouderworpen De hierboven medege-
deelde oplossing wordt dus door het ontwerp voorgesteld.
Kaar aanleiding hiervan lazen wij onlangs in een in
gezonden stuk aan de N. Midd. Courant
„De staat bekommert er zich minder om welk onder
wijs gegeven wordtdan wel dat er onderwijs gegeven
wordt. De staat heeft geene voorliefde voor een be
paalde soortmaar wil alle pogingen van welke richting
en in welke richting bevorderen. Hij rekent het dus
niet tot zijn plicht om het onderwijs dat de meerder
heid wil aau de minderheden op te dringen maar wil
de heerlijkste verscheidenheden bevestigen."
Nu i3 het van het hoogste belang om eens mede te
deelen de meening van een liberaal man in Nederland,
die aan den minister Forster over den toestand van
het lager onderwijs hier te lande op diens verzoek een
brief heeft geschrevenwaar uit blijkt dat „in de
binnenkamer althans" onder de liberalen hier te lande
over het onderwijs lang niet eenstemmig gedacht wordt
de denkwijze althans van den (volgens de mededeeling
van den minister) liberalen briefschrijver is zoodat
Groen van JPrinsterer er van gezegd heeftdat als die
mededeeling niet gedaan was „om de in het oog val
lende homogenëiteit met zijn eigen gevoelen" hij al
zeer ligt als correspondent te boek zoude staan.
Die brief is in de Maandag 14 Maart-gehouden
zitting van het Huis der Gemeenten door den minister
voorgelezen. De heer Dixou had toen voorgesteld dat,
de wet niet tot de tweede lezing zoude toegelaten worden
„op grond datnaar zijne meeningeene regeling
van dat onderwerp nimmer doeltreffend of duurzaam
zou kunnen zijn indien het aan de plaatselijke over
heid overgelaten wordt te beslissen of en welk gods
dienst-onderwijs op de van staatswege bekostigde scholen
zal gegeven worden. Ter verdediging van zijn voorstel
heeft hij aangevoerd dat zij die godsdienstloos on
derwijs begeerenvar. meening zijn dat indien de
Bijbel op de scholen gelezen werd zulks tot secten-
twist zou leiden en dat zij er op wezen dat de
Roomsch-Katholieken in Nederland en in de Yereenigde-
Staten agitatie stokenten einde den Bijbel van de
lagere scholen te doen uitsluiten. De minister Forster
heeft daaropbij de verdediging van zijn wetsontwerp
onder anderen gezegd „Het achtbare lid voor Bir
mingham heeftter ondersteuning- vau zijne stelling
den stand van zaken in Nederland ter spraak gebragt
doch ik houd het er voordat het achtbare lid daarvan
niet zeer goed op de hoogte is. Hoe het in Nederland
- ten opzichte van het lager-onderwijs geschapen staat
t ^an blijken uit het volgende schrijvenhetwelk mij
geworden is van de zijde van een Nederlanderdie
op mijn verzoekeen onderzoek te dezer zake heeft
ingesteld. Hij is met vele achtbare leden goed bekend,
zeer goed. op de hoogte der engelsche toestanden en
i erale beginselen toegedaan. „liet lijdt geen twijfel
(aldus schrijft hij) datindien hier te lande het
a gemeen e stemregt gold het tegenwoordige stelsel
van ouderwijs naauwelijks in stand zou kunnen blijven,
en de Bijbelde catechismus en in roomsch-katholieke
deelen des lands de priesters zouden weder in de
scholen verschijnen. De groote onbillijkheiddat uit
stekende gezindte scholen niet door de schatkist worden
ondersteundalleen omdat op dezelve de godsdienst
wordt onderwezen wordt meer en meer erkend door
velendie zeiven het sectarisch onderwijs afkeuren.
Nog onlangs heeft een der aanvoerders van de radicale
partij mij gezegd dat zich bij hem hoe langer hoe
meer do meening vestigdedat de gemeenten in de
keus van een stelsel van lager-onderwijs behooreu te
worden vrijgelatenen dat haar vergund behoort te
wordengodsdienst op de scholen te doen onderwijzen
overal waar zich eene meerderheid ten gunste van
zoodanig 'onderwijs verklaart, met bepalingen echter,
welke de minderheid beschermen. Gij zietdat dit
in allen deele overeenkomt met het stelsel 't welk
gij voor Engeland hebt voorgesteld, eene daad
waarmede ik u geluk wensch. Het lijdt geen twijfel
of het aantal scholen door Roomsch Katholieken en
evangelispkgezinden tegenover de staatsscholen opgerigt
neemt hand over band toe. Men gevoeltdat de staats
school waar geen godsdienst-onderwijs gegeven wordt
niet slechts eene gaping doet overblijvenmaar daar
enboven strekt om de kinderen jegens de godsdienst
volkomen onverschillig te makenof zelfs vijandig te
stemmendaar zij de urenbuiten de school met gees
telijken door gebragtals verloren tijd beschouwen die
geen nut aanbrengt voor het praktische leven." De
briefschrijver zegt, dat de plaatselijke twisten ook door
het thans geldende stelsel niet zijn weggenomen om
dat men er thans over twistwie den onderwijzer zal
aanstellenen hij voegt er bij „Ons stelsel heeft nog
een ander gevaarlijk gevolg. Bij iedere algemeene
verkieziug namelijk verdeelt de onderwijs-kwestie de
kiezers zij wekt al de godsdienstige hartstogten op en
wakkert die aan, en zij verhindertdat andere kwestien
behoorlijk worden ter harte genomen."Ik zeg niet,
dat deze meening afdoende is doch zij is de meeuing
van een ooggetuige en verdient de aandacht."
Deze brief voorkomende in de Haarlemsche Courant
van 21 Maart bevat voorzeker eene allermerkwaardigste
opinie. Zouden wij de door de Engelsche liberalen
voorgestelde oplojsiug op een of andere wijze te gemoet gaan?
Zie N. Rott. Courant van 13 April.
Zierikzee 14 April. Wij zijn in staat gesteld het
programma mede te deelen voor de 27ste algemeene
vergadering der ondervvijzers-vereeniging in het 2de
en 3de school-district der provincie Zeeland. De ver
gadering zal gehouden worden op Vrijdag den 24 Juni
1870 des morgens om 10 ure, iu het lokaal van den
societeitkouder van Rhee, te Tholen.
Tot bijwoning dezer vergadering worden uitgenoodigd
alle gewone en honoraire leden eu voorstanders van
het volksonderwijs in genoemde districten tot het Ned.
onderw. gen. behoorende de heer inspecteur van het
lager onderwijs benevens de heeren schoolopzieners in
Zeeland, de Iepen der plaatselijke schoolcommissie te
Tholenen verder aan allen aan wie dit programma
wordt toegezonden.
De werkzaamheden voor deze vergadering worden
bepaaldals volgt
1. Opening der vergadering door den voorzitterof
bij diens afwezigheiddoor deugenedie alsdan zijne
plaats vervangt.
2. Regeling van den uitgeschreven wedstrijd der
hulponderwijzers.
3. a. Rekening van den penningmeester
b. Beknopt verslag van den staat en de werk
zaamheden der onderwijzers-gezelschappen
c. Verslagen van den staat der beide oefenscholen,
der spaarbank en der boekerijen.
4. Wedstrijd in het voor de vuist spreken over een,
staande de vergaderingop te geven onderwerp.
5. Bepaling der plaats voor de volgende algemeene
vergadering.
6. Punten van bespreking
A De schoolklokin te leiden door den heer
vax Lakgeraad hoofdonderwijzer te St.
Maartensdijk.
B. Wat is de geschikste wijze, om op eene
voksschool do leerlingen opstellen te leeren
makenen hoe kunnen die best nagezien
worden
7. Bespreking van zaken het onderwijs of de onder
wijzers dezer vereeniging betreffende waaromtrent de
voorstellen minstens acht dagen voor dien der algemeene
vergadering aan den voorzitter moeten worden
medegedeeld.
8. Omvragen en sluiten,
Bovenstaande werkzaamheden zullen door liet uit
voeren van bepaalde zangstukkeu afgewisseld en met
een vriendschappelijkeu maaltijd besloten worden.
Berichten van deelneming aan de vergadering en
aan den maaltijd worden bij den eerst ondergeteekende
ingewacht vóór of op den 12 Juni 1870.
Het programma gedagteekend 26 Maart 1870 is
onderteekend door het bestuur der onderwijzers-vcr-
eeuigingP. J. Andre.e Voorzitter, Hk. Scnoo, Jz.,
Secretaris
Als vervolg op vroegerenu in de buitengewone
vergadering- der Provinciale Staten ingediende amende
menten op het ontwerp-reglement voor den polder van
Walcheren, heeft de heer de Jonge van Ellemeet eene
tweede reeks (subsidiaire) amendementen op dat ontwerp
iugediend waarvan de strekking is om voor het geval
dat zijn denkbeeld tot plaatsing van een gediplomeerd
deskundige in het vak van waterbouwkunde aan het
hoofd der directie geen ingang mogt vindenin het
bestuur naast den voorzitter, de 4 raden en 18 com
missarissen te doen plaats nemen een ingenieur en
dezen met de raden en den voorzitter te doen uitmaken
het collegie van dagelijksch bestuur.
Deze ingenieur zou evenwel niet even als de voor
zitter en raden op voordragt van commissarissen voor 5
jaren door den koning maar door de algemeene ver
gadering benoemd worden op eene voordragt van twee
personen welke voordragt door den voorzitter en de
raden in overleg met twee commissarissen de oudsten
in leeftijd zou worden opgemaakt. De ingenieur, lid
van het dagelijksch bestuurdoch slechts met een ad
viserende stem behoortom benoemd te kunnen wor
den over te leggen het bewijsdat hij dient of ge
diend heeft bij 's rijks waterstaat in die betrekking of
in eene hoogere diploma van civiel-ingenieurbedoeld
bij art. 61 der wet op het middelbaar onderwijs; ook
o >k zal bet bezit vau een welgevestigden naam
als practisch waterbouwkundigedoor de daarstelling
van openbare werken verkregen, een titel tot benoeming
zijndit laatste dewijl anders zeer uitstekende en ge
schikte mannen voor die betrekking bij Walcheren niet
in aanmerking zouden kunnen komen.
Aan zoodanig ingenieur wenscht de heer de Jonge
van Ellemeet alsdan toegekend te zien eene jaarlijksche
bezoldiging van f 3000 terwijl /"500 aan den voorzitter
als jaarwedde zoude worden uitgekeerdwelke den
voorsteller als voldoende voorkomtals wordende van
vele dagelijksche werkzaamheden ten behoeve van den
polder door de aanstelling van dergelijk ambtenaar
ontheven.
Aan den voorzitter wenscht hij bij art. 10S bij zijne
zorgdat de aan het dagelijksch bestuur opgelegde
pligten getrouw vervuld worden, en bij zijne verrigtingen
om een en ander te bereiden en te bevorderen, de ver-
pligting te zien opgelegd om bij onderwerpen van tech
nische* aard steeds in te nemen het advies van dien
ingenieur, terwijl ingeval van verschil bij de behandeling
van dergelijke zakende ingenieur aan de ééne zijde
en de overige leden van het dagelijksch bestuur aan de
andere zijde, de eerste bevoegd is door protest daarvan
te doen blijken in de eerstkomende of daartoe opgeroepen
algemeene vergadering. Kan deze niet tot eene eindbe
slissing geraken, dan wordt het gevoelen van den hoofd-
ngenieur of van den inspecteur over dit gewest ingeroepen.
Voorts wil de voorstelier het opmaken der begrooting
voor gewone en buitengewone werken boveual aan den
ingenieur opgedragen zien.
In de aan die amendementen toegevoegde memorie
verklaart de heer de Jonge van Ellemeet dezen midden
weg voor te stellen op grond van door anderen gemaakte
doch in zijn oog niet bestaande bezwaren van overwigt,
despotieke handeling, opdrijving van uitgaven, over
dreven weelde op de werken die men den belangheb
benden voorspiegelt als het gevolg der benoeming van
een gediplomeerd deskundige aan het hoofd des bestuurs
van den polder V alcheren.
„Een ingenieur," 7,00 luidt het in die memorie, „lid
van het dagelijksch bestuurmaar alleen met adviee-
rende stem draagt zijne projecten aan den voorzitter
en raden vooren deze, hunne goedkeuring wegdragende,
worden door den opper-commies uitgevoerd. Deze blijft
de eerste persoon voor al wat uitvoering betreft, het
projecteren komt den ingenieur bij voorkeur toe, terwijl
(dan) de voorzitter en raadin alle zaken dus ook
hier besHsüen."
Nog is door heeren Gedeputeerde Staten aan de
Prov. Staten eene nadere mededeeling gedaan omtrent
het ontwerp-reglement voor het waterschap der sluis aan
de Wielingen.
Deze mededeeling vindt haren oorsprong in door de
Ministers van Binnenlandsche Zaken en Financiën ten
aanzien van het ontwerp nader gemaakte bezwaren.
Hiervan en van het te dien aanzien bij Ged. Staten
bestaande gevoelen wordt in een schrijven van 1 April
aan de Staten mededeeling gedaan terwijl tevens iu
hetzelfde schrijven van de zienswijze van besturen cu
ingelanden'der velschillende bij het waterschap betrokken
polders aangaande het ontworpen reglementvoor zooveel
daarvan bij heeren Gedep State a berigt is geworden
aan de Staten kennis gegeven wordtmet het gevoelen
daarover van Gedep. Staten en dientengevolge vau
hunnentwege nader gedane voorstellen tot wijziging of
aanvulling van het ontwerp. (N. M. C.)
FRANKRIJK
Buffet zal zijn verzoek om ontslag intrekken
als de keizer enkel dan een beroep op het volk zal
mogen doen als de dynastieke kwestie aan de orde is,
en als er eene wijziging der constitutie in de beide
takken der wetgevende macht ter sprake wordt gebracht.
Met dit bericht van le Temps strookt weinig een ander
bericht van 12 April uit Parijs dat de aftreding vau
Dar 11 als minister van buitenlandsche zaken thans
ook zeker is. Dien ten gevolge zoude dan tevens
de politiek tegenover het concilie eene afwachtende
houding aannemen.
De ontrouwe kassier van het huis Rothschild x,c.
Parijs heeft volledige bekentenis afgelegd. Het grootste
gedeelte der op ongeoorloofde wijze verkregen gelden
is in beursspeculatiën verloren gegaan. Het bericht,
van ontdekking was verpletterend voor alle hooger eu
lager geplaatste ambtenaren die het grootst mogelijk»;
vertrouwen in Tassius gesteld haddenwaartoe de
achttienjarige waarneming van zijn post hij was
hoofdzakelijk belast met de in- en verkoop van baren
metaal wel aanleiding gaf.
In de nabijheid van Chatelilieau (Henegouwen)
heeft wederom een ongeluk in een der mijnen plaats
gehad. Een gedeelte der mijn stortte in en bedolf
zeven arbeiders onder het puin. Drie van hen werden
dood te voorschijn gehaald de andereu zijn zwaar ge
kwetst. Een der overledenen was vader van zeven
kinderen vaD een der gekwetsten viel betoog, bij zijn
ontwaken uit zijn bewusteloozen toestand het eerst op
zijn nevens hem liggenden dooden zoon.
In den omtrek van de Doode zee, op het grond
gebied der oude Moabieten, heeft men eene ontdekking
gedaan, die zeker van eenig belang zal blijken te zijn
voor de kennis der oude geschiedenis. Jt Is een stuk ba-
zaltsteen, waarop eene inscriptie voorkomt van meer dan
dertig regels, in Pheuiciscke letterleek e-ns, aanvangende
met de woorden„Ik, Mesa, zoon van Kamos".. Mesa,
de koning van Moab, wordt ook in den bijbel genoemd
In 2 Kon. 3 en 4 wordt melding gemaakt van den oorlog,
dien Joran en Josaphat voerden met Mesa, koning van
Moab. De Moabitische steen vermeldt ook den strijd
van Moab tegen den koning van Israël en noemt de ste
den en tempels op, die door Mesa werden gebouwd en
aau Kamos, den nationalen God der Moabieten, werden
ggwijd. De tijd, sedert wanneer bet, gedenkteeken dag-
teekent, kan bepaald worden naar de gelijktijdige ge
schiedenis van het Israëlitische volk. Hij klimt op tot
9 eeuwen vóór Christus, omstreeks 100 jaren na Salomos
regeering. Hij gaat ongeveer 2 eeuwen vooraf aan de
beroemde sarcophaag van Echmouazar, koning van Si-
don, die in het Louvre te Parijs wordt bewaard. Welk
voordeel de wetenschap uit deze ontdekking kan trek
ken is overigens nog niet te bepalen, want de steen is
gebroken en heeft onleesbare gedeelten. DeheerVogué,
die de ontdekking in de Fransche academie mededeelde,
heeft opgemerkt dat dit oude gedenkteeken van het
Hebreeuwsche alphabeth goeden dienst zal kunnen bewij
zen aan de studie der Semitische talen. Zeker heeft het
Oosten iu langen tijd niet eene zoo kostbare ontdekking-
opgeleverd.
GROOT- BRITTANNIËN
Dezer dagen heeft te Londen een.middeleeuwsche
strafoefening plaats gehad. William Terry had getracht
eene dame te worgen en werd daarvoor door de recht
DE VOS