W°. 1
Zaterdag 22 Januari.
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Binnenlandsche Tijdingen.
Buitenlandsclie Tijdingen.
Ingezonden Stukken.
ZIERIKZEESCHE COURANT
PRIJS DER ADVERTENTIËN.
Gewone 5 cent de regel. Geboorte-, Huwelijks- ea Dood-
berigtenvan 18 regels a 0,50.
VERSCHIJNT:
ABONNEMENTS-PRIJS.
Per dri6 maanden f 1,25 Franco per post 1,50. Intcn
ding der Advertentiën daags te voren, vóór 10 ure 'smorg
Wie zich vóór 1 Februari op deze Courant
abonneert zal baar gedurende deze maand
Januari gratis ontvangen.
Nederlandsclie G edaeliteiu.
Sedert IS Augustus vaii het.vorig jaar deelt onze
uitstekende landgenoot mr. Groen van Prinsterer
zijne gedachten mede omtrent alles wat tot de verkie
zingen van dat jaar voor de Tweede Kamer in reclit-
stieeksch of zijdelingsch verband staat.
Èn om zijne uitgebreide kennis èn om cle kwistig
heid waarmede hij onze litteratuur door zijne geschied
kundige werkendoor zijne werken over staatsrecht
zijne parlementaire adviezen zijne vlugschriften enz.
verrijkt heeftcd om de vastheid en onwrikbaarheid,
waarmede hij op eeue éénige wijze steeds zijne beg 11-
selcn beleden heeftook dan wanneer hij zoo als in
1866, bijna door zijn geheele partij verlaten was, liever
een schijnbaar tijdelijk voordeel voor zijne richtine af
wijzende, dan in eenige transactie toestemmende, zal hij
steeds ouder de grootste mannen, die Nederland in deze
eeuw bezit (zooniet, als de grootste) genoemd werden.
Zijne gedachten hebben ontegenzeggelijk veel waarde.
Wij rekenen het daarom onzen plicht een ieder en
in 't bijzonder hern, die verlangt nader met zijne be
ginselen bekend te worden, en zijn oordeel te vernemen
over de groote kwesties, die bet Nederlandsche volle
thans verdeeld houdenop deze vlugschriften waarvan
er bijna elke maand een verschijnt, te wijzen.
Natuurlijk wordeu het ouderwijs de scheiding van
Kerk en Staat de constitutionele kwesties eu de ver
houding, waarin Groen zich stelt en dientengevolge
de geheele anti-revolutionaire partij wêusckt gesteld te
zien tegenover de liberale en conservatieve partijen in
tiet breede besproken. Vooral wordt op handhaving
van zelfstandigheid aangedrongen en gewaarschuwd
tegen bet prijs geven van beginselentengevolge waarvan
de anti-revolutionaire partij in eenige audere zoude op
gaan. In isolement ligt meer krachtdan iu eeue
aaneensluiting op verkeerde grondslagen. Geen streven
door inconsequentie naar numerieke kracht.
Daar nu de anti-revolutionaire partij tweemaalééns
in 1856 en daarna in I860 in die fout is vervallen,
rekent Groen het noodzakelijk om voor alles daartegen
te waarschuwen dubbel noodzakelijk nu zijne partij in
1869 de verloren zelfstandigheid niet dan met moeite
herwonnen heeft.
Daarom geeft bij zijne Nederlandsche Gedachten uit,
want zelfstandigheid 'is alleen dan mogelijk, wanneer
men voortdurend op hetgeen men eiscbeu moetge
wezen wordt, en vooral wanneer bet verschil, dat er
tusschen de onderscheidene partijen tengevolge hunner
beginselen bestaatnimmer miskend wordt. „Verschil
van zienswijs niet te verbloemenis de eerste voor
waarde om elkander te leeren verstaan."
Nederlandsche Gedachten noemt hij deze
vlugschriften. „Thans even als in 1829 (zoo schrijft
hij in het eerste nummer) is deze titel reeds een program.
Thansgelijk toen levert alleen de Nederlandsche
eigenaardigheidin volkshistorie en volksgeloof gewor
teld voldoenden waarborg van welvaart en nationale
kracht."
Hij ontwikkelt hoe hij de vrijheden der natie, even
zeer als het gezach der Kroon wil handhaven. Hij stelt
die „boven persooulijke consideratiën eu boven politieke
kansberekening."
Dat is zijn standpunt„vau dat staudpuut reikt hij
doch zonder er zich van te laten aftrekken aan con
servatieven, zoowel als aan liberalen de hand."
Dikwijls is hij hard: vooral zijne vrienden kastijdt
hij duchtig, wanneer hij ziet,dat zij moedeloos zijn, en
handelen zonder vertrouwen op hunne beginselenja
die verzaken. Hij valt hen dan zelfs harder aan dan hij
zijne hevigste tegenstanders doetvau hen toch heeft hij
niets te verwachten in zijne vrienden moet hi j vertrouwen
kunnen stellen. Elke concessie die hem door anderen
gedaan wordt, „ook de allerminste, zal, wordt ze
verkregen, door hem met erkentelijkheid worden begroot;
mits niet als einde-, maar als begin" en nooit tegen
opoffering van zelfstandigheid,
Doch genoeg wij wenschten onze lezers op die be
langrijke reeks van geschriften slechts te wijzen.
Mogen de Nederlandsche Gedachten niet eenvoudig
gelezenmaar overdacht worden.
Wij vestigen de aandacht vau allen, die belang
hebben bij finantiën en hetgeen daartoe op finantiëel
eu politiek gebied behoort, op een te Amsterdam bij
H. de Hoogit Co. uitgekomen boekwerkje „Eene
handleiding voor geldbelegging in 1870 door W.v. O.B."j
Speciaal wat ons vaderland betreftop de bladzijden 6
tot en met 17. - Na eene zakelijke beschouwing van
onze finantiënin verband met de quaestiën van den
dag. Kolomenen Onderwijsbehandelt de schrijver
de Nederlandsche handelmaatschappijde maatschappij
tot exploitatie van staats spoorwegen de Ned. Indische
spoorwegmaatschappij en de Kon. Ned. stoomboot-maat
schappij, om vervolgens Rusland, Italië, PortugalSpanje
en Turkije te bespreken en daarna over de brug over
den Oceaan te wandelen naar de Vcreenigde Staten
van Noord-Amerika. Wij weuschen dit boekje in
veler handen. (Ingez.)
Staten-G eu.era.al.
EERSTE KAMER.
In de zitting vau Maandag 11. zijn de beraadslagingen
over de begrootiugs,wetten voor 1870 voortgezet. Bij
de behandeling van het hoofdstuk betredende iiet depar
tement van marine werd hoofdzakelijk gesproken over de
onderwerpen in het verslag vau de commissie van rap
porteurs voorkomende Opmerkingen werden gemaakt
over het laten bouwen van een oorlogschip op eeue
particuliere werf zonder openbare mededinging. De minis
ter liet de beantwoording der sprekers voorafgaan door
gunstige berichten omtrent den toestand op de Kust van
Guinea waarna de begrooting met algemeene stemmen
is aangenomen.
In de tweede plaats werd de begrootiug van oorlog
in behandeling genomen. Terwijl door eenigen werd
gewezen op het eindcijfer der uitgaven die over het
algemeen te hoog' en drukkend werden gemaakthoewel
men daarom de begrootiug niet wilde afstemmen daar
men van de toegezegde regeling van het verdedigingsstelsel
eu de inrichting van het leger bij de wet veel goeds
verwachttewaren anderen vau oordeel dat de ver-
dedigiug van het land niet afhankelijk moest worden,
gemaakt van eene finantiële quaestie. De minister
gaf als zijn gevoelen te kennen dat het eindcijfer in
overeenstemming is met de behoeften en dat, mochten
zijne denkbeelden tot verwezenlijking worden gebracht
het land in goeden staat van tegenweer zou zijn gesteld.
Hij verklaarde voorts de uitgaven voor zijn departement
niet als improductief te kunnen beschouwen. Met. '29 tegen
1 stem is dit hoofdstuken daarna dat betreffende de na-
tiouale schuld aangenomen.
In de zitting van Diugsdag zijn de beraadslagingen
over de begrooting van het departement van fiuantiën
reeds den vorigen dag begonnen voortgezet. Het beleid
van den minister de toestand der geldmiddelen het
muntstelsel en vele andere punten werden daar ter sprake
gebracht. Bij zijn antwoord schetste de minister den toe
stand der geldmiddelen als geruststellend, en verdedigde
zich tegen het verwijt, dat hij door zijn beheer geen vast
stelsel zou volgen hoewel bij den tijd tot het doen van
wetsvoorstellen nog niet gekomen achtte. Nu reeds kon
hij mededeelen dat hij niet voornemens is leeningen ter
bestrijding van improductieve uitgaven voor te stellen.
Met 25 tegen 1 stem is de begrootiug aangenomen. Na
dat de wetsoutwerpeu tot defiuitieve vaststelling der kolo
niale huishoudelijke begrootingen van Suriname eu Curasao
voor 1870 met algemeene stemmen waren aangenomen
kwam in de laatste plaats het hoofdstuk betreflende het
departement van koloniën in behandeling.
Sommige sprekers verklaarden geen vertrouwen iu den
minister te kunnen stellen, en verweten hem gemis aan eeu
met juistheid omschreven stelsel. Terwijl anderen ofschoon
van dezelfde meening, het öogenblik niet geschikt achtten
om over de keuze van regeriugsbegiuselen ten aanzien der
koloniën tot een besluit te komen, maar daartoe de behau-
deling der agrarische wetten, en die der regeliug vau de
suikercultuur wilden afwachten werden ueze gevoelens
bestredeii door lieu, die geloofden op deu thans gevolgden
weg te moeten doorgaan daar terugkeer tot het oude niet
wel mogelijk zou zijn en pogingen daartoe tot geenc be
vredigende uitkomsten zoude leiden. In de avoud/.itting
is daarna de begroeting-aangenomen waarna de Kamer
tot nadere bijeenroeping isgeychelden.
Kust rail Guinea.
(Vervolg en slot.)
Het rapport deelt uu verder mede waar men eene
versterkte positie zoude trachten daar te stellen.
„Het fort te Commendah zoo verhaalt verder de
luitenant ten Bosch, „was geheel ruïne en voor Eu
ropeanen totaal onbewoonbaar de beste plaats scheen
mij toe op het hoogc strand. "Wel waren wij aldaar
dicht bij een gedeelte van het boscli en ondoordringbaar
struikgewas eu alzoo aan bekruiping blootgesteld doch
dit nadeel aan de i;nd.:re punten die in aanmerking
kwamenevenzeer eigen zijnde zoo kwam mij deze
plaats om de nabijheid van de landingsplaats en hare
liooge ligging zeer verkieslijk voor.
Tot 3 uren werd niets meer van den vijand verno
men volgens de berichten waren zij teruggetrokken
naar hetvolgens zeggen meer binnenwaarts gelegen
Kwassie-krom. Tegen den avond schenen zij echter
daarvan wedergekeerd. To< n toch tegen 3 uren de met
ous bevriende koning van Equaffb die inmiddels even
als de vier kwartieren van Eimiua met hunne krommen
was opgerukt eu iu onze nabqheid gelegerd was mij
verlof had gevraagd uit het bom het hoofd van ecu
der gesneuvelde vijanden te halen en met een patrouille
van de voorwacht derwaarts was opgeruktwerd deze,
aan de Westzijde van het krom gekomen door eeu
menigte negers die iu de huizen waren verscholen, van
alle kanten aangevallen. Op het cersue vuurwaarbij
drie der onzen gekwetst werden, waarvan één zeer
ernstig trok koning Equaffb iu overhaasting met zijn
volgelingen en ook een gedeelte der overige macht naar
het strand terug. Het kleine overschietende hoopje
hield echter moedig stand en terwijl aan enkelen de
zorg der gekwetsten werd opgedragenposteerden de
bootsman Van Leeuwenchef der patrouillede kwar
tiermeester Bootsma de vuurstoker ?de klasse O verklift,
en de matroos 3de klasse Bishoff benevens de oude
Afrikaansehe soldaten llobbena, Piet er en Berghuis
zich in een der huizen en bestookten den vijand
zoodanigdat bij niet alleen zijn voornemen om de
gekwetsten meester te worden, moest opgeven, maar
tot afdeinzen gedwongen werd. Bij dat gevecht kreeg
de matroos 3de klasse Bishoff' nog een zeer ernstig schot
in den hals de muts van een der manschappen was
met vijf schoten doorboord.
Intusschen had ik op het booren van het geweervuur
het onder de wapens staande 1ste peloton Europeaneu
benevens een sectie Afrikanen met luitenant. Joost onder
bevel van den luitenant ter zee Quispel ter versterking
gezonden en den hoofdtroep tot dekking van de bagage
en de landingsplaats langs het strand opgesteld. Later
zond ik nog een sectie Afrikanen ter ondersteuning.
Volgens rapport van den luitenant ter zee Quispel had
dezena van de voorwacht van de inmiddels terugge
keerde geattaqueerde patrouille vernomen te hebben
dat de vijand zicli naar de uiterste Westzijde vau het
krom had teruggetrokkenzich derwaarts begeven.
Aan het aldaar gelegen boscli vau klapperboomeu
gekomenloste hij het Afrikaansehe gedeelte met een
sectie van het le peloton en tirailleur af. Een paar
honderd passen geavanceerd zijnde werd hij door het
vijandelijk vuur omvangen dat dadelijk door de gansche
linie beantwoord werd. Al voortrukkende stuitte men
op een rij van halfvernielde huizen die de voorwaartsehe
beweging belemmerde eu noodzaakte de flanken uit te
strekken. Naauwelijks de huizen ingedrongen werd
men door een lievig geweervuur van den vijand ont
vangen die zich in een tweede linie huizen had ge
nesteld de marinier 3e klasse C. Brandenburg viel
door drie schoten zwaar gewond en moest worden weg
gevoerd de matroos 3e klasse M. A. Rouge kreeg
een schot in de hand waarmede hij echter de beweging
van den troep bleef volgende rij huizen werd ver-
meesterd en do vijand in het boscli gejaagd waarin
hij zich nu zocht staande te houden toen hij echter
bemerkte dat men trachtte hem te omsingelen koos
hij niet overhaasting de vlucht iu het voor ons ondoor-
d iugbare struikgewas, ziju gekwetsteu of'dóoden mede
slepende. Volgens rapport vau deu luit. ter zee Quispel
rukten de Afrikaueu iu den beginne vrij goed vooruit,
djeh toen de vijandelijke kogels als een regeu door de
boomeu vlogen en het, geheele peloton Europeaueu in
h i," vuur werd gebrachtontstond er bij de eersten
eenige weifeliugen rukten zij al spoedig niet meer
vooruit, hun officier, den luitenant Joost, en den on
der-officier van Kaalte vooraan latende staan, zonder
zich aan hun bevel om voorwaarts te gaan, te storen.
Het geheele Europeescbe personeel hield zich daaren
tegen uitnemend zelfs bij de eerste geheel onverwachte
attaque was geen oogenblik aarzeling bij 't voortrukken
ie bespeuren. Den vijand nu overal verjaagd hebbende,
liet ik de zeer vermoeide manschap het bivouac aan
het strand bij de landingsplaats betrekken en voortgaan
met het opwerken eener verschanste stelling op die
plaats. De volgende dag werd gebruikt om de stelling
eerst in goeden staat van tegenweer te brengeu. Pr
geruchten dat de Fantijnen en Commendeezen met de
helft van hun leger zonden ter hulp komen maakten
dit tot een punt van voorname zorg. Met. de meeste
voortvarendheid werd voorts dien dag alles ontscheept,
wat voor het bivouacquecren vau den troep bestemd war-.
Een der twee houten huizen door de Koopman van
Eimiua medegenomen was reeds dienzelfden avond
gereed om te betrekken en bezorgde ous een goede
schuilplaats tegen de hevige regenbuien die ons 's nacht-N
overvielen.
Voor alles was gezorgd aanfiets was gebrek; alleen
de voeding van het Afrikaansehe gedeelte van den troep
bezorgde mij in deu aanvang veel moeite en lastdoch
ook dit werd spoedig naar wensen geregeld."
Het rapport bevat verder eene uitvoerige beschrijving
van de wijze, waarop men verder is te werk gegaan
om eene zoodanige stelling in te nemen dat men niet
meer beducht behoeft te wezen plotseling overvallen to
worden.
Hoewel onze troepen in wapening moed en geoefend
heid die Afrikaansehe stammeu verre vooruit zijn zoo
dat zij eeue tienmaal grootere macht met vertrouwen
het, hoofd kunnen bieden zal deze onderneming toch
steeds met eer vermeld kunnen worden. Men had kier
de moeijclijklieden van het terrein te overwinnen eu
wat gewoonlijk met zulke stammen het geval is de-
vreesachtigheid vau den vijand men moest, hen bekruipen,
eu hen als het ware dwingen om te vechten. Was
men zonder omwegen op de versterkte stelling van deze
negers aangevallen dan hadden zij zich eenvoudig in
het boscli teruggetrokken zonder dat het mogelijk ge
weest zoude zijn hen eeu „pak" te geven Daarop
moest alles aangelegd wordendat zij dit niet zouden
ontloopenopdat zij zich niet spoedig meer zouden
vermet,eu de blanken aan te vallen of te verontrusten.
Wij gelooven dat cle onderneming als zij daarop
aangelegd is goed gelukt is en dat er onder -dia
stammen wel schrik en vrees gejaagd zal zijn.
F R A N K R IJ K.
Parijs, 19 Januari. Hedenmorgen ten 7
ure is Traupmann op bet plein de ia Roquettu
ter dood gebracht.
Den laatsten nacbt heeft hij nög aan zijne
familie geschreven door het geschreeuw voor
de gevangenis was hij toch gewaar geworden»
dat zijn einde nabij was. Te 6% kwam men
hem aanzeggen dat hij zich moest voorberei
den. Hij bleef kalmen heeft met vasten tred
het schavot beklommenen bedaard zijne straf
ondergaan.
Raspail is ernstig ongesteld men vreest
voor zijn einde.
Do „Echo du Vaticaan" deelt het bericht
mede dat men een v a 1 s c h e n bisschop
heeft gearresteerddie in het bezit bleek te
zijn vau vaUche geloofsbrieven. De brave man
had reeds vele zittingen van het 'cóucilie bij
gewoond.
Middelburg, 18 Jamiarij 1870.
Toen ik onder het schrijven van hier in Uw no. 6
de mededeeling las dat iederdie aan uwe courant
bijdragen of andere stukken ter plaatsing zendt, daarin
zijne meening, en niet die der redactie uitdrukt, von4