J
W<>. 80
Zaterdag 7 November.
Inspectie op de Vloedplanken.
1868
WOENSDAG EU ZATERDAG.
O
V
Besturen en Administratiën
Binnenlandsehe Tijdingen
PRIJS DER ADVERTENTIËN.
Gewone 10 cent de regel. Geboorte-, Huwelijks- en Dood-
berigten van 16 regels a f 1bebalvc het zegelregt.
V E R S C II IJ N T
A B O N N E M E N T S-P R IJ S.
Per drie maanden f 2,00 Franco per post f 2,2ü. Inzen
ding der Advertentiën daags te voren, vóór 10 ure 'smorg.
Burgemeester en Wethouders van Zierikzeebren
gen ter kennis van de ingezetenen dat op Woensdag
dm 11 dezer maanddss middags eene Inspectie op
de "Vloedplankcn in deze gemeente zal worden gehou
den wordende mitsdien een ieder uitgenoodigdzijne
Vloedplanken ten dage der Inspectie behoorlijk gesteld
gereed te honden teu einde zich te vrijwaren voor de
boeteden nalatigen bij de plaatselijke verordening
opgelegd.
Zierikzeeden 3 November 1868.
De Burgemeester
C. J. FOKKER Weth. 1. B.
De Secretaris
J. P. N. ERMERINS.
OPHEFFING VAN HET TIENDREGT
door
J. B. SNELLEN.
III.
(Vervolg en slot van ons vorig nommer.)
Als derde bezwaar voert men aan het nadeeldat
de Staat door deze bemoeijing zou lijden.
Integendeelzegt de S. de Staat zou er eenig
voordeel bij moeten genieten. Hij zou den landbou
wer iets meer moeten doen terug betalen dan de af
koop aan den Staat heeft gekost. Ook zelfs in dat
geval verbetert zijn toestand.
De Staat zal de gelden tot den afkoop benooaigd
kunnen opnemen tegen 4% en tot waarborg dier lee
ning kunnen doen strekken het onteigende tien dregt,
dat dan Staatseigendom is geworden. De geldschieter
zal met gerustheid zijn geld geven daar de vermeer -
derde productie bij afschaffing van de tiend de ver
grooting van het nationaal vermogen waarborgt.
Om nu op deze wijze met zekerheid tot de algeheel e
vernietiging der tienden te geraken, meent S. dat
o. a. bij de wet moet bepaald worden
de afschaffing van alle tienden op zeker vast te
stellen tijdstip
schadeloosstelling der tiendeigenaars door nitkee-v
ring van een bedrag gelijk 'staande met het twintig-
voud van de gemiddelde opbrengst der laatste 25
jaren na aftrek der twee voordeeligste en der twee
uadeeligste.
S. neemt de penning twintig als den gewonen ren
tevoet en acht de penning 25 eene onregtvaardigheid
jegens den tiendpligtigc en eene onbillijke bevoordee
ling van den heffer. Ook uit dit oogpunt prijst hij
eene berekening over de laatste 25 en niet over de
laatste 15 jaren aan gelijk gewoonlijk geschiedt,
(bi. 29.)
Omslag van de som die elk pligtige betalen moet
over de verschillende kadastrale perceelen van het
tiendpligtige land welke som zou bedragen 5
rente van hetgeen de Staat heeft moeten uitkeeren
terwijlzoo de betaling daarvan 50 achtereenvolgende
jaren heeft plaats gehadde schuldpligtigheid geheel
ophoudt.
S. wil ook bepalingen zien daargesteld voor hem
die de op zijne perceelen rust ende pLigtigheid terstond
wil afkoopen terwijl hij eene commissie door den
koning in iedere provincie te benoemen wil ingesteld
zien welke na taxatie door deskundigen de som zal*
vast stellen die jaarlijks door den tiendpligtige moet
worden betaald en die welke de Staat verpligt is
aan den tiendheffer uit te keeren. Aan deze commis
sie moet ook worden opgedragen de uitspraak m alle
geschillen naar aanleiding der tiend we t^ontstaande.
De Staat zou moeten afkoopen de n o v a 1 e tiend
die privaat eigendom is enlafstand doen vaujdeze
zonder schadeloostelliug van den pligtige te eischen
Waar ze Staatseigendom is.
Alle ticudregt zou op straffe van nietig-verklariug
binnen een jaar na hare benoeming aan de tiend-com
missie moeten aangegeven alle vestiging of voorbehoud
van tienden voortaan verboden moeten wordenEr
zou door den koning tevens uitstel moeten kunnen ver
leend worden van de betaling der afkoopsom bij over
stroomingen af algemeene rampen.
Eindelijk zouden alle stukken welke te dien einde
opgemaakt zouden moeten worden vrij moeten zijn
van zegel- en registratie-regten. (bl. 2625.
Do verdere beschouwingen van S. bevatten in een
lOtal bladzijden de toelichting dezer verschillende be
palingen. Het denkbeeld in deze brochure ontwikkeld,
heeft o. i. veel dat behartiging verdient. Wil men
de opheffing der tiend in 't belang van den landbouw
de Staat trede dan met, zijn krachtig initiatief op ten
einde aller belangenzoo van tiendheffer als van
t:endpligtige in waarheid te behartigen.
Het provinciaal gcregtsliof in Zeeland
heeft jl. Maandag het volgend arrest in hooger
beroep uitgesproken.
Johannes Hoskam oud 48 jaren, commies
3e klasse bij 's rijks belastingen te Zierikzee
beklaagd dat hij in den vroegen morgen van
den 28 February jl. omstreeks 3Vi a 4 uren,
toen hij als rijks-commies de wacht had bij de
op de Oude en Nieuwe Haven te Zierikzee in
schuiten aangevoerde rogge, afkomstig van
het gestrande ssliip „Redgauntlet"ten einde
voor de belangen der schatkist te wakenin de
herberg van Leendert Graveleyn aldaar twee
rijksdaalders heeft ontvangen van Hubrecht
Beneker, arbeider te Zierikzee, om in strijd
met zijn pligt zich van de noodige waakzaam
heid te onthouden op de met rogge geladen
schuiten, liggende in de Oude Haven aldaar,
en wel voornamelijk op die liggende voor de
woning van Graveleyn voornoemd, tengevolge
waarvan in dien morgen eene hoeveelheid dei-
in die schuit geladen rogge, ten nadeele van
's rijks schatkist, in de woning van voormelden
Graveleyn is binnengebragt is bij vonnis
der arrondissements-regtbank te Zierikzee (ld.
9 April jl. vrijgesproken, als zijnde het aan
den beklaagde ten laste gelegde feit niet be
wezen de kosten te dragen door den staat.
Op het door den officier van justitie inge
steld hooger beroep, heeft het hof genoemd vonnis
bevestigdde kosten der procedureook in
hooger beroep gevallente dragen door den
staat.
Blijkens het voorloopig verslag van rap
porteurs over hoofdst. IV A (justitie) derstaats-
begrooting sprak een groot aantal leden den
wensch uitdat de doodstraf spoedig uit de
rei der hier te lande tegen misdaad bedreigde
straffen mogt verdwijnen. Enkelen verklaarden
zich voor het behoud van deze straf, maar
wenschtcn eene oplossing der zaakomdat zij
het tegenwoordig gebruik van het regt van
gratie ten aanzien van ter dood veroordeelden
niet konden goedkeuren. Onder de tegen
standers der doodstraf heorschto een vrij aan
merkelijk verschil van gevoelen omtrent de
wijzewaarop de afschaffing behoorde te ge
schieden. Terwijl sommigen daartoe reeds
aanstonds eene afzonderlijke wet in het leven
wenschten te roepenook omdat de feitelijke
afschaffing, die sedert verscheidene jaren plaats
vondnadeelig 'op de strafregtspleging werkte
achtten anderen den thans bestaanden toestand
eene zeer nuttige voorbereiding voor de wette
lijke afschaffing dezer strafwelke, naar hunne
meeningin elk geval tot de vaststelling van
het Nedcrlandschc strafwetboek moest worden
uitgesteld., omdat daarbij in een geheel straffen-
stelsel tevens zou worden geregeld wat in de
plaats der doodstraf behoorde te treden.
- Onder Koppel verloor onlangs een boer
twee paardenvier koeijen en tien varkens aan
eene vreemdsoortige ziektewaarvan de vee
artsen niets begrepen. Daarop nam de boer
zijn toevlugt tot een kunstenaar te Lanteren,
dienaar hij meendezijn vee zou onttooveren.
Tot heden heeft de duivelsbanner niet aan de
verwachting beantwoord, want ander vee op
dien stal is en blijft ziek. Het vooroordeel
wordt bij de landlieden niet gemakkelijk ver
dreven.
Het.Nieuw Bataviaseh Handelsblad deelt
de volgende bijdrage mode tot de kennis van
den aapVele apen hebben de gewoonteom
als zij honing vinden in een hollen boom, dit
in spijt der bijen er uit te halen. Lemboe
Goemarangwas eens getuige van het volgende
voorval. Vier apen schijnen met elkander over
een te zijn gekomenom een boom leeg te
halenwaarin zich bijen hadden genesteld.
Om echter niet in de oogen te worden gesto
ken ging een van hen met gesloten kijkers de
honing grijpen en overhandigde die vervolgens
aan zijne achter hom staande makkers die
hunne oogen open hadden. Niet lang daarna
kwam L. G. daar toevallig langsnaderde heel
behoedzaammaar kon niet belettendat de
ziende apen hem bemerkten en hethazenpad kozen.
Alleen do aap, die zijne oogen gesloten had,
bemerkte zijne komst nieten ging steeds voort
de honing aan te reikendie L. G. nuin
plaats van zijne makkers van hem aannam.
Zulks duurde zoolang tot dat de voorraad op
waswaarna de aap zijne oogen opende en
bemerkte dat hij een verkeerde voor had. Met
een luid TjoeetTjoeetpoetste hij daarna als
de drommel de plaat.
Men verneemt omtrent een te Biitavia te
hnis behoorend schipde Sophia Louisage-
zagv. de Bruyn Princewaarvan men sints
geruimen tijd geen narigt had ontvangende
volgende ijzingwekkende bijzonderheden
ïfn de daders
Qs door?(e wel-
(Soér. Ct.)
geschreven
Bedoeld vaartuig dreef ^handel te Koetey en
zou by wijze van voorschot aanzienlijke uitga
ven gedaan hebben ter bekoming van gutta
percha en andere producten. Na de ontvangst
eener belangrijke somwier inning veel moeite
en geduld gekost bad, zou het schip op het
onverwachts in het Noordelijk gedeelte van
Srtaat Macassar overvallen zijn geworden door
liedendie bepaald vistendat aan boord
klinkende specie aanwezig was. De gezag
voerder werd weldra het slagtoffer hunner
hebzucht terwijl zijne vrouwop het moordge
schreeuw toegeschotenmet haar kind overboord
geworpen werd. Na het sneuvelen van eenige
goedgezinde matrozen zocht de overige beman
ning haar heil in mast en touwwerk. De
onverlaten dwongen hen echter met de tromp
van het geladen geweer, om naar beneden te
komen en het schip naar den wal te bougsee-
ren. Aldaar zou men van de zijde der strand
bewoners tegenwerking hebben ondervonden
uit vrees voor het Nederlandsch gouvernement,
zoodat men het schip ljee|fc laten zin
ken. Naar men verzekert J2
van dien gruwelijken moord rel
gezinde bevolking uitgeleverd.
Aan een particulieren briefgcauureven aan
boord van een der oorlogschepen voor Bali dd. 21
September 11. is het volgende ontleend
„Den 3deu dezer vertrokken wij van Batavia naar
Soerabaya namen aldaar kolen watjr en voor 6
maanden victualie in. Het eska Ier werd geformeerd
uit de Bromo kominandantschip de Amsterdam de
Cycloop en dj Coehoorn9 kruisbopten en het parti
culier schip Maria. 1200 man infanterie met eenige
artillerie waren ingescheept. Tc Bali Boeleleng
werden den 15 de troepen benevens het marine-bat.,
aan land gezet- om den vijand op te zoekendoch
deze was opgetrokken naar Teboengkos. Den 18
werden de troepen weer ingescheept Het marine-bat.
bleef echter daar met de Cycloop. De overige schepen
gingen naar Teboengkos waar de troepen weer wer
den geland de scheepsbatterijen geladen en gerigt.
„Den avond vóór bet embaikeren stak de vijand, zoover
wij zien konden alles in rand en vermoordde de ons
bevriende bewoners, die hem in handen vielen. Zoo
dra de troepen aan land kwamen moesten allereerst
hutten worden opgeslagen. Terwijl men daarmee bezig
was, kwam eene 300 man sterke verkeimingshoop op
dagen die echter geheel werd gevangen genomen de
leider werd aan boord van de Amsterdam gebragt.
de kolonne-kommaudautmajoor Heemskerk stelde
den 8 ojroerigen prinsen, een ultimatum, zich binnen
24 uren over te geven. Het antwoord was .- die ons
wil hebben moet ons komen halen. Zij kwamen
niet. Zondag 20 September des morgens ten 11 ure
rukte de kolonae op. Ten 1 ure werd zij door den
vijand aangevallen in het open veld. Ten 3 ure was
het gevecht beslist. De vijand ruimde het veld met
een verlies van 500 gesneuvelden.
Wij maakten geen enkelen gevangen. Ons verlies
bestond uit 15 dooden (den 2den luitenant Stegman
2 sergeanten, 11 Europesche en 1 inlaudsoh ipüilair)
en 3 gekwetsten. De onzen keerden naar bet bivouac
terug om rust te nemen. De gesneuvelden zijn heden
morgen plegtig begraven. De vijand heeft enkri tot
wapen zijne vergiftigde lansen. Weiuig kogels* zijn er
verschoten. De bajonet heeft liet meest gewerkt. De
Amsterdam vernielt op het oogenblik eenige dorpen.
De Cycloop komt van avond hier met haar maiiue-
bataillon. Dan zal er morgen gezamei lijk worden
geageerd. De marine heeft te Soerabaya de geweren
voor achterladers verwisseld die zullen dan morgen
hunne deugdelijkheid kunnen doen blijken.
„Wij verwaelitfn nog, zegt men 6000 Madurasche
hulptroepen. Gisteren telden wij nog geen 4000 man
en de vijand weid op 30,000 geschat. Het kan nog
wel een poosje duren eer de expeditie is afgeloopcn.
Het land is bergachtig en biedt den vijand overal
schuilplaats en wij zullen wel niet mogen beengaau
vóór dat wij de 8 opperhoofden hebben. Onze in-
landsche soldaten stonden gisteren op het slagveld te
huilendat zij er niet op mogten inloopeu zij be
grepen niet dat zij zoo doende den dood in den m
zouden loopen. Over een paar Europeanen