16
Zaterdag 22 February.
1868
WOENSDAGEN ZATERDAG.
Besturen en Administration
Binnenlaridsche Tijdingen.
Buitenlandsche Tijdingen,
ZIERIEZEESGHE COURANT
PRIJS DER ADVERTENTIES.
Gewone 10 cent de regel. Geboorte- Huwelijks- en I
Doodberigten van 1 6 regels if 1 behalve het zegelregt
VERSCHIJNT:
AB O N N E SJ E N TSPRIjS.
Per drie maanden f 2,00—Franco per post f 2,25. lnzen„
[ding der Advertentiën daags te voren, voor 10 ure'sinorg.
BERIGT AAN ZEEVARENDEN.
Ankerlboei -voor de haven van JZie-
rikzee.
De Burgemeester van TAerihzee brengt ter kennis
van belanghebben dat vóór den mond der haven van
Zierikzee in de Ooster-Schelde is geplaatst een
IJzeren AnkerTboeiin de volgende pei
lingen
het Westhavenhoofd Noordwest en de groote Toren
van ZierikzeeNoordoost(miswijzend kompas) naar
gissing '175 Ned. elien van het Oosthavenhoofd.
Zierikzeeden 19 Eebruarij 1868,
De burgemeester voornoemd
B. C. CAU.
Zierikzee 19 Eebruarij. Heden werd alhier ds
jaardag van Z. M. onzen geëerbiedigden koning feeste
lijk gevierd. Het carrillon werd bespeeldnit vele
woningen wapperde de vlag en des middags werd door
de dienstdoende schutterij eene inspectie gehouden
terwijl door den kommandant dier schutterij met een
toepasselijk woord aan de muzijkanten J. G. Bethe
GCz. en J. T. Bethe, het eereteeken voor 15jarige
dienst werd uitgereikt.
De Staats-Courant bevat het volgend koninklijk
besluit
Wij WILLEM Hlbij de gratie Gods Koning
der Nederlanden prins van Oranje-Nassau groot
hertog van Luxemburg enz. enz. enz.
Op de voordragt van den raad van ministers van
den 13 Eebruarij 1868
Overwegende dat bij Onze besluiten van den 22 De
cember 1867 no. 45 en den 3 Januarij 11. (Staatsblad
no. 3) de gewone vergadering der Staten-Generaal is
gesloten en de tweede kamer dier staten is ontbonden
dat bij Ons laatstgenoemd besluit het zamenkomen
der nieuw verkozen tweede kamer is bepaald op Dings-
dag den 25 Eebruarij 1868
Gelet op de artt. 95 en 99 der Grondwet
Hebben besloten en besluiten
de vergadering der Staten-Generaal bijeen te roepen
en hare opening te bepalen op Dingsdag den 25 Eebru
arij 1868 te één uur
Onze minister van binnenlandsche zaken is belast
met de uitvoering van dit besluitwaarvan afschriften
zullen worden gezonden aan de beide kamers der
Staten-Generaalaan den raad van stateaan de
departementen van algemeen bestuur aau de algemeene
rekenkamer en hetwelk in het Staatsblad zal worden
geplaatst.
's Gravenhageden 15 Eebruarij 1868.
WILLEM.
De minister van binnenlandsche zaken
heemskerk.
"Uitgegeven den zeventienden Eebruarij 1868.
De minister van justitie
wintgéns.
Bij beschikking van den minister van koloniën
zijn H. J. Hardeman leeraar aan de Bijks koogere
burger school te Roermonddr. C. cle Gavere
leeraar aan de landhuishoudkundige school te Groningen,
en K. L. van Schouwenburg leeraar aan de gemeente
hoogere burger school te Zaandam gesteld ter
beschikking van den gouverneur-generaal van Neder-
landsch Indie om te worden geplaatst bij het gym
nasium Willem III te Batavia de eerstgenoemde als.
leeraar in de wis- en natuurkundige wetenschappen
de tweede als leeraar in de scheikunde en natuurlijke
historie en de laatstgenoemde als leeraar in de
geschiedenis en aardrijkskunde.
Wij vernemendat het opueniingsvaartuig
hetwelk des zomers tot hydrographische opnemingen
aan onze zeegaten gebezigd wordtvoor eenigen tijd
dienst zal doen om platen in de Zeeuwsohe stroomen
aan te wijzen waar met vrucht oesters zouden zijn
aan to telen. Een en ander zal geschieden op voor
stel en ouder de leiding van mr. baron Groeninx van
Zoelendie dezen tak van industrie in Erankrijk
bestudeerd heeft. (N, llott. Cour.)
Men meldt uit Rotterdam dd. 11 Febr.
Omtrent de vreesselijke aanvaring in de
Noordzee van het stoomschip Seagull door
een ander stoomschip genaamd de Swan op
11. Donderdag vernemen wij het volgende
Het eerstgenoemde stoomschip was voor om
streeks 30,000 p. st geassureerd. Het was
355 ton register groot en behoorde tot de
reederij van de heeren Ringrose Co. te
Huil. Het was geladen met stukgoederen
welke aan verschillende kooplieden te Rotter
dam geconsigneerd waren. De opperstuurman
had de wacht aan dek, toen het ongeluk dat
des morgens om 4 uren met heldere maan
schijn, met een matigen noordwesten wind en
de lichten overal helder brandende, voorviel.
De stuurman ziende dat de stoomboot naderde
riep tot den kapitein die omlaag was „Om
Godswil kom aan dek daar is een stoomer
die regt op ons komt instoomen." Daarop
ging de kapitein naar boven doch alvorens
hij op dek kwam was de aanvaring reeds
gebeurd; de Swan raakte het aan bakboords*
zijde achter het groote tuig en liep tot in het
midden van de kajuit, welke onmiddellijk vol
water liep Een gedeelte der equipage van
de Seagull klom aan boord van de Swan
toen het langs zijde lag. Het andere gedeelte
waaronder de machinisten, timmerman en hof
meester waren, zetten de reddingsboot, welke
op het dek was buiten boord, en toen zij van
boord afstaken, is de Seagull gezonken en zij
waren gered. Er waren zes passagiers aan
boord, allen zijn gered behalve een geboren
Amsterdammer die stuurman was op een
Oost-Indie.-vaar Ier. Hij lag juist in de kooi te
slapen, toen het ongeluk gebeurde en is, naar
men onderstelt, in de kooi gedood geworden
doordien de steven van de Swan dwars door
de kooi is gegaan en men hem na dien tijd
niet heeft gezien of gehoord. (N. R. C.)
Men schrijft uit Rosmalen dd. 17 Feb.
Als een staaltje hoe het nog met het bij
geloof in deze streek is gesteld diene het
navolgende
Sedert eenige weken lijdt alhier de 15jarige
dochter van een landman aan eene zenuw
ziekte welke volgens verklaring van een
onzer artsen geenszins voor haar leven ge
vaarlijk is indien slechts voor behoorlijke
verpleging wordt zorg gedragen. In plaats
van le waken dat het meisje kalm en rustig
blijve is het door de omringende personen
die van oordeel zijn dat het behekst is in
een hevigen staat van opgewondenheid en
agitatie gebragtwelke blijft hij voortduren
gewis al hare krachten zal uitputten en haar
ten grave slepen.
Te vergeefs hebben verstandige lieden be
proefd het onzinnige dezer beweringen aante-
toonen en verklaard dat heksen en dergelijk
tuigwaarvan vele sprookjes nog in omloop
zijn slechts in de verbeelding onzer voorouders
bestonden enkel a's uitvloeisels van verre
gaande bekrompenheid te beschouwen zijn en
dengenen tot schande verstrekken, die thans
in deze dagen, het bestaan daarvan nog dur
ven beweren. Ongeloofelijk groot is de toeloop
van menschen, om het behekste meisje te zien.
Gisteren Zondag begaven zich behalve eene
menigte landlieden meer dan 200 Bosschenaren
(waaronder, naar men zegt, ook een raadsïidj
naar het beklagenswaardige meisje toe om
zich met eigen oogen te overtuigen van het
bestaan van heksen waaraan de ziekte wordt
geweten.
Uit Meerkerk meldt men dd. 17 Februarij.
De Duitsche werklieden, die alhier werkzaam
zijn om de stellingen voor den bovenbouw
der spoorwegbrug te Bommel gereed te maken,
houden sedert eenigen tijd gesloten bijeen
komsten en zijn voornemens om op Vasten
avond den 25 dezer een carnaval-feest te
houden dat naar men zegt zal bestaan in
een gecostumeerden optogt of processie.
Voor eenige dagen had in de nabijheid
van Cuevorden het volgende geval plaats
Een behoeftig doch overigens eergierig gezin,
had reeds eenige dagen lang het nijpendst
gebrek geledengrootendeels levende van
eenige bijeengegaarde boerenkool zonder
ander toebehooren in water gekookt. Was
het wonderdat de man eindelijk versuft
en als wezenloos op zekeren nacht een
boerenoven waarin h*y wist dat brood gezet
was, zocht open te krijgen, ten einde zijne
hongerende huisgenooten ten minste van eenig
gezond voedsel te voorzien De knecht van
den eigenaar des ovens hoort echter eenig
gerucht begeeft zich stil naar buiten en be
trapt den dief op heeterdaaddie dadelijk
schreijond zijn voornemen bekent en smeekt
hem nog niet ongelukkiger te maken. Voor
den eigenaar gebragf herkent deze in hem
een overigens [oppassend man wiens groote
armoede hem onbekend was en tot straf voor
zijne overtreding schenkt hij hem grootmoe
dig het geheele baksel brood. De arme snelt
naar zijne woning deelt van het warme brood
aan zijne huisgenooten rond en allen doen
zich aan dit zoo lang ontbeerde voedsel eens
regt te goed met het ongelukkig gevolg
dat de vrouw die waarschijnlijk het meest
geleden had en verzwakt was den volgenden
dag aan de gevolgen van het voedzame maal
bezweek. fN U. Ct.)
De bij V3n Gend Loos te Tilburg
vermiste zak met 7000 franken is jl. Zondag
weder teregt gebragt. Door de slechte slui
ting van de geldkist van den expeditie-wagen,
moet de zak op eenige ellen afstand van het
kantoor er uitgevallen en door twee meisjes
gevonden zijn die den buit dadelijk onder
het licht eener lantaarn verdeeld hebben, doch
door eene vrouwby wie zij inwoonden en
welke, door de uitgeloofde premie van f 100
voor de terugbrenging of aanwijzing der ver
miste som was uitgeloktverraden moeten zijn.
Er ontbraken ruim 100 franken aan het be
drag dientengevolge werden de meisjes in
hechtenis genomen, doch zijn weder ontslagen.
Omtrent den brand te Antwerpen wordt
nog het volgende gemeld; „Het schip de
Jonge Cornells, inhebbende 500 vaatjes petro
leum en 150 vaatjes, behalve 200 kannen
naphtageraakte omstreeks drie uren des
middags in brand. Het schip lag op de
Schelde aan den ingang van de gracht des
Brasseurs, bij de brug In 20 minuten eer
de stoomspuiten in werking kwamen had zich
de brandende petroleum reeds over de rivier
verspreid. In de nabijheid lag voor de siad
tusschen andere schepen een ligter die zelf
petroleum en naphta inhad. Deze geraakte
tot grooteri schrik der omstanders ook in brand.
Op dat oogen blik was echter het tij genoeg
gewassen om 't voor een stoomboot mogelijk
te maken den brandenden ligter te naderen.
Een Engelsch kapitein begaf zich aan boord
van het brandende schip, bevestigde een paar
haken aan de verschansing en de touwen, en
bleef op het vaartuig om ie zorgen dat de
iaken niet lossprongen, ieder oogenblik gereed,
zoo hij zijn post niet behouden kon zich
zwemmende te redden terwijl de stoomboot
het brandende vaartuig een eind de rivier
opsleepte en aan de overzijde tegen land zette,
waar het veilig bleef branden tot 's nachts 1
uur, toen het geheel was opgebrand. Intus-
schen had het wassend tij de brandende olie
in lange strepen drijvende op het water den
weg doen nemen naar de stad en in de gracht
des Brasseurswaar verscheidende schepen
lagen. De brug liep weinig gevaar meer
doch voor die schepen begon de toestand zeer
ernstig te worden. Eer het echter te Iaat en
de vloed te zc-er gerezen was hadden eenige'
personen van de brandweer zich te water
begeven en tot aan hunne schouders onder
water slaagden zij er in om rondom de
schepen een afsluiting te maken van balken
welke het drijvende vuur beletten cle schepen
te bereiken. Op die wijze werd ook een
schuit beschermd waarop zich een der gun
stigste peposteerde spuiten bevond. Om vijf
uren rezen de vlammen nog hoog op uit het
schip, doch het vuur kon zich niet meer aan
andere schepen mededeeten. Om zeven uren
zonk het schip en raakte de brandstof op.
Als een merkwaardig toeval verhaalt men
dat schipper Anemaet, aan wiens weduwe het
petroleumschip behoort, vier jaren geleden bij
het zinken van zijn schip vier kinderen ver
loren heeft terwijl de echtgenoot van de
eigenares van den petroleum-hgter verleden
jaar in de Schelde verdronken is. De
oorzaak van den brand is nog even als het
bedrag van de brandschade onbekend. De
petroleum was bestemd voor de lading van
het stoomschip Marie cle Brabant.
BUIISCHHSD.
Te Koningsbergen werd in den morgen van den
12 dezer het geheele gezin van den directeur der
brandwaarborgmaatschappij Scliönbeck op een kind
van eenige maanden na doqd jn bed gevonden. Blijk
baar bad er vergiftiging plaats gehad, Thans schrijft
men daaromtrent uit clio stad het volgende „Sciion-
beck was reec|s lang vervuld met liet plan oir. zich
zeiven van bet leven te berooven bij bad dit zelfs aan
een zijner bloedverwanten te Koningsbergen medege
deeld cn gezegd-dat wanneer zijn toestand niet ver»
underlie bij dan tot liet cyankalium zijn toevlngt zou
nemen. Deze bloedverwant is des Dingsdags avonds
'nog bij hem aan huis geweestook omdat dien dag
mevrouw Scliönbeck met bijzoudereu nadruk hem hare
moeder bad aanbevolen wat zijn argwaan opwekte.
De man vond evenwel in bet gezin njets bijzonders,
Scbönbeck en zijne vrouw waren bezig met brieven
schrijven evenzoo de twee oudste dochtertjes van 15
en 13 jaren maar niets verried het vreeselijkc plan
dat weldra tot uitvoering zou komen. Uit de brieven
die men gevonden beeft, blijkt, onwederlegbaardat
deze vier personen na daarover vooraf te hebben ge
sproken vrijwillig zich den dood gegeven hebben
daarentegen zijn de drie andere kinderen zonder dat
zij bet wisten door vergif om bet leven gebragt, Uit
den_ brief vau Scliönbeck blij ktdat het voornemen was
ook het jongste kind 5 maanden oud te. doen sterven,
Dat dit in het Jeven gebleven is moet worden toege*