40
Zaterdag 18 Mei.
WOENSDAGEN ZATERDAG.
Besturen en Administratiën
Publicatie.
AANBESTEDING.
Bekendmaking.
Bekendmaking.
ZIER1EZEESCHE
'4?^
d
PRIJS DER ADVERTENTIES
Gewone 10 cent de regel. Geboorte- Huwelijks- en
Uoodberigten van 1 6 regels if 1 behalve het zegelregt
VERSCHIJNT:
I ABONNEMENTSPRIJS.
Per drie maanden f2,00Franco per post f2,25. Inzen
ding der Advertentiën daags te voren, voor 10 ure'smorg.
inschrijving voor de Schutterij
Burgemeester en Wethouders der ge
meente YAerikzee
Gezien de wet op de Schutterijen van den l'.den April 1827,
«n specionl gelet hebbende op die artikelen derzelver wetdie
in betrekking staan tot de jaarlijksche inschrijving zoo tot de
bereids danrgestelde registers van vroegere jaren, als tot de
inschrijving die gedurende de laatste heltt dezer loopende
maand moet geschieden brengen bij deze ter kennis van de
belanghebbenden
Dat de registers ter inschrijving voor de Schutterij van de
geborenen in de jaren 1842 tot 1833 ingesloten, zullen wor
den geopend tot de inschrijving van alle mannelijke ingezetenen
welke tot het. laatstgemelde jaar behooren alsmede van hen
welke, in de vorige jaren geboren zijnde, sedert de laatst
vorige inschrijving zich alhier met er woon hebben nedergezet,
waaronder ook begrepeD zijn de militairen welke na dien tijd
gepasporteerd en de vreemdelingen welken sedert dezen tijd
van buiten het rijk zijn gekomen, en zich alhier hebben geves
tigd, voor zooverre deze laatste hun voornemen om zich in dit
Ejk neder te zetten hebben aan den dag gelegd hetzij door
eene uitdrukkelijke verklaring hetzij door de werkelijke over
brenging van den zetel van hun vermogen en de hoojdmidde-
len van hun bestaan naar herwaarts zonder dat de tijdelijke
uitoefening van eenig bedrijf of handwerk in eenige onderge
schikte betrekking, als zoodanig voornemen wordt aangemerkt.
Allen zullen worden ingeschreven in dat register, waartoe zij
volgens hunnen onderdom belmoren.
Dat van de inschrijving niemand der vorenstaande personen
is uitgezonderdmaar dat allen zonder onderscheid daarin
begrepen zijn, al ware het ook dat zij zouden mogen vermee-
nen, volgens de wet tot de vrijgestelden of uit gesloten en te
behooren en dien ten gevolge ook zij nietdie hun ontslag
uit de Schutterlijke dienst reeds hebben bekomen, zullen
derhalve al de bovengemelden als daartoe bij deze wordende
opgeroepen moeten verschijnen ten Randhuize dezer gemeente,
15 Mei e. k en volgende dagen, des voormiddags van 10—12
ure ten einde zich telaten inschrijven, ieder in dat register,
waartoe hij volgens zijnen ouderdom behoort. De registers
zullen op den tsten Junij 1867 finaal worden gesloten.
Dat de studenten, geëmployeerden in huizen van negotie
klerken van notarissen, advocaten enz., bedienden en werk-
bodeu moeten worden ingeschreven in de gemeenten alwaar
zij hunne studiën houden, werkzaamheden uitoefeneD ot dienst
baar zijn; de ambtenaren en geëmployeerde» bij het Geweste
lijk Bestuur en alle anderen, al wonen zij ook elders, in de
plaats alwaar zy hunne ambsbetrekking moeten uitoefeneD
die buiten 's lands studeren of werkzaam zijn in de gemeenten
hunner vorige woonplaats; de buitenlandscbe zeevarendein de
plaatsen waar zij hun wettig domicilie hebben en de aan
boord wonende schippers in degemeenteu alwaar zij het laatst
hunne vaste woonplaats hebben gehad of wel personeel of
mobilair of wegens hun vaartuig belasting betalende, daar,
waar zij voor deze. belasting zijn aangeslagen.
De vorenstaande opgeroepenen zullen vcrpligt zijn bij hunne
inschrijving opgave te doen van hunne nnmen, voor- en bij
namen van de plaats eD den tijd hunner geboorte, hnnDe
woonplaats met aanduiding van wijk en nommers, het beroep
hunner ouders en dat van hen zelf, of zij zijn gehuwd, onge
huwd of weduwenaars, van het getal hunner kinderen van
beider sekse, (welke laatste opgaven zullen moeten worden
geconstateerd met een schriftelijk bewijs afgegeven door den
Burgemeester of Ambtenaar van den Burgerlijken stand)
sedert wanneer zij ingezetenen der gemeente zijn en van waar
zij alhier zijn komen inwonen en eindelijk van de redenen
die zij zoude verraeenen dat, hen van de Sclmiierlijke dienst
zoude vrijstelten of daartoe onbevoegd maken naar aan
leiding van art, 3 en 4 der wet met opgave van het. artikel
eD\iv onderdeil van hetzelve, waarop zij zich berot-pen.
ordende voorts een iegelijk, builen deze gemeente geboren
aangemaand om zich tijdig van eene geboorte-acte te voor-
z!e" en. z'ch alzoo van zijnen ouderdom te verzekeren, ten
einde de inschrijving behoorlijk knnne geschieden, en om voor
te komen dat uiemand, door eene verkeerde opgaaf van zijnen
ouderdom vervalle *n de s'rat' bij de wet bepaald.
Terwijl Burgemeester eD Wethouders een ieder hierin betrok
ken willen hebben vermaand en gewaarschuwd om zich van
eszelfs verplmting in deze te kwijten vermits uit k^achte
van ai t y dt>r wet en van art. 6 van Zijn< r Majesteit besluit van
llaart 1828, al degenen die zich voor het sluiten der
registers, op Jnnij eerstkomende niet hebben laten inschrij
ven,alsnog ambtshalve zullen worden ingeschreven, en dat
dezelven dien ten gevolge, zullen worden verwezen tot een0
geldboete, en daarenboven zonder loting bij de Schutterij inge
lijfd indien het zal blijken dat er. tijdens de verzuimde
inschrijving, geene redenen tot vrijstelling of uitsluiting ten
hunnen aanzien bestonden.
En opdat niemand hieromtrent eenige onwetendheid zoude
kunnen voorwenden zal deze worden afgekondigd en aange
plakt, daar waar zulks te doen gebruikelijk is.
Te Zierikzee den G Mei 1867.
En is hiervan afkondiging geschied ter plaatse waar het
behoort den 6 Mei 1867.
Burgémeester en Wethouders voornoemd,
b. c. cau.
De Secretaris
J. P. N. ERMERINS.
Burgemeester en Wethouders van Zierik
zee znllen op Woensdag den 5 Junij aanslaande
des middags 12 tire op het Raadhuis, in het
openbaar aanbesteden
Het doen -van eenige yernieuwin-
g-exi aan de Gebouwen en andere
werken dezer Gemeentemet
het gewoon onderhoud daarvan»
De locale aanwijzing zal plaats hebben op
Woensdag den 29 dezer, des namiddags 5
ure, terwijl inmiddels inlichtingen te bekomen
zijn bij den Gemeente-Bouwmeester.
Bestekken zijn verkrijgbaar tegen betaling
van 15 Cent ter Gemeente-Secretarie,
Zierikzee den 30 Mei 1867.
De Burgemeester
B. C. CAU.
De Secretaris
J P. N. ERMERINS.
Inspectie Verlofgangers.
Burgemeester en Wethouders van YAe
rikzee.
Gezien het besluit van den Commissaris des
Konings in deze provincie dato 9 dezer maand
(Provinciaalblad no. 65)
brengen ter kennis der verlofgangers van
de Militie te land die zich in deze gemeente
bevinden en behooren tot de ligtingen van
1863, 1864, 1865 en 1866, voor zoover zij
vóór den 1 April jongstleden in het genot
van onbepaald verlof zijn gesteld dat het
onderzoek van gezegde verlofgangerste
houden door don Militie Commissaris alhier
zal plaats hebben op Y.aturdag den 8 Junij 1867
des voormiddags ten 10 ure vóór het Raadhuis en
roepen hen mitsdien op om op gezegden dag
en uur ter aangewezen plaats tegenwoordig
té zijn met herinnering aan de volgende be
palingen der wet op de Nationale Militie van
19 Augustus 1861 (Staatsblad no. 72)
1. de vcrlofgarger meldt zich binnen dertig
dagen na den dag waarop hem de ver
lofpas is uitgereikt bij den Burgemeester
zijner woonplaats aan ten einde deze zijn
verlofpas voor gezien teekene. (Art. 133)
2. d'j verlofganger die zich in eene andere
gemeente gaat vestigen geeft daarvan
kenis aan den Burgmeester zijner woon
plaats. Binnen dertig dagen na den d.-ig
waarop hij komt in de gemeente waarin hij
zich vestigt, meldt hij zich aan bij den
Burgemeester dier gemeente ten einde deze
zijn verlofpas voor gezien teekene. (Art. 134);
3. de verlofganger van de militie te land mag
zich zonder toestemming van den Minister
van Oorlog niet langer dan vier weken
buiten 's lands begeven (Art. 136);
4. de verlofganger die art. 133 134 en 136
niet naleeft werdt in werkelijke dienst ge
roepen en gedurende drie maanden gehouden.
(Art. 137.);
5. de verlofganger van de militie te land, die
bij openbare kennisgeving is opgeroepen
om door den Militie Commissaris te worden
onderzocht, verschijnt bij het onderzoek in
uniform gekleed, en voorzien van de klee
ding- en uitrustingstukken hem bij zijn
vertrek met verlof medegegeven van zijn
zakboekje en van zijn verlofpas. (Art 138,
139 en 140);
6. de verlofganger van de militie te land is
aan de militaire regtspleging en tucht onder
worpen, onder anderen gedurende den tijd,
dien het onderzoek voor den Militie-Com
missaris duurt, en, in hot algemeen wan
neer hij in uniform gek'eed is. (Art. 130);
7. behoudens het bepaalde bij art 130 kan een
arrest van tivee tot zes dagen, te ondergaan
in de naastbij gelegen provoost of het naastbij
zijnde buis van bewaring of arrest door
de Militie-Commissaris worden opgelegd aan
den verlofganger
1. die zonder geldige reden niet bij het
onderzoek verschijnt
2 die, daarbij verschenen zijnde, zonder
geldige redenen niet voorzien is van de
bij art 340 vermelde voorwerpen
3 wiens kleeding- en uitrustingstukken bij
het onderzoek niet in voldoenden staat
worden bevonden
4. die kleeding- of uitrustingstukken, aan
een ander toebehoorende als de zijne
vertoont ("Art. 141);
8 onverminderd de straf in het voorgaand
artikel vermeld, is de verlofganger vrpligt,
op den daartoe door den Militie-Commis
saris te bepalen tijd en plaats on op de
in art. 140 voorgeschreven wijze, voor hem
te verschijnen om te worden onderzocht.
(Art 143)
9. de verlofganger die zich bij herhaling schul
dig maakt aan het feit, sub 4 van art. 141
bedoeld of niet overeenkomstig art. 143
voor den Militie-Commissaris verschijnt, of,
aldaar verschenen zijnde, in het geval ver
keert sub 2 en 3 van art .141 vermeld,
wordt onder de wapenen geroepen en van
drie tot zes maanden gehouden. (Art. 144)
10.de verlofganger die niet voldoet aan eene
oproeping voor de werkelijke dienst, wordt
als deserteur behandeld. (Art 145)
11 elk, die voor de militie is ingeschreven
en ieder die daarbij is ingelijfd kan
overeenkomstig de daaromtrent beslaande voor
schriften tot eene vrijwillige verBindtenis
voor den tij4 van zes jaren of langer
worden toegelaten bij de zeemagt het
korps mariniers hieronder begrepen bij het
leger hier te lande of bij het krijgsvolk
in 's Rijks overzeesche bezittingen plaats
vervangers echter niet bij de zvmagt of
liet korps mariniers gedurende het eerste
jaar van hunnen diensttijd. (Art. 9 en 74)
12. aan de bij de militie te land ingelijfden
die verlangen na volbragte oefeuinijstijd
minstens voor zes maanden onder de
wapenen te blijven of te komen zonder
zich als vrijwilliger te verbindenwordt
zulks vergund (Art. 126)
En opdat niemand hiervan onwetendheid
voorwende zal deze worden afgekondigd aan-
geplakt en in de Courant geplaatst.
Zierikzee den 15 Mei 1867.
De Burgemeester
B. C. CAU.
De Secretaris
J. P N. ERMERINS.
Burgemeester en Wethouders van Zie
rikzee makf-n bekend dat door JACOBUS
BLANKER handelaar in Steenkolen in deze
gemeente vergunning is gevraagd tot het op-
rigten van eene bergplaats van Steenkolen in
het huis op de Nieuwe Haven Wijk D no.
208 en dat de informatien de commodo et
incommodo in deze zullen worden genomen
op Woensdag den 22 Mei aanstaande te 12
uur des middags op liet Raadhuis
Zullende allen die tegen dit verzoek be
zwaren mogten hebben in te brengen alsdan
in de gelegenheid zijn om in hun belang t©
worden gehoord.
Zierikzee den 15 Mei 1867.
Burgemeester en Wethouders
B. C. CAU
De Secretari*
J. P. N. ERMERINS
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
berigt.dat de compagnie universale du canal I
maritime de Suezzich blijkens schrijven van
baren voorzitter den heer Ferd de Lesskps
belast met het vervoer van goederen, van Port
Said (aan tie Middellandsche zeenaar Suez
(aan de Roode zee) waarvan het tarief en
de conditiën t^r inzage liggen in de gewone
vergaderzaal der Kamerin het telegraaf-
gebouw.
Zierikzee 15 Mei 1867.
De Kamer voornoemd
H. A. vxx LTSSELSTEIJN Voorzitter.
J. C PILAAR Secretaris.
(Niet officieel geueelte.)
Apenbare Sïaadavergaderinjf
gvlioucten te Zierikzee
den 15 Hei
Voorzitter rar. B. C. CAU Burgemeester.
Seeretaris mr. J. P. N. ERMERINS.
Afwezig de heeren jhr. de Jonge, uitlandig, van der Vliet
met kennisgeving en mr. de Crane die la ter binuentreedt.
De notulen der vorige Vergadering worden gelezen en goed
gekeurd.
Worden medegedeeld twee missives van Gedeputeerde Staten,
begeleidende de eene het goedgekeurd Raadsbesluit tot het doen
van af- en overschrijving op de begrootiug van 1866 en de
andere het goedgekeurde kohier der hondenbelasting over 1867,
welk een en ander vuor kennisgeving wordt aangenomen.
Idem eene missive van den heer C. Hofman en een dito van
den heer G. Kok Jz berigtende dat zij de benoeming van
leeraren aan de openbare school voor uitgebreid lager en
middelbaar onderwijs alhier aannemen; alsmede eene van mej.
S P. van Dishoeck kennisgevende dat zij de benoeming tot
onderwijzeres op de school voor nuttige handwerken voor
meisjes heeft aangenomen met dankbetuiging voor de toege
kende subsidie. Alles voor kennisgeving aangenomen.
De rekening van den straatweg van Zierikzee naar Brouwers
haven over (866 wordt gesteld in handen der heeren mr.
Fokker, Mulock Houwer en van der Grijp tot onderzoek.
Wordt gelezen een schrijven van de directie der soeieteit.
„Tot Nut en Genoegen", gerigt aan Burgemeester en Wet
houders waarbij zü kennis geeftdat zij zich voorstelt even
als ten vorigen jare hare leden een feest aan to bieden, en daartoe
verzoekt hetzelfde terrein als in het vorige jaar zijnde
publieke wandelingte mogen erlangen en oen crediet van f 100
uit.de gemeentekas tot dat doel te willen rorleeneu. De
Voorzitter stelt namens Burgemeester en Wethouders voor gun
stig op het verzoek te beschikken wat betreft het in gebruik
geven van het terrein doch geeft te kennen geen vrijheid
te vinden, om 100 daarvoor toe te staan, doch stelt
voor even als ten vorigen 'jare 5() te vcrleenen. Na
discussie wordt een voorstel van de heer van der Grijp om lcO
toe te staan met 6 stemmen tegen en 4 stemmen vóór ver
worpen. Het voorstel van Burgemeester en Weihouders wordt
alsnu aangenomen.
Ter visie vau de leden wordt gelegd het verslag der plaatse
lijke schoolcommissie en dat der kamer van koophaudel en
fabrieken over I860.
De Voorzitter deelt mede een concept overeenkomst met den
heer H. A. van IJaselsteijn alhier, als eigenaar van het
zoogenaamde Balkengatder voormalige houtzaagmolen „de
Zwaluw" en stelt voor dit goed te keuren. Betrekkelijk de
bepaling, om het onderhoud van de buis voor rekening vaD den
eigenaar te doen zijn en blijven stelt de heer mr. Moolenburgh
voor dat daarin ook de gemeente do helft drage hierover de