«r°. 26 Zaturdag 30 Maart 1861 WOENSDAGEN ZATERDAG. Besturen en Administratiën Bekendmaking. Bekendmaking. Binnenlandsohe Tijdingen. Buitenlandsche Tijdingen. IERIKZEESCHE COURANT H PRIJS DER ADVERTENTIEN. Gewone 10 cent de regel. Geboorte- Huwelijks- en Doodberigten van 1 6 regels if 1 behalve het zegelregt VEESCH1JNT: A B O N N E M E N T S P R Ij S. Per drie maanden f 2,00 —Franco per post 2,25Inzen ding der Advertentiën daags te voren, voor 10 ure'sinorg. Burgemeester en Wethouders van Zie- rikeee herinneten de ingezetenen datvol gens art. 228 der gemeente wet alle schuld vorderingen ten laste der gemeente vóór of uiterlijk op den 30 Junij e k behooren te zijn ingediend en verzoeken mitsdien de ingezetenen om dien uiterlijkeu termijn niet at te wachten maar hunne rekeningen en verdere bewijsstukken wegens schuldvorde ringen ten laste van de gemeenteover 1866, ter plaatse waar het behoort, ten spoedigste in te dienen. Zierikzee den 26 Maart 1867. De Burgemeester B. C. CAU. De Secretaris J. P. N. ERMER1NS. Burgemeester en Wethouders van Zie- riksee. In aanmerking nemende dat de hoedanig heid van het drinkwater een grooten invloed lueft op den gezondheidstoestand der inge zetenen dat bepaaldelijk het meer of minder heerschen der cholera naar het oordeel van deskundigen, in verband staat met de meer of minder goede hoedanigheid van liet drinkwater dat men heeft meenen te kunnen waarnemen, dat die ziekte het minst heeft geheerscht in de streken waar uitsluitend regenwater voor drinkwater werd gebezigd en dat het alzoo van belang is vooral in deze gemeente waar bijna uitsluitend regen water wordt gebruikt en men bij gebrek aan water zijn toevlugt moet nemen tot het gebruik van het zoo ongezonde Maas waterzoo spaarzaam mogelijk met liet gebruik van regenwater te zijn maken de ingezetenen opmerkzaam op het hooge belang van in het gebruik van regenwater voor de verschillende huishoudelijke werkzaamheden zoo spaarzaam mogelijk te zijn en het alleen voor drinkwater te bezigen. Zierikzee den 20 Maart 1867. De But gemeester B. C. CAU De Secretaris J. P. N. ERMERINS. Op last van het departement van oorlog zal aan de militairen van de Israëlitische godsdienstdienende bij de verschillende corpsen, van 16 tot 30 April a. s. verlof verleend worden om het Paaschfeest ten hunnent te vieren. De begrooting voor oorlog is den 26 dezer door de Tweede Kamer met 54 tegen 14 stemmen aangenomen. Vooraf waren nog Aangenomen de amendementen van den heer de Roo van Alderwerelt strekkende: 1. tot opheffing der vesting Breda2. tot weigering van de aangevraagde f 42,000 tot uitbreiding der kweekschool voor militaire geneeskundigen. Verworpen een amendement van den heer Stieltjestot upheffing der vesting Nijmegen. De regeering heeft een nader crediet van 2 millioen aangevraagd. Het daartoe strekkende wetsontwerp benevens dat houden de nadere maatregelen omtrent den veetyphus, zal nog deze week in de afdeelingen der tweede kamer worden onderzocht. De regeering acht zich tot deze voordragt genoopt omdat bij het wekelijks verminderend cijfer der door den veetyphus aangetaste runderen bet oogen- blik welligt gunstig is om eene krachtige poging te doen om door onteigening en afmaking van alle aangetaste koppels vee en daarop volgende desïnfectie der stallende besmette streek te zuiveren. De heer P. Verhoeve Bruinvis jr. te Winkel heeft dezer dagen bekend gemaakt, dat hij meent de kennis te bezitten om het veedat weinig of geen voorbeschiktheid voor runderpest heeftte onderscheiden van dat hetwelk daarvoor meer vatbaar is. Reeds is eene proeve genomen op kleine schaaldie met een gewenschten uitslag werd bekroond. Om echter tot zekerheid te komen wenscht hij proeven op eene groote schaal te nemen waartoe hij bij wijze van inschrijving bijdragen tracht te verkrijgen. In de „Haagsche kronijk" van het Handelsblad wordt onder anderen het volgende gemeld: „De scherpschutters zijn nog de helden van den dag. In tegenstelling met de mannen van het metalen en zilveren kruis die men de helden van het verledens zou kunnen noemen zou ik deze gaarne den titel willen geven van helden der toekomst omdat ze nog niets gedaan hebben. Doch hun tenue is onberispelijk hun triomfmarsch door de stad bij gelegenheid dat het vaandel werd uitgereikt was den intogt van een zegevierend leger waardig. Alleen het nastukje was te komischom onmiddellijk op zulk een imposant schouwspel Ie kunnen volgen, ten zestal scherpschutters, die, in de gele deren staande eenige omstanders wat ruw schijnen bejegend te hebbenwerdennadat het corps in de Houtstraat uiteengegaan was, door diezelfde klanten aangerand Zij boden wel is waar eenigen tegenstand doch in het besef dat zij voor de overmagt zouden moeten zwichten zetten zij het met pak en zak op een loopen Natuurlijk niet uit gebrek aan heldenmoed maar uitsluitend tot deze bazen-vlugt genoopt door het beter begrip dat. zij hun moed en leven moesten sparen voor eene edeler zaak. De onbe schaamde klanten renden het zestal achterna, eene groote menigte schoot toe sleepte in hare vaart alle vreedzame wandelaars meê en zoo stormde men de zes jeugdige helden na Intusschen werden de twaalf of veertien dragondersdie het corps door de stad bege leid hadden en nog voor het huis van den commandant der scherpschutters in da Hout straat stonden van het voorgevallene ver wittigd en zonder zich te bedenken reden deze in galop naar het Voorhout joegen met de bloote sabel de dik opeengepakte menigte uiteen die verschrikt naar alle zijden wegstoofen renden toen voldaan naar de kazerne terug. Wie dit twaalftal dragonders zulke strenge onbekookte orders gegeven had weet men niet doch men zou haast de woorden van het lid van den gemeente raad Mock hier kunnen bezigen „de sop was de kool niet waard Als eene aardigheid wordt aan het Utrecht, dagbl. medegedeeld „In de gemeente Z in Noord-Holland stelde de burgemeestér in eene vergadering van den gemeenteraad voor om met het oog op de veeziekte tijdelijk eenige veldwachters aan te stellen ten eit.de er voor te waken dat die gevreesde ziekte doordrong. De leden van den raad wilden daar evenwel niet toe besluiten om de groote uitgaaf voor de gemeente; zij zeiden, dat zij die bewaking zeiven wel konden doen, als zij gecoinmis- sioneerd werden als buitengewone policie- agenten. De burgemeester de leden van den raad er in willende laten loopen nam het voorstel aan en stelde al de leden van den raad aan. Toen dit geschied was, gaf de burgemeester bewerende dat des nachts eene poging zou worden gedaan om beesten in te voeren, aan zijne nieuwe agenten last be paalde punten van het dorp te surveilleeren. De burgemeester ging dien nacht eene ronde doen om te zien of ieder op zijn post was doch hij vond helaas niemand. Den volgenden dag liet hij de leden van den raad bij zich komen en deed hun inzien hoezeer zij aan hunne verpligtingen waren le kort gekomen door de bevelen van het hoofd der politie niet op te volgen. Voor ditmaal zou hij hen met eene strenge berisping vrijlaten doch in het vervolg moest zoo iets niet meer gebeu ren. De raadsleden keken leelijk op hun neus. Doch nu komt er bijdat zij door de benoeming van buitengewoon politio-agent aan te nemenregtens zijn vervallen als leden van den raad omdat volgens de gemeente wet die betrekkingen onvereenigbaar zijn. Men is benieuwd te weten hoe dit geval zal afloopen. Drie wakkere zeelieden 11 Vrijdag als hulploods schepen uit Harlingen naar de reede gebragt hebbende wilden des avonds weder van daar in eene sloep terugkeeren. Ten 6 ure waren ze in het gezigt doch eenige oogenblikken daarna werden zij ver mist en ze zijn tot heden nog niet alhier aan gekomen. Schippers zeggen om dien tijd een dwar relwind in zee te hebben waargenomen die omstreeks 2 minuten heeft geduurd en waar door de Terschellinger postschuit veel water heeft overgekregen. Men vermoedt alzóo dat de wind in de zeilen der sloep is geslagen waardoor die onmiddellijk is gekanteld en gezonken en de manschappen daardoor ver dronken zijn. Dit vermoeden heeft zich bevestigd. Men heeft althans het bootje in zee gevonden zonder eenig spoor dezer personen, zoodat men niet twijfelt of zij zijn verdronken. Twee hunnerbejaarde mannen laten weduwen nade derdevoornemens binnen kort te trouwenwordt vooral betreurd door haar die daartoe reeds naar Harlingen was over gekomen. Uit Arnhem meldt men van 25 dezer. Men deelt ons mede dat freule van Pletten- burgbeleend door den diefstal van effecten te Ede dezer dagen uit Londen aan hare hier ter stede woonachtige crediteuren heeft doen weten dat zij zoodra mogelijk hunne pretentiën voldoen zal. Men meldt uit Wanneperveen van 24 dezer. Heden ochtend ten 7 ure had hier een algemeene oploop plaats. De onlangs bestolene JH. Hollander gebruikt des mor gens geregeld de koffij bij zijn buurman J. Ja'vingh. Deze laatste, Hollander p. in. 7 ure wekkende ontdekte bij diens woning ge komen op 10 ellen afstands daarvan achter de woning van zijnen buurman H. eene kist die Hollander voor de hem voor vier weken ontvreemde herkend. Spoedig daarop ziet men nu ook den pot, waarin zich het geld bevonden heeft op eenigen afstand van de kist onder den. mest en in den pot een zak, benevens eenig geld. Onder toezigt van den burgemeester zijn genoemde voor werpen naar het gemeentehuis gebragt en heeft men bevondendat in den pot nog aanwezig was ƒ1507,50. Onverwijld is van een en ander aan de justitie kennis gegeven. Een man van 102 jaren zekere Dirk Jongeneel heeft onder de gemeente Zeven huizen den eersten steen gelegd voor een in aanbouw zijnde huis van zijnen zoon Willem Jongeneel. Men verneemt dat het muzijkcorps van het regiment grenadiers en jagers onder bevel van den l!ten luitenant F. Dunckler directeur van dat corps in Julij a. s. te Parijs zal deelnemen aan het internationaal concours dat ter gelegenheid van de tentoon stelling aldaar zal plaats hebben. F RAN K RUK. Parijs 26 Maart. Men begint zich over het stilzwijgen van den Moniteur nopens de Duitsche verdragen ernstig te verontrusten het publiek weet niet hoe zulks te verklaren en men noemt het een slecht teeken dat de officiële dagbladen er niet over denken om de publieke opinie gerust te stellen. De Consti- tutionnel bepaalt zich tot de mededeeling dat men er zich in Duitschland veel mede bezig houdt maar «preekt niet meer over den indriik der Fransohe publieke opiniealsof er bij ons nooit sprake van geweest ware. Ter beurze vermindert de hoop in een zekeren kring van speculanten zeer en de eventuele afstand van Luxemburgdie de fondsen had doen rijzen kan de daling der koersen niet meer tegenhouden. De prins van Oranje wordt morgen met een talrijk gevolg hier verwacht. De prins zou hier vrij lang vertoeven. Uit Parijs wordt gemeld dat de bekende aan het Napoleontisch Frankrijk zoo dierbare kastanjeboom van twintig Maart dit jaar op dien dag geen bladeren heeft vertoond. Zon ook deze kastanjeboom tot de oppositie zijn overgegaan. Te Roubaix duren de ongeregeldheden voort. Er is weder een bataillon troepen derwaarts gezonden.. De werklieden door trekken zihgende.de straten, terwijl zij werk verlangen voor hunne makkers die geen arbeid hebben. Daardoor beerscht voortdurend

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1867 | | pagina 1