m°. 8 Zaturilfig 26 Januarij. 1867 WOENSDAGEN ZATERO Besturen en Administratiën Oproeping. Binnenlaudsche Tijdingen. ZIERIKZEESCHE COURANT P R US DER ADVERTENTIEN. Gewone 10 cent de regel. Geboorte- Huwelijks- en üoodberigten van 1 6 regels if 1 behalve het zegelregt VERSCHIJNT: A BONN E M E N TS PR Ij S. I Per drie maanden f2,<)0Franco per post f 2,25. Inzen- U» I ding der Advertentiën daags te voren, voor 10 ure'sinorg. Burgemeester en W&thoudf.rs van Zte- rihzeeroepen bij deze op zij die genegen zijn om naar de betrekking van vierden Ilulp- Onderuijzcr op de Armenschool dezer gemeente waaraan eene jaarwedde van 250 is ver bonden mede te dingenom zich met vrachtvrije brieven onder overlegging van de vereisehte stukkenvoor den 15 Maart e. k. bij den burgemeester aan te melden. Zierikzee den 21 .Januarij 1867. De Burgemeester B. C. CAU. De Secretaris J. P. N. ERMERINS. Provincie Zeeland. Opschorting van het bergden der Straatwegen. Door den Commissaris des Konlngs in de provincie Zeelandis krachtens art. 6 der wet van den 29,teQ Floréal10d® jaar, bet vervoer op de straatwegen geschorst te be ginnen met middernacht tusschen den vijf en twintigsten en den zes en twintigsten Januarij 1867. Zoolang deze schorsing niet is opgeheven zullen de straat wegen in deze provincie volgens het besluit van den Commissaris des Konings de dato 30 Januarij 1866 (Pro vinciaalblad no. 18), niet mogen worden bereden en de op die wegen aanwezige tolboomen worden gesloten. Van deze bepaling zijn mede volgens bet voorschreven besluit uitgezonderd aDe rijtuigen op veren of riemen hangende zoo geladene als ledige; b. De brievenpostkarren c. De rij- of voertuigen tot de dienst der artillerie beboerende en voorzien zijnde van de Vastgestelde plaat d. De karren of voertuigen met twee wielen en velgen van 5 tot beneden 6 duim bela den met eene vracht van ten hoogste 400 ponden e. De karren of voertuigen met twee wielen en velgen van 6 tot beneden 9 duim bela den met eene vracht van ten hoogste 500 ponden. De karren of voertuigen met twee wielen en velgen van 9 tot beneden 12 duim. be laden met eene vracht van ten hoogste 600 pond- n gDe karren of voertuigen met twee wielen en velgen van 12 duim of daarboven, beladen met eene vracht van ten hoogste 700 ponden h. De wagens of voertuigen met vier wielen en velgen van 5 tot beneden 6 duim be spannen met niet meer dan twee paarden en beladen met eene vracht van ten hoogste 500 ponder. i De wagens of voertuigen met vier wielen en velgen van 6 tot beneden 9 duim, be spannen met niet meer dan twee paarden en beladen met eene vracht van ten hoogste 650 ponden De wagens of voertuigen met vier wielen en velgen van 9 tot beneden 12 duim be spannen met niet meer dan twee paarden en beladen met eene vracht van ten hoogste 850 ponden l. De wagens of voertuigen met vier wielen en velgen van 12 duim en daarboven be spannen met twee of drie paarden en beladen met eene vracht van ten hoogste 1000 ponden; m. De wagens of voertuigen met vier wielen en velgen van 22 duim of daarboven en een ongelijk spoor ofschoon bespannen met verscheidene paarden mits met geene meer dere vracht dan van 1600 ponden beladen n. De diligences met wielbanden van ten minste 7 duim ingerigt voor niet meer dan negen personen en een voerman mits met geene meerdere vracht dan van 200 ponden beladen de passagiers niet mede gerekend o. Eindelijk de diligences met wielbanden van 12 duim of daarboven, ingerigt voor twaalf personen en een voerman mits met geene meerdere vracht dan van 300 ponden beladende passagiers niet mede gerekend De geldspeciën van 's Rijks schatkist, of van handeldrijvende personen zullen echter binnen in de rijtuigen bedoeld onder de letters n en o mogen worden geladen doch in geen geval zal er boven de voor- en achterwielen eenige last of zwaarte mogen gelegd worden. De zwaarder beladene wagens welke ge durende de schorsing op de straatwegen rijden zullen aangehouden en ontladen wor den doch de goederen kunnen met toegestane voertuigen in kleine vrachten overgeladen en verzonden worden. Tegen de eigenaren of voerlieden zal proces-verbaal worden opgemaakt zij zullen vervolgens tot betaling der schade aan den weg toegebragt verpligt zijn. De conducteurs van diligences of postwa gens welke tegen dit besluit geladen zijn zullen de goederen op verboden wijze ge laden in de naastbijgelegene gemeente of op den eersten postrid ontladen zullende zij anders persoonlijk strafbaar zijn onvermin derd de boete den ondernemersvolgens de wet op te leggen. Men verneemt dat de aanbesteding van de groote zeesluis bij Vlissingen voor het kanaal door Walcheren omstreeks de helft der volgende maand zal plaatshebben. Ver volgens kunnen successievelijkmet korte tusschenpoozen worden tegemoet gezien de aanbestedingen van hel stationsgebouw te Middelburg en "het graven van het kanaal door de Oude Arne. Ook met het maken van den nieuwen weg van Middelburg naar Vlissingen aari de westzijde van het kanaal, zal", naar men verneemt spoedig een begin worden gemaakt. (M. Ct.) - De telegraaf heeft het berigt overge- bragt dat mr. P. Mijer den 26 December 11. te Batavia is aangekomen en den 28 daaraanvolgende als gouverneur-generaal is opgetreden. (G. Ct.) Zeker landman te Ambt-Hardenberg die onlangs buitengewoon geplaagd werd door een massa ratten en geen kans zag er af te komen werd de raad gegeven ze te voederen met gest en ziedaar! sedert dat hij dit middel heeft aangewend is hij in zijne woning geheel verlost van alle ratten en muizen. In den nacht van 19 dezer heeft op den spoorweg van Luxemburg een ongewoon dramatisch voorval plaats gehad. De tr;in no 67, bestaande uit 12 waggons, waarvan 3 niet overdekt welke laatste met ossen en schapen waven geladen was op het gewone uur vertrokken Reeds in de omstreken van Marbehan had hij veel moeijelijkheden onder vonden tengevolge van de sneeuw die de rails bedekte. Tusschen Libramont en Poix op de hoogte van het gehucht Fontenoille sneeuwde het zoo hevig dat de vuren dreigden uitgedoofd te worden. Men was genoodzaakt stil te houden en de baanwachter Schnoken werd naar Poix gezonden om hulp te halen. De beambte van den trein en de tolbeambte Dobé waren bezig met de sneeuw welke zich onder de machine bevond weg te ruimen toen zij een soort van dof gehuil hoorden en zich omkeerende op eenige ellen afstands vuurballen zagen schitteren. Er was geen twijfel meer of het waren wolven die op de geur der schapen waren afgekomen. Zij waren vijf in getal gezeten in een hal ven cirkel en loerende. De toestand der mannen was hagchelijk. Zij hadden geen wapenen en konden in de eerste uren geen hulp van elders verwachten. Wat te doen? De stoker opende de stoomkleppen en het fluitje der locomotief, in de hoop daardoor de verweuschte dieren te zullen verjagen men bewoog de lantaarns in verschillende rigtingen doch niets hielp. Toen besloot men zich in den overdekten waggon terug te trekken. De machinist Flaus opende den togt, de tolbeambte Dobé vormde de achterhoede de hoofdwachter en de stoker bevonden zich in het midden. Deze vier mannen gleden langs den trein, gevolgd door de wolven die echter den afstand welke hen van de mannen scheidden onveranderd lieten. Zonder letsel bij d«*n bedoelden waggon ge komen zijndestegen de drie eersten daarin ook Dobé had reeds zijn voet op de trede gezet toen een der wolven op hem toesprong en hem een slip vari. zijn jas afscheurde. Dit was ongetwijfeld het teeken voor den aanval der bende Die aanval werd echter heftig afgeweerd. Een der wolven met een stook- ijzer op den kop getroffen tuimelde naar beneden om niet meer op te staan het portier werd digtgetrokkeu en de mannen zaten veilig in hunne geimproviseerde vesting. Gedurende eenige oogenblikken heerschte de diepste stilte in het veld maar deze werd weldra verbroken door de angstkreten van het in de waggons met woede aangevallen vee. Dit vreeselijk tooneel duur le meer dan twee uren en eindigde eerst bij de komst van een twintigtal werklieden die de baan wachter ten behoeve van den weg medebragt. Na een uur werks kon de trein in het bezit van het lijk van den wolf, zijn weg vervol gen. De ossen en schapen waren allen onge deerd maar de waggons vertoonden de duidelijkste sporen van de hevige aanvallen waaraan zij hadden blootgestaan, Welligt zou het voor het vervolg goed zijn de beamb ten van een trein waarin vee wordt vervoerd en die de Ardennes moet doortrekken ge durende de winternachten met karabijnen te wapenen. f:Iet breken van hei ijs op den vijver in Regentspark te Londen. Eindelijk na twee dagen komen de uitge bleven Engelsche berigten en brengen nadere bijzonderheden omtrent het vreeselijk ongeluk, dat Dingsdag middag 11. in Regents park heeft plaats gehad. Tot nog toe wist men slechts dat dien dag 30 a 40 rnenschen op dezelfde plaats verdronken zijn. Het Han delsblad daar niets meer van hoorende heeft reeds verzekerd dat het ontvangen telegram niets anders was dan de mytische uitbreiding van een vorig berigten er ge lukkig niets meer gebeurd was dan dat 21 personen in 't water gevallen doch gered waren Gelijk men reeds wist is die onder stelling bezijden de waarheid. Op den vijver in het Regents-park bevonden zich ten half drie ongeveer 500 schaatsenrijders. Het ijs was niet sterk doch de tóegangen storiden open. Men beweert dat gedurende de vorige dagen ten einde het publiek te beletten op liet ijs aldaar te gaan men langs den kant een open gleuf gemaakt had dat daardoor het water over het ijs geloopen had en het week gemaakt had. Hoe dit zij ten half drie geraakte liet ys aan de oevers plotseling les en kort daarop brak het ijs over den geheelen vijver in stuk ken van gemiddeld een vierkante el opper vlakte. De menigte snelde naar den kant doch daardoor werden de schotsen nog meer gebroken; twee honderd personen gleden naar de diepte, die op sommige plaatsen 12 voet bedroeg. Sommigen redden zich door op een of ander groot stuk ijs tijdig plat op den buik te gaan liggen. Men moet zich ver wonderen y dat het getal der dooden niet grooter dan 30 d 40 is. De ijspolitie deed al het mogelijke doch door den toestand van het ijs was het onmogelijk om zelfs met planken en ladders hen die zich liet verst van den oever bevonden te bereiken. De wanhoopskreten van de betrekkingen die magteloos aan den oever het angstige schouw spel aanzagen laten zich niet beschrijven Eenvoudig treffend is het volgende berigt van een der geredde personen Ik was schrijft hijmet mijn dochtertje van 7 en mijn zoontje van 11 jaar aan de hand bezig met wandelen op het ijs- en bevond mij misschien 70 el van. den oever. Plotseling was het of het ijs onder onze voeten weggleed. Het water was op deze. plaats 5 voet diep. Ik zag mijne kinderen zinken doch spoedig weder boven komen en had het geluk ze te kunnen grijpen. Zij klemden zich aan mij vast en ik hield hen met den regter- arm terwijl ik met de linkerarm mij aan een stuk ijs bleef vast houden. Toen zag ik rond; zulk een aanblik hoop ik nooit weder te zien. Zeker niet minder dan 150 personen worstel den met d'jn dood. Overal rondom mij zag ik tusschen de stukken ijs hoofden handen en armen. Twee el van mij zonk een kleine jongen weg in de diepte en ik kon niets doen om hem te helpen. Bijna een half uur heb ik zoo gestaan en met iedere minuut zonken mijn voeten dieper in den moddereindelijk had ik nog slechts het hoofd boven water

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1867 | | pagina 1