F
99
Woensdag 13 December.
WOENSDAG El ZATUR
DAG.
Binnenlandsche Tijdingen.
PRIJS DER k D VERTENTIEN.
Gewone 12'l2 cent de regel. Geboorte- Huwelijks- en
Doodberigten van 16 zegels f 1 behalve het zegelregt
VERSCHIJNT:
A BO NNE M E N 'J S P R Jj S.
Per drie maanden f 2.00Franco per post f 2,25. Inzen
ding der Advertentiën daags te voren, voor 10 ure 'smorg
{Niet officieel gedeelte')
Op enliare Haadsvergadering
Keliouden te V.ierlkzee
den O December Ibfió.
Voorzitter mr. B. C. CAU. Secretaris mr.
J. P. N. ERMERINS.
Afwezig de heeren de Crane en Moolen-
btirgh, uitlandig en de heer Landsknegt met
kennisgeving.
De Voorzitter deelt mede, dat de Verga
dering zoo spoedig is bijeengeroepen wegens
de urgentie eener zaak, die in den loop dezer
Vergadering aan de orde zal gesteld worden.
De notulen der vorige Vergadering wor
den gelezen en goedgekeurd.
Wordt medegedeeld eene missive van
Gedeputeerde Staten begeleidende de ge
meente-begrooting voor 1866 houdende de
volgende opmerkingen
1. dat slechts voor van het bedrag der
opcenten op de plaatselijke belasting en
van dat wegens de uitkeering door het
Rijk in ontvangst is gebragtom daarvoor
bij de memorie van toelichting vermelde
reden doch dat Gedeputeerde Staten geen
bezwaar zien om het volle bedrag dier
opcenten en uitkeering te brengen gelijk
tot dus verre steeds met de opcenten plaats
had.
De Voorzitter zegtdat Burgemeester en
Wethouders van dezelfde meening zijn ge
weest doch niet noodig geoordeeld hebben
het volle bedrag te brengen. Bij de Provin
ciale begrooting wordt dezelfde wijze gevolgd.
Het is ook wenschelijk voor de comptabiliteit.
Hij licht dit nader toe en stelt voor aan
Gedeputeerde Staten kennis te geven dat
men om die gronden de begrooting niet ver
langt te wijzigen. Aldus besloten.
2. Dat onder den post voor jaarwedden van
leeraars en onderwijzers is begrepen f 25
wegens toelage voor een kweekeling op de
1ste burgerschool doch dat die toelage
in 1864 bepaald is op 50.
De Voorzitter geeft te kennen, dat Gede
puteerde Staten in dat opzigt gelijk hebben
maar dat Burgemeester en Wethouders ge
meend hebben niet anders te kunnen doen
zooals in de memorie van toelichting nader
is gemotiveerd.
Wordt besloten dien post onveranderd te
laten.
3. Dat in de 1ste afdeeling3de hoofdstuk,
gewoon onderhoud gemeente gebouwen
enz. is begrepen f 800 voor het maken
eener aanlegplaats van schepenwelke
behoort gebragt te worden in de 2de afd.,
3de hoofdstuk voor aanleg of vernieuwing
aangewezen.
Burgemeester en W ethouders zijn van
oordeel dat dit artikel onveranderd kan blij
ven als hebbende geen betrekking op het
daarstellen van iets geheel nieuws 't is slechts
een kwestie van vorm- Blijven Gedeputeerde
Staten echter op dia wijziging aandringen
dan zal de Raad geen bezwaar vinden om
aan hun verlangen te voldoen. Dien over
eenkomstig wordt besloten.
4. Dat het uittrekken voor memorie van den
post voor premie voohtentoonstellingen van
paarden er. vee niets beteekentzoolang
die post niet is opgenomen onder die
waarop door den Raad magtiging is ver
leend tot af- en overschrijving uit den
post van onvoorziene uitgaven.
Deze bedenking is gegrond voorgekomen.
Wordt besloten dien post te doen vervallen en
dien overeenkomstig de begrooting té wijzigen,
en Gedeputeerde Staten van een en ander
kennis te geven.
Voor kennisgeving wordt aangenomen eene
missive van Gedeputeerde Staten begeleidende
de goedgekeurde gemeente-rekening over 1864
met enkele opmerkingen.
Idem begeleidende een extract van Zr. Ms.
besluit :ot goedkeuring der verschillende be
sluiten tot heffing van plaatselijke belastingen
wordende aan Burgemeester en Wethouders
de verdere uitvoering overgelaten
Komt in behandeling eene missive van het
gemeentebestuur van Bergen-op-Zoom betrek
kelijk het beurtveer om te dier zake in on
derling overleg te treden.
Overeenkomstig voorstel van Burgemeester
en Wethouders wordt besloten deze te mag-
tigen om na gehoord te hebben de kamer
van Koophandel, in overleg te treden met
Bergen-op-Zoom om nader een besluit te
nemen tot regeling van het beurtveer, dat
als dan aan de goedkeuring van de beide
Raden zal worden onderworpen.
De Voorzitter stelt namens Burgemeester
en Wethouders voor naar aanleiding van
een schrijven van de directie der brandweer
om 40 disponibel te stellen voor gemelde
directie ten einde die aan het personeel der
2 spuiten dat verlet heeft gehad bij de
broeijing der kolen in het pakhuis van den
heer M. F. C. de Kater, uit te reiken.
Aldus besloten te vinden uit den post van
de brandweer.
Op voorstel van Burgemeester en Wethou
ders wordt het maximum van onderstand voor
1866, vastgesteld als ten vorigen jare, het
welk aan Gedeputeerde Staten door toezen
ding van een afschrift van het besluit zal
worden medegedeeld.
Wordt besloten tot den verkoop van 35
stuks olmen boomen om terrein te verkrij
gen voor het uitgraven van zelkasch behou
dens goedkeuring van Gedeputeerde Staten.
De commissie voor het suppletoir kohier
van den hoofdelijken omslag wordt tevens
casu quo benoemd voor het suppletoir kohier
der hondenbelasting.
Wordt medegedeeld een schrijven der com
missie van fabricage betrekkelijk de boete
beloopen door den aannemer Elzevier ten
bedrage van f 69 voor te late oplevering
van werk, welke zij wenscbt te verminderen
tot f9 daar de aannemer veel regenachtig
weder heeft gehad. Dienoverkorustig stellen
Burgemeester en Wethouders voor de boete
op f 9 te bepalen, waartoe de Raad besluit.
Alsnu komt in behandeling de zaak welke
aanleiding heeft gegeven tot het bijeenroepen
dezer vergadering.
De Voorzitter geeft te kennen dat de
wensch tot aanvoer van biggen algemeen is
en de behoefte daaraan zich meer en meer
doet gevoelen. Hij heeft daarover met de
Burgemeesters der belanghebbende gemeenten
in Schouwen en Duivoland gebesogneerd en
het was het eenparige oordeeldat er moge
lijkheid bestond om aan dien wensch te vol
doen mits den aanvoer tot enkele plaatsen
namelijk de haven van ZierikzeeBrouwers
haven en Bruinisse te beperken en alzoo
niet aan de dijken of elders toe te staan.
Hij doet vervolgens de concept-verordening
voorlezen waarbij de verordening van 16 Sept.
in zoo verre wordt gewijzigd dat de invoer van
biggen aan de kade der haven dezer gemeente
met inachtneming der door Burgemeester en
Wethouders te geven voorschriften wordt
toegestaan. Na eenige discussie wordt de
verordening overeenkomstig de voordragt
goedgekeurd, zullende onmiddellijk worden
afgekondigd en aan Gedeputeerde Staten in
afschrift worden medegedeeld.
Wordt medegedeeld, dat bij openbare
aanbesteding van het uitdiepen der haven
vóór de molen de Zwaluw aannemer is ge
worden C. Mallander voor ƒ363, hetwelk
voor kennisgeving wordt aangenomen.
Door de commissie ad hoe wordt bij
monde van jhr. J. L. de Jonge rapport
uitgebragt op de rekening van het burger
weeshuis, op die van de commissie der bouw
vallen over 1864, en op de begrooting van het
burger weeshuis voor 1866 strekkende tot
goedkeuring, met een opmerking, betrekke
lijk één evreur in de rekening van het
weeshuis over 1864, en enkele opmerkingen
betrekkelijk de begrooting van het weeshuis.
De Voorzitter stelt voordat de Raad
zich vereenige met de conolussie van het
rapport en alzoo aan regenten van het wees
huis die opmerkingen worden medegedeeld.
Mr. Fokker geeft te kennen dat hij zich
niet in elk opzigt met het gevoelen der
commissie vereenigt. De regenten hebben
in het algemeen den regel gevolgddie er
sedert jaren bestaat naar aanleiding van
provinciale voorschriften. Hij wenscht geene
nieuwe voorschriften te geven. De andere
opmerkingen geeft hij toe.
Na discussie is beslotenaan regenten
kennis te geven van de gemaakte opmer
kingen en overigens de rekeningen en be
grooting goed te keuren te weten de reke
ning van het burger-weeshuis in ontvangst:
op 8031.28®, in uitgaaf op 7888.70
goedslot ƒ142,58®;
de rekening der commissie tot wering voor
bouwvallen, over 1864; in ontvangst; op
468.23 in uitgaaf: op ƒ114.70; goedslot,
ƒ353,53;
de begrooting van het burger weeshuis van
1866; in ontvangst: op f7054,00'/J; in uit
gaaf op f 7054.00'/, goedslot nihil.
Komt in behandeling het voorstel van
Burgemeester en Wethouders betrekkelijk de
ambtenaren der plaatselijke belastingwier
betrekking in Mei 1866 wordt opgeheven
hetweik in de vorige zitting is medegedeeld.
Over het voorstel in zijn geheelverlangt
niemand het woord.
Puntsgewijze in behandeling genomen zijnde
wenscht de heer Zuurdeeg dat men in aan
merking neme het getal dienstjaren, en dat der-
halve de Vries vóór v. d. Haoe. in aanmerking
kome om in functie te blijven.
De Voorzitter antwoordt dat v. d. Have
geschikter voor die diensten is dan elk ander,
als altijd als zoodanig iu functie geweest zijnde.
Met dit gevoelen vereenigt zich ook de con
troleur en ontvanger.
De heer van der Vliet vraagt ot de
werkzaamheden zooveel omvattend zullen zijn
dat de ontvanger niet met de dienst van een
gemeente-bode zou geholpen zijn zoodut men
daarvoor geen derde nieuwen ambtenaar zou
behoeven te nemen.
De Voorzitter wenschtdat men de zaak
niet verkeerd beschouwe het is geen nieuwe
betrekking het geldt alleen het behoud van
eene betrekking waaraan bepaalde behoefte
bestaat.
De heer Zuurdeeg volhardt bij zijne mee
ning, dat in de eerste plaats de Vries in aan
merking behoort te komen.
Wordt in omvraag gebragt het voorstel
van den heer van der Vliet hetwelk wordt
afgestemd met 2 stemmen vóór.
Daarna wordt het voorstel van den heer
Zuurdeeg in omvraag gebragthetwelk mede
wordt afgestemd met 2 stemmen vóór.
De heer Zuurdeeg verlaat de vergadering.
Mr. van Dongen vraagt inlichting of
de Vries zijn wachtgeld zal behouden, ook
wanneer hem in het vervolg een zeker inkomen
te beurt mogt vallen.
De Voorzitter antwoordt, dat voor iemand
van 62jarigen leeftijd weinig vooruitzigt be
staat om eene betrekking te erlangen maar
mogt zoo iemand nog eene betrekking van
f 300 ten deel vallen dan zou het billijk
zijn dat zijn wachtgeld verviel.
Mr. van Dongen verlangt dan die voor
waarde aan het wachtgeld te verbinden.
Hiertoe wordt besloten.
Het volgende punt betrekkelijk het wacht
geld van Paasse en Neerhout wordt aange
nomen.
Het laatste punt betrekkelijk liet behouden
van v. d. [Jace als ambtenaar bedoeld bij
art. 238 der gemeente-wet wordt aangeno
men met ééne stem, die van den heer van
der Vliettegen.
Hiervan zal aan den ontvanger en de ver
schillende ambtenaren worden kennis gegeven
Waarna de zitting is gesloten.
Men meldt uit Zevenbergen van 6 dezer.
Op last van den commissaris des konings in
deze provincie zijn al de 30 runderen zoowel
gezonde als besmette, van N. Vermeulen te
Klundertheden morgen afgemaakt en be
graven. Hoewel het velen trof 21 gezonde
beesten te zien opofferen is men algemeen
met die krachtdadige handelwijze ingenomen.
Tot heden weet men geen reden voor die
besmetting te geven. De hoeve van N.
Vermeulen staat geheel afgezonderd.
De Arnhemsche courant van vrijdag
bevatte een berigtdat te Arnhem zich
verscheidene gevallen van mania religiosa
voordoen, welke als een gevolg worden be
schouwd van de prediking der paters redemp
toristen. Thans deelt de Arnhemsche courant
het volgende berigt mede „Volgens de Tijd
hebben de goede paters redemptoristen geen
schuld aan de gevallen van krankzinnigheid
die zich hier hebben voorgedaan. De Tijd
hebbe de goedheidzoo zij ons niet geloo-
ven wilzich bij anderen er van te verge
wissen. Op dit oogenblik bevindt zich o. a.
in het gasthuis eene vrouw die bijna razend
is uit vrees voor de helwelke een der goede
paters redemptoristen op zeer plastische wijze
heeft geschetst. Hij begon met zijn vinger
in het licht te houden althans bij nam er