Woensdag ld Maart
WOENSDAGENZATURDAG.
KT.» 21.
lÖUó
1?
Oproeping.
Kennisgeving.
Binnenlandsche Tijdingen
Besturenen Administration
Bekendmaking.
lïuitenlandsche Tijdingen
dt.
tZj
O
R.
x.
ZIERIKZEESllHE COURANT
PRIJS DER ADV ERTENTIEN.
Gewone 12l', cents de regel. GeboorteHuwelijks- en
Doodberigtenvan 16 regels afl, behalve helzegelregl.
VERS C HUNT:
ABONNEMENT S-P RIJ S.
Per drie maanden f 2,00. Franco per post f 2,25
Inzending der Advertcntiëndaagstevorenvoor 1 Oure'smorn-
Burgemeester en Wethouders van Zie-
rik zee roepen bij deze op al diegenen die
genegen zijn mede te dingen' naar de open
gevallen bediening van Sluiswachter aan de
Molsluis alhier om zich binnen veertien dagen
na heden daartoe aan te melden bij den
heer Gemeente-Bouwmeester.
Zierikzeeden 8 Maart 1865.
De Burgemeester
B. C. CAU.
De Secretaris
J. P. N. ERMER1NS.
De Burgemeester van Zicrikseebrengt
ter kennis van de ingezetenen dat er op
Woensdag den 15 dezer maand, des namiddags
ten een ure op het Raadhuis alhiereene
openbare vergadering van"den Gemeente-raad zal
gehouden worden.
Zierikzee den 13 Maart 1865.
De Burgemeester
B. C.' CAD.
Op de aanbevelingslijst voor regter bij
de arrondissements regibank te Dordrecht
zijn geplaatst mr. A. J. Duymaer van Twist,
kantonregter te Oud-Beierland mr. W. A.
't Hooft, kantonregter le 's Gravendeelen
mr. J. de Clercq van Weel griffier bij. het
kantongeregt te Zierikzee.
Middelburg 4 Maart. Heden zijn
twee personen uit Westkapelledie voor
de arrondissements-regtbank alhier waren gedag
vaard als getuigen in een strafzaak wegens
het ter teregtzitting afleggen van eene valsche
getuigenis, in hechtenis genomen en dadelijk
naar het huis van arrest overgebragt.
In de omstreken van Kindhoven worden
reeds nu levende meikeversja zelfs in
betrekkelijk groote hoeveelheden gezien; de
ontdekking hier van meikaversdaar van
Burgemeester en Wethouders van Zie
rikzee brengen ter kennis van de ingezetenen
dat de Jlaarlijksche Paarden- of
half vasten marktals van ouds op
Donderdag den 23 dezer maandalhier zal
gehouden wordenen dat de standplaats voor
Kramen zal zijn op het plein bij te tweede
houten brug.
Zierikzee den 8 Maart 1865.
De Burgemeester
B. C. O AU.
De Secretaris
J. P. N. ERMERINS.
zwaluwen en ginds van ooijevaars voorspelt
eene vroege lente.
Wat eerstgenoemde de meikevers betreft
geen provincie kan met die van Noord-Bra-
band vooral in het arrondissement Eind
hoven met deze insecten wedijveren en dit
Was daarmede in 1809 reeds het geval. Als
bewijs hoezeer zij zich kunnen vermenigvul
digen berigt men dat ddar in dat jaar zijn
uitbetaald ƒ526.20 aan premien tot uitroeijing
er van dat zij werden verkocht tegen 21/,
cent per pondwaarin 600 stuks gingen.
En wanneer men nu in aanmerking neemt
dat er menschen waren die teen nog van
f 2 tot f 3 per dag daarmede verdienden
en dat zij sedert dien tijd niet in getal zijn afge
nomen dan behoeft men niet te vragen of
die diertjes thans in het volle van den tijd
talrijk en gemakkelijk van de heggen af te
stroopen zijn en welk groot nadeel zij den
landbouwers berokkenen.
Dezer dagen draaide een orgeldraaier
te 's Hage zijn orgelen ging aan de buizen
om zijn brood te verdienen. Door een
politie agent toegesproken die hem vroeg
of hij niet wist dat 11. M. de koningin-moeder
was overleden en alle openbare vermakeüjk-
heden gesloten waren antwoorde hij „dat
weet ik zeer goed maar ik speel niet ik
draaiHij wees op 2ijn orgelwaaruit het
speelwerk verdwenen was. „Ook dat is ver
boden" hervatte de policie-agent. „Dat wist
ik niet dat het niet vergund is zijne brood
winning uit te oefenen."
Men meldt uit Arnhem van 10 dezer
Door het provinciaal geregtshof alhier is
gisteren uitspraak gedaan in de zaak van
M. N. Verschneren beschuldigd van kinder
moord. Het hof heeft als bewezen aange
nomen dat het kind waarvan de nicht der
beschuldigde was bevallenna de geboorte
heeft geleefd en op eene gewelddadige wijze
is om het leven gebragt en voorts overwogen
dat in de bekentenis der beschuldigde door
verschillende in het geding bekende omstan
digheden bevestigd een wettig bewijs voor
hare schuld was te vinden doch dat desniet
temin voor den regter het overtuigend bewijs
niet is geleverddat die bekentenis op
waarheid is gegrond en niet is geweest een
uitvloeisel van de zucht om de ware schuldige
te redden en haar alzoobij gebrek aan
overtuigend bewijs vrijgesproken. De be
schuldigde was gedurende de voorlezing van
het arrest zeer aangedaan wat niet weinig
toenamtoen zij tot het besef kwam dat
zij ongehinderd naar hare woonplaats konds
terugkeeren.
Voor het provinciaal geregtshof in
Zuid-Holland stond dezer dagen te regt een
scheepsgezagvoerder die bij vonnis der
regtbank te Rotterdam is schuldig verklaard
op zijne terugreis van Padang van een der
passagiers een kapt. van het O I. leger
een matten zak met 1000 te hebben in
bewaring genomen en geweigerd terug te
geven op grond waarvan hij is schuldig
verklaard aan misbruik van vertrouwen en
veroordeeld tot een jaar eenzame opsluiting.
Nadat het zeer uitvoerige rapport ten deze
was uitgebragt vatte de advocaat-generaal
mr. Terpstrahet woord op om te betoogen
dat uit omstandigheden ter teregtzitting
gebleken z. i.den appellant ten criminele
moet worden gerenvoijeerd omdat de gelden
hem waren toevertrouwd als schipper en hij
zich alzoo ingevolge art. 386 al. 4 heeft
schnldig gemaakt aan diefstal van goederen
die hem als schipper waren toevertrouwd;
weshalve de advocaat-generaal requireerde
dat het vonnis der Kotterdamsche regtbank
zou worden vernietigdde appellant ten
crimminele gerenvoijeerd en zijne onmiddelijke
inhechtenisneming bevolen. De advocaat mr.
J. Mappeyne van de Coppello bestreed het
gevoelen van den advocaat-generaal en
concludeerde tot vrijspraak van den appel
lant doch het hof heeft zich geheel vtr-
eenigd met het gevoelen van den advocaat-
generaal en de scheepsgezagvoerder is onmid-
delijk in hechtenis genomen.
Naar men verneemt heeft de rtglbank
te 's Hertogenbosch geweigerdregtsingang
te verleenen tegen den plaatsvervanger en
zijne twee getuigen wegens het gebruik
maken van een valsch certificaat en het
afleggen van eene getuigenisniet met de
waarheid overeenkomendemet bevel dat de
zaak buiten vervolg zal worden gesteld en
wel gelijk men verneemt op de motieven
dathoewel bij de wet van 1861 de vroegere
wetten op de nationale militie niet buiten
werking zijn gesteld, deze door die van 1861
toch blijkbaar worden vervangen omdat ook
in de laatste wordt gesproken van het afgeven
van zoodanig certificaatzonder dat daarbij
in het onderwerpelijk geval straf is bedreigd.
Onze vraagof alle bepalingen der wetten
van 1817, en 1820, op de nationale militie
hare kracht hebben verloren door die van
19 Augustus 1861 (Staatsblad no. 72) is
alzoo toestemmend beantwoord. Men zegt
dat het openbaar ministerie van deze beslis
sing in verzet is gekomen bij het provinciaal
geregtshof in Noord-Brabant.
Dezer dagen vond te Urk een treurig
voorval plaats zooals hier nog niet is gebeurd
hetwelk anderen tot waarschuwing kan dienen.
Twee jongelingen schippersknechten gingen
des avonds in een visehschuit slapen hetwelk
hier onder de ongehuwde schippersgezellen
de gewoonte is. De luiken ook dat van
den schoorsteen der visehschuit lagen digt
en omdat het sneeuwde werd nog het deurtje
van het vooronder door hen gesloten, 's Mor
gens kwamen ze niet volgens gewoonte hij
hunne ouders of schippers te huis; hetgeen
wel eenige zorg verwekte maar men dacht
ze zouden wat langer dan gewoonlijk slapen.
De schipper van een der jongelingen had den
sleutel van zijn schuit noodigw elken de
jongeling bij zich had ging hem zoeken en
vond het deurtje van het vooronder der schuit
gesloten doch de sleutel in het slot; hij
sloot het deurtje open, en vond den eenen jongen
reeds levenloosen den anderen met nog eenige
flaauwe bewijzen van leven. Door aangebragte
hulp werd de bezwijmde als in het leven
terug gebragtmaar de ander een veelbelovend
jongeling kon slechts als lijk hij zijne ouders,
die reeds van bittere droefheid weenden
te huis gebragt worden.
Eenige oogenblikken daarna ontdekte men,
dat het met nog drie andere jongelingen in een
andere schuit, bijna hetzelfde geval was,
die echter door aangebragte hulp tot grocte
blijdschap der ouders van een anders geivissen
dood gered werden.
Die jongelingen waren niet door rook zoo
men welligt zou denken in dien toestand
gekomen, maar door stiklucht, die door de
uitwaseming van een goed gedekten doofpot
en eenig vuur, hetwelk in de- asch verborgen
was alsmede door de sneeuw die alle reten
en spleten dekte moet veroorzaakt zijn doch
die evenwel zoo onmerkbaar was, dat zij,
die hen in dien toestand vonden de stiklucht
of de benaauwende damp niet konden bemerken.
Dit geval kan tot waarschuwing voor anderen,
bijzonder schippersvolkdienenom toch
nooit in een geheel gesloten klein vertrek
voor- of achteronder zich te slapen te leggen.
Te Lochem is in den morgen van den
9 dezer uit de stadsgracht opgehaald het
lijk van H. M., huisvrouw van J. II. L.
daglooner aldaar. Vermoedelijk is dronken
schap de oorzaak van dit ongeluk, daar zij
zich zeer sterk aan het misbruik van sterken
drank overgaf, en zelfs daartoe de aardap
pelen enz. haar ter bereiding voor haar
gezin gegeven, verkocht, ja op den 8 dezer
nog een koffer in hare woning opengebroken
en daaruit f 5 genomen heeftvan welk
geld zij een paar uren later nog slechts 75
cents in bezit had. Ten zes ure des avonds
heeft zij hare woning in beschonken staat
verlaten en is daar niet weder teruggekeerd.
DÜITSCHLAND.
Men meldt uit Kopenhagen van 10 dezer.
Een aantal burgers is te Flensburg gearres
teerd wegens het zenden van een adres aan
Keizer Napoleon waarin hem wordt gevraagd
zijne hulp te verleenen om het Noordelijk
gedeelte van Sleeswijk weder aan Denemarken
toe te voegen.
Uit Bern schrijft men dat volgens liet
Glarrner dagblad de bewoners van Neltsall
in den vroegen morgen van Vrijdag 3 dezer
door een vreeselijk natuurverschijnsel uit deo
slaap werden gewekt. Op eene breedte van
meer dan een kwartier uurs en eene hoogte
van 2000 voeten lieten zich namelijk van
den steilen Wiggis 8 millioen kwadraat voeten
versch gevallen sneeuw los. Van de kracht
derbij eene zoo snelle vaartdoor eeno
zoo ontzettend groote sneeuwmassa veroor
zaakte luchtdrukking kan men zichzonder
daarvan oogetuige te zijn, geen denkbeeld
maken. Den 7 Maart 1817 bragt eene
groodlawinede grootste bij menschen ge-
heugenisde gemeente Nettstal eene op
60,000 gulden geschatte schade toe en kostte
bovendien een mensch het leven. Had da
sneeuwval van Vrijdag evenzeer bij dag plaats
gegrepen dan zou men waarschijnlijk vela
menschenlevens te betreuren hebben gehad.
De sneeuworkaan bruischte met zoo donderend
geweld door en over het dorp dat velen
aan eene aardbeving dachten. In January
1839 en 1844 werden door zoodanige lawinen
wel groote verwoestingen aatigarigtmaar zij
gunnen met de nu veroorzaakte in geen
vergelijking komen. Deze trof het ganscho
dorp, in zijne geheele lengte van tusschen
de 4 en 5000 voeten. Aan den voet van
den Wiggis werden drie stallen geheel van
den bodem weggevaagd en'een dozijn andere
zwaar beschadigd. Zware beuken en mast
hoornen die eenwen getart hadden werden
van hunne wortels geruktof als liet geknakt.
Meer dan duizend woudboomen liggen in
stukken en brokken op den grond versprei i.
Belangrijker nog is de aan de vruchtboomen
veroorzaakte schadenaardien er ruim 300
voor het woeden van den sneeuworkaan be
zweken zijn. De hoofdstraat is van het
eene tot het andere einde met brokken van
hoornen steenen balken enz. overdekt. Twc-o
mannen die zich op den weg bevonden
zijn den dood der verstikking ter naauwernood
ontkomen.
Men schrijft uit Elberveldt van 8 dezer.
Het grootste gedeelte der uitgebreide stearine-
en zeepfabriek van den beer F. W. Osterman
te Onder-Barmen is gisteren voormiddag de
prooi der vlammen geworden. Drie jonge