W.° 4:
Zaturdag 14 Januarij.
Koslelooze Uk van nieuwe
Malen en Gewigten.
1865
WOENSDAGENZATURDAG.
w.
Bestureneo dministratien
Binnenlandsche Tijdingen
SSuitenlandsche Tijdingen
ben
des
te
EK
eke
E COURANT
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Gewone 12'', cents de regel. Geboorte-, Huwelijks- en
Doodberigtenvan 16 regels af 1 behalve hetzegelregt.
VERSCHIJNT:
ABONNEMENT S-P BIJ S.
Per drie maanden f 2,00. Franco per posl j 2,25
Inzending der Advertentien daagstevorenvoor 1 Cnre'smorg'
Burgemeester en Wethouders van Zie-
rikzee.
Gezien de missive van den arrondissements
ijker alhier van 12 dezer no. 101.
Brengen ter kennis van de daarbij belang
hebbenden dat er tot het kosteloos IJken
van de nieuwe vervaardigde blijkbaar onge
bruikte Maten en Gewigten ten zijnen huize
Wijk A No. 373, zal gevaceerd worden,
op Maandag en Dingsdag den 16 en 17 dezer
maand, van des voormiddags 10 tot des namid
dags 1 ure, onder opmerking dat nadien
tijdvoor alle Maten en Gewigten zonder
onderscheid de gewone IJkregten moeten
-vworden voldaan.
Zierikzee den 13 Januarij 1865.
De Burgemeester
B. C. CAU.
De Secretaris,
J. P. N. ERMERINS.
Men meldt uit Leeuwarden van 7 dezer
Men deelt uit Marssum mede dat een jong
man aldaar woonachtiggisteren nacht op
zijnen terugtogt van zijne aanstaande die
buiten dat dorp woontdoor iemand die
hem ontmoette gevraagd werd hoe laat het
wasen onmiddelijk daarna door een ander
persoon werd aangegrepenop den grond
geworpen vastgehouden en onder bedrei
ging van hem te zullen vermoorden bij wei
gering het geld afgeëischt. Ondertusschen
inspecteerden de booswichten de zakken
haalden de beurs er uitontdeden zijnen
vinger van een gouden ring waarna zij zich
verwijderden. Bedoelde personen hadden zich
onkenbaar gemaakt door hunne aangezigten
zwart te maken. Den volgenden morgen is
de ledige beurs op den straatweg terugge
vonden.
LI. maandag ontstond brand in het
achterhuis van H. Polman in de gemeente
de Wijk. Na eenige inspanning gelukte het
hem den brand te blusschen. Nadat hiervan
aangifte gedaan was viel het vermoeden op
de dienstmaagd welk na een kort verhoor
hare misdaad bekende. Bij deze gelegenheid
is gebleken dat zij een paar dagen te voren
eenige goederen van haren meester ontvreemd
heeft waarvan men den dader nog niet op
het spoor was. De ongelukkige pas 18 jaren
oudis in arrest genomen.
Men meldt uit Leeuwarden van 9 dezer.
Dezer dagen werd in sommige dagbladen
gemelddat een persoon dien men verdacht
hield van het vervaardigen en uitgeven van
valsche munt in den nacht door een briga
dier-veldwachter zonder eenigen last hoege
naamd gearresteerd en uren ver in het strenge
jaargetijde naar den kerker overgebragt werd.
Naar men thans verneemt heeft de procureur-
generaal, tijdelijk directeur van policie in
Frieslandden brigadier der rijksveldwacht
te Oldeberkoop Ltutstal to dier zake voor
eene maand in zijne bediening geschorst. Het
is dezelfde brigadier die zich in der tijd ook
te Enschedé aan overdreven dienstijver schul
dig maakte. Men verneemt dat gemelde zaak
in den loop dezer maand tot een regtsgeding
bij de arrondissements-regtbank te Heerenveen
zal aanleiding geven.
De brigadier bij de rijksveldwacht te Heeren
veen die dezer dagen de bekende voorbarige
arrestatie deed, zal op 31 dezer te dier zake
voor de arrondissements-regtbank aldaar te
regt staan.
Dezer dagen is een praamschipper B.
H. J.wonende aan boord met zijn scheepje
in de Ommelanderwijk ingevroren en dood
door de buren van den vasten wal in het
achteronder gevonden. Ook de vrouw was
zieltogende en is den tweeden dag daarna
reeds bezweken. Beide personen echtelieden
hebben hunne laatste levensdagen in den barren
winter zoo kommervol gesleten dat men op
het denkbeeld zou geraakt zijn dat beiden
den hongerdood waren gestorven had de
vrouw nog niet tijdig verteld, dat zij eene
nog al belangrijke som in contanten en papier
op eene heimelijke plaats had weggestopt
die dan ook werkelijk gevonden is en vol
gens zeggen omstreeks f 1000 moet bedragen.
Zij hadden buiten dit en hun schepen ook
nog eene schuldvordering ten laste van
derden.
IJit Hoorn meldt men van 9 dezer. Ge-
passeerden Zondag avond ten 10 ure viel
er in onze stille stad eene ontmoeting voor
tusschen vijf onderofficieren van het alhier gar
nizoen houdend bataillon infanterie en een aan
tal ingezetenen. Bedoelde onderofficieren zich
in een danshuis bevindende en met de daar
zijnde meisjes dansende wekten de jalouzie der
burgerlijke habitués van bedoeld huis op.
Twee onderofficieren ten 93/4 ure vertrekkende,
werden dientengevolge op eene der bruggen
door een 30tal burgers opgewacht en oogen-
blikkelijk zonder vorm van proces aange
vallen. Daar de overmagt te groot was
zou het voor deze noodlottig hebben kunnen
afloopenindien niet de drie anderen ter
assistentie waren toegeschoten om gemeen
schappelijk te ageren. Daar de menigte tot
ruim 300 aangroeide moesten de onder
officieren retireren. Zij weken zich verde
digende naar het policie-bureau om aldaar
hulp in te roepen en zijn vervolgens naar
de kazerne geëscorteerd. Alles is zonder
verwondingen afgeloopen. Dank zij den
ijver en de zorgen van rlen commissaris van
policie is de rust verder bewaard gebleven.
Uit de statistieke opgaven omtrent de
voorloopige aanhoudingen gedurende de jaren
18591863 door den minister van justitie
overgelegd blijkt, dat in die jaren voorloopig
aangehouden zijn 3184 crimineel en 15575
correctioneel beklaagden dus gemiddeld
3752 in het jaar daarvan zijn ontslagen of
vrijgesproken 1950 of gemiddeld 390 in het
jaar die derhalve zonder voldoende grond
of bij abuis van hunne vrijheid werden be
roofd. „Deze cijfers (zoo zegt het Handels
blad teregt) zijn welsprekend en geven stof
tot ernstig nadenken. De wetgeving over de
preventieve gevangen zetting heeft behoefte
aan eene zeer radicale hervorming. Men
moet beginnen haar te beschouwen als een
noodzakelijk kwaad dat men alleen dan
gebruikt als men het onmogelijk kan missen
en het gevolg zal dan zijndat het zeer
spaarzaam wordt gebruikt." De boven aange
haalde cijfers vervullen met afgrijzen als men
bedenktdat zoovele onschuldigen willekeurig
van hunne vrijheid werden beroofd en aan
verachting en schande werden prijsgegeven.
De wet moge een onmisbare regel zijn, maar
hare onderscheiden opvatting geeft den regter
een gevaarlijk wapen in de hand. Ook bij
is menschdie door hartstogten wordt ge
dreven en met de wet in de hand kan hij
een veel gevaarlijker vijand voor zijne mede
burgers zijn dan menig gewapend moorde
naar of slimme dief.
Men meldt uit Langerak van 5 dezer.
Heden namiddag ontdekte men op de rivier
de Lek verscheidene otters. Al aanstonds
werd door velen op deze dieren jagt gemaakt
en gelukte het aan den bakker J. van Vliet
één daarvan te schieten. Een ander inge
zeten die er mede één doodschoot was
minder gelukkig daar de otter onder het
ijs voort dreef. Behalve deze twee zijn er
neg verscheidene gezien doch het holle ijs
belette de vervolging. De geschotene was
nog maar half volwassendoch zijne huid
moet in dezen tijd nog al waarde hebben.
De vorige week verrigtte de postschip-
per T. Mets als naar gewoonte met zijne
manschappen per ijsboot de moeijelijke post
dienst tusschen het eiland Texel en Nieuwe-
diep. Bij hunne terugkomst ontwaarden zij
een vaartuig in nood met seinen aan den
top hetwelk aan den grond zat en in het ijs
bezet. Ofschoon vermoeid van den zwaren
togtaarzelde de bemanning der postboot
echter niet om hulp te verleenenwaar die
zoo hoog noodig scheen te zijn. Nadat de
brieven aan het hulpkantoor te Oude Schild
waren afgegeven begaven zij zich naar de
plaats waar het gevaar dreigde. Met veel
moeite en inspanning bereikten zij met de
sloep het in nood verkeerende vaartuig het
welk bleek te zijn een Urker visehschuit
aan boord waarvan zich bevonden 16 man
schappen, zeemilitiens van de drijvende bat
terij Neptunus, die 's morgens van den 1
dezer met groot verlof naar Harlingen waren
op reis gegaan. Allen werden evenwel niet
zonder moeite en bezwaren te Oude Schild
aangebragt waar zij in bet logement de
Zeven Provinciën van het noodigste werden
voorzien. De aangebragte hulp der beman
ning van de postboot kwam te regter tijd
want bij gebrek aan brandstoffen en levens
middelen zouden de opvarenden der viseh
schuit een treurig lot zijn te gemoet gegaan.
De schuit zal denkelijk weg zijn.
Aan een particulier schrijven per jongste
mail uit Suriname ontvangen ontleen} men
het volgende
„Wij hebben hier voortdurend grond tot
ernstige kiagten over verregaande werkeloos
heid slecht werk en moeijelijk te verdragen
brutaliteit doch wij moeten der waarheid
getrouw erkennen dat zulks niet zoo zeer
ligt aan de geërnancipeerden als wel aan de
verkeerdeons tegenwerkende handelingen
der districts-commissarissen die den planter
met tegeningenomenheid behandelen en het
idéé van den neger„vrij man gelijkheid
met iedereen," voedsel geven en bevestigen;
die alzoo alle ontzag en eerbied van den
mindere voor den meerdere van den onder
geschikte tegen zijnen superieur, vernietigen
en dooden. Daérom ook maakt de neger
zich aan de grofste brutaliteit in woorden
schuldig en moet dit geduld worden. Vooral
maakt. Werden
treurenswaardige
is het aankomende negergeslueht daardoor
niet te regeren. Het is dan ook uit dien
hoofde, dat men zooveel doenlijk deze \oor
de kolonie zoo gevaarlijk opgroeijende vage
bonden (en dieven meteen) ongemoeid laat.
Van het getal kinderen van 8 tot 16 jaren,
tijdens de slavernij werkzaamwerkt nu
dooreen dagelijks nog geen achtste. Er zijn
wel wetten tegen de vagebondage en tegen
de oudersdie hunne kinderen geheel van
het werk afhouden straffen bepaald doch
daar die bepalingen niet worden gehandhaafd
blijft dit euvel bestaan. In 14 maanden
tijds had een contractante van mij hare
14jarige dochter slechts één dag doen werken.
Eene deswege ingediende klagt bleef zonder
de minste uitwerking en de moeder ondanks
de wet, straffeloos. Het is ongelukkig, dat
de autoriteiten te veel ontzien worden en
pligtverzuim en verkeerde handelingen dei-
ambtenaren niet genoeg publiek worden ge-
velen onzer niet door be-
vrees weerhouden van het
middel der publiciteit gebruik te maken de
ambtenaren zouden vermoedelijk meer op
hunne hoede zijn. Het werkverzuim toch
meestal steunende op voorgewende ziekte is
enorm en dan durft men in Nederland nog
beweren dat er goed geregeld gewerkt wordt.*
Ik bestrijd die bewering met alle krachtik
durf verzekeren dat er dooreen door iedt-ren
arbeider naauwelijks de halve arbeid van
vroeger geleverd is. De eultivatie is dan
ook minstens voor de helft achteruitgegaan
door minder onderhoud en slechter werk.
VVij zullen eens zien of die statistiek dooi
den minister publiek zal worden gemaakt.
Voor het waarachtig welzijn der kolonie ware
liet te wenschen dat men, de oorzaak van
het kwaad kennende en wetende voorziening
aanbragt en middelen tot herstel bezigde
want doet men het niet, dan zal men onder
vinden dat Suriname voor de toekomst red
deloos verloren is." (Amst. Ct.)
DU1TSCHLAND.
Uit Warschau wordt gemeld dat de
voormalige stads chef aldaar onlangs is opge
spoord en in hechtenis genomen. LI ij heel
Alexander Waszkowski en was een der
voornaamste medepligtigen aan den diefsti.I
bij de Bank. Met de medehulp van drie
kassiersbedienden had hij binnen drie dagen
tijds geldwaardig papier tot een bedrag van
3,800,000 roebels uit de hoofdkas der Pool-
sche Bank verduisterd, welke sommen nage
noeg geheel over de grenzen gebragt wer
den. Waszkowski is niet meer dan 25 jaren
oud en was student aan de Petersburger
Universiteit, maar hield zich gedurende den
opstand bestendig, onder verschillende namen
en vermommingen te Warschau op. Ook
de moordenaar van den in October 1863 met
dolksteken afgemaakten hofraad Felkner is in
den persoon eens jongen edelmans met name
Kotkowski, ontdekt geworden. Na het vol
brengen van den moord sneed hij zijn slagt
offer een oor afen vertoonde zich daar
mede voor de revolutionaire regtbankom
het bedongen loon te ontvangen. Eenige
maanden later bragt hij ook eene vrouw
Wisniewska genaamdmet dolksteken om het
leven, omdat zij uit ijverzucht jegens haren
minnaar die tot dezelfde moordenaarsbende
behoordegedreigd had degenen die Felkner
omgebragt hadden bij de autoriteiten te zullen
aangeven.