WiKui r
W°. 52
Woensdag 1 Jfulij,
1863
WOENSDAG ENZATURDAG.
Binnenlandsche Tijdingen
ZIER1KZ
PRIJS DER AD V E RTE NT IE N.
Gewone 12'/, cents de regel. Geboorte-, Huwelijks- en
Doodberigten van 16 regels af 1 behalve het zegelregt.
VERSC HIJNT
ABONNEME N T S-P RIJS.
Per drie maanden f 2,00. Franco per post f 2,25.
Inzending der Advertentiëndaagstcvoren, voorlOurc'smorg.
Zierikzpk 26 Junij. De Onderwijzers-Vereeniging in liet
2de en 3de schooldistrict van Zeeland hield heden hare
20ste algeincene vergadering, die werd bijgewoond behalve
door de beide schoolopzieners der genoemde districten door
37 hoofd- en hulp-onderwijzers. Daarenboven werd zij ver
eerd door de tegenwoordigheid van 2 voorstanders van het
onderwijs de heeren jhr. J L. de Jonge en J. floogenboom, Bz.
De voorzitter dr. P. J. Andrene, opende de vergadering
met eene korte toespraak en maakte haar bekend dat de
heer Callewaert uit Brussel was overgekomen ten einde zijne
schrijfmethode in al hare bijzonderheden te verklaren en dat
daarom ingevolge het programma de werkzaamheden dienden
gewijzigd te worden.
De heer L. Berman deed daarop welwillend afstand van de
lezing eeucr door hem voor deze gelegenheid vervaardigde
redevoering waarna men onmiddelijk tot de werkzaamheden
overging.
De verslagen der onderwijzers-gezelschappen der oefen
scholen eu der boekverzamelingen in beide districten alsmede
dat van de hulp-spaarbank van het Ned. Onderwijzers-Ge
nootschap (afd Zierikzee), werden achtereenvolgens gedaan
waaruit bleek dat deze inrigtingen zoo door daaringebragte
wijzigingen door heeren schoolopzienersals door de welwil
lende medewerkingen van de heeren onderwijzers maar vooral
ook door de opofferingen welke het gouvernement zich ten
boste van het onderwijs getroostallen in bloeijenden toe-,
stand verkeeren.
Nadat wijders door den algeraeeuen penningmeesfer rekening
eu verantwoording zijner gehoudene administratie gedaan was
werd bij monde van den secretaris de uitslag bekend gemaakt
van de beoordeeling der ingekomen prijsantwoorden.
Van de vier stellen schoonschriften die ingekomen waren
No. I. onder de zinspreuk.- Soli Deo Gloria.
3.
en 4.
werd het
toegekend.
„Mijn Eersteling.
„Oefening.
„Een Boer.
aan het tweede het acces9it
eerste bekroond
Het eerste stel was vervaardigd door A J de
Ridder hulp-onderwijzer te Tholen en het tweede door Marinas
de Bil, kweekeling te Ureischor.
De ééuige kaart die ingekome i was, werd wel den eersten
-prijs onwaardig geoordeeld; echter werd den vervaardiger
L. van der Estkweekeling te Renesse, tot aanmoediging
de tweede prijs geschonken.
De vereeniging werd door bijdragen van voorstauders,
ecreleden en heeren schoolopzieners bij vernieuwing in staat
gesteld om nieuwe prijsvragen uit te schrijven.
Daarna stelt de schoolopziener van het 3de district mr. Pické,
de weuschelijkheid voor dat op de dorpsscholen in de hoogste
klasse het boekhouden voor den laudbouw worde aangeleerd, en
biedt hulp en teregtwijzing aan voor elk, wie ze mogt begeeren.
Jhr. J. L de Jonge een der aanwezige voorstauders, verzoekt
de medewerking der onderwijzers tot, verspreiding van kleine ge
schriften tegen het gebruik van s'erken drauk, en verklaart
zich bereid om deze des verlangd gratis te verschaffen.
Kindelijk verscheen de heer Callewaert ter vergadering en
deed eene verklaring zijner paedagogische schrijfmethode die
in Belgiedoor den staat, voor alle openbare scholen is
aangenomen, en ook in Nederland reeds op vele scholen is
ingevoerddoch over het algemeen te weinig bekend isom
overal gunstige resultaten op te leveren.
Kerst deelde hij zijn letterschrift mede, hetwelk naar zijne
leerwijze tot een gering aantal grondvormen is ternggebragt
daarna het schrift op de lei en op het papier het gebruik
van den viervoudigen transparant enz.en eindelijk" de hou
ding van het ligchaamde pen en andere tot zijne methode
betrekkelijke zaken.
De heer Callewaert toonde bij deze mcdedeeling niet minder
opvoedkundige, dan kalligraaf te zijn zijne geheele voordragt,
die door levendigheid en gepastheid uitmuntte, gaf ook aanlei
ding tot vele schoone paedagogische opmeikingen en wer.ken
en schonk zijnen hoorders een wezenlijk genoegen.
De leden der stedelijke schoolcommissie van Zierikzee hadden
zich op uitnoodiging gaarue bij de vergadering aangesloteu
ten einde bij deze voordragt tegenwoordig te zijn
Het is alk-zins wenschelijk dal Callewaert's schrijflcerwijze,
welke alhier uog niet genoeg gewaardeerd en begrepen is en
toch door een zoo echt practischen gang uitmunt meer en
meer bij ons aan de bevordering der edele schrijfkunst worde
dienstbaar gemaakt
Nadat nu nog de zangstukken voor deze bijeenkomst be
paald waren uitgevoerd verzamelden de leden zich allen
aan een' vriendschappelijken discb, waar ernst en boert de
spijzen kruidden, en waar menige feestdronk op koning en
vaderland, op hoogere eu lagere ambtenaren inet bet school»
toezigt belasthet bewijs leverden hoe de leden dezer ver
eeniging doordrongen zijn van gehechtheid en eerbied, maar
tevens van belangstelling in alleswat tot het onderwijs be
trekking heeft. Ten slotte maakten de leden der vereeniging
gaarne gebruik van de gelegenheid, hun door het bestuur
der sociëteit: Parklust welwillend aangeboden, om eenige
muziekstukken van het gezelschap Kunst cn Ker, aan te
hooren, bij welke gelegenheid zich nog een viertal heeren
als voorstanders van het volksonderwijs aan het Ned. On
derwijzers-Genootschap aansloot.
Op de dezer dagen te Goes gehouden algemeene vergadering
der maatschappij Tot bevordering van landbouw en veeteelt
in Zeeland is op voorstel van het hoofdbestuur besloten om
een adres aan M. den koning te rigtenten einde vrijdom
van zegel- en registratie-regten te verkrijgen bij afkoop van
tienden of konversie van tienden in grondrenten. Dit adres is
van den volgenden inhoud
„Geeft met den meest verschuldigden eerbied te kennen de
maatschappij Tot bevordering van landbouw en veeteelt in
Zeeland;, dat de maatschappij niet zonder leedwezeu de pogin
gen heeft zien mislukken die er aangewend ziju om de af-
koophaarstelling der tienden te bewerkstelligen
„dat de maatschappij meer dan ooit doordrongen is van het
belang dat de landbouw heeft bij eene spoedige afkooping of
konversie der fcie.nden in grondrenten
„dat de maatschappij dan ook te rade geworden is om te
zoeken naar de middelen waardoor de vrijwillige afkooping of
konversie der tienden in grondrenten gemakkelijker of liever
mogelijk zou kunnen gemaakt worden
„dat als beste middel daartoe aan de maatschappij is voorge
komen eene kwijtschelding van de regten van zegel, registratie
en overschrijving zoowel voor de akte waaruit de afkoop of
konversie in grondrenten blijkt als voor alle daartoe betrekkelijke
akten waaronder bepaaldelijk te begrijpen de akten of von
nissen vereiselit tót de verkrijging van de geregtelijke of admi
nistratieve magtiging om dc overeenkomst van afkoop of kon-
versie aan te gaan
„dat toch een afkoop of konversie in grondrenten in den
tegenwoordigen stand der zaak alhier ondoenlijk is, omdat - al
zijn zoowel de tiendbeffer als de iiendpligtige overeengekomen
omtrent eene billijke afkoopsom - gcerie der beide partijeu de
kosten van zegel registratie, overschrijving enz. (die minstens
op ruim 6'/4 pet. kunne» geschat worden) geheel of voor de
hellt kan dragen, orudat de tiendbeffer in dit geval te weinig
of de tiendpligtige te veel betalen moet, dat in de verschil
lende wetsontwerpen tot afkoopbaarstelling van de tienden
het-beginsel reeds nedergeltgd is om ter zake van den afkoop
geene regten van zegel, registratie of overschrijving te heffen,
dat'hij art. 29 der wet van 31 Mei 1824 (Staatsblad no.' 36)
9 der wet van 3 Jannarij 1824 (Staatsblad no I) en 44 der
wet van 3 Octqber 1843 (Staatsblad no. 47) aan Uwe Majesteit
het regt is voorbehouden om in het algemeen belang kwijt
schelding te verleenen van de regten vau registratie, over
schrijving on zegel
„dat het der maatschappij voorkomt geen betoog te behoe
ven dat eene kwijtschelding als de bedoelde in het algemeen
belang is, en dat de maatschappij eindelijk zoo zeer overtuigd
is dat Uwe .Majesteit iu haar geheele volk en niet het minst
in den nijvcren laridbouwei stand het grootste belang stelt,
dat dc maatschappij die er ook op uit is die belangen te
bevorderen en die het geluk heeft Uwe Majesteit tot be
schermer te hebben, zich cerustelijk tot Uwe Majesteit durft
wenden met het eerbiedig en dringend verzoek dat het Uwe
Majesteit moge behagen „vrijstelling te verleenen van de regten
van zegel registratie eii overschrijving zoowel voor de akten
waaruit van afkoop of konversie van tienden in grondrenten
blijktals voor alle daartoe betrekkelijke akten waaronder
bepaaldelijk te begrijpen de akten of vonnissen vereischt tot
de verkrijging van de geregtelijke of administratieve magtiging
om de overeenkomst van afkoop of kouversie aan te gaau."
Men sclnijft uit het noorden des rijks
„Zal land goedkooper of duurder worden
„Niemand weet dit met zekerheid te bepalen
omdat er onvoorziene oorzaken kunnen zijn die
invloed uitoefenen op den prijs, b. v. oorlog
veeziekte enz. maar de vraag is gedaan in de
onderstelling dat de toestand ongeveer dezelfde
blijften wel in den gemeenteraad van Gro
ningen.
„Ken der leden meende dat de waarde van
het land zelfs over een ruim tijdperk toene
mende is, en dat dit nog meer het geval zal
worden bij grooter vertier dat te wachten is van
de spoorwegen.
„Ken ander lid was niet van hetzelfde ge
voelen. Hij berekende dat eene strook inge
dijkt land, met de indijkingskostenen het
bouwen van behuizingen zou te staan komen
op ongeveer/57,000. Tegen deze prijzen kan
zijns inziens de landman geen genoegzams
rente maken. Wat het meerder vertier door
spoorwegen betreft, daar tegenover stelde hij
toeneming van aanvoer van producten ook van
granen 't Was althans zeker, dat er in de
laatste jaren veel minder circulatie in de prijzen
was opgemerkt
„Het is eene belangrijke kwestie voor land
eigenaars en huurders die ernstige overweging
verdient trouwens er zijn in Groningen, en
welligt ook elders jonge landbouwers die,
ofschoon gehuwd, geeue geschikte gelegenheid
vinden om eene boerenplaats te huren."
(Midd. Ct
Naar men verneemt zou een onzer oorlogs
bodems naar Perzië worden gezonden ten ge
volge van handel?verwikkelingen met dat rijk
voorgevallen, eu zou daarvoor vermoedelijk,
Zr. Ms. stoomschip Zeeland worden aangewezen
hetwelk in den loop der maand Julij van zijne
kruistogt in de Middellandsche zee repatrieert
en te Vlissingen binnen vallen zal.
Naar men verneemt zal nog in den loop
van dezen zomer de stedelijke dienstdoende
schutterij der residentie van het nieuw model
zwart ledergoed (gordelst-Isel) warden voor
zien even als bii het leger worrt gebezigd.
Men schrijft uit 's Hertogenhosch van 25
dezer. Zelden werd de St. Jansmarkt zoo druk
bezocht als gisteren waartoe het gunstige weder
en de gemakkelijke communicatie met Gelder
land, sedert de schipbrug te Hedelligt, zeker
vel hebben bijgedragen. Kr waren aangevoerd
150 paarden, 325 runderen, 1115 varkens,
80,000 ellen wit linnen, 10,000 ellen graauw
linnen en 1 6,000 ellen pellen. In alle soorten
van vee was de handel levendig. Voorknlf-
dragende en vutte runderen waren de prijzen
stijgende. Ook in linnen ging veel om en
toonen de aanvoerders zich tevreden met de
gemaakte prijzen.
Uit Winterswijk meldt men van 25 dezer.
Als een bewijs hoe de koffij niettegenstaande
de duurte in prijs, nog steeds den geliefkoosden
volksdrank uitmaakt is het niet onaardig te
vermelden dat op eene onlangs naar gelang
niet zeer talrijke partij van dit troostrijke product
door de gasten werd verbruikt 30 pond koffij
terwijl 46 emmers water werden gebruikt.
Men schrijft uit Zwolle van 25 dezer.
Men verneemt dat alhier pogingen worden
aangewend tot het oprigten van eene gaarkeuken
en een eethuis voor den werkenden stand op
de wijze als zulks te Glasgow in Engeland met
gunstigen uitslag is geschied waardoor de
handwerksman in de gelegenheid wordt gesteld
om voor een gering bedrag dagelijks gezonde en
voedzame spijs te bekomen.
Kit een particulieren brief van Samarang
verneemt men de volgende vreeslijke gebeur
tenis die aldaar den 6 Mei 11. heeft plaatsgehad.
Eene Javaansche vrouw vroeg aan hare
Chinesche meesteresbij wie zij batikteeen
dubbeltje ter leen ten einde haar éénjarig kind,
dat van honger schreide, eenig voedsel te geven.
Dit werd liaar geweigerd en de arme moeder
stal in radeloosheid een stukje was, dat zij ver
kocht, om daarvoor eten te knopen. De andere
batikmeiden dit ontdekkende deelden het der
Chinesche mede die, over dit vergrijp woedend
geworden de Javaansche moeder dooreen paar
andere vrouwen liet vasthouden en haar daarop
kokend was in den mond gootterwijl zij haar
bovendien nog mishandelde ten gevolge waar
van haar slagtoffer onder hare handen bezweek.
De moordenares werd onmiddelijk door de po-
licie in lvehtenis genomen en over de straat naar
den wedono getransporteerd. Haar verzoek om
in een taudoe gedragen te mogen worden daar
zij zich schaamde om onder geleide der policie
te loopen, werd haar door den wedono geweigerd.
In de .lava-Bode leest men
„In den nacht tu^schen den 7 en 8 Mei is te
Bekassi een vreeselijke misdaad gepleegd die
ons doet huiveren wanneer wij er aan denken.
Een dief had het voornemen om een karbouw te
stelen. Daarin belet wordende, sloeg hij over
tot het zoogenaamd amok maken en heeft 6
personen op de vreeselijkste wijze met een
klewang gewond waarvan er een die eene
wonde van anderhalf voet lang had (van af den
schouder tot in den buikj, weldra is bezweken.
De vijf overlevenden zijn echter vreeselijk toege
takeld zoodat een der slagtoffers een meisje
van 6 jaren onmiddelijk eene amputatie vau den
bovenarm heeft moeten ondergaan. De dader
is zelf ook ligt gewond en bevindt zich met zijne
slagtoffers in het stadsverband. Het is blijk
baar dat die onverlaat met voorbedachten rade
en uit teleurstelling en wraakzucht deze gruwel
daad heeft bedreven."
Uit Babat (Lamongan) wordt het vol
gende gemeld
Moord op den heer Wilczek. Wij hebben
het treurige berigt mede te deelen dat de heer
Wilczek een jongman van 19 jaren opziener
op een tabaks-etablissement in het Bodjono-
gorosche in den nacht van 2 op 3 Mei gruwe
lijk is vermoord geworden.
De heer W. vertrok zaturdag middag van
Lamongan (afd. Crissee), naar Babat (12 palen
afstand), met eenige koelies en gelden bij zich.
Zondag morgen 5 ure werd het lijk gevonden op
den grooten weg, op eene paal afstands van
Babat.
Het lijk was ontkleed tvee ledige geldzak
ken lagen op korten afstand; maar een liorolo-
gie lag nog bij het lijkmet eenige papieren
waaronder een pas van den verslagene. Het
hoofd scheen verbrijzeld althans de gelaatstrek
ken waren onherkenbaar voor die van den lieer
W. Een groote steen nabij het lijk gevonden
schijnt tot beukelaar op hoofd en aangezigt ge
bruikt te zijndie steen was met bloed bevlekt
de hoofdwonden duidden geene scherpe werk
tuigen aan als gebezigd te zijn.
Men schrijft uit Passaroeang van 29 April.
Op zondag jl.des morgens circa 10 ure, heeft
voor het woonhuis van de fabriek Djacatra Oost,
in het district Kraton alhier het volgend treurig
voorval plaats gehad.
De heer H.een gast van den fabriekantin
de voorgaanderij op en neder loopendewerd
op het onverwachts door zijn bediende opmerk
zaam gemaakt dat een inlander met blanke
wapens op hem afkwam. De heer H. omziende
werd op ca. 4 passen afstand van hem een inlan
der gewaar in priestergewaad die tandakkende
naar hem toekwam met twee bloote klewangs
in de hand en een koran onder den arm. Geen
kans ziende om zich te verwerenvlugtte de
heer H in de binnen-voorgaanderij van het huis
en sloot de deur achter zich digt maar vergat
dat er aan den anderen kant nog eene deur was
waardoor de inlander bedaard naar binnen
kwamzijne kleteks (houten saudelen) aflegde
en toen de heer H. al harder en harder tusschen
stoelen door en om de tafel achtervolgde totdat
de heer H. eindelijk*gelegenheid vond door den
gang naar buiten in de zijgaanderij te komen
doch struikelde en viel; de inlander hem ook
daar vervolgende, zag in het voorbijgaan den
fabriekant aan het venster staanzeide eenigzins
verschrikt: „lo! toewanen schoot te gelijker
tijd den heer II. voorbij, die onmiddelijk
opstaande het geluk had zich in de bijgebouwen
te redden, terwijl de inlander verder het voorerf
opliepalwaar hij spoedig door eenige heeren
emploijés van de fabriek en een aantal inlanders
omsingeld werd. Een mandoor van de fabriek
wilde hem toen zijne wapens afnemen doch
ontving een diepe wond in de hand. Een ander
gaf hem een lanssteek die echter op den koran
afstuitte zonder den man te verwondenterwijl
de punt van de lans geheel krom was geworden.
Daarna werd door een der opzigters op hem
geschoten het geweer ketste en bij het tweede
schot dat eveneens miste kaatste de kogel tegen
eenen muur terug en kwam teregt in den voet
van een der omstanders.
Door al deze vergeefsche pogingen om den
man onschadelijk te makenen tevens uit eer
bied voor zijne priesterkleedingbegon de
menigte hem als onkwetsbaar te beschouwen
en niemand waagde vooreerst eene poging om
hem te verwonden. De ongelukkige fanatist