Woensdag 1 April, WOENSDAG ENZATURDAG. üf°. 26. 1863 Besturen en Administratiën Bekendmaking. Binnenlandsche Tijdingen ZIERIK PRIJS DER AD VERTENTIEN. Gewone 12'/s cents de regel. GeboorteHuwelijks- en Doodberigten van 16 regels af 1 behalve hel zegelregl. VERSCHIJNT. ADONNEME N T S-P RIJS. Per drie maanden f 2,00. Franco per post f 2,25. Inzending der Adverlenliën daags tevoren, voor 10 ure' smorg Buugkmkkstkk en Wethouders van 7ie- rik zeeherinneren de ingezetenen dat, volgens de wet van den 8 November 1815 (Staatsblad no. 51) alle schuldvorderingen ten laste van den Staatover In t afgeloopen dienstjaar 1862, voor of uiterlijk op den 30 Junlj a. S.hij de betrokkene administratiën colle- giënautoriteiten of ambtenaren door wie de bevelen tot het doen van werken leverantiën als anderzins gegeven zijnmoeten worden ingediend. Pat de bij die wet gestelde termijn van ver jaring ook, volgens art. 125 der provinciale- en art. 228 der gemeente-wet, op de vorderin gen ten laste der provincie en van de gemeente toepasselijk is weshalve de belanghebbende ingezetenen worden aangemaand om den ui ter- lijken termijn niet af te wachtenmaar hunne rekeningen en verdere bewijsstukken, wegens schuldvorderingen ten laste van het rijk, de provincie of de gemeenteover het dienstjaar 1862, ter plaatse waar het behoort, ten spoe digste in te dienen. Ziei'ikzeeden 25 Maart 1863. 13. C. CAÜ. T)e Secretaris .7. P. N. ER ME RINS. Zikkikzkk 30 Maart. De heer mr W. C. dé Crane is erkend als consulair agent van Frankrijk te Zierikzee en Brouwershaven Benoemd tot ontvanger der directe be- kistingen en accijusen te Sr. Maartensdijk c. a. de heer H. 11. Boeckkolt, thans ontvanger der directe belastingen in-en uitgaanderegten en accijnsen te Brouwershaven. - Het adres aan de koningin van Spanje,, om gratie te vragen voor Matamcros en zijne lotgénooten is door niet minder dan 4.3,000 Nederlandsche vrouwen onderteekend. Op de daartoe door eenen der commissa rissen des konings in de provinciën gedane vraag heeft de minister van binnenlandsche zaken geantwoord, dat, volgens zijn gevoelen in bijzondere gevallen een loteling om als eenigo wettige zoon vrijgesteld te worden ook kan volstaan met bet getuigschrift, dat hij eenige wettige zoon isafgegeven door den burge meester zijner geboorte- en vroegere woonplaats. Het kan ook gebeuren dat de lotelingsedert zijne inschrijving voorde militie van woonplaats verandertvolgens artikel 23 der wet voor eene andere gemeente lootte dan waar hij tijdeus de loting of op den tijd der zitting van den militieraad woonde, in welk geval, volgens den minister, evenmin zou te wraken zijn het ge tuigschrift afgegeven door den burgemeester der gemeente, waar de loteling ten dien tijde woont, doch voor welke hij niet lootte. Uit Bergen-op-Zoom meldt men van 25 dezer. Heden morgen ten 6 ure gebeurde aan de te bouwen suikerfabriek op de haven alhier een vreeselijk ongeluk. Zestien werklieden moesten gedurende den nacht zich met het uit pompen en verdiepen van een welput bezig houden. Onder die bezigheid brak de om de pomp bevestigde stelling, zoodat zij allen in den diepen put stortten met het ongelukkig gevolg dat een hunner, een braaf oppassend huisvader, te Halsteren woonachtig, het borst been brak en de overigen allen meer of minder kneuzingen en verwondingen bekwamen. Door spoedig aangebrag*e hulp mogt men er in slagen allen levend uit den met modder gevulden put te halen; de chirurgijn van Opdorp was terstond op de plaats en verstrekte heelkundige hulp voor eerstgenoemd en werkman bestaat echter veel vrees dat hij zal sterven. Men verneemt dat het dochtertje van den winkelier B.te Oudshoorn nabij Leiden, door 500 bogten achtereen touwtje te springen, een hersenschudding heeft gekregenwaardoor hersenontsteking is ontstaan. Zij is ten gevolge daarvan overleden. Den 26 dezer werd in de ladetafel van de dienstmaagd van den heer Mte Delft een levenloos kind gevondenwaarvan zij naar men zegt weinige uren te voren bevallen was. Uit 's Qravenhage meldt men 27 dezer. Gisteren avond, ongeveer 9 ure, ving in de Teeken-Akademie het bereids aangekondigde bal aan door eene commissie van 30 aanzien lijken met Z. K. H. den prins van Oranje aan j het hoofd gegeven. Na hetgeen zich uit het reeds medegedeelde liet verwachten kan men zich eenigzins een denkbeeld vormen van den aanblik der zalen. Inzonderheid de balzaal leverde een betooverend bezigt op, als ware het eene schepping uit de duizend en één nacht. De schitterende electrieke verlichtingnu eens fel en flikkerend, dan weder het effect van maan licht makende, kaatste op den prachtigen wa tersprong terug, en was boven alle beschrijving indrukwekkend. De vorstelijke familiewas aan wezig. De dames-toilletten waren buitengewoon prachtig en bevalligvan alle zijden blonken diamanten en paarlen. De dames ontvingen bij bet inkomen een waaijer, waarop gedrukt stond aan de eene zijde liet dans-programma en aan den anderen kant bet menu van het souper, sierlijk gelithografeerd door den heer E. Spa nier die ook de keurige balboekjes had ver vaardigd. Daarenboven werd aan iedere dame een prachtig bouquet aangeboden. Nadat eenige nommers der dansmuziek waren gespeeld, zette men zich omstreeks ten half twaalf ure aan het souper waarvan het smaakvolle programma in den vorm van een lierinsgelijks vervaardigd was bij den heer E. Spanier lithograaf des ko nings na afloop waarvan het bal verder 2ou worden voortgezet. In de gangen ter wederzijde van de zalen waren uit voorzorg vier brandspui ten aangebragtdaar men van verschillende zijden in den loop van den dag bezwaren voor brandgevaar had geopperd en men vreesde dat door de digte aanraking van de bouquets met liet gaas en vloeipapier die stoffen ligt vlam zouden vatten. Met leedwezen moet men melden dat die vrees niet ongegrond bleek te zijn. Naauwelijks was men aan liet souper en speelde het orkest het 3de concertnonunerzijnde de ouverture van (lusraveof het gaas vatte ter régterzijde van dé zaal boven de kroonlijst vlam terstond werden met lange stokkenwaaraan sponsen bevestigd waren, pogingen ter blus- sching aangewend, hetgeen eenige keeren ge lukte doch ten laatste geraakte liet geheele gazen plafond in vlam en stukken brandend gaas vlogen in het rond en deelden het vuur in een oogenblik aan de wanden en liebtkroonen, als ook aan de draperien in de andere zalen mede> zoodat het geheel in een oogenblik eene vuurzee scheen.' De verwarring was bij dit ongeval on beschrijfelijk; men vernam niets dan het breken van porselein en glas liet geroep van ver schrikte dames waar tus-cln-n de bevelen der brandmeesters in een oogenblik waren de spui ten in de weer eu overdekten de zaal met stroo men water. Alles vlugUe, de dameshare toi letten niet sparendesnelden de straat op en werden spoedig door de heéren gevolgd. De spiegels knapten en de glazen lantaarns in de zaal braken zoodat de vullende stukken glas do verwarring niet weinig vermeerderden. H. M. de koningin en de prinsessen hebben zich te voet naar liet paleis van Z IC. H. prins Frederik be geven en zijn van daar huiswaarts gekeerd. Ruim ten 12 ure was de zaal door de genoodigden ontruimd eu ten 2 ure waren het werkvolk en de bedienden de vlammen meester. Z. M. de koning is tot het laatst gebleven en moedigde met woord en daad de menigte aan. De zaal heeft mede veel geleden. Eene menigte voor werpen van waardezoo tot de toilletten als de dienst beboerende wordt vermist. De schade zoowel daardoor als door gebroken en bedorven voorwerpen moet vrij aanzienlijk zijn en werd nog vermeerderd doorliet vallen van eene prach tige lichtkroon. Het behoeft niet gezegd te wor den dat de dames-toilletten veelal zijn bedorven. Ook de heeren zijn daarbij niet verschoond ge bleven. Gelukkig dat bij al die verwarring door de spoedig aangebragte hulp geen persoonlijke rampen zijn te betreuren. De muziekanten op het orkest konden zich nog in tijds door ladders redden welke spoedig werden aangebragt terwij] die op de orgeltribune, welke de koraal- muziek moesten blazen, veilig langs een achter trap ontkwamen. Ook van de bedienden zijn vele kleedingstukken enz. bedorven en zoek geraakt. Er zal een geruime tijd verloopen eer de zaal zal zijn hersteld. Men kan in deze niet nalaten lof toe te zwaaijen aan den heer II H. van Gogh die in zijne betrekking van opper- brandmeester vele gewigtige diensten heeft be wezen. Een ter goeder naam en faam bekend staande schoorsteenveger te Rotterdam be roemde er zich in zijne eenvoudigheid bij zijne kennissen op dat hij in zijn huis in vier kamers gazlicht brandde en bijna niets daarvoor be taalde. Iloe vreemd zulks ook moge schijnen bevatte het desniettemin de zuivere waarheid. Maar de wijze hoedeze komt hem thans zeer duur te staan. Ziehier de toedragt der zaak. De vroegere bewoners van het huis hadden gaz van de nieuwe Rotterdamsche gazfabriek en toen zij die woning verlieten liet de directie der fabriek, ter besparing of om welke reden dan ookde pijpen niet wegbreken maar stopte die met een kurk toe. Die kurk nu wist onze schoorsteenveger van de pijp af te snijden en in plaats daarvan een ander eindje pijp aan te brengen en vervolgens ook een kraan met een sleutel. Tien maanden lang ging dit ongemerkt goed maar op zekeren avond in de maand Dec. jk ontving hij onverwachts een bezoek van twee inspecteurs der nieuwe Rotterdamsche gazfabriekdie al spoedig het geheim van goed koop gaz branden ontdekten en er ook de po- licie mede bekend maakten. Dientengevolge stond de schoorsteenveger. 11. vrijdag teregt voor het hof in Zuid-Holland beschuldigd van diefstal bij nacht in e^n bewoond huis. De adv.- gen. mr. Terpstra hield de beschuldiging vol en rekwireerde eene veroordeeling tot eene correc tionele gevangenisstraf van minstens drie maanden en hoogstens vijfjaren. De adv. mr. Levysson Norman trad als verdediger op wees op verschillende verzachtende omstandigheden en bestreed de qualificatie van diefstal bij nacht en wenschte die veranderd te zien in een- voudigen diefstal. Aanstaanden donderdag zal het hof uitspraak doen. (N. I).) Wij vinden in een Engelsch dagblad eene correspondentie waarbij de oorzaak van het duel, waarin de secretaris der Nederlandsche legatie te Weenen gevallen is, aldus wordt ver haald Weenen is bekend als een der steden van Europa-waarin men het meest verzot is op feestelijkheden, en vooral is dit waar te nemer, geweest bij het laatst verloopen karnaval. Ge durende een maand lang was men daar slechts vervuld met bals, concerten en feestelijkheden en de geheele bevolking was met de eenige ge dachte vervuld om zich te vermaken. „Onder de adellijke en rijke inwonersdie aldaar met de meeste pracht hunne gasten ont vangen, onderscheidt zicli de baron F., bezit ter van een vorstelijk fortuin en aide de camp des keizers. Zijn hotel is als het ware het cen trum van een luisterrijken kring van Boheetn- sche en Hongaarsche edellieden en van talrijke vreemdelingendie tot het corps diplomatique behooren. Van deze laatste waren vooral twee gezantschaps-secretarissendon E. de M. V. van de Spaansche legatie en de graaf van R. v. R. van de Nederlandsche op elke soirée bij den baron te vinden men onderstelde dat beide bekoord waren door de baronnes F., eene jeugdige Hongaarsche dame sedert een jaar met den voor haar veel te bejaarden echtgenoot gehuwd. Met eene soort van nieuwsgierigheid door het conventioneel waas der etikette bedekt, sloeg men dan ook de beide vreemdelingen gade. Het verschil tusschen beide was zeer groot. Opmerkelijk door zijne rijzige gestalte blaauwe oogen en blonde haren, fladderde de naauwe- lijks zes en twintigjarige graaf v. R. voortdurend om de baronnes heen zonder dat echter zijne be wondering voor haar hem immer de grenzen der strengste welvoegelijkheid deed overschrijden. Minder beschroomd dan zijn vriend en mede minnaar verzuimde don E. de M. V., een schoon man met olijfkleurig gelaat en ongeveer vijf en dertig jaren oud niets om zich uitsluitend van het gesprek met de baronnes te verzekeren en haar allerlei oplettendheden te bewijzen. „De gebruiken en gewoonten der Weener zamenleving gedoogden dergelijke in het oog springende oplettendhedenterwijl overigens de jonge baronnes deze nimmer aanmoedigde en de meest strenge kritiek inbaar niets te berispen vond; eenige oude dames beweerden echter dat zoo zij eenig verschil maakte dit ten voordeele was van den bleeken beschroomden Hollander. „Te Weenen, even als overal is de grootste feestdag van bet karnaval de mardi gras waarop ook de baron F. een prachtig bal masqué gaf. Eene menigte gasten bevond zich in de salons, terwijl het aantrekkelijke van dit soort van feestelijkheden bestaat in het geheim waarin zich de verschillende gasten hullen. Het geheim van de maskers was dan ook streng geëerbiedigd en geen uiterlijk teeken verraadde de tegezrwoordigheid cler baronnes en der heide gezantschaps-secretarissen. De gasten die al leen op dezen avond met de gedachte vervuld waren om zich te vermaken zouden volstrekt niet aan hen gedacht hebben, zoo niet omstreeks middernacht eene zonderlinge gebeurtenis de aandacht had getrokken. Men zag namenlijk een zwarte domino eene herderin achtervolgen en lastig vallen met een aandrang, welke de grenzen der gewoonte geheel te buiten ging. Waarschijnlijk waren haar deze lastige oplet tendheden onaangenaam daar zij deze zoo veel mogelijk trachtte te ontgaan eu van tijd tot tijd dan ook aan den zwarten domino ontsnapte.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1863 | | pagina 1