sla!en) door de gemeente zou zijn terug ontvan gen terwijl de onderneming in den staat waarin die clan zou verkeeren voor haar zou opgewon- 11 en zijn. Daartegen is aan te voeren dat die bereke ning onjuist is, dewijl successivelijk nieuwe ka pitalen door de gemeente zullen moeten worden verstrekt tot herstelling of vernieuwing van het primitief daargestelde doch daarop is weder te antwoorden darmen in aanmerking moetnemen 1. I -at liet hier geldt eene industriëele onder neming waarvan de gebouwen aangeene schud ding of divuning door machinerien onderhevig zijnzoodatdeze goed onderhouden wordende, even lang kunnen duren ,als ieder ander gebouw of magazijn. 2. Dat daarin geene wrijvende machinerien in werking zijn, die eene geregelde vernieuwing vorderen doch dat het meerendeel van het ma terieel alleen na langdurig tijdsverloop verslijt. 3. Dat het materieel dat periodiek en snel verslijt (de retorten) geregeld ten laste der ex ploitatie zijn en zullen worden vernieuwden dat liet onderhouden en des gevorderd vernieuwen van liet overige materieel canalisalie lantaarnen a a-meters enz merle ten laste der exploitatie g-'hmgt wordt of zal worden, en dat dus de mogelijkheid, ja! de waarschijnlijkheid bestaat, dat in dat tijdvak van 19 jaren wel eens middelen uit de gemeentekas zullen moeten worden ver strekt. om het primitief daargestelde te ver nieuwen, wanneer dit niet ten volle uit de mid delen der exploitati? kan worden gedekt doch dat deze in verhouding van hetgeen volgens het stelsel van den lveer de Clercq zoude worden gekapitaliseerd, ee:i niet zoo belangrijk kapitaal zal zijn, ten minste daaraan op verre na niet geltijk, zoodat de zaak als eene winstgevende zou zijn behandeld en het kapitaal binnen een met waar schijnlijkheid vooraf te bepalen tijdvak geheel gereïntegreerd zou worden. Deze was geenszins de bedoeling van den Raad, zoo als boven reeds is herinnerd. Deze had een andere zienswijze. Zij had niet be paald reïntegratie op het oog. M>gt deze ten rleele of geheel na verlo >p van tijd kun nen worden verkregen de uitkomst zou dan voor de gemeente nog zooveel gunstiger zijn Ii>dion men olc-^lito vv/ltjl Jc kvatcii dor oltc-vcr- U editing debetere door gaz verkreeg en tevens zoodanig geldelijk avans, dat de gemeente vol doende gewaarborgd werd voor de middelen, die na verloop van tijd niet voor uitbreiding der zaak doch voor herstelling of vernieuwing van het oorspronkelijk daargestelde van harentwege zou den verstrekt moeten worden, dan beschouwde men de zaak eene go ule en voor de gemeente gunstig en gereüsseerd. En de verwezenlijking van dit doel is, zoo als Burgemeester en Wethouders vertrouwen zoo goed als verzekerd. Boven is reeds gezegd dat gedurende de exploitatie van 18571859, niettegenstaande zooveel tegenspoed en schadeeen avans van ruim ƒ3800 is verkregen en voor 1859 bedroeg dit, zoo als straks nader blijken zal, 1649,35!/a Wanneer nu slechts wordt aangenomen, dat dit avans gemiddeld jaarlijks 1500 zal bedra gen (en Burgemeester en Wethouders meenen, dat dit cijfer niet overdreven zal genoemd wor den met het oog op den vooruitgang der zaak en de nadeelen der exploitatie tot nabij 1880) dan zal dit tegen eene rente van 4 pet. belegd zonder ui-anfA nr> rente na vei'loOD Van 20 jaren een kapitaal gevormd hebben van 41400 of bij berekening van renteop rente van 44667,09 (blijkens berekeningen hierbij over gelegd) en dit bedrag zal volgens het bepaalde geloof niet alleen van Burgemeester en Wethou ders maar ook van de leden der commissie meer dm voldoende zijn om de gemeente te dekken voor dé middelen die tot vernieuwing eventueel zullen moeten worden verstrekt of waarvan alsdan de verstrekking» in de naaste toekomst te voorzien is, en naar hunne meening zal nog wel een gedeelte kunnen dienen tot reïntegratie van het primitief verstrekt kapitaal. Men kan hiertegen aanvoeren, dat, mogt zoodanige reïntegratie achterwege blijven de gemeente haar kapitaal zou verloren hebben en Burgemeester en Wethouders voor het oogen blik aannemende dat geene reïntegratie zelfs ten dode z il kunuen verkregen worden kunnen dit toegeven onder opmerking echter, dat zij hare voortdurend vernieuwd wordende zaak daarvoor ;n de plaats heeft, doch zij zijn tevens van oor deel dat in dit opzigt eene gemeente ook niet -gelijk staat met een particulier en zoodanige re- integratie voor haar meer dan voor een parti culier onverschillig is. De gemeente is een voortdurend zedelijk lig - chaam; zij sterft nieten als zoodanig is het haar onverschillig of zij een bedrag van inkomsten geniet uit inschrijving op het grootboek, dan indirect of direct uit welke bezitting ook, mits slechts het bedrag hetzelfde is en het genot voort durend. De omstandigheden die het voor een particulier wenschelijk makenom zonder schade eene onderneming te kunnen verlaten [en hoe- vele kunnen er niet van dien aard zijn] bestaan voor liet meerendeel niet voor eene gemeente. En daarom mogt naar hunne meening de Raad in deze een andere zienswijze volgen dan die voor een particulier aannemelijk zoude zijn ge weest. Daarom mogt de Raad in het belang der ingezetenen, tot prijsverlaging besluiten en de onderneming zoodoende hun tot voordeel doen strekken waar een particulier dit niet zou heb ben gedaanen het voor hem ook meer gewaagd zoude zijn geweest. 3. De som vai150 jaarlijks voor meerder on derhoud van bestrating is zeer overdreven. Waar van eene jaarlijhsche schade sprake is, moet de schade door het primitief leggen der buizen aan de bestrating veroorzaakt buiten be rekening blij 'en. Deze valt achtereenvolgend weg door gelieele herstrating welke regelmatig de geheele gemeente door geschiedt. Hier kan dus alleen in aanmerking komen de herstrating voor opgebroken straat na opsporing van lekken of nieuwe aansluiting voor verlich ting. Ruim genomen kan die oppervlaktejaar- lij ks 300 vierk. ellen geraamd worden en moeten dus de kosten met het zand op ƒ50 gesteld worden. 4. De assurantie is in 1857 geschiedt voor 6 jaren en daarvoor 269,60 premie voldaan of ƒ44,935 jaarlijks. De lasten sub. no. 13 en 4 vermeld bedra gen dus zamen ƒ2745,25. Hierbij moet echter nog een lastpost worden ge voegd welke aan de aandacht van mr. de Clercq is ontgaan nam./ 249,61 voor olie-verlichting langs de dijken gedurende 1859. Dewijl het geheele bedrag der koeten die de olie-verlichting zou gevorderd hebbenals hate ia gebragt moet liet bedrag oor nog overgeble ven olie-verlichting in de berekening als last worden gebragt. Tegenover de aangenomen baten ad ƒ4644,218 staat dus aan bekende lasten 2994,86 waardoor het avans ad 1649,355 wordt gestaafd boren reeds vermeld hetwelk aan de gemeentekas is teruggevloeid of daarin verbleven tot boven meermalen vermeld doel of tot vergoeding van kapitaals achteruitgang. In liet stelsel vanmr de Clercq bij berekening van eene kapitaals achteruitgang ad 4 pet. van het geimpendeerd kapitaal ad f 2953,04 zou dus het verlies niet ƒ2225,12 doch slechts ƒ1303,685 bedragen hebben. Doch door het besprokene is reeds voldoende gestaafd dat zoodanig verlies niet met zekerheid kan worden aangenomen, tenzij evenzekerworde bewezen, d.-it de kapitaals-achteruitgang dezer zaak op 4 pet. moet worden gesteld en dat, zoo lang dit bewijs ontbreekt, dat verlies alleen eene zaak van opinie is en willekeurig toe- of afneemt, of geheel vervalt, naar mate men voor die kapi taals-achteruitgang een hooger of lager percent dan het gestelde aanneemt. Bi]* de behandeling der lste stelling is reeds voldoende ontwikkeld, dat die balans nietandeis kan wordeningerigt en bij de behandeling der 2de dut dit voor eene goede kennis der zaak ookon- noodig is dewijl door den staat van Burgemees ter en Wethouders in de leemte wordt voorzien en de opgaven die daarin voorkomen vollediger en juister het finantieel standpunt aanwijzen, dan de balans, ingerigt naar het verlangen van mr. de Clercqdit zoude aangewezen hebben. Mogt ook aan eene inrigting der balans naar zijne zienswijze het gevolg verbonden zijn dat het nadeelig saldo dat zij bij berekening van 4, pet. voor reïntegratie mogt opleveren uit de gemeentekas zou moeten worden gedekt boven het bedrag voor de gazverlichting reeds voldaan, dan zou bij eene uitkomst, zooals Burgem. en Wetbu vermoeden (nam. dat liet kapitaal binnen een zeker getal jaren zou worden opgewonnen) op de ingezetenen een last worden gelegd, om deze gemeente-inrigting tot vrijen eigendom te maken oi met andere woorden belastingen worden gekapitaliseerd Burgemeester en Wethouders kunnen dus niet voldoen aan het verlangen van mr. de Clercq, om eene verandering dier balans voor te stellen doch zij zullen gaarne aan den door hen op te maken toelichtenden staat de meest mogelijke volledigheid gevenzoodat de Leden van den Raad steeds op de hoogte kunnen blijven van het finantieel standpunt dezer onderneming Zij stellen zich voor om aan dien vergelij kenden staat, overeenkomstig het op voorstel der Commissie, belast met het onderzoek der reke ning der Gaz-fabriek over 1859,door den Raad in de vergadering van 28 Julij 11. besloten, toe te voegen een overzigt van den stand van het kapi taal en daar verder al die opgaven en inlich tingen bij te voegen, die tot eene juiste kennis van den stand der zaak kunnen bijdragen. Voor hen, voor de leden der commissie belast met het toezigt der fabriek en ook voor de leden van den Raad, die deel hebben genomen aan de veelvuldige en naauwgezette beraadslagingen die geleid hebben tot de oprigting der fabriek moge ook met den tot nu toe gebruikelijken staatde stand der zaak duidelijk zijnvoor anderen daarentegen, kunnen Burgemeester en Wethouders willen dat toegeven, die nadereop- gaven en inlichtingen dienstig zijn om gemak kelijk dien stand te leeren kennen en te overzien terwijl daardoor in allen gevalle zelf de schijn zal vervallen, als of Burgemeester en Wethouders of decommissarissenover de Gazfa- briek niet bekend zijn met hetgeen ook in de toekomst voor de onderneming te duchten en te verwachten is. Eene opmerking van mr. de Clercq mogen Burgemeester en Wethouders niet met stilzwijgen voorbijgaan. Zij is deze Wanneer men voor eene betere verlichting groot er offers zou willen brengen, dan vroeger gevorderd werden dan zou dit alleen zijn voor het genoegen der ingezetenen. Burgemeester en Wethouders antwoorden Niet alleen voor het genoegen ma&v ook voer nut. Meerdere openbare veiligheid is niet alleen aangenaam maar ook nuttig Ten slotte maken Burgemeester en Wethouders de opmerking dat behalve hel wezenlijk niet onge grond vooruitzigtdat de gemeente de betere ver lichting voor minder ten minste voor niet meer geld, dan deslechtereolie-verlichting kostte, ge nieten zal ook door vele ingezetenen directe en indirecte voordeelen van deze inrigting genoten worden die niet onbelangrijk zijn. Vele verbruikers van gaz moeten nu voor ver lichting hunner lokalen vrij wat minder ten offer brengen dan zij bij andere wijze van verlichting brengen moestenterwijl allen bovendien jouis- seren van een« prijsverlaging van gaz sedert het in werking treden der fabriek, welke 13 k 14 pet. bedraagt, en voor hen te zamen op ƒ1100 a ƒ1200 'sjaars kan gesteld worden, welke prijsverlaging niet zou hebben plaats ge had wanneer de onderneming eene particuliere geweest ware, getuige de ondervinding der in gezetenen van Utrecht 's fJage Middelburgen andere plaatsen waar het gaz duurder is dan in deze bij vergelijking kleinere gemeente en dan veelal nog van slechter qualiteit. Na de voorlezing stelt de Voorzitter voor deze memorie voor kennisgeving aan te nemen en haar gedurende eene maand op de secretarie voor de leden ter visie te leggen. Op eene vraag van mr. de Clercq antwoordt hij, dat liet stuk beschouwd wordt, als deel uit makende van, en in het gemeente-archief zal worden opgenomen. De heer de Clercq zegt naméns zich en de andereleden Burgemeester en Wethouders dank voor de vele moeite die zij zich getroost hebben, zijne bedenkingen zoo uitvoerigte beantwoorden hij zal over cl ze zaak thans geene discussie uit lokken, hii merkt echter op dat Burgeon ester en Wethouders zoo hij wel verstaan heeft gezegd hebben dat zij niet weten of de zaak voordeelig is of nieten dat de voorstelling dat. er overminst is geweestgeen juiste was; hij geeft toe, dat het percent van achteruitgang door hem bij be nadering is genomen hij meent echter dat men daarvoor bij zoodanige onzekere zaak altijd iets moet stellen hij meent dat men bij zoodanige zaak die aan ondergang of misrekening bloot staat niet tevreden mag zijn met te berekenen hoeveel intrest het geld aan de gemeente kost, maar dit iets hooger moet stellen; wanneer het kapitaal op het grootboek staat is het geld zeker, bij eene fabriek is men dit niet altijdhij hoopt het niet en het is niet te denken maar wie ver zekert dat zich geene omstandigheden kunnen opdoen die over eenige jaren tot sluiting der fa briek kunnen leiden, welk bedrag zal men dan terugbekomen van de waarde in de gebouwen of i het in dén grond zijnde 'ijzer iVest'eed. Hij heeft 5 en 4 pet. aangenomen, maar al neemt hij 4 en 2 pet.hetgeen een verschil van 3 pet. maaktdan komt hij volgens zijne bereke ning nog altijd op een kwaad slot van/ll,75. Hij verheugtzich deze zaak ter sprake gebragt te hebben het'moge waar zijn dat anderen de zaak beter kunnen beoordeelen of inzien dan hij doetmaar uit gesprekken met Leden van den Raad zoowel in de commissie als daar buiten heeft hij opgemerkt, dat zij het evenmin be- grepen of zijne bezwaren konden weêrleggen. Hij hoopt hartelijk dat zijne bezwaren door het rapport van Burgemeester en Wethouders ver nietigd zijn en dat deze gevvigtige zaak voor de gemeente niet onvoordeelig zal blijken te zijn vooral hoopt hij dat de fabriek niet zal vermeer deren het aantal ongelukkige gedenkteekenen van zakendie in Zierikzee met de meeste voor ingenomenheid begonnen werdendoch waarvan later bleek dat men zich bedrogen had. De Voorzitter zegt dat Burgemeester en Wet houders van het belangrijke der zaak overtuigd de kennisnemin der stukken aan de Leden zeer aanbevelenook hij zal in geen verdere discussie tredenalleen zegt hij dat Burgemeester en Wethouders juist om dit te zeggen, gezegd heb ben dat zij niet wisten of de zaak voordeelig was of niet, doch dat men die uitdrukking moet be schouwen in het verband waarin zij voorkomt, namelijkdat noch zijnoch iemand dit kan weten welligt zal men dit kannen over vele jaren misschien nooitdaartoe ontbreken de middelen, de ondervinding en de kennis; lieden van ondervinding die Burgemeester en Wethou ders geraadpleegd hebben hebben verklaard dat zij niet wisten hoe lang hier te lande de buizen in den grond konden duren. Over die uitdrukking van nverwvul moet men ook zoo niet vallenwat is het gevalhetgeen de Directeur jaarlijks boven de ƒ4000 in waarde heeft moet hij dadelijk in de stede}ijke kas storten het moet in de begrooting en rekening een hoofd erlangen en daarom een naam hebben hoe zal men het nu noemen overwinst is het eigenlijk nietsaldo der kasrekening is het ook niet, het is hetgeen over de /'4000 overgehouden is en daartegenover staan onbekende verliezen die nu of later zullen blijken De Voorzitter vraagt of een der leden hierover nog het woord verlangt. Mr. de Crane vraagt of het voornemen be staat ten gevolge van deze overwinst weder een voorstel tot prijsvermindering van het gaz te doen. De Voorzitter antwoordt dat hij daarvan bij Burgemeester en Wethouders niets vernomen heeft, maar dat hij tevens moetopmerken dat de laatst bepaalde prysvermindering eerst met Julij 1L is in werking gekomen en dat die niet zoo zeer voorgesteldis om niet te veel winst te hebben maar om geen groote verliezen te lijden. Mr. de Crane zegt zich voor te behouden hij de volgende rekening der Gazfahriek hierop terug te komen hij meent zich te herinneren dat het voorstel gedaan is op grond der gunstige resul taten. Jhr. de Jonge gelooft niet dat in dien geest dit voorstel i< gedaan li ij herbaalt dat Burge meester en Wethouders de zaak als indutlrieele niet zoo gunstig hebben beschouwd wel als ge slaagd uit het oogpunt van het doe! der oprig ting doch dat nimmer de prijsverlaging opgrond dier overwinst alleen is voorgesteld. Mr. de Crane meentdat de leden van den Raad indien zij de zaak ingezien hadden als zij nu doen welligt niet tot de prijsverlaging zou den hebben toegestemd. Mr. de Clercq gelooft, dat die prijsverlaging niet zoude voorgesteld zijn zoo van wege eene groote inrigting daarop geen groote pressie was uitgeoefepd. De heer Houwer weerspreekt als Lid der Gaz-commissie dit beweren, bij de commissie was tot het voorstel bes'otenomdat men een avans van f 1500 voldoende achtte; vóór dat het plan dier inrigting bekend was en juist dit plan had bijna het voorstel doen terughouden. De Voorzitter repliceert mr. de Crane, dat men mag vertrouwen dat hetgeen de Raad vroe ger besloten heeft op wijze redenen steunde, en dat zij ook eventueel later in te dienen voor stellen even grondig onderzoeken zal. Zijn voorstel tot ter visie legging van de me morie wordt alsnu aangenomen en de vergadering da arua gesloten. Ter Stads Drukkerij vande Erven A. de Vos.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1860 | | pagina 4