W.° L Woeosclag 24 Jaoitarij. 1855. ZDQUKZEESCHE COURANT. ABOÏtfWKSaSïTHTS-S'l&I.SS Per drie maanden ƒ2,00. Franco per post ƒ2,25. Inzendingder Advert, daagste vorensnamidd. vóórdl ure PBOQ DXB AO VB J&TiBBrTI.ÏÉBÏ Gewone 15 cerzlte de regel. Geboorte-Huwelijlts-en Hoodberigten van 1-6 regels af 1 behalve hel Zegelreg< MINISTERIE VAN JUSTITIE. Pi?0 F/AC/J? ZEELAND. AANBESTEDING. Op Zaturdag den 27 Januarij 1855, des voormid dag ten 11 ure zal onder nadere goedkeuring door den Commissaris des Konings in de Provincie Zeeland cfhij zijne afwezigheid door een der leden van Ge deputeerde Staten in bijzijn van den Hoofd-Irigenieur in het 11de district van den Waterstaat aan het locaal van het provinciaal bestuur te Middelburg worden aanbesteed Eenige vernieuwingen en herstellingen aan bene vens het gewoon dagelijksch onderhoud van het Huis van burgerlijke en militaire verzekering te Middelburg over 1855 1856 en 1857 te rekenen van de goedkeuring der aanbesteding af. De aanbesteding zal geschieden bij enkele inschrijving Het bestek zal ter lezing liggen aan hel locaal v«n bel provinciaal betuur en in het huis van verzekering voornoemd. Vier dogen vóór de besteding zal de noodige aan wijzing in loco worden gedaan telkens des vnormid- dags van 9 tot 12 ure en zullen voorts nadere infor ms tien te bekomen zijn bij den Hoofd-lngenieur Rkijeuikcic te Middelburg en bij deu ingenieur Lebbet aldaar. Middelburg den 17 Januarij 1855. De Commissaris des Konings in de provincie Zeeland VAN TETS. BEKENDMAKING. De Rü kg km ekster van Ziertkzee brengt ter kennis van de daarbij belanghebbenden dat het kohier der Grondbelasting van dezo Gemeenteover het jaar 1855 op den 17 dezer maand door den Heer Com missaris des Konings in deze provincie is executoir ver klaard en of) heden wordt gesteld in handen van den Ontvanger der Directe Belastingen enz. alhier ten fine van invordering cn eindelijk dat ieder verpligt is zijnen aanslag op den bij de wet bepaalden voet te voldoen. Ziertkzee den 24 Januarij 1855. B. C. CAU. De Ontvanger der Directe Belastingen In- en Uitgaande Regten en Accijnsen in deze Gemeente brengt bij deze ter kennisse van een ieder wien zulks mogt aangaan dat bij dispositie van den Heer Direc teur dier middelen in deze Provincie dd. 15 Januarij 1855 n.° 116/103 zijne zitdagen voor de ontvangst der Directe Belastingen zijn vastgesteld des Maandags Dingsdags Donderdags en Vrijdags van des voormid dags negen tot des middags twaalf ure en des Donder dags des namiddags van twee tol drie ure ten einde do buiten de Stad wonende belastingschuldigen te gerieven. Ziertkzee 20 Januarij 1855. De Ontvanger voomd. VER DOOR EN. BUITENLAND. r B A K X R IJ S| Parijs 18 Januarij. De minister van finnntïën hoeft aan den keizer een rapport ingediend over de inschrijving voor de leening. De Montleur maakt heden dit rapport openhaar. Daarin verklaart de mi nister dal alle verwachting overtroffen is. Hel bedrag der inschrijving is 2175 nullioenen behalve hetgeen op Corsika in Algiers enz. is ingeschreven. De in schrijvingen te Parijs bedroegen 1398 millioeren 150 milliopnen zijn in Engeland en evenwel in Duitschland, Belgie en Zwitserland ingeschreven. Do inschrijvingen van 500 fr. en minder hebben een cijfer van 836 milli- oenen bereikt. Do inschrijvingen boven 10 fr. rente nullen eenc geëvenredigde vermindering van 42 pet. ondergaan Onmiddelijk zal worden overgegaan tot de terugbetaling der gestorte kapitalen. De hoop op ernstige vredesonderhandelingen wint hier meer cn meer veld inzonderheid na het ontvangen der tijding dat de Frnnsche en Engelsche gezanten te Wrenen reeds langs telegrafische!» weg gemagligd zijn die onderhandelingen te openen, zelfs voor dat zij hunne geschrevene volmagten tot dat einde ontvangen zui len hebben want deze omstandigheid bewijst een spoed van de zijde der westersche kabinetten die men denkelijk niet verwacht had. Wanneer het dagblad Opinione van Turijn goed is onderrigt zou bet vertrek van het Piémontescho hulpkorps op den 28 Februarij bepaald zijn dat blad zegt ook dat het contingent op 20,000 man is vast gesteld waarvan 15,000 zullen vertrekken terwijl de reserve uil 5000 man bestaan zal. Het dagblad van Rome geeft eenc uitvoerige be schrijving van de tiara of driedubbele kroon door ko ningin Isabella If aan pous Pius IX geschonken. Aan die kroon teil men niet minder dan 19,000 edelgesteen ten waaronder 18,000 brillanlen. Iedere kroon is uit eene dubbele rij bnllanten gevormd welke met gulden draden zijn /amengesnoerd terwijl groote di amanten daar tusschen uitsteken. In de tusschenruim ten ziet men acht uil robijnen en smaragden znmenge- stelde sterren terwijl de uitstekende punten der kroonen uit bloemen van diamanten zijn zamengesteld en een parel van de zuiverste soort de toppen vormt. Al de steenen zijn au jour gezet. Roven de tiara ver- heft zich een kruis van briljanten rustende op eene wereldkloot van safieren van het schoonste azuur en verder met evenwijdig verdeelde parelen versierd. Dit alles is liet werk van den Spaanschon hofjuwelier ridder Pizzala die zelf de tiara naar Rome, heelt helpen overbrengen, welke de paus door den aartsbisschop van Toledo, twee andere bisschoppen den zaakgelastigde der koningin en den graaf Codillo is overgereikt. Een Fransch officier heeft de volgende berigten uit het leger voor Sebastopol gegeven verval in een brief aan zijne familie, gedagteekend der. 23 December II.: «Sedert mijn jongste schrijven is niets in onze positie veranderd. Wij slaan nog steeds met het geweer in den arm en wachten de gebeurtenissen en hel schoone we der vooral dit laatste, boe brandend ons verlangen ook zij om ons nogmaals met de Rassen te meten. De vijand schijnt niet voornemens zijne aanvallen op onze linie Ie hernieuwen want bij maakt belangrijke versterkingen langs den regteroever der Tchernaïa en den linkeroever der Belbek. Waarschijnlijk zullen wij hem het gevecht aanbieden zoodra Ower-pacha die lang op zich wachten iaatte Eupatoria zal aangekomen zijn en do achterhoede van vorst Menzikoff zul aange tast hebben. Wal de belegerde vesling betreft blijft alles hetzelfde Aanhoudende kanonnode van de zijde der Russen welke wij onbeantwoord laten. Al onze werken zijn voltooid er bestaal echter nog plan vier batterijen op te riglen wanrvan twee met mortieren gewapend ten einde nieuwe verdedigingswerken te bestrijken welke de vijand heeft opgerigi tusschen het bastion van de Mast en de bergkloof der Kogels. De Russen hebben die werken waarschijnlijk duargesteld om zich schade loos te stellen voor het verlies van den grond dien zij voor hel quarataine-for l veilalen hebben, in den omtrek van een dorp welks naam mij onbekend is en dat wij onverwachts verlaten hebben gevonden. Wij zijn daar weldra benen getrokken en hebben de groenten uil de tuinen medegenomen. Anderen maak ten zich meester van meubelen deuren en vensters voorwerpen van groote waarde voor ons, en welke men alleen in de tenten der heeien intendanten aantreft. De generaal ttigot heeft zes vensters in beslag genomen welke bestemd zijn om in de eetzaal van den generaal Canrobert geplaatst te worden zoodra die opgeslagen zal zijn. Dn alles is buit gemaakt onder een levendig geweer vuur uit het fort, waardoor twee onzcrsoldaten gekwetst werden gij kunt hieruit opmaken hoe digt wij onder hel hereik van den vijand zijn. Wij hebben gebruik gemaakt van het terugtrekken der Russen om onze loopgraven tot aan de baai <ier quarantaine te vervolgen zij zijn nu reeds lot aan dat punt gevorderd zoodat wij in onmiddelijke verbinding: staan met de daar liggende schepen. Door dit werk zijn de loopgraven op onze uiterste linkerflank voltooid. De loopgraven! daar is de moeijelijkste dienst. Één nacht, in do loopgraven doorgebragt, mat do manschap pen »neer af dan twee dagen dienst. Niets is verschrik kelijker dan twaalf uren bijna onbewegelijk door te brengen, met de voeten in den modder of het water, de regen op hóófd of schouders bij een ijskouden wind, met den blik voor zich uit met ingespannen geest al tijd vol angst en ongerustheid want dal gevoel bernees- lert het hart onzer dapperste soldalen in die lange nachten le midden der duisternis en der hinderlagen. Onze manschappen zijn goed gekleed geschoeid en gevoed wij zijn beschut tegen wind regen en koude maar do regen hindert ons het meest. Wij gevoelen ons gelukkig, wanneer wij aangevallen worden dat geeft afleiding dan komt men in beweging en wordt men warm leven de uil vallen J Maar jawel die drommel" sche Russen wijken reeds voor onze vooruitgezonden scherpschutters en er blijft voor ons niets te doen over. Ik geloof niet dat er voorbeeld bestaat van belegerings werken welke zoo ongestoord zijn kunnen fgemaakt worden noch van eene derde paraleb, welke niet door den vijand is aangetast. Nogtans (wantik moet opregt zijn) is onlangs eene compagnie jonge soldaten van het 42ste regement overrompeld en de vijand heeft haar drie draagbare houwitsers ontnomen de arbeiders van het 22ste die uit de nabij gelegen loopgraaf toesnelden hebben hem die stnuthi-id wel duur betaald gezet en met verlies te ruggeslagen docli de kapitein der compagnie een dap per officier is daarbij gesneuveld en de luitenant krijgs gevangen gemaakt. Gedurende den dag is het in de loopgraven niet veel aangenamer dan des nachts. Wij zijn dan onophoude lijk bezig om ons tegen de kogels te vrijwaren. Onze manschappen hebben daarin eene ongelooflijke behen digheid bereikt. Zoodra zij het vuur van een kanon zien. geven zij de rigting van het schot aan Pasop daar regis neem u in acht bij het stuk n.° 4." Een officier van den staf zeide mij gisteren dat ons verlies dagelijks gemiddeld niet hooger is dan 4 dooden en 15 gekwet sten. In de loopgraven zien wij schier niemand dan de offi cieren die de ronde doen en minstens tweemaal daags den generaal van dienst. liet is een zware taak, daar deze loopgraven zich meer dan 16,000 Ned. ellen uitstrekken. Van tijd lot tijd komen er enkele bezoekers daar hei aan vreemden volstrekt verboden is s zonder schriftelijk verlof van den generaal Canrobert in de loopgraven te komen. Deze voorzorgen zijn hoogst noodig met de Russen want zoudt ge wel gelooven dat drie hunner officieren de stoutheid gehad hebben, zich zekeren avond als Franscho officieren verkleed in eene onzer batterijen te vertonnen Ik twijfel ech ter of zij op nieuw zich zulten blootstellen aan de straf, door de krijgswetten tegen spionnen bedreigd. Hel weder wordt niet beter wij hebben slijk tot aan de knieën. Van den 18 tot den 21 hadden wij drie tamelijke goede dagen maar toen zijn de regen- buijen weder begonnen. Dit zou nu gemakkelijker te weerstaan zijn indien wij ons konden verwarmen en droogen. Maar er is gebrek aan hout onze man schappen besteden 6 of 8 uren om een kleinen (akkebos te rapen waarvan bet zwaarste hout naauwelijks een vinger dikte heeft; hel is iuist gem eg om er water over te koken. En echter hebben wij onder onze voelen eene menigte wijtigaaidsironken waarvan wij slechts de ranken hebben afgesneden. Maar de arbeiders ontbreken om met houweeien die wortels uit deu grond te kunnen balen. W ij lijden ook veel door den wind op deze hoogten van den Chersonesus doch wij hebben. God dank i "i; geene herhaling gehad van den vreeselijken orkaan der vorige maand. Gij zult daarvan geboord aeuucu. ua

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1855 | | pagina 1