AFKONDIGING. Burgemeester en Wethouders van Zierikzee doen te weten dat door den Raad dier Gemeente in zijne Vergadering van den 15 Januarij 1853, is vastgesteld ■da volgende Verordening op 'de Policie der Markten binnen de Gemeente Zierikzee. EERSTE hoofdstuk. Van de Jaarmcrrk'L Art. 1. Fr zal jaarlijks buitengewone omstandigheden uit gezonderd binnen deze Gemeente eene zoogenaamde Kermis of Jaarmarkt gehouden worden welke zal aanvangen op dan laatsten maandag in Augustus en veertien dagen duren zal. Art. 2. liet begin en het einde derzelve zal door het luiden der klok worden aangekondigd. Art. 3. Do jaarmarkt zal gehouden worden aan de beide rijden der Oude Haven en voorts nog op zoodanige ■andere plaatsen als daartoe in geval van behoefte door Burgemeester en Wethouders zullen worden ■aangewezen. De tenten theater en andere voorstellingen of ver makelijkheden zullon geplaatst worden bij de Kraan en aan de zoogenaamde Sleepkaai. De wafel- en broederljeskramen zullen moeten wor den opgeslagen lusscben de tweede houtenbrug en het Korte Groenendaa! in dier voege dat dezelve aldaar altijd een vierkant plein zullen vrijlaten. Art. 4. De standplaatsen der kramen zullen door den Markt- tneoster met overleg der kooplieden geregeld worden en deze gehouden zijn zich aan de schikkingen dien aangaande, gemaakt te onderwerpen. Art. 5. Niemand zal tot de jaarmarkt worden toegelaten dan die bevorens aan den Marktmeester opgave zal hebben gedaan van de breedte en diepte van zijne tenten kramen of stalling. Art. 6. Geene tenten theater en andere gehouwen voor tentoonstellingen of vermakelijkheden bestemd zullen voor het publiek mogen worden opengesteld alvorens de hechtheid daarvan bij een bepaald onderzoek aan den Stads Architect gebleken zij en de te vertoonen voorwerpen door den Commissaris van Policie overeen komstig zijn bevonden met de daarvan gedane aan kondigingen. Art. 7. Do eigenaars van stallen en kruiwagens en zooge naamde platzittende personen zullen geene andere plaats mogen innemen dan die hun door den Markt meester is aangewezen of de aangevraagde plaatsruimte mogen overschrijden. Art. 8. De vertooners van openbare vermakelijkheden en andere spelen zullen elkander door geen baldadig ge raas hinderlijk zijn. Art, 9. Geen vuur zal in de kramen mogen worden gebruikt dan met inachtneming der noodige voorzorgen ter be oordeeling van den Marktmeester. Ook zal in de bakkramen met geen krullen worden gestookt na middernacht zal in de gesloteue kramen geen licht mogen worden gebrand. Art. 10. Het is verboden eenige kisten of andere overbodige voorwerpen in de gaarden te plaatsen of eenige goederen buiten do toonbanken uit te stallen. Art. 11. De tenten en andere vermakelijkheden henevens de liakkramen zullen des zondags ten vier ure moeten ge sloten worden en vermogen dien dag evenmin als eenig ander kraam geopend te worden. Art. 12. Na het sluiten der jaarmarkt zal in geene tenten loodsen of kramen hoe ook genaamd welke bij gele genheid der jaarmarkt zijn opgerigtvertoond uitge stald verkocht of gebakken mogen worden Sonde? toeslemming van heeren Burgemeester en Wethouders. Evenmin zullen zonder gelijke toestemming, goéderen op don platten grond mogen uitgestald worden. Art. 13. De tenten kramen theaters en verdere stallingen welke op de jaarmarkt zijn opgerigtzullen wannéér geene bepaalde verlenging door hen verkregen is des dingsdags avonds na de sluiting der jaarmarkt moeten zijn afgebroken de daarin aanwezige koopgoedéren en andere voorwerpen weggevoerd én de grond dien dezelve beslagen hebben ten genoege van den Markt meester behoorlijk schoon gezuiverd en het straatwerk hersteld zijn. De aannemers en verhuurders van tenten theaters kramen en stallingen zijn mede voor de nakoming van deze bepaling aansprakelijk. TWEE1IE HOOFDSTUK. Van de Weekmarkt. Art. 14. De weekmarkt waarop zullen verkocht Worden allé soorten van boter eijeren gevogelte wild paling groenten en andere celwaren, zal als van ouds gehouden worden voor de landlieden uit Schouwen komende op de Varremarkl en voor die uit Duiveland aan de Kraan zullende gedurende den markttijd alle door- logt met paarden, rij- en voertuigen langs de Yarré- markt verboden zijn. Art. 15. Deze markt zal een aanvang nemen des middags twaalf ure en niet langer dan tot half twee ure mogen voortduren zullende alle koopwaren ten twee ure van do markt moeten verwijderd zijn. Art. 16. Bij aldien de boter niet wordt gewogen maar bij stukken of kluiten verkocht wordt zullen deze de be paalde wigt moeten houden van vijf oneen. Ten minste éénmaal in ieder vierendeel jaars of zoo dikwijls als zulks noodig en nuttig zal worden geacht zal in tegenwoordigheid van den Commissaris van Po licie door deszelfs Agenten de boter nagewogen en de eijeren en paling onderzocht worden voor elk als dan te ligt bevonden stuk boter zal eene geldboete van ééne gulden worden verbeurd welke boeten te zamen genomen in geen geval do som van vijf én twintig gul den zullen mogen te boven gaan. Art. 17, Telkens wanneer de boter gewogen het gevogelte de paling en de eijeren onderzocht zullen worden zal zulks door of van wege den Commissaris van Policie vóór of bij den aanvang van den markttijd worden aan gekondigd, niemand zal alsdan met den verkoop een aanvang mogen maken of zich met zijne waren verwij deren of op eenigerhande wijze aan deze weging of het onderzoek onttrekken alvorens een en ander zal heb ben plaats gehad. Na den geheelen afloop daarvan zal niemand meer boter of eijeren Ier markt rttógën aanbrengen ten zij hij zich aan de gezegde weging of onderzoek onderwerpe. Art. 18. De waren in artikel 1G en 17 niet Opgenoemd of schoon aan geen bepaald onderzoek onderworpen zul len moeten zijn van eene goede hoedanigheid ter be oordeeling van een daartoe bevoegd beambte. Art. 19 Del is verboden voor of na den iri artikel 15 bépadldeii markttijd boter of hoender- en eendeneijeren op de openbare plaatsen ten löon of le koop te stellen of zich na het einde der markt met dezelve langer aldaar op te houden. Art. 20j De personen welke gedurende een jaar eene vaste plaats op de markt bezeten hebben kunnen dezelve jaarlijks voor zich of hunne vrouwen voortdurend blijven behouden zullende alle overige personen zich moeten tevreden stellen met zoodanige plaatsen als hun zullen worden aangewezen en de aangevraagde plaats ruimte uiet mogen overschrijden of veranderen. Art. 21. Indien er op de marktdagen kramen of stallingen worden opgerigt, zullen dezelve telken marktdag voor zes ure des avonds moeten zijn afgebroken en de koop goederen van de markten eu pleinen weggevoerd. DERDE HOOFDSTUK. Van de Halfvastemarkt. Art. 22. Ér zal jaarlijksals van ouds eene halfvastemarkt worden gehouden op zoodanigen donderdag als het naast 'aan dè helft der'vaste zal mvalleff, en daarvan ta voren door Burgemeester en Wethoudörs aankondiging worden gedaan. •Art. 23. De köek- en wafelkramen welke bij die gelegenheid Zullen worden opgeslagen zullen geplaatst worden op de Oude Haven bij de Kraan op zoodanige plaats als door den Marktmeester zal worden aangewezen deze krarneh zullon uiterlijk bibnen veerlieh dagen na gomelden dag moeten zijn weggenomen. VIERDE ÖÖÖFDSTUK. Algemeenè lepalingeti. Art. 24. Niémand Vermag zich le verzetten tegen het plaatsen van eenen tafel wagen of diergelijke voor deszelfs wo ning of ander gebouw gedurende de jaar en weekmark- ton mits deze ééne Nederl. el van de stoepen daarvan verwijderd en de toegang tot dezelve geheel vrij blijve. Art. 25. De toegangen tót de tenten en kramen eii de door gangen op en rond dezelve zullen vrij en onbelemmerd moeten blijven, Art. 26-, kwakzalvers 'planeetlezers horoscooptrekkers rij- felaars loterijkramers dobbelaars alsmede het hou den van draai- of werpborden zijn verboden en zub len de overtreders overeenkomstig dé bestaande wetten worden gestraft. Art. 27, Geene goochelaars, muzijkantertSpringers én andere dergelijke hun bedrijf langs de straat uitoefenende en bij T van artikel 3 der Wet Van den 21 Méi 1819 Staatsblad h.° 34) Van patent vrijgesteld Zullen hun bedrijf birtnOn de Stad óf op hét grondgebied openlijk mogen Uitoefenen zonder toestemming der Stedelijke Policie en niet anders dan op de tijden eti plaatsen voor ieder hunner bepaald. Art. 28. Gemelde përsónërt Zullen steeds mrtetêh vóórzien zijn Van, om op aanvrage van den Marktmeester of de ba- ambten der Stedelijke Policie dezer Stad dadelijk le I kunnen vertonnen., het Vergünnirigsbiljet aaii ieder hunner kosteloos af te geven door dort Gprbmissari! van Policie dezer Stad welk biljet zal behelzen eena aanduiding van hunnen naam vaste woonplaats en beroep alsmede da herberg!.of slaapstede waar zij alhier nachtverblijf hou'Jëri. viiFDE hoofdstuk. Fa n de overtredingen en derzeloèr 'gévolgeti Art. 29. Öe Overtredingen tégen dé onderscheidene bepalingen dezer verordening zullen worden gestraft met eene geld- boete van een lot vijf en twintig gul-den. - Art. 30. Bufgëméestëf ën Wethouders zijn bevoegd óm voorwerpen welke in contraventie met dit reglementl bevonden worden voor rekening der overtreders te doen wegvoeren of afbreken en van allé overtreding tegen den inhoud van hetzelve relazen te doen opmaken, welke aan den ambtenaar van het Openbaar Ministerial bij bet Kantongerëgt zullen worden verzonden. Art. 31, Het reglement voor de boter- eri eijermarkt van i 20 October 1845 wordt ingetrokken. Zijnde deze verordening aan de Gedeputeerde StatenI van Zeeland, volgens hun herigt van den 20 Januarij 1853 n.° 174 18 B 372 medegedeeld. En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort Zierikzee den 17 October 1853. DE CRANE Voorzitter. C. DE JONGE Secretaris^ TER STAD5-DE0K.KERIJ VAN DE ERVEN A. DE VOS;

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1853 | | pagina 4