Woensdag 1 April.
W°. 31
1850.
Woensdag en Zaturdag.
BESTUREN ADMINISTRATIËN.
Herijk der Maten en Gewigten.
NIEUWSTIJDINGEN.
ZBSUB
jr
COURANT.
ABONNEBZEHTS-FBIJS:
Per drie maanden f 2,00. Franco "per post f 2,15.
Inzending der Advert, daags te voren 's namidd. vóór ure.
VEHsei-riJsrw:
prijs des abvebtektiem:
Gewone 15 cents de regel. GeboorteHuwelijks- en
Doodberigten van 1-6 regels af 1 behalve het Zegelregt'
f -
Gedeputeerde Staten van Zeeland.
In aanmerking nemende datnaar aanleiding van de Koninklijke
besluiten van den 28 September 1819 Staatsblad n.° 49) en van
den 30 Maart 1827 Staatsblad n.°13) jaarlijks een herijk var. al
de Nederlandsche maten en gewigten welke in omloop zijn gebragt
en in den handel gebruikt worden, behoort plaats te hebben.
Gelet op het reglement op den herijk in deze Provincie van 15
ïebruarij 1822
Gezien de missive van Zijne Excellentie den Minister van Binncn-
landsche Zaken van 25 October 1849,n.» 74, 2de afdeeling.
B
fluiten
Art. 1. De herijk overhet jaar 1850 van de Nederlandsche maten
en gewigten welker gebruik in het vorige jaar vérpligtend is ge
weest en mitsdien van alle gewigten lengte-maten inhouds-maten
voor drooge waren vochtmaten voor den handel in het klein en in
helgroot, mitsgaders van de wisse, zal in deze Provincie worden
aangevangen met den 1 Mei aanstaande en gesloten op den 1 Au*
gustus daaraanvolgende.
Art. 2. De letter C (Gothische vorm) zal. overeenkomstig 1 o-
vengemelde aanschrijving voor ijk Iet ter gedurende dit jaar gebezigd
worden, en op al de geijkt of herijkt wordende maten en gewigten,
benevens het bijzondere merk van den Arrondissements ijker,
worden afgedrukt of ingebrand.
Art. 3. De Arrondissements-IJkers zullen overeenkomstig art. 5
van voorschreven reglement, behalve in de plaats hunner woning,
nog tot den herijk vaceren iri die gemeenten van derzei ver arrondis
sement als door ons, bij resolution van den 10 April 1840 ii.» 46
van den 26 Maart /2 April 1841 n.° 24, Piovinciaalbtad n.° 34)
van den 30 Junij 1843 n.° 11 en van den 47 April 1846 n.° 27
{Provinciaalblad n.° 48)zijn aangewezen en op de dagen, gedu
rende welke zij niet in de gemeenten buiten hunne woonplaats va
ceren ten minste gedurende vier uren daags, hunne kantoren ge
opend houden, om aan de ingezetenen gelegenheid te geven totde
verificatie hunner maten en gewigten.
Art. 4. Zij zullen van deuren, waarop h tinne kantoren zullen
geopend zijn, mitsgaders van de dagen op welke zijuit hoofde der
vereischle vacatiën in andere gemeenten niet tot den herijk der
malen en gewigten ten hunnen kantore zullen vaceren aan Burge
meester en Wethouders hunner woonplaats kennis geven, welke
daarvan door publicatie en door insertie in de stedelijke of in de
binnen hunne stad meest gelezen wordendecourant aan de belang
hebbenden zullen doen kennis dragen.
Art 5. De Arrondissemenls-T.Ikers zullen Burgemeesters en Wet
houders of Assessoren der gemeente in welke zij in overeenstemming
met het. bepaalde in Art. 3, tot den herijk zullen vaceren, van hunne
op handen zijnde komst ten minste acht dagen te voren informeren
en zullen deze gehouden zijn, den Burgemeesters en Assessoren der
andere gemeenten voor welke gelijktijdig wordt gevaceerd daar
van kennis te geven ten einde de ambtenaren publieke admini
stration, kooplieden winkeliers en andere belanghebbenden door
lien worden verwittigd van de plaats en van den tijd waarop tot
den herijk zal worden gevaceerd, en van hunne verpligtirig om de
bij hen in gebruik zijnde maten en gewigten, mitsgaders de strekels
der halve-en kwart-mudden te doen herijken zullende de Plaat
selijke Besturen, behalve de ten deze vereisehte openbare bekend,
making, tevens, zooveel mogelijkden belanghebbenden Ingeze
tenen hunner gemeente welke zij weten dat van maten en gewigten
gebruik maken, ten hunnen huize eene waarschuwing of kennisge
ving laten doen.
Art. 6. De Burgemeesters der steden en gemeenten worden uitge-
r.oodigd om aan den Arrondissements-IJkervóór tien aanvang van
den herijk of bij deszelfs komst in de gemeente eene naamlijst te
doen geworden van de inwoners hunnergemeente welke uithoofde
van hunne betrekking of hun bedrijf, verpligt zijn, gebruik te ma
ken van maten of gewigten.
Tot het opmaken dezer lijsten zal het register der patentpligtigen
worden geraadpleegd en voorts op dezelve ook gebragt worden de
ambtenaren en publieke ad min ist ra tien welke in hunne ambts
betrekkingen van maten of gewigten tot bet constateren van leve.
ranciën of werken gebruik moeten maken wordende met betrek-
Ving tot de zamensteliing der bedoelde opgaven eene bijzondere
jiaauwkeurigheid aanbevolen opdat daarin uitsluitend alle erkende
ijkpligtïgen en geene andere dan de zoodanigen. worden opgenomen.
Art. 7. De Arrondissements-IJkers zullen betrekkelijk de door
hen in iedere gemeente, in welke zij hebben gevaceerd, gedane
verificatie en herijk een relaas opmaken en daarbij opgeven de
ambtenarenpublieke administratiën en particulieren, welke in
de vorengenoemde lijsten begrepen zijnde hun niet zijn gebleken
aan derzelver verpligting betrekkelijk den herijk te hebben vol
daan
Afschriften dezer relazen zullen door de Arrondissements-IJkers
na den afloop van den termijn gedurende welken de herijk is open
gesteld aan ons worden gezonden.
Art. 8. De Arrondissements-Ukers zullen ten minste tweemaal
in-liet jaar op onbepaalde tijden en voorts zoo dikwijls zij zulks
ïioodig achten vergezeld van den Commissaris van Policie of bij
ontstentenis van zoodanig ambtenaar, van een lid van het Plaatse
lijk Bestuur in al (1e gemeenten van bon district visitation doen in
de opene werkplaatsen, magazijnen en winkels op de markten
vleesclihallenpublieke wagen en op de molens en zich daarbij
verzekeren dat in dezelve geene dan de nieuwe maten en gewigten
aanwezig zijn en da t die behoorlijk zijn herijkt. Zij zullende
oude afgeschafte maten en gewigten alsmede die welke niet zijn
herijkt in beslag nemen, en met het deswege op te maken proces-
verhaal aan den Officier bij de Arrondissenients-Regtbank van hun
ressort inzendenvan hun verrigte ten deze en van het resultaat
hunner bevinding in elke gemeente, zullen zij, bij de aan ons in
te dienen rapporten, omstandige opgaven doen.
Art. 9. Dien onverminderd zullen <le Burgemeesters der gemeen
ten ten platten lande, naav aanleiding van art. 62en87 van het
reglement op het bestuur ten platten lande, ten minste viermalen
in het jaar gelijke visitatie doen, en zorgen, dat afschriften van de
daarvan opgemaakte processen.verbaal overeenkomstig laatstge
meld artikel aan den Staatsraad Gouverneur worden ingezonden.
En worden Burgemeesters en Wethouders der steden uitgenoodigd
om de vereisehte orders te stellen, dat gelijke opneming door den
Commissaris van Policie of het lid van het bestuur, hetwelk met de
Policie is belast, worde gedaan.
Art. 10. Het wordt aan alle op publiek gezag aangestelde of
beé'edigde landmeters, wegers en meters verboden eenise certifica
ten weeg- of meetbrieven af te geven waarin de maat of het gewigt
anders dan iri de nieuwe alleen vveltige benamingen is uitgedrukt,
en zullen door hen geene andere dan de wettig ei kende maten en
gewigten mogen worden gebezigd.
Art. 11Insgelijks wordt aan de Plaatselijke Besturen godshuizen
of armbesturen en aan alle ambtenaren en publieke administratiën
verboden, eenige akten, plans, bestekken of beramingen te doen
opmaken aan te nemen of daarop regard te slaan tn welke de
boe veelheden en afmetingen niet in de nieuwe malen of gewigten
zijn opgegeven.
Art. 12. Aan alle ambtenaren publieke administratiën en in
gezetenen binnen deze Provincie wordt bij deze hunne verpligting
herinnerd om de door hen gebezigd wordende maten en gewigten
binnen den in art. 1 bepaalden termijn te doen herijken bij gemis
van weikeformaiifeit, de door hen gebezigd wordende of in hunne
opene werkplaatsen, magazijnen of winkels bevonden wordende
maten en gewigten in beslag kunnen worden genomen, en degenen
die bevonden worden dezelve te hebben gebruiktof in luinne opene
werkplaatsen magazijnen of winkels voerhanden te hebben volgens
de bepalingen van het Koninklijk besluit van den 30 Maart 1827
Staatsblad n.o 13) zullen worden verwezen in eene boete van
ƒ10 tot/100.
Aan hen worden tevens herinnerd de bepalingen van art. 14 van
het Koninklijk besluit van den 18 December 4.819 {Staatsblad
n.° 57) volgens welke alles wat met de maten voor drooge waren
in dat besluit opgesteven wordt gemeten met den stvijkel behoorlijk
moet worden afgestreken én dus allen die van zoodanige maten
gebruik maker, ook van strijkels voor dezelve behooren te zijn
voorzien, van welke, die voor de halve- en voor de kwart mud de
ook ir.oeïen worden geijkt en geverifieerd wordende da Plaatselijke
Besturen alsmede de Arrondissemeuts-IJk ers aangemaand Öm voor
de nakoming dezer verordeningen te waken en daarop bij hunne
visifatié'n, voor zooveel een ieder aangaat, te letten terwijl van de
bevinding ten deze in de bij art. 7 en 9 bedoelde processen-verbaal
of relazen speciale melding zal moeten worden gemaakt.
Art. 13. Alle ambtenaren en publieke administratiën worden
uitgenoodigd aan de nakoming van het tegenwoordig besluit de hand
te houden en worden de Plaatselijke Besturen aangeschreven, om
de Arrondissements-IJkers in de uitoefening hunner function zoo
veel mogelijk behulpzaam te zijn, en speciaal op hunne aanvrage
dadelijk den Commissaris van Policie, of daar waar zoodanig ambte
naar niet aanwezig is of verhinderd wordtde vereisehte assistentie
te verleenen, een Lid van het Plaatselijk Bestuur te delegeren om
hen hij de door hen voorgenomene visilatiën van winkels en
werkplaatsen te vergezellen.
Art. 14. Dit besluit zal door insertie in het Provincïaalblad
gebraet worden ter kennis van de Burgemeesters en Wethouders
der steden en Burgemeesters en Wethouders of Assessoren der steden
en gemeenten ten plalten lande in deze provincie; mitsgaders van
de Arrondissements-IJkers, en van den Bevelhebber van liet Luite
nantschap der Maréchaussee te Sas-van-Gend ook voor de onder
hetzelve ressorterende Brigade-bevelhebbers, tot informatie en
narigten wijders door de zorg der Plaatselijke Besturen worden
afgekondigd en aangeplakt in al de steden en gemeenten van deze
provincie, ten welken einde een genoegzaam aantal in plano gedrukte
exemplaren van hetzelve aan voornoemde Besturen zal worden
toegezonden; zullende wijders exemplaren van dit besluit worden
uitgereikt aan het Provinciaal-Gërëglshof, den Procureur-Generaal
bij hetzelve, en, door diens tusschenkomst, aan de ambtenaren
van hetOpenbaar Ministerie bij het Provinciaal-Gevegtshofen bij
de Arrondissements-Regtbankengelijk mede aan de Kanton-regters
in deze provincie.
Middelburg den 5 April 1850.
Gedeputeerde Staten voornoemd
VAN VREDENBURCH.
Ter ordonnantie van dezelve,
SLEGT.
BUITENLAND.
DUITSCHIiAKB.
Frankfort 12 April. Uit Bern wordt medege
deeld dat in de jongste dagen tusschen de 700 en 800
handwerkslieden het Zwitsersche grondgebied hebben
moeten ontruimen omdat zij tot geheime genootschap
pen behoorden die ten doel hadden eenen nieuwen
opstand in het zuidelijk Duitschland voor te bereiden.
De vooral in Duitschland zoo veel geruchts ge
maakt hebbende zaak der gravin von Görlitz diegelijk
men weetop den 13 Jnnij 1847 te Darmstadt in
het hotel van haren echtgenoot op geheimzinnige
wijze is dood gevonden is na langdurige debatten
den 12 dezer te Darmstadt ten einde gebragt, door
de veroordeeiing van den huisknecht Johann Stauff
(aangezien de doodstraf is afgeschaft tot levenslango
tuchthuisstraf Heinrich Slauff tot 6 maanden en Ja
cob Stauff tot 3 maanden correctionele gevangenisstraf.
Door de hertogdommen Sleeswijk-Holstein zijn
thans reglstreeksche onderhandelingen met Denemar
ken tot het beslechten des aeschils aangeknoopt.
De officiële Hongaarsche bladen houden weder
41 veroordeelingen door het krijgsgerigt in. Daartoe
behooren die van Hermann Geörgey en Anton Perczel.
Be eerste was tot de doodstraf verwezen welk vonnis
in dat lot zestienjarig vestingarrest is veranderd; de an
dere moet tien jaren in de gevangenis doorbrengen.
Alle brieven uit Griekenland schilderen den stand
van zaken als zeer ongunstig af. De handel vermin
dert onophoudelijk terwijl de zeerooverijen op de
kusten steeds toenemen. Daarbij komt dat de olijf-
boomen in vele streken sterk door de vorst geleden
hebben. Over den tragen voortgang der oplossing van
bel geschil met Engeland was men te meer mismoedig,
dewijl men op den regtstreekschen bijstand van Rus-
iand had gehoopt.
r R i u K BIJ K.
Parijs 12 April, fn de clubs voor de verkiezingen
gaat het steeds hevig toe. Met bewind is er toe moe
ten komen die var> de meest democratische arrondisse
menten le doen sluiten. Op de overige wordt een
waakzaam oog gehouden. Er is nopens de bepaalde
keuze van den domocratischen candidaat nog niets be
slist.
Te Rouaan hebben onlangs eenige avonden ach
tereen grove ongeregeldheden in do schouwburgen plaats
gehad ten gevolge waarvan hei stedelijk bestuur er het
tooneel-saizoen gesloten heeft, verklaard.
Men heeft door de stoomboot Scamandre, die den
8 dezer le Marseille is hinnengeloopen de lijding ont
vangen van het vertrek van den paus naar Rorne de
prefect van het departement dor Monden van de Rhone
heeft zich gehaast het gouvernement door do volgende
telegraphische depêche daarvan kennis te geven «De
gevolmagligde minister van Frankrijk te Napels heeft
den <1 dezer aan den consul van Genua de tijding me
degedeeld (welke deze aan mij heeft toegezonden) dat
de H. Vader naar Rome vertrokken is."
Rij eene dagorde door den generaal Baraguay-
d li Miers aan het leger gerigt wordt de komst des
pausen op den 8 vastgesteld. - Niettegenstaande dit
een en ander blijven sommigen nog aan zijne komst in
de hoofdstad twijfelen.
Oostenrijk houdt ïlalie tegenwoordig met vijf
legerkorpsen bezet welke gezamentlijk eene troopen-
magl van ongeveer 150,000 man vormen.
SSOOI-BBirxsSSIHIJ,
Londen, 11 April. Uit Athene verneemt men, dat
thans ook een zekere heer Finlay tegen de Grieksche
regering is opgekomen met eischen van schadevergoe
ding voor aan hem toebehoorende gronden welke hem
wederregtelijk waren ontnomen tot het bouwen van
een paleis voor den koning,
In het geheel zullen drie verschillende expedition
van hier uitzeilen om sir John Franklin op le sporen.
BINNENLAND.
's Gravenuagf. 12 April. De eerste kamer der sla-
ten-generaal heeft beden het wets-ontwerp betreffende
den brievenpost, met 25 tegen 6 stemmen, aangenomen.
De minister van financiën heeft in deze zitting de
verzekering gegeven dat vermits de toestand van het
postwezen is exceptioneel de tegenwoordige wet niet
in een oogenblik over het gebeele rijk met onverbidde
lijke gestrengheid zal worden ten uitvoer gelegd maar
dat dit geschieden zal met zachtheid en inet overleg
omdat het verkeerd zou zijn op eens met dolle drift
tot de strikte handhaving der wet over te gaan zoo
lang men nog niet aan het publiek heeft gegeven overal
de gelegenheid om zooveel mogelijk is te corres
ponderen.