Woensdag 13 Maart.
1850.
N°. 21.
Woensdag en Zaterdag.
ZIEMZEE3CHE
COURANT.
ABOKN£N£BITS-FBIJS:
Per drie maanden f 2,00. Franco per post f 2,15.
Inzending der Advert daagste voren/s namiddvóór dL ure
verschïjst:
phijs beeabvestectiik:
Gewone 15 cents de regel. Geboorte-, Huwelijks- en
Oaodberigten van 1-6 regels af 1 behalve het Zcgelregi'
sHR]w**iznjg
ltl&ÏHÏ
vi.iis.Ji rjjsiisi.
Wel stemt men algemeen toe, dat de armoede
band over band schrikbarend toeneemt en schier
eene dreigende houding aanneemt; wel erkent
men, dat Bedelarij niet het ware middel is,om
dezelve te doen verminderenintegendeeldat
deze veeleer een zedelijk vergif isdat het wei
nig overgebleven eergevoekverstompt en de krach
ten verlamtmaar niet algemeen beseft men ge
noeg, dat den arme werk te geven het doelmatig
ste middel is, om den steeds dieper invretenden
kanker van het pauperisme tegen te gaan. Wij
hebben in onze stad het onloochenbaar bewijs in
de zich hier gevormde Fereeniging van Liefdadig
heid tut. vermindering der vlrmoedu en wering der
Bedelarijhoe weldadig eene inrigting werktdie
den arme in staat stelt te werken; terwijl wij se
dert kort gezien hebben, hoezeer vereende krach
ten weldadig invloeijen tot stuiting der Bedelarij
Voorbeelden aan te halen van de heilrijke gevol
gen dier beide hier aangewende middelen, elders
beproefd en gevolgd van de beste uitkomstmoge
(deze althans is onze bedoeling) bijdragen om er
de aandacht van Gemeente-en Armenbesturen op
te vestigenen hier diegenen aan te moedigen tot
bijdragen en schraging dier inrigtingen wier ge
lukkige omstandigheden hen daartoe in staat stel
len. Wij plaatsen daarom als hoofdartikel een
met zaakkennis uitmuntend geschreven vertoog
over het drmviezente vinden in de vilgemeene
Nijverheid-Courasnt van den 2 dezer, met den
wensch, dat hetzelve zal ter harte genomen wor
den. Het luidt aldus
Hel is waar en kan niet betwijfeld worden de kwaal
is erg op eene schrikbarende wijze neemt de armoede
loe. Wie hieraan moge twijfelen, bij leze, wat onlangs
in 's bands-vergaderzaal wat door de Commissie uil de
Tweede Kamer der Stalen-Generaal die het verslag der
Hooge Regering onderzocht beeft omtrent den slaat van
bet armwezen over 1847 openlijk is gezegd. De loe-
sland der armoede" bet zijn hare eigene woorden
«is verontrustend bet getal der bedeelden is gestegen
tot meer, dan een halfmillioen personen. Boven heigeen
de christelijke weldadigheid ter gemoelkoming der ar
moede gedaan heeft hebben de burgerlijke Gemeenten
en Provinciën ƒ2,755,777,12 bijgedragen."
Ruim een. half millioen personen! Twee millioen
zeven maal honderd vijfenvijftig duizend zeven honderd
zeven cn zeventig gulden Zijn dit geen schrikbarende
getallen? Waar moet bet op uitkropen zoo zij van jaar
tot jaar nog aangroeijen? Gewis, de regering moet
bier met krachtige middelen tusschen beiden treden
Minir toch moeten wij in dezen van de regering niet alles
moeten wij niet van baar alléén bet redmiddel verwach
ten. Keen ook gemeente-besturen armbesturen en
particulieren moeten de banden ineen slaan zij moeten
den bedelaar van beroep ledig wegzenden zij moeten
den arme zoo min mogelijk bedoelen maar tevens moe
ten zij zorgen ten minste zooveel doenlijk dat al wie
werken wilook werken kan en doorzijn werken in zijne
behoeften voorzien.
Velen hebben bet reeds op wetenschappelijke gronden
aangetoond dat niet door hel geven van broodmaar
wel door het geven van werk de arme wezenlijk verzorgd,
naar ligchaatn en geest verzorgd wordt. De bedelaar
boe dikwerf toch misbruikt hij den gebedelden penning
daar bet sparen hem geene behoefte toeschijntdewijl bij
morgen langs de huizen weder kan ophalen wal bij he
den verkwistmaar is dat ophalen langs de buizen afge
schaft, wordt hem geen cent meer om niet gegeven, moet
bij alles alles door zijnen arbeid verdienen dan kan het
in den regel wel niet anders. dit zal voor hem een heil
zame. prikkel zijn om van elke verkwisting al te zien en
zichzelfsop het zoovee! mogelijk besparen van bet ver
diende toe te leggen, wetende, dat hij ook in den winter
van anderen niets te verwachten heeft. En hoe wordt
ook het betamende gevoel van eigenwaarde opgewekt
door het bewustzijn dat men zijn eigen brood verdient
welken beilzamen prikkel ter beschaving kan dit gevoel
voortbrengen en hoe zegenrijk deze beschaving werken
op den zedelijken toestand Maar ook, heeft men slechts
eenmaal de voordeelen van het sparen ondervonden dan
wordt dit sparen de spaarkassen zijn daar om het lo
bevestigen dan wordt dit sparen eene hegeerlijke, eene
geliefkoosde zaak; en, o wie weet, hoe velen zich in de
zen zoo strengen winter gevoed en verwarmd hebben bij
het zielverkwikkende bewustzijn dat zij zulks niet te
danken hadden aan liefdegaven, maar aan hunne spaar
zaamheid in den zomer Nog eens de spaarkassen zijn
daarom te getuigen dat velen door hun sparen in den
zomer, des winters op de lijst der arme-bedeeling niet
worden aangetroffen. Zoo toch hebben te Deventer 70
huisgezinnen vroeger buitengewoon bedeeld zich de
zen winter zelve gered, met het geld, dat zij in den vori-
gen zomer in de spaarkas hadden gestorten zelfs niet
één van deze heeft om eenigen onderstand aanvrage ge
daan.
Wil men dus de armen wezenlijk helpen en tevens
eenen krachtigen slagboom stellen, om den voortgang van
het pauperisme te stuiten men geve geen geld geen
brood maar werk.
«Intusschen hetgeef werk" is gemakkelijker gezegd,
dan ten uitvoer gebragt. Wij erkennen het vele
hoogst gewigtige bezwaren doen zich in dezen voor en,
hoe waar het ook moge zijn dat alle nuttige arbeid pro
ductief is, zoo is het ook in do eerste plaats waar dat
verre de meeste arbeid dien men den armen zal moeten
laten verrigten met vrij wal geldelijke opofferingen
ten minste in den beginne zal gepaard gaan. Dit zij
zoo. Maar, dat men hierbij bedenke welke betrekkelijk
groote sommen door eene verkeerd uitgeoefende mildda
digheid door het geven van bedelpenningen thans
worden weggeschonken. Zoo al die milde gevers zich
vereenigden om dat bedelgeld Ie storten in eerie werk-
kas dan zou deze aanzienlijk worden gestijfd en zich
hierdoor vrij wal opofferingen kunnen veroorloven.
Maar ook de thans beslaande spaarkassen zij worden
ondersteund door de bijdragen van zoo vele welwillen-
den en zoude dan eene inrigting als wij bedoelen
ook geen bijzondere ondersteuning erlangen? Zeer
zeker. Met regt is de menschlievendheid der Nederlan
ders ten allen tijde beroemd geweest en vrij durven wij
beweren, dat zij ook luisterrijk zal schitteren wanneer
hunne giften verlangd worden met het zoo edele doel, om
den arme werk te verschaffen.
»Maar gesteld, er worde al geld genoeg hijeengehragt-
welk werk nog moet men dan den arme laten verrigten
Gaarne erkennen wij, deze vraag niet volledig te kunnen
beantwoorden maar ook, een ieder zal het duidelijk in
zien dat znlks grootendeels afhangt van plaatselijke lig
ging van het meerder of minder aantal armen en van
nog vele andere locale omstandigheden. Wij kunnen
dus ten deze geen bepaald geen overal even uitvoerbaar
plan mededeelen daarom zullen wij ons alleen bepalen
met op te geven wal ons bekend is van hetgeen er ten
deze door anderen wordt gedaan opdat men kunne be-
oordeelen, in hoeverre men van dergelijke middelen zal
kunnen gebruik maken terwijl de nadenkende bij het
minder passende van dezelve voor zijne woonplaats er
welligt door geholpen zal worden, om zoodanige uit te
vinden die daar voor doelmalig te houden zijn.
«Het werkhuis te Veendam welks inrigting met de
voordeelen, die het oplevert door ons in hel bovenge
noemde nommer zijn medegedeeld blijven wij der aan
dacht van belangstellenden hijzonder aanbevelen doch
zij voor wie deze inrigting op eene te groote schaal
schijnt aangelegd hegeven zich thans naar Gouda waar
eene soortgelijke maar op kleitiera schaal met bet be
gin dezes jaars is geopend. D&ar is men in behoorlijk
verwarmde localen van 's morgens 8 tot, 's avonds 7 urn
bijeen krijgt er 's morgens en "s avonds roggebrood en
koffij en wordt er des middags beurtelings gevoed met
kool en aardappelen groente- en erwtensoep en gort.
Men maakt er zwavelstokken pluist er touw spint er
vlas en breidt er kousen en sokken.
«Deze inrigting door particulieren daargesteld werd
met een honderdtal armen geopend maar na acht dagen
was dit getal reeds tot 300 aangegroeid. Het spreekt
wel van zelve dat men bij een nog zoo kort heslaan
geen juiste balans kan maken en bovendien dat door
de onbedrevenheid van velen in het hun opgedragene
werk vooreerst nog aan geen winst op dit werk is te
denken maar dit kan rnen reeds zeggen dat er de dage-
lijksche voeding op 12 cent per hoofd wordt geschat.
Daar nu ruim 600 ingezetenen van Gouda zich tot het
leveren eener wekelijksche bijdrage verbonden hebben
zoo zoude deze bij eenen gelijken omslag over bet rondo
getal van 600 op 42 cent in de week voor ieder aanko
men. Maar, wanneer wij nu aannemen dat van de 300
armen die in gezegde inrigting werkzaam zijn 100
zonder het bestaan dezer inrigting ten laste der armbe
sturen zouden zijn vervallen die aan dezelve wekelijks
1 gulden zouden hebben gekost dan mogen wij tevens
vooronderstellen dat elk armbestuur niet ongenegen zal
zijn om aan gezegde inrigting 70 cent in de week per
persoon te vergoeden en dit aangenomen zijnde dan
zal de wekelijksche bijdrage van eiken contribuant op
30 cent aankomen terwijl de armbesturen er elke week
ƒ30.00 hij zullen winnen.
»En wanneer wij nu hierbij nog vaststellen hetgeen
billijkerwijze geschieden mag, dat, na verloop van tijd
door de ondervinding voorgelicht de organisatie der
inrigting eenige mindere uitgaven zal vereischen en de
meerdere bedrevenheid der werklieden ook het werk zelf
meer productief zal maken dan is hel onbetwistbaar
dat zoodanige inrigtingen terwijl zij doelmatiger, dan
door de gewone bedeeling in de stoffelijke behoeften der
armen voorzien, en goed ingerigt, hunne zedelijke be
langen veel heter behartigen ook de armen-kassen eene
groote verligting zullen aanbrengen maar ook een
krachtig hulpmiddel zullen zijn om de thans van jaar
tot jaar toenemende armoede op eene krachtige wijze
tegen te gaan
«Wij spraken daar van productief werk, en ja ten
aanzien der inrigting te Gouda moge dit beweren specu
latief kunnen genoemd worden, maar toch ontbreekt het
gelukkig niet aan voorbeelden dat sommig werk het
welk men de armen kan laten verrigten met het doel
om de toenemende armoede te bestrijden wezenlijk pro
ductief'\s. Om deze onze bewering testaven wijzen wij
op de aan de provincie Vriesland grenzende gemeente Ma-
rum waar zich voor ruim twee jaren eene Vereeniging
lot hulp voor vlijtige armoede hoeft gevestigd die elk wie
werken wil werk verschaft terwijl in die gemeente
geen bedelpenning meer wordt uitgereikt maar de stui
vers die men vroeger gewoon was aan de bedelenden te
geven in de kas der genoemde Vereeniging worden go-
stort. Het werk waartoe de armen bij deze Vereeni
ging worden gebruikt bestaat in het cultiveren van
woeste gronden en dat deze arbeid thans reeds produc
tief is mogen de volgende cijfers getuigen.
Sedert de 22 maanden, dal deze Vereeniging werd op-
gerigt is er door ware vrienden der armen gecontribu
eerd 2120,60s. Er zijn door de Vereeniging aange
kocht 27 bunders woeste grond waarvan 11 bunders
aanvankelijk zijn bebouwd, terwijl nog 16 bunders op
bewerking wachten.
De waarde van het verkregene wordt geschat
op 1200,00
Aan arbeidsloon is uitbetaald - 1657,56s
Aan goederen en nog in kas zijnde gelden
heeft men - 491,64
3349,20s
«De bedelpenningen die gewoonlijk even spoedig ver
teerd, als ontvangen en in allen gevalle, langs den gewo-