ZIEMKZEESCHB COURANT. VRIJDAG 26 NOVEMBER. JV.° 05. A.® 1847. Nieuwstijdingen FRANKRIJK. PARIJS, den 20 November. Het dagblad Siècle slaat voor, de terugroeping der Bonaparles nu ook door die der Bourbons te doen volgen. De aanwezigheid van prins Jer óme Bonaparte heeft tot geene gisting of pprocrigfVid aanleiding gegeven dit zou, volgens dat dag-. Blad evenmin het geval zijn, wanneer de graaf van Chambord Parijs liwam bewonen. Heden loopt alhier bet gerucht dat de troonrede der koningin van Engeland de mededeeling zal bevattendat de groote mogend- beden een congres te Bazel zullen openen ten einde door hunne bemiddeling een einde te maken aan den strijd der zwitsersche kantons. De laatste zwitsersche tijdingen zijn omtrent de legerberigten en de handelingen der legerhoofden zoo verschillend naar mate van de partij dia door de onderscheidene dagbladen wordt voorgestaan dat op de echtheid derzelve niet veel te rekenen is. Kort na het bezetten van Freiburg is aldaar vreesselijk huis ge houden verscheidene gebouwen onder anderen een klooster en het gesticht der Jesuiten waren geplunderd en vele personen zwaar mishandeld. Na een brief (e hebben medegedeeld, waaruit blijkt, dat de expe ditie in het Freiambt zeer moorddadig is geweest zoodat van wederzijde ongeveer 200 dooden gevallen zijn laat het Journal des Debats deze aanmerking volgen «Indien wij al de ongelukkigen tellen konden welke reeds in dezen vreesselijken door de Radicalen ontstoken oorlog omgekomen zijn zou men zien dat hun getal grooter is dan men denkt. Terwijl men aan de Reuss vochtstreed men op denzelfden dag en hetzelfde uur op de grenzen van Freiburg, op den Sint-Gothard en welligt op de grenzen van Schwijtz en Zurich. Alen vecht men vermoordt elkander misschien in dezen oogenblik op 20 verschillende plaatsen. En wij zijn nog slechts in den aanvang van dezen monslerachtigen strijd." NEDERLANDEN. 's GRAYENHAGE den 23 November. Ten gevolge der door zijne excellentie den minister van oorlog hekend gemaakte bepalingen zullen voorloopig tot nader order dé plaatsvervangers hij de nationale militie in den regel niet meer tot het aangaan eener vrijwillige verbindlenis bij de staande arrnée ingevolge art. 171 der wel van den 8 Januarij 1817 worden geadmitteerd dan in de beperkte toepassing van dat wetsartikel en gevoegelijk slechts éénmaal in het jaar, op het tijdstip namelijk, dat de zamenstelling van het in ge stadige dienst blijvende gedeelte hij de korpsen is plaats hebbende hetwelk thans in de maand Augustus is doch zijn daarentegen voor de lotelingen en nummerwisselaren van de nationale militie tot het aangaan van vérhïndtenissen voor de staande armée tijdelijk buiten effect gesteld de beperkende bepalingen welke daartoe be trekkelijk in November 1835 zijn uitgevaardigd zoodat deze met inachtneming overigens van de verder op dit punt bestaande veror deningen tot nader order tot eene vrijwillige verbindtenis hij de korpsen hunner keuze zulien kunnen worden toegelaten onver schillig hij welk korps zij zijri ingedeeld. Voor de arrmndissements regtbank te Amsterdam hebben den 23 dezer leregtgestaan een tapper diens vrouw en een derde persoon wegens het veroorzaken van een manslag door onvoorzigtigheid als hebbende de laatste iemand in de tapperij der beide anderen op je never getracteerd in zoodanige hoeveelheid dat die persoon den zelfden dag overleden is. Zoowel de tapper en diens vrouw als degene welke getracteerd had zijn veroordeeld tot drie maanden gevangenisstraf en 25 boete. Uit de Geneeskundige Courant blijkt dat bet 's Gravenhaagsch De partement der Maatschappij Tol Nut van 't Algemeen gemeend heeft, handen aan het werk te moeten slaan om aan de misbruiken welke er ten nadeele der mindere klasse ten aanzien van de zie kenbussen hebben plaats gehad paal en pork te stellen. Eene com missieuit drie geneeskunstoefenaren cn den voorzitter van het de partement zamengesteld houdt zich onledig met het heramen van een plan ter bereiking van het beoogde doel. Men verneemt dat zij hare taak weldra zal hebben volbragten dat zij aan het genoem de departement zal voorstellen het tot stand brengen onder zijn be heer en toezigt eener inrigling tot het verleenen van hulp in geval van ziekte en hij overlijden. Onder de steden in welke de ziekenbussen eene schromelijke uit breiding hebben erlangd bekleedt het vorstelijk 's Gravenhage voor zeker eene eerste plaats. Niet minder dan dertien soortgelijke in- riglingen tellen ongeveer 14,000" deelgenoolen die behoudens eenige Weinige uitzonderingen een aanmerkelijk gedeelte hunner zuur ver diende penningen afzondereu om onder den schijn van te zorgen tegen den kwaden dag aan de directeuren eene rijke bron van in komsten voor luttele werkzaamheden te verzekeren. En deze di recteuren - doorgaans menschen zonder beschaving - stellen de wet aan de geneeskunstoefenaren die hunne diensten legen een gering honorarium verleenen', en alzoo een stand van zaken bevorderen welke voornamelijk voor hcnzelven onaangenaam ja dikwerf grie vend is. Men meldt uit Rotterdam Men zegt dat het aantal nederlandsche landverhuizers, welke, gedurende do jaren 1845, 1846, en de 10 eerste maanden van 1847, door deze stad n8ar Amerika zijn ver trokken op 6670 individus (1100 huisgezinnen) geschat kan worden de groote menigte vreemdelingen welke zich alhier ingescheept hebben dus daaronder niet begrepen. Nagenoeg zeven achtsten ge deelten der gemelde nederlandsche landverhuizers behoorden tot den landbouwersstand. Jl. maandag, ofschoon slechts eene gewone marktdag zijnde, was fit' fti Gorinckem ruim 1400'stuks rundvee aan'de markt d?.arondel: waren echter slechts weinige ossen doch veel vare-koeijen en jong vee. Alles was zeer geldig en er is veel negotie geweest. Uit Zwolle meldt men van den 23 dezer: Men zal zich herinneren dat in het begin der verloopene maand, H. de Haan, boerenknecht te Staphorst is gearresteerd op vermoeden dat hij de dader zoude zijn van den moord aan zijne vrouwvan dewelke hij gescheiden leefde, gepleegd. Na alle confrontatiën met het lijk onderscheidene geboren die hem hadden gehoorden de ondervragingen der regters koelbloedig te hebben doorgestaan zoodat men eerstdaags zijne in vrijheidstelling mogt te gemoet zien, moet zijn geweten op gisteren zijn ontwaakt, en heeft hij aan den regter-commissaris der arrondissements regtbank alhier zijne misdaad beledenmet aanduiding van alle hijzonder- heden daarbij voorgevallen. Op het oogenblikdat aller oogen gevestigd zijn op het onder nemen van publieke werken zoo van regeringswege als voor reke ning van partikulieren heeft de hoogleeraar IJ. C. van Hall, te Groningen een stukje over de inpoldering in den Doliard geschreven dat de grootste aandacht verdient. Men weet dat die inpoldering dezen zomer gestaakt is wegens financiële bezwaren en dat zoo zij nu nog wordt tot stand gebragt daardoor niet minder dan ruim 1150 bunders van den uitnemendsten bodem aan de provincie Gro ningen en aan ons vaderland zouden geschonken worden. In het bedoelde stukje nu wordt door den hoogleeraar overtuigend aange toond dat die inpoldering niet alleen gemakkelijk kan plaatsvinden, maar dat zij hier veel gunstiger uitkomsten moet opleveren dan of de polders van Waard en Groet, of de Anna-Paulownapolder van vvelke het terrein veel ongunstiger is. Uit de onderzoekingen, doof den hoogleeraar medegedeeld blijkt onder anderen dat de geheele oppervlakte van den voorgenomen polder van Augustus 1846 tot April 1847, twee palmen verhoogd is, waarbij men de opslijking van April 11. tot. nu toe (meer dan 1 palm) nog moet voegen. Uit feeu en ander trekt de hoogleeraar het besluit dat het te wenschen ware, dat eene zaak die uitvoerbaar en nuttig is door de belangstellende medewerking van Nederlands ingezetenen alsnog kon worden lot stand gebragt. Het Nederlandsche Zendelinggenootschap heeft van d." van Rhijn, die van Amsterdam door het genootschap naar Neèrlands Oost-Indie gezonden is om er deszelfs zendingen in oogenschouw te nemen onlangs berigten ontvangen welke vooral over de vruchten van den arbeid van Riedel en der andere zendelingen op Gelehes gunstig luiden. Te Langowang in de bovenlanden van Celehes kwamen deze zendelingen in het midden van Alaart jl. te zamen zeven leeraars te gelijk Ongehoord in de geschiedenis van Celebesen beraadslaagden drie dagen lang, ernstig en plegtig met van Bliijn, over de belangen dier zending. Nogmaals kwamen al de op Celebes gevestigde zendelingen en drie hunner vrouwen te zamen te Tondano, waar van Rhijn den 20 en 21 April eene tweede en laatste con ferentie met hen hield die ook door den resident een voormiddag bijgewoond werd. Van Rhijn roemt het klimaat der bovenlanden van Celehes als gezond en weldadig "voor een europeesch gestel. Den 25 April verliet hij Celebes en. stevende naar Ternate den 29 Mei was hij op Ambon aangekomen van waar hij na een paar weken verloevens zich naar Timor dacht te begeven. Alen schrijft uit Brussel Eindelijk is het der justitie gelukt de daders op te sporen van den voor omstreeks twee eu eene halve maand beganen scbrikkelijlten moord op mejufvrouw Evenepoel en hare twee meiden. Het schijnt dat de onbescheidenheid van een op dit oogenblik in de Vetits-Carmes gevangen gehouden persoon aanleiding tot deze ontdekking gogeven heeft. Door zijne aanwijzingen geleid is de justitie tot het doen gevangen nemen der onderstelde daders van het feit overgegaan en na eene regterlijke instructie die niet minder dan vijf uren geduurd heeft zoude een dezer twee personen tot volkomen bekentenis gebragt zijn. Het schijnt dat deze persoon die een aan mej. Evenepoel toebehoo- rend huis bewoonde in het betalen van zijn laatste termijn was ten achteren gebleven. Hij deelde deze omstandigheid aan zijnen mede- pligligc mede die hem hierop het eerst zoo als men zegt tot het plegen van de misdaad aanzette. Er werd besloten, dat men zich op den 2 Septemberdes avonds, naar mej. Evenepoel zoude begeven dat de huurder zoude binnen gaan om een uitstel van 2 of 3 dagen voor het betalen van zijn termijn te vragen eenige minuten later zoude de medepligtige aan schellen en heide aldus binnengetreden zouden de misdaad ten uit voer brengen. Dit plan gelukte. -De huurder deed zoo als gezegd was hij werd hij mej. Jirencpoel toegelaten die nadat hij zijn verzoek had bloot gelegd, er in toestemde; zijn medepligtige niet durvende afwachten, maakte hij zich gereed te vertrekken toen de schel zich deed hooren en de andere binnentrad.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1847 | | pagina 1