N.° 25.
ZIERIEZEESCOE
f#'i#"0
A.° 184?.
COURANT.
26 HAART.
fflieuwstij dingen
VB1JDAG
FRANKRIJK.
PARIJS den 2' Maart. De heer van Rothschild heeft aan het
stedelijk bestuur dezer hoofdstad voorgesteld om aari hetzelve een
crediet van 5 millioenen te verleenen Verf"einde het den aankoop
van granen buiten 's lands gemakkelijk te maken en de voorziening
van de parijsebe markt te vermeerderen. Het stedelijk bestuur heeft
het voorstel niet aangenomen, aangezien het voor 's hands geen ge
brek heeft aan geld of crediet en de voorziening van de parijsebe
markt ge'enerlei ongerustheid oplevert. Intusschen heeft men besloten
den heer van Rothschild den dank van het bestuur wegens het gedane
aanhod te doen toekomen hem daarbij verzoekende om aan een
gedeolte zijner voorstellen gevolg to willen geven door ze regtstreeks
tot de regering te rigten. Inderdaad stelt de lieer van Rothschild
voor om door middel van dit crediet van 5 millioen granen op
vreemde markten aan to koopen teil einde in de behoeften van de
markt der hoofdstad te voorzien.
Honderd duizend vaten meel zijn door de regering in de Vereenigde-
Staten van Noord-Amerika gekocht. Dit is reeds voor de helft ge
leverd terwijl het overige tegen liet einde der maand zal volgen.
In verschillende gedeelten van het rijk blijven er volksoploopen en
ongeregeldheden plaats hebben ten gevolge van de hooge prijzen der
levensmiddelen.
B E L G E.
BRUSSEL den 22 Maart. Het ministerie gaat vóórt met het
beramen en uitvoeren van maatregelen welke kunnen strekken om
in den grooten nood te helpen en het gebrek aan levensmiddelen
zoo goed mogelijk Ie gomoel te komen. Een koninklijk besluit van
eergisteren bepaalt weder dat. de termijn tot vrijen invoer van rneel
en grollen tot 1." October wordt verlengd.
Wij vernemen uit eene zekere hrön zegt do Commerce Beige
dat onmiddelijk na de afkondiging van den vrijen invoer van vee in
het rijk een aantal landbouwers zich naar Nederland gespoed heeft
tot het aankoopen van vetweiders en melkbeesten die handel zal
niet weinig hierdoor bevorderd worden daar het den pachters tlie
hunne granen tot hooge prijzen hebben afgezet niet anu geld ont
breekt. Het koninklijk besluit lot vrijstelling van den invoer he-
iooft afzoo' de gelukkigste uitkomsten.
De wijze waarop lord Palmerston zich laatstelijk in het hrit-
sche parlement over de scheiding van Belgie cn Nederland heeft
uitgelaten en zijne verklaring dat Engeland liet aanbod van "'is
land om 60,000 man troepen Ie leveren ten einde de revolu
tionairen uit Belgie te jagen niet heeft goedgekeurd alleen uil
vrees voor eenen algemeenen oorlog heeft hier te lande eenen zeer
ongunstigen indruk gemaakt en aanleiding gegeven zelfs in tegen
woordigheid des konings tot menige scherpe aanmerking.
NEDERLANDEN.
's GR AVENHAGE den 22 Maart. In de zitting vari dn tweede
kamer der staten-generaal van heden is ingekomen eene koninklijke
boodschap, ten geleide van een ontwerp van wet, strekkende tot
overbrenging op de begroeting van 1847 van sommen, op de ba-
grooting van 1856 geplaatst, tot herstel van het nederlandsche munt
wezen alsmede der aangewezen middelen tol dekking der uitgaven.
Men verneemt dat d.8 van Oosterzee van Rotterdam die
onlangs te 's Gravenhago op verzoek van Z. M. den koning eene
leerrede heeft gehouden zou benoemd zijn als hofprediker lor ver
vanging van d." Dennout
Den 23. In de zitting van de tweede kamer van heden is het
ontwerp van wet lot intrekking der wel van Nivose Xl!!110 jaar
met algemeens stemmen aangenomen.
Het hij de tweede kamer der state.n-generaal ingediende ont
werp van wet, betreffende het muntwezen strekt, om het in 1848
niet benoodigd geweest zijnde gedeelte van do som van 5,012,000
die op de begrooting van dat jaar gebragt was ter bestrijding van
de uitgaven voor hel herstel van het muntwezen over te brengen
op de bogrooting van '1847 en oin tevens de tot dekking dor be-
grooting van 1816 vastgestelde middelen aan te vullen ten einde
do op die begrooting behoudene uitgaven voor de gemelde zaak te
kunnen goedmaken. De in 1846 voor de hermunting gebezigde som
heeft heloopen 2,038,000 weshalve van het voormelde bedrag
van f 5,612,000 nog beschikbaar en op de dienst van 1847 over
te brengen is de som van 3,574,000. Voor de bedoelde aanvulling
van middelen wordt in het ontwerp aangewezen het kapitaal van
duizend actiën in de ned. bank aan het rijk toehohoorende en
waarvan de opbrengst geraamd wordt op 1,600,000.
in de hij dit ontwerp belioorende memorie van toelichting heeft
de regering eert overzigt gegeven van hetgeen tot het einde van het
laatst verhopen jaar is verrigl., om het zoo lang verheide herstel van
deri nnderlandschen golds-omloop tot stand te brengen, Daaruit
blijkt, dat in 1845 en 1846 aan 's rijks munt te Utrecht de volgende
nieuwe speciën zijn geslagen stukken van 21/, gulden voor eene
Waarde van 17,642,000 stukken van 1 gulden 8,223,762; te
zanico voor 25,863,762.
Tot den 1 Maart jl. is aan oude zilveren munten ingewisseld en
tn het depót van oude munten overgebragt eeno nominale Waarde
van 59,282,821,05te wetens
Ducatons heele en onderdeelenf 284,533,20
Drieguldenstien-schellingslukken en tweeguldens - 6,558,000,00
Guldens- 20.850.000,00
Daalders en vijf-schellingstukken- 6,756,000,00
Zeenwscbe rijksdaalders15,756,000,00
Hollandsche en onderdeelen - 1,076,242,50
Acht-on-twintig-stuiverstukken - 5,733,000,00
Acht-sluiverstukken dubbeltjes en stuivertjes - 2,269,045,35
f 59,282,821,05
Er blijven nu nog in (e wisselen de gerande zeeuwsche rijksdaal
ders en derzelver onderdeden alsmede de oude schellingen en
zesthalvon voor 25 centen koers hpbbende.
De ingetrokken oude munten zijn bij de ned. bank overgebragt
naar aanleiding vnri art. 4 der wet van 18 December 1845, en daar
omtrent heeft plaats gehad de aanvulling hij dat artikel voorzien.
Volgens de met de directie der bank vastgestelde verhouding is op
de overgebragle speciën voorloopig afgetrokken eene som van
f 4.518,402,72'/,, als waarschijnlijk numlverlies.
Tegen de voormelde oude muntspeciën is in do schatkist overge
bragt in muntbiljetten f 30.000.000, in nieuwe geldspeciën
f 20,647,645 te zamen 50,617,645. De schatkist is nog onge
dekt voor 4,116,773,32'/a waarhij gevoegd het voorloopig munt-
verlies 4,518.402,72'/ste zamen f 635,175,05. Al hetwelk te
zamen gelijk is aan het in het munt-depot overgebragle bedrag der
ingelrokkene oude speciën, 59,282,821,05.
De regering verklaart dat zij bij het werk der intrekking en her
munting van de oude speciën veel medewerking heeft ondervonden
van de daarin betrokkene autoriteiten en instellingen. Het collcgie
van raden en generaalmeesteren der munt en de directie der ned.
bank hebben op eene zeer nuttige en werkzame wijze hare pogingen
ondersteund en over het algemeen heeft de overtuiging die hij de
ingezetenen bestond van het volstrekt noodzakelijke der oiidernomeno
verbetering eenen zeer gunstigen invloed uitgeoefend bij de inwis
selingen en hij het in omloop brengen van hel muntpapier zoodat
alles tot hiertoe regelmatig is uitgevoerd.
Den 24. In de zitting van de tweede kamer van lieden is
ingekomen eene koninklijke boodschap ten geleide van een ontwerp
van wet 'strekkende tot verlenging van den uitersten termijn voor
do intrekking der muntbiljetten-.
In dezelfde zitting is, na langdurige beraadslagingen, het wets
ontwerp tot verliooghig van hoofdstuk IX A der slaatshegrooting
over 1846 en 1847, voor de rente der geldleening tot droogmaking
van liet Haarlemmer-Meer met 24 tegen 21 stemmen aangenomen.
Men verneemt dat de kamer tegen het einde der week voor
3 a 4 weken uiteen gaat.
Van wege den minister van financiën is hekend gemaakt dat
de middelprijzen der inlandsche granen voor het geheele rijk over
het, tijdvak van den 20 Februari) tot en met den 19 dezer per
mud zijn geweest tarwe 14,93'/,, rogge 11,30 boekweit ƒ8,871/,,
gerst ƒ7,85, haver 4,85 e» ongepelde spelt ƒ4,71 en dot de
rëglen op den in- en uitvoer voor de maand April eerstkomende zijn
gesteld per mud als volgt: tarwe en gepelde spelt 25 c. en 50 c.
rogge 15 e. en 30 c. boekweit 15 c. en 30 c. gerst en mout
10 c. en 25 c. haver 5 c. en 15 c. en ongepelde spelt 5 c. en 15 c.
Naar men wil zullen ook dit jaar even als in vorige jaren
de miliciens der ligting van 1846 die hij de verschillende korpsen
der armee in reserve zijn geplaatst weder voor den tijd van 3
maanden in dienst worden opgeroepen en wel van 15 Mei lot 15
Augustus aanstaande.
Sn het in deze residentie verschijnende weekblad de Burger
van den 24 Maart 1847, n.° 39, vindt men het volgende door
don uitgever, den hoer A. van Beoervoorde, onderteekend berigt
«De ondergeleekende maakt bij dezen aan alle belanghebbenden
bekend dat de bij hem gedeponeerde gelden ten behoeve van den
markies de Thouurs zijn uitgeput en mitsdien niets meer door den
ondergeteekende voor Z. II. VV. G. zal worden betaald."
Den 21 dezer arriveerden in den Anna-Paulownapolder 19 huis
gezinnen te zamen uitmakende 110 personen, int Dodewaard en
eenige in de nabijheid aarvan gelegene geldërsche gemeenten om
zich als arbeiders in genoemde polder te. vestigen. Onder toezigt van
twee leden van het bestuur ontscheept zijnde werd aan ieder gezin
eene der thans gereed zijnde woningen met de daarbij hehoorende
twee bunders grond aangewezen en had men het genoegen Ie ont
waren dat deze lieden welko allen zonder uitzondering als zeer
geschikte arbeiders hekend slaan en voor hunnen stand niet geheel
onbemiddeld zijn aanvankelijk zeer tevreden waren met hunne
woningen, en altei-bpop voeden dat de daarbij gelegen nieuwe grond
hunnen ijver niet'zal teleur stellen. Moge de keuze om hunne vlijt
liever ten nutte van het vaderland aan te wenden dan eeno onzekere
toekomst in vreemde gewesten to gemoot te gaan hen niet herouwen
en vele anderen daardoor worden aangemoedigd dit lofwaardig voor
beeld te volgen.
Het Bestuur van het eerste Landhuishoudknndig Congres gehouden
te Zwolle in 1846 berigt dat de tweede bijeenkomst van land
huishoudkundigen en beoefenaars van de wetenschappen die met don
landbouw in verhand staan geopend zal worden te Arnhem Op
woensdag den 2 Junij 1847. Allen, zonder onderscheid die helan