5 MEL Besturen en Administration» N,o 36. ZIERÏK.ZEESCHE DINOSDAO A.e 1840. COURANT. publicatie. BURGEMEESTER cn WETHOUDERS der Slad ZIERlKZEE gevolg gevende aan de circulaire van Z. E. den heer Staatsraad Gouverneur dezer Provincie, dd. 11 dezer maand, [Pfövinciaalblad n.° 45,) brengen bij deze ter kennis van het publiek, de bekend making, opgenomen in de Staats-Couïanl van den 16 Maart jongst leden, van den volgenden inhoud: «De Minister van Financiën herinnert ter gelegenheid van de uit gifte van nieuwe Nederlandsche Munten aan de navolgende bepalingen voorkomende in de artikelen 10 en 11 der wet van den 18 December 1845 Staatsblad n.° 90). 1.° Geene der Nederlandsche Muntspeciën naar de wet van den 28 September 1816 (Staatsblad n.° 50) en volgende wetten ge slagen worden in 's Rijks Schatkist aangenomen wanneer dezelve eenigzins gealtereerd en alzoo vervalscht verminkt besnoeid of uiterlijk geschonden mogten zijn en zal niemand gehouden wezen dusdanige gealtereerde, vervalschte verminkte, besnoeide of gescbondene Munten te ontvangen. 2.° De nieuwe Muntspeciën in gealtereerden vervalschten ver minkten besnoeiden of geschonden toestand aan de lands- kantoren wordende aangeboden kunnen aldaar aangehouden en na het afgeven van bewijs der aanhouding aan Raden en Gene- raalmeesteren der Munt worden opgezonden om na onderzoek of en uitspraak dat dezelve zich werkelijk in zoodanigen toestand bevinden te worden doorgesneden en alzoo aan de aanbieders te worden teruggegeven. Zrj nde aan alle comptabelen welke eenige ontvangst voor 'sBijks Schatkist doen Zeer uitdrukkelijk voorgeschreven om deze bepalingen met alle naauwkeurigheid en' ionder eenige toegevendheid na te leven ten aanzien van alle Muntspeciën naar de wet' van den 28 September 1816 Staatsblad, n." 50) en volgende wetten geslagen welke hun worden aangeboden weshalve elk en een iegelijk gewaarschuwd wordt om ter voorkoming van hunne schadeook de hiervoren gemelde Wettelijke bepalingen in acht te nemen. i Gramnhageden 14 Maart 1846, De Minister van Financiett [geletkend) VAN HALU." Afgekondigd van den Raadhuize der Slad Zierihzeezijnde voorts Vier exemplaren dezer publicatie aangeplakt waar zulks gebruikelijk is te geschieden en in de Stads Courant opgenomen. ZAerikteeden 22 April 1846. Burgemeester en Wethouders voornoemd DE CRANE-vt.. Ter ordonnantie De Stads Secretaris W. J. P. KROEF. INSCHRIJVING voor de SCHUTTERIJ. P V B L J C A TIE. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ZlERtKZEE gezien de wet op de Schutterijen van den 11 April 1827 en speciaal gelet hebbende op die artikelen derzelve wet die in betrekking slaan tot de jaarlijksche inschrijving, zoo lot de bereids daargestelde registers van vroegere jaren als tot de inschrijving die gedurende de laatste helft dezer loopendo maand moet geschieden brengen bij deze ter kennisse Van de belanghebbenden Dat de registers Ier inschrijving voor de Schutterij van de geborenen in de jaren 1821 tot 1812 ingesloten zullen worden geopend tot de inschrijving van alle mannelijke ingezetenen welke lot het eerstgemelde jaar behooren alsmede van hen welke in de vorige jaren geboren zijnde sedert de laatstvorige inschrijving zich alhier met er woon hebben neder gezet waaronder ook begrepen zijn de militairen welke na dien tijd zijn gepasporteerd en de vreemdelingen welke sedert dezen tijd van builen het rijk zijn gekomen en zich alhier hebben gevestigd voor zooverre deze laatslen hun voornemen om zich in dit rijk neder te zetten hebben aan den dag gelegd, hetzij door eene uitdrukkelijke verklaringhetzij door de werkelijke overbrenging van den zetel van hun vermogen en de hoofd middelen van hun bestaan naar herwaarts zonder dat de tijdelijke uit oefening van eenig bedrijf of handwerk in eenige ondergeschikte betrek king als zoodanig voornemen wordt aangemerkt. Allen zullen worden in geschreven in dat register waartoe zij volgens bunnen ouderdom behooren. Dat van de inschrijving niemand der vorenstaande personen is uitge zonderd maar dat allen, zonder onderscheid, daarin begrepen zijn al ware het ook dat zij zouden mogen vermeenen volgens de wel tot de vrijgestelden of uiigeslotenen te behooren en dien ten gevolge ook zij niet, die hun ontslag uit de sell uiterlijke dienst reeds hebben bekomen, zul lende derhalve alle de bovengomehlen als daartoe bij deze wordende opgeroepen moeten verschijnen ten Raadhuize dezer Gemeente op den 15 dezer maand en volgende dagen (en einde zich te laten inschrijven ieder in dat register, waartoe hij volgens zijnen ouderdom behoort. Deze registers zullen op den eersten Junij 1846 finaal worden gesloten. Dat de studenten, geëmploijeerden in huizen van negotie, klerken van notarissen advokaten enz. bedienden en werkboden moeten worden ingeschreven in de Gemeenten alwaar zij bunne studiën houden werk zaamheden uitoefenen of dienstbaar zijn de ambtenaren en geëmploi jeerden aan het Provinciaal Gouvernement en alle anderen al wonen zij ook elders, in de plaats alwaar zij bunne ambtsbetrekking moeten uit oefenen die buiten 's lands studeren of werkzaam zijn in de Gemeenten hunner \orige woonplaats; de buitenlandscbc zeevarenden in de plaatsen waar zij hun wettig domicilie hebben en de aan boord wonende schip pers in de Gemeenten alwaar zij het loatét hunne vaste woonplaats hebben gehad of wel personeel en mobilair of wegens hun vaartuig belasting betalende dhar waar zij voor deze belasting zijn aangeslagen. De vorenstaande opgeroepenen zullen verpligt zijn bij hunne inschrij ving opgave te doen van hunne namen, voor- en bijnamen, van de plaats en den tijd hunner geboorte hunne woonplaats met aanduiding Van wijk en nommer bel beroep hunner ouders en dat van ben zelfof zij zijn gehuwd ongehuwd of weduwenaars, van hel getal hunner kin deren van beider sekse (welke laatste opgaven moeten worden gecon stateerd met een schriftelijk bewijs afgegeven door den Burgemeester of Ambtenaar van den Burgerlijken Sland sedert wanneer zij ingezetenen der Gemeente zijn en van waar zij alhier zijn komen inwonen en eindelijk van do redenen die zij zouden vermeenen dal ben van de schutter lijlee dienst zouden vrijstellen of daartoe onbevoegd maken naar aanleiding van art. 3 en 4 d,er wet, met opgave van het art. cn het onderdeel van hetzelve, waarop zij zich beroepen. Wordende voorts een iegelijk, builen deze Gemeente geboren aange maand om zich tijdig van eene geboorte-akte te voorzien en zich alzoo van zijnen ouderdom te verzekeren ten einde de inschrijving behoorlijk kunne geschieden en oin voor te komen dal niemand door eene verkeerde opgaaf van zijnen ouderdom vervolle in de straf bij de wet bepaald. Terwijl Burgemeester en Wethouders een ieder Iticriribetrokken willen hebben vermaanden gewaarschuwd om zich van deszelfs ver- pligting in deze te kwijten vermits uit krachle van art. 9 der wet en art. 6 van Z.' M.' besluit van 21 Maart 1828, al degenen die zich voor het sluiten der registers op den eersten Junij eerstkomende niet hebben laten inschrijven alsnog ambtshalve zullen wordon ingeschreven, en dat dezelven dien ten gevolge zullen wordon verwezen tot eenegeld- boote en daarenboven zonder loting bij do Schutterij ingelijfd, indien het zal blijken dat er, tijdens de verzuimde inschrijving, geene redenen tot Vrijstelling of uitsluiting ten hunnen aanzien bestonden. En opdat niemand hieromtrent onwetendheid zoude kunnen voor wenden zal deze worden afgekondigd en aangeplakt, daar waar zulks te doen gebruikelijk is. Zierihzeeden 2 Mei 1846. Burgemeester en Wethouders voornoemd DE CRANE, vt., Ter ordonnantie van dezelve De Slads Secretaris W. I. P. KROEF, BEKENDMAKING. Achtervolgens art. 3 van Zijner Majesteit's besluit van den 6 Januarij 1831 n." 68, Staatsblad n.° 2,) heeft Zijne Excellentie de heer Minister van Financiën bij resolutie van den 30 April jl. bepaald de prijzen het opgeld daaronder begrepen waarvoor de col lecteurssplitters en debilanten der Koninklijke Nederlandsche Loterij de loten en gedeelten van dien voor de vierde week der trekking van de laatste klasse der 198s" Loterij zullen mogen uitgeven te weten: Bij verhoop Geheele loten f 100,00 Halve - 50,00 Vijfde 20,00 Tiende - 10,00 Twintigste - 5,00 Wordende de belanghobbenden bij deze herinnerd dat bij voor noemd artikel van Zijner Majesteit's besluit uitdrukkelijk is vastgesteld, dat de collecteurs splitters en debilanten gehouden zijn om zich. naar die prijsbepaling te regelen en dezelve gedurig ter inzage voor het publiek beschikbaar te hebben. Zierihzee, den 2 Mei 1846. Voor Z. E. den'heef'Staatsraad Gouverneur van do Provincie Zeiand De Burgemeester der Slad Zierihzee, DE CBANE. BEKENDMAKING. be COMMISSIE ter uitcleeling van SOEP aan behoeftigen binnen deze Stad hare werkzaamheden over liet afgeloopen Winlersaizoen geëindigd hebbende, /naakt met dankbaarheid anti ile Ingezetenen bekend, dat zij door Hèrzelver medewerking mitsgaders door eeno krachtdadige ondersteuning van wego du Stads Regering, in staat is geweest om gedurende den afgcloopen Winter in 18 achtereenvol gende weken en welvan af den 22 December 1845 lot den 25 April II, ruim 110,000 Porliën voedzame en verwarmende Soep to kunnen doen uitreiken. De Commissie uit naam van zoo vele heweldadigden haren wel- ineenenrlen dank daarvoor aan de gezamentlijke Inschrijvers bij deze betuigende geeft mitsdien kennis dat de rekening over bet algeloo- pen dienstjaar op Vrijdag den 8 dezer, des morgens ten elf ure, iu het Soep-Lokaal zal gehouden worden de Inschrijvers hij deze uit- noodigende om daarbij te willen tegenwoordig zijn ten einde dio te helpen opnemen en sluiten, en daarna over te gaan tot het ver kiezen van andere Leden der Directie in de plaats der aftredende; terwijl een ieder, die. nog eenige gelden van de Commissie lu vorderen mngt. hebben verzocht wordt om zich met overlegging der noodige bewijzen ten spoedigste bij den Thesaurier den Heer A. J. Berg aan te melden. Zierihzee, den 4 Mei 1846, De Commissie Voornoemd W. D. de JONGE vt. Ter ordonnantie van dezelve, J. 1 SERRE F MOE,NS.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1846 | | pagina 1