ZIEBIKZEESCHË C O R A W T. N.o 97. VRIJDAG A.o 1845. 5 DECEMBER. Besturen en Administration. Nieuwslij dingen De LOTERIJ van HANDWERKEN of ter verloting dienstige VOORWERPEN, welke jaarlijks alhier plaats vindt, zal eerlang wederom worden opengezet, zoodra de goedkeuring daarop, aan Zijne Majesteit onzen geëerbiedigden Koning gevraagdzal zijn in gekomen. Intusschen wordt een ieder beleefdelijk uilgenoodigd om daartoe de vereischl wordende Handwerken of Voorwerpen in gereedheid te willen brengen, ten einde, na het bekomene antwoord van Z. M. daaraan het vereischte gevolg te kunnen geven; terwijl lot aanmoe diging daarvan hij deze wordt bekend gemaakt dat het Hare Maje steit onze geëerbiedigde Koningin behaagd heeft om een door Hoogst- dezelve fraai bewerkt Canapé-Kussen tot dat zelve einde in Ie zen den en daardoor heeft willen toonen het hooge belang dat Hoogst- dezelve in dergelijke nuttige ondernemingen stelt. De Dames uitmakende de Directie dier Loterij hopen eu rekenen op de algemeene medewerking vroeger aan haar beloond terwijl ook zij niet in gebreke zullen blijven om door ijver en accuratesse bet in haar gestelde vertrouwen steeds waardig te blijven en alzoo aan het belanglooze doel te blijven beantwoorden. De tijd der trekking zal (na de bekomene goedkeuring des Konings) nader worden bekend gemnak't. ALGExMEENE KENNISGEVING aan de Leden van het Begrafenisfonds DE HERSTELDE BELANGENS. In de Vergadering van den 2 December jl. is besloten dat de Wekelijksche Contributie, die sedert den 27 October jl. door den. gunstigen staat van kas is vrijgesteld vooralsnog zal blijven voort duren lot nadere bekendmaking. Namens de Directie De Boekhouder A. PIIAFF-. GROOT-B RITTANNIEN. LONDEN, den 29 November. Naar men meldt, heeft bet bewind in de laatste dagen onderscheidene maatregelen genomen welke aan duiden dat hetzelve bedacht is op de mogelijkheid eener groote ont wikkeling der zeemagt van dit rijk. Onder anderen verzekert men, dat van wege de admiraliteit opnemingen gedaan en voorlonpige be- rigten ingewonnen zijn omtrent het eventueel wapenen en in 's lands dienst nemen van verscheidene groote sloomvaartuigen die nu voor Let overbrengen van reizigers goederen en brieven gebezigd worden. Ook wordt gesproken van huilengewone aanbestedingen van groote leveranciën voor de marine. Deze maatregelen van voorzorg zouden naar men meentin verband staan met het geschil met de Vereenigde- Stalen betreffende het Oregon-gebied. Intusschen vindt men hier steeds velen die zich vleijen dat dit geschil in der minne vereffend zal worden. FRANRRIJK. PARIJS den 28 November. Uit de breedvoerige beriglen welke van de zijde der regering zijn medegedeeld betreffende den staat van zaken in Algerie blijkt dat de toestand over het algemeen weinig of niet is verbeterd dat de maarschalk nog altijd werk schijnt te vinden in het binnenland zonder den togt westwaarts Ie kunnen vervolgen dat men hier en daar wel is waar voordeëlen heeft be haald maar dat op andere plaatsen de opstand op nieuw is uitge broken of aanzienlijk uitgebreid. De generaal Lamoricièrewelke het geraden oordeelt om zich niet van Mascara Ie verwijderen meldt, dat de emir thans meer dan ooit de onderscheidene stammen tracht te bewegen om hem naar Marocco te volgen dat velen daaraan gehoor geven en dat hij degenen die zich weigerachtig loonen of aarzelen zonder genade door zijne aanhangers laat uitplunderen. NEDERLANDEN. *s GRAVENHAGE den 2 December. In de zitting van de tweede kamer der slaten-generaal van heden is ingekomen eene koninklijke boodschap van den 28 November jl. ten geleide van 4 wets-ont- werpen betrekkelijk de opheffing van het fonds voor den landbouw. Nog is ingekomen eene koninklijke boodschap mede van den 28 November jl. ten geleide van een wels-ontwerp tot opheffing van het fonds der nationale nijverheid. Bij gelegenheid der behandeling van de voordragt nopens het kolo niaal batig slot op den 28 November jl. in de tweede kamer heeft z. exc. de minister voor koloniën omtrent het onlangs voorgevallene op het eiland Borneo gezegd dat het in den aanvang eene geheele particuliere onderneming was die zich op dal eiland nederzette waarmede de regering gemeend heeft zich niet te moeten bemoeijen. Nu twee jaren geleden is weder een ander de rivier opgevaren en heeft getracht, zich met geweld op het eiland te vestigen. Hij is echter in strijd met de inboorlingen gekomen en gesneuveld. Toen hebben de engelsche dagbladen aangekondigd dat eene engelsche scheepsmagt gereed wasom wraak te nemen. Daarmede heeft de regering zich wel degelijk bemoeid. Zij heeft toen van het britsche gouvernement de meest geruststellende verzekeringen ontvangen wat er nu sedert is voorgevallen is moeijelijk te preciseren. Daadzaken schijnen er niet te zijn. Er heeft intusschen werkelijk eene wisseling van nola's tusschen de kabinetten van Londen en van 's Gravenbage plaats. Z. exc. vleit zich dat dezelve tot eene gewenschte uitkomst zullen leiden. Men kan verzekerd zijn dat de nederlandscbe regering waken zal tegen elke aanranding van onze regten en dat zij die vooral streng zal handhaven ten opzigte van Borneo. Ja men kan zich overtuigd houden dat de regering de regten omtrent onze koloniënde waardigheid des lands ongeschonden zal weten te be waren en te doen eerbiedigen. In het ontwerp van wet, tot inwisseling van muntspeciën enz, zijn eenige wijzigingen gebragt. Jn artikel 2 wordt thans eenvoudig bepaald dat de uit te geven muntbiljetten niet leleiner dan van een gulden zullen zijn. In artikel 3 wordt vastgesteld dat die biljetten achtervolgens, doch uiterlijk met den laatsten December 1847, tegen gouden of zilveren munt worden ingetrokken. Artikel 8 houdt nu in dat de krachtens de wet uit te geven muntbiljetten, tot op het tijdstip voor hunne intrekking vast te stellen door ieder als wettig betalingsmiddelgelijkstaande met contante specie, moeten worden aangenomen voor de sommen daarin uitgedrukt. Naar men verneemtheeft Z. M. aan J, M. Zust, vroeger korporaal van het lsts regement infanterie, thans te Arnhem gedeti neerd kwijtschelding verleend van de doodstraf met den kogel, waartoe hij wegens insubordinatie is veroordeeld door den krijgsraad in het provinciaal kommandement van Gelderland terwijl die straf is ver anderd in 15 jaren kruiwagenstrafmet vervallen verklaring van den militairen stand. Z. M. de koning heeft blijkens bekendmaking van de commissie tot leniging van den ramp welke de gemeente Meeuwen in Noord- Braband op den 10 Junij jl. door brand heeft getroffen, eene gift van f 1000 tot dat einde geschonken. Uit eene goede bron wordt verzekerd dat Z. M. de koning den heer D. Dronkersvan Middelburg, ontwerper der Zeelandsche Rijn-spoorweg-linie over Noord-Braband en Limburg thans de con cessie heeft verleend lot het daarstellen daarvan en wel zoo als de aanvraag was en de algemeene wensch is, namelijk langs Breda over Dongen en Loon-op-Zand op 's Hertogenbosch enz. II. K. H. mevrouw de prinses Albert van Pruissen (prinses Marianne der Nederlanden) is heden in deze residentie aangekomen. Men meldt uit Rotterdam Zoo wel Z. M. de koning als Z. K. H. prins Frederik der Nederlanden hebben onzen stadgenoot oen heer W. van Houten, hunne hooge tevredenheid betoond, voor het schrijven en ten behoeve der algemeene armen uitgeven van twea brochures getiteld Bemoediging enz. en Opwekking tol Mededeel zaamheid. Wij hebben in der tijd deze beide werkjes helpen aan prijzen en thans is het verblijdend dat de voorspellingen van den. schrijver volkomen bewaarheid zijn, toen hij in de Bemoediging zcide: Wat de landbouw ons in deze streken niet zal kunnen leveren zal door den handel ruim vergoed worden naardien sedert een zoo groote aanvoer van alle graansoorten en aardappelen van buitenslands ontvangen is, ofschoon men het belreurt, dat velen dezer laatsten in een bedorven toestand verkeerden en daardoor ongeschikt zijn om opgelegd of bewaard Ie kunnen worden. Men schrijft uit Amsterdam dat dezer dagen aldaar in hech tenis is gesteld P. Clébandie bij vonnis der arrondissements regt- bank te Amsterdam van 12 Fehruarij jl. ter zake van laster be gaan jegens den directeur van het kabinet des konings is veroordeeld tol gevangenzetting voor den tijd van drie maanden en eene geldboete van f 100 en in de proceskosten met ontzetting voor den tijd van 5 jaren van de regten vermeld bij art. 42 strafregt welk vonnis is bekrachtigd bij arrest van het provinciaal hof in Noord-Holland van 5 Mei 1845; terwijl de hooge raad de voorziening in cassatie verworpen heeft bij arrest van 14 October jl. Men leest in de Slaats-Courant«Nadere beriglen omtrent den toestand der kolonisten in Suriname behelzen dat van den 16 tot den 29 September jl. weder 16 bezweken zijn, gedeeltelijk van de naar den post Groningen verhuisden van Yoorzorg. Het getal lijdenden was echter verminderd zijnde op post Groningen nog slechts 29 zieken, op Voorzorg 4, en op Mijn Vermaak 5, te zamen uitmakende 38; terwijl het getal herstellenden 47 bedroeg. »Iri overeenstemming met den bestuurder d." van den Brandhoff, werden pogingen aangewend om tusschen de stad Paramaribo en het etablissement der kolonisatie aan de Samaracca een' weg te maken. «Ik durf mij voorstellen," zegt de waarnemende gouverneur, »dat doelmatige en genoegzame huisvesting (waaraan op Groningen «ijverig wordt gearbeid) weldadig op de gezondheid der kolonisten «zal werken, en dat vooral in de maand November, wanneer do «felle hitte voor een aangenamer saizoen plaats zal maken, de ko- «lonisten, welke thans nog de gevolgen der ziekte ondervinden, «aanmerkelijk op hun verhaal zullen komen." «De nieuwe gouverneur, baron van Radershad het bestuur op den 13 October aanvaard, en zou terstond naar post Groningen trek ken om op de plaats zelve al datgpne te bevelen, hetwelk bevonden, zou worden in het belang der overgeblevene 224 kolonisten nuttig te zullen zijn. De heer van den Brandhoff was nog vol moed en do kolonisten waren in het algemeen bezield met vertrouwen op eena betere toekomst." GEMENGDE BINNEN- EN BUITENLANDSCHE BERIGTEN. Bij voortduring hecrscht in de noord-oostelijke streken van Polen onder de arme volksklassen eene schrikkelijke ellende ten gevolge van liet mislukken van den oogst en van de in den loop dezes jaars bij herhaling plaats gehad hebbende overstroomingen. De uitgehongerden komen bij geheele henden op pruissisch grondgebied waar echter ook schaarschte van levensmiddelen heerscht. In den nacht van den 19 op den 20

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1845 | | pagina 1