ar.» 34.
ZÏRRIRZEESCHE
DINGSDAG
A.° 1845.
COURANT.
29 APRIL.
Besturen en jldministratiën.
Mi e u ws t ij di ngen
7
HERIJK der MATEN en GEWIGTEN.
GEDEPUTEERDE STATEN van ZEELAND.
In aanmerking nemende, dat, naar aanleiding van de ^Koninklijke
besluiten van den 28 September 1819 Staatsblad n 49.) en van den
30 Maart 1827Staatsblad n.° 13 jaarlijks een herijk van al do neder-
landsche malen en gewigten welke in omloop zijn gebragt en in den
handel gebruikt worden behoort plaats te hebben
Gelet op het reglement op den herijk in deze Provincie van den 15
Februarij 1822
Gezien de missives van Zijne Excellentie den Minister van Binnen-
landsche Zaken van den 18 October 1844 n.° 812"'afdceling en van
den 9 dezer, n.° 21 2"" afdceling
Besluiten
Art. 1. De herijk over het jaar 1845 van de nederlandsche maten en
gewiglenwelker gebruik in het vorige jaar verpliglend is geweest en
mitsdien van alle gewigten lengte-mateninhouds-maten voor droogo
waren, vochtmaten voor den handel in het klein en in het groot mits
gaders van de wisse, zal in het 1"°3<ls en 41"' District in deze Provincio
worden aangevangen met den 1 Mei aanstaande en gesloten op den 1
Augustus daaraanvolgende; zullende de aanvang van den herijk in het
2d' en 5'" District nader worden bepaald.
Art. 2. De letter 2f (Gotbische vorm) zalovereenkomstig hoven-
gemelde aanschrijving voor de ijkletter gedurende dit jaar gebezigd
worden, en op al de geijkt, of herijkt wordende maten en gewigten be
nevens het bijzondere merk van den Arrondissements-ijkerworden af
gedrukt of ingebrand.
Art. 3. De Arrondissemenls-ijkers zullen overeenkomstig art. 5 van
voorschreven reglement, behalve in de plaats hunner woning, nog lot
den herijk vaceren in die gemeenten van derzelver arrondissement als
door ons bij resolution van den 10 April 1840, n.° 26, van den 20
Maart/2 April 1841 n.° 24, Pruvinciaalblad n.° 34.) en van den 30
Junij 1843 n.° 11 zijn aangewezen en op de dagen gedurende welke
zij niet in de gemeenten builen hunne woonplaats vaceren, ten minste
gedurende vier uren daags, hunne kantoren geopend houden, om aan
de Ingezetenen gelegenheid te geven tot de verificatie hunner malen en
gewigten.
Art. 4. Zij zullen van de uren waarop hunne kantoren zullen ge
opend zijn mitsgaders van de dagen op welke zij uit hoofde der ver-
eischle vacatiën in andere gemeenten niet lot den herijk der maten en
gewigten te hunnen kantore zullen vaceren, aan Burgemeester en Wet
houders hunner woonplaats kennis geven, welke daarvandoor publi
catie en door insertie in de stedelijke of in de binnen derzelver stad meest
gelezen wordende courantaan de belanghebbenden zullen doen kennis
dragen.
Art. 5. De Arrondissements-ijkers zullen Burgemeester en Wethou
ders of Assessoren der gemeente, in welke zij in overeenstemming met
het bepaalde in art. 3 tot den herijk zullen vaceren van hunne op
handen zijnde komst ten minste acht dagen te voren informeren en
zullen deze gehouden zijn den Burgemeesters en Assessoren der andere
gemeenten voor welke gelijktijdig wordt gevaceerd daarvan kennis te
geven, ten einde de ambtenarenpublieke administration kooplieden,
winkeliers en andere belanghebbenden door hen worden verwittigd van
de plaats en van den tijd waarop tot den herijk zal worden gevaceerd
en van hunne verpligling om de bij hen in gebruik zijnde maten en ge
wigten mitsgaders de slrijkels der halve en kwart mudden te doen her
ijken zullende de Plaatselijke Besturen behalve de ten deze vercischto
openbare bekendmaking, tevens, zoo veel mogelijk den belanghebbenden
Ingezetenen hunner gemeente welke zij welen dat van malen en ge
wiglen gebruik maken, te hunnen huize eene waarschuwing of kennis
geving laten doen.
Het vervolg in ons volgend nummer.)
BEKENDMAKING.
Achtervnlgens art. 3 van Zijner Majesteil's besluit van den 6
Januarij 1831 n.° G8 {Staatsblad n.° 2,) heeft Zijne Excellentie de
heer Minister van Financiën hij resolutie van den 24 dezer maand
bepaald de prijzen het opgeld daaronder begrepen waarvoor de col
lecteurs, splitters en dehitanten der Koninklijke Nederlandsche Loterij
de loten en gedeelten van dien voor de tweede week der trekking van
do laatste klasse der 195",e Loterij
Bij verkoop
Gehecle loten
Halve
Vijfde
Tiende
Twintigste
Wordende
f 70.00
- 38,00
- 15,20
- 7,60
- 3,80
zullen mogen uitgeven te weten
Bij verhuring
loten
Geheele
Halve
Vijfde
Tiende
Twintigste
f 30,00
- 15,00
- 6,00
- 3,00
- 1,50
ij voor
de belanghebbenden bij deze herinnerd dal
nnemd artikel van Zijner Majesteil's besluit uitdrukkelijk is vastgesteld
dat de collecteurs, splitters en dehitanten gehouden zijn om zich
naar die prijsbepaling te regelen en dezelve gedurig ter inzage voor
het publiek beschikbaar te hebben.
Zierikzeeden 28 April 1845.
Voor den Staatsraad Gouverneur van de Provincie Zeeland
De Burgemeester der Stad Zierikzee
DE CBANE.
Wij ondergeteekenden COMMISSARISSEN der ONDERLINGE
BR AND-W A A BBORG-MAAISCHAPPIJonder Directie van de
Heeren DE JONG C.°, gevestigd binnen Amsterdam, hebben het
genoegen aan alle daarbij belanghebbenden te berigtendat heden
aan ons, in tegenwoordigheid van eenige Correspondenten en
Deelgenooten door genoemde Heeren is gedaan REKENING en
VERANTWOORDING hunner gehoudene Administratie over het jaar
1844, en daarbij tevens overgelegd een allezins naauwkeurig overzigt
van den gunstigen staat on de steeds loenemenden bloei dezer
Maatschappijal hetwelk wederom in de meest mogelijke orde en
juistheid bevonden zijnde met onze volkomeno goedkeuring is be
krachtigd geworden en daarbij ons op nieuw geblekendat deze
Inrigting het algemeen vertrouwen hetwelk dezelvesedert zoo vele
jaren, in steeds klimmende mate genieten tnogt, ten volle waardig is.
Amsterdam, den 25 April 1845.
Uonkh.' W. H. J. Baron van WEST-
M.'M. C. van HALL. j REENEN van TIELLANDT.
M.' P. J. van NAAMEN van Jonkh.' H. W. Baron van AYLVA
SCHERPENZEEL.
Commissarissen binnen Amsterdam.
van PALLANDT van WAAR
DENBURG en NEERIJNEN.
Commissarissen buiten Amsterdam.
REDERLANDE N.
's GRAVENHAGE den 25 April. Door den kamerheer-ceremonie-
meester is bekend gemaakt, dat Z. M. de koning op aanstaanden
dinesdag den 29 April, in het paleis te Amsterdam audiëntie zal
verleenen.
Men verneemt, dat de negen heeren leden van de tweede kamer
der staten-generaal die een voorstel tot herziening van de grondwet
aan die vergadering hebben aangeboden hunne beantwoording op de
bedenkingen in do afdeelingen der kamer tegen dit voorstel gemaakt,
in gereedheid hebben gebragt en dat zoowel die beantwoording als
een 40la! ontwerpen van wet, waarin thans het voorstel is gesplitst,
en die hij de antwoorden gevoegd zijn eerstdaags aan de leden der
kamer zullen worden medegedeeld.
Den 24 dezer is in de zitting van de tweede kamer ingekomen
een adres van J. de Koning, Jz., en 96 ingezetenen der stad Woer
den strekkende tol ondersteuning vair het aanhangig voorstel tot
herziening der grondwet.
Van wege den minister van financiën is hekend gemaaktdat
de middelprijzen der inlandscbe granen voor het geheele rijk over
het tijdvak van den 20 Maart 1845 tot en met den 19 dezer per
mud zijn geweest als volgt larwo f 6,62 rogge f 5,14 boekweit
f 5,18, gerst 4,21haver f 2,59 en ongepelde spelt f 2,34, en
dat de regten op den in- en uitvoer voor de maand April eerst
komende zijn gesteld per mud als volgt tarwe en gepelde spelt
f 1,50 en vrij rogge 50 c. en vrij boekweit 50 c. en vrij gerst
en mout 50 c. en vrij haver 75 c. en vrij en ongepelde spelt f 1
en vrij.
Den 27. In de zitting van de tweede kamer der staten-generaal
van gisteren is het wets-ontwerp betrekkelijk de invordering van
's rijks directe belastingen na daarover gehoudene beraadslagingen
met 41 tegen 12 stemmen aangenomen.
Z. K. H. prins Hendrik der Nederlanden, vergezeld van hoogst-
deszelfs adjudant, den luitenant-ter-zee, ridder van Rappard, heeft
in den vroegen ntorgen van den 24 Ylissingen verlaten, en is over
Middelburg naar 'sGravenhage teruggekeerd. Gedurende hoogstdes-
zelfs verblijf aldaar, vond er eene kleine wedstrijd van roeisloepen
op de Schelde plaats welke door het verrukkelijkste lenteweder werd
begunstigd de buitengewoon fraaije sloep welke Z. K. H. vroeger
aldaar voor eigen rekening deed bouwen bemand met vlissingsche
roeijers snelde op een' bepaalden afstand de andere vooruitwelko
roeijers op last van hoogstdezalve met eene premie werden begiftigd.
GEMENGDE BUITEN- EN BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
De pprsoon die op eene zoo arglistige wijze den diefstal van de hor-
logiën en gouden ketting in het logement la ville de Paris, te 's Ilage
gepleegd heeftis le Zalt-Boimnel gevat geworden en genaamd Salomon
Bethman. Do koningin van Engeland heeft het stoomschip Great
Britain, hetwelk voor Blackwal! op de Teems ligt geïnspecteerd. Dit
vaartuig heeft eene lengte van 322 voel (112 voet langer dan het oorlog
schip Queen van 120 stukken) eene beweegkracht van 1000 paarden en
voert 6 masten. De vijandelijkheden zijn in AIge'rie weder begonnen.
Abd-el-Kader mager zich dus wel op voorbereid houden om eerlang op
nieuw eenige malen vernield te zullen worden. In Zwitserland schijnt
de vraag, wie de oorlogkosten betalen zal, thans het groote punt bij
den hondslag te zullen uitmaken. Den 7 dezer zijn le Napels, onder
geweldigen toeloop van nieuwsgierigen, 150 zakkenrolders en andere
gaauwdieven naar de tuchtinriglingen deels op de Triniti-Eilanden in
de Aiiriatisrhe-Zëé, deels op het eiland Lampedusa ten westen van
Malta vervoerd geworden. Volgens de jongste berigten uit Bohe-
men is de runderpest thans aldaar zoo goed als verdwenen te beschou
wen ofschoon in de door haar bereids getroffen gemeenten en in do
omstreken nog altijd eenige gevallen van pestziekte zich voordoen.
Onder de droevige looneelen welke de langdurige winter in Boheme
te voorschijn riep mag men rangschikken dat 25 schoolkinderen
op den terugkeer uit de school naar hun afgelegen dorp verdwaald