ZIERIBLZEESCHE
DING5DAG
A.° 1
COURANT»
11 FEBRUARIJ.
7^h|
Besturen en Administration.
Nieuwstijdingen.
l
i\.o 13.
'J&LU. -
1 W$
*%lS2
NATIONALE MILITIE.
BEKENDMAKING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad 7AERIKZEE
brengen bij deze ter kennis van de daarbij belanghebbenden: dat de
eerste zitting van den Militieraad in deze Provincie voor dit Kanton
is bepaald op Donderdag den 13 dezer maand des voormiddags ten
10 ure, in do Abdij te Middelburg, voor weiken raad moeten ver
schijnen de Vrijwilligers casu quo en de voor een jaar vrijgestelde
dienstpligtige Lotelingen van de ligtiugen 1841, 1842, 1843 en
1844, voorzien van do bewijzen tot staving hunner redenen van vrij
stelling; terwijl de zoodanigenwelke op den bepaalden dag, uur
en plaats aldaar niet verschijnen zullen geacht worden geene recla
mes te hebben en mitsdien voor de dienst worden gedesigneerd.
Gedaan te Zierikzee den 7 Februarij 1845.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
DE CRANE,»!.,
Ter ordonnantie van dezelve,
De Stads Secretaris
W. J. P. KR OEF.
BEKENDMAKING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ZIE1UKZEE
brengen door deze ter kennis van de In- en Opgezetenen: dat de
jaarlijksche PAARDEN- of HALF-VASTKMARKT als van ouds
binnen deze Stad op Donderdag den 27 dezer maand zal gehouden
worden.
Zierikzeedon 7 Februarij 1845.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
DE CRANE vt.
Ter ordonnantie
De Stads Secretaris
W. J. P. KROEF.
VERGADERING der MAATSCHAPPIJ tot bevobdiïring van
den LANDBOUW en de VEETEELT in de Secliën Schouu-en en
Duivelandop Donderdag den 20 Februarij aanstaande, des middags
ten 12 ure, bij den KofSijhuishouder R. H. Harinck bij welke
vergadering de Rekening zal worden gedaan over bet algeloopen
dienstjaar benevens een Verslag gegeven van de werkzaamheden
die in hetzelve jaar hebben plaats gehad wordende de heeren Deel
nemers mitsdien uitgenoodigd om dezelve Vergadering met hunne
tegenwoordigheid te vereeren.
NEDERLANDEN.
's GRAVENHAGE den 6 Februarij. Bij koninklijk besluit van
gisteren is tot gouverneur-generaal over Nederlandscli indie benoemd
zijne exc. de minister van staat J. J. Rochussenmet bepaling, dat
hij zijne betrekking als gevolmagtigd minister te Brussel zal blijven
waarnemen tot dat daarin zal zijn voorzien.
(Z. exc. is de 46s" gouverneur-generaal van. Nederlandsch Indie,
sedert die zoo belangrijke volkplantingen door het beleid den moed
en de standvastigheid der Nederlanders voor het vaderland zijn ver
worven.)
Heden heeft de tweede kamer der staten-generaal hare werk
zaamheden hervat.
Zijn ontvangen verscheiden verzoekschriften waaronder een adres
van Jan Cornelisse de Oude, landman te Brijdorpe gemeente Dui-
vendijke (eiland Schouwen) daarbij aandringende op eene herziening
van de wet op het personeel benevens 29 gelijkluidende adressen
waaronder 14 van ingezetenen uit onderscheidene gemeenten in de
provincie Groningen de overigen uit Venlo Groede (Zeeland Arnhem
Groenlo Vriezenveen Rotterdam Dragten Oud-Beijerland Leiden
Hattem Deventer, Dordrecht, Enschedé en ion Marquis de Thouars
allen tot ondersleuning van het aanhangige voorstel eener grondwets
herziening.
Nog zijn ontvangen zes ontwerpen van wet, als: 1.°, strekkende
om voorloopig voort te gaan met de belasting op de runderen
paarden en schapen welke ten behoeve van het fonds van den land
bouw werd ingesteld bij de wet van 30 Mei 1840 en met den 31
December 1844 is komen te eindigen 2.°betrekkelijk het opmaken
van akten van den burgerlijken stand in vreemde landen door de
nederlandsche diplomatieke en consulaire agenten; 3.", op de invor
dering van 's rijks directe belastingen; 4.°, lot regeling en aanvulling
van het bijzonder fonds, bestemd voor de uilvoering der wet op het
nede.rlandsch muntwezen 5." strekkende om de bepalingen van de
wet van 11 April 1827, houdende oprigting der schutterijen, en
van die van 19 December 1832, nopens de dienst bij den landstorm,
te verbeteren of te doen vervangen door verordeningen meer ge
schikt voor de verdediging van den staat in verband met de artike
len 201 211 en 2I2 der grondwet en 0.°, tot aanvulling der wet
van 29 Mei 1841 betrekkelijk de onteigening ten algemeenen nulte.
Rij de voordragt op de invordering van 's rijks directe belastingen
heeft men er zich op toegelegd om de bestaande verordeningen.,,
grootendeels van franschen oorsprong, met de burgerlijke en finan
ciële wetgeving in overeenstemming te brengen daarbij te behouden,
hetgeen de ondervinding, heeft geleerd nuttig te wezen en in elK
geval, de regten der schatkist, ten aanzien der onwilligen te ver
zekeren. Daartoe is het middel van inlegering ook in dit wets-ont-
werp overgenomen doch met voorzorgen welke misbruik en over-
drevene gestrengheid uitsluiten. Bij het vervollen van het legaat
hypotheek heeft men op andere waarborgen bedacht moeten zijn ea
den voorrang der schatkist omschrijven en bepalen.
Het aangeboden ontwerp van wet op de schutterijen strekt, orn
de wetten van den 11 April 1827 en den 19 December 1832, be
treffende de schutterijen en den landstorm te doen vervangen door
verordeningen, meèr geschikt voor de verdediging van den staat. Het
zelve bevat 250 artikelen, en regelt, in onderscheidene afdeelingen,
de zamenstellingverdeeling, dieustverrigtingen enz. van de dienst
doende en ruslende schutterijen en van den landstorm de tucht,
regtspleging enz.
Bij art. 1 wordt bepaald dat alle ingezetenen van het rijk die den
1 Januarij hun 24s" jaar zijn ingetreden en hun 49s" jaar niet heb
ben volbragt tot de dienst bij de schutterijen verpligt zijn onder
de nadere in de wet vervatte bepalingen.
Rij art. 18 worden van die dienst vrijgesteld: a. zij, die met on
geneeslijke ziekten of gebreken zijn behebtb. de geestelijken van
alle gezindheden c. de hoogleeraren en onderwijzers bij alle inrig-
tingen van iiooger en middelbaar onderwijs mitsgaders de hoofd
onderwijzers hij de lagere scholen d. de burgemeesters der gemeen
ten e. de buitenslands zeevarenden die zich tijdelijk hier te lando
bevinden f. de van 's rijks wege aangestelde loodsen en loodsleerlin—
gen; g. de op publiek gezag aangestelde nachtwachts, de directeurs
eti commissarissen en verdere beambten der policie de geregtsdiena-
ren en veldwachters h. de cipiers van 's rijks gevangenissen of huizen
van arrest, mitsgaders hunne knechts.
Rij art. 46 worden de dienslpligtigen der schutterij verdeeld in do
volgende klassena. de ongehuwden en weduwenaars zonder kind of
kinderen, die hun 24s" jaar zijn ingetreden en hun 28'" nog niet
Hebben volbragt b. de ongehuwden en weduwenaars zonder kind of
kinderen, van 29 lot 33 jaar c. de gehuwden zonder kind of kinde
ren. van 24 tot 28 jaar; d. de gehuwden zonder kind of kinderen,
van 29 tot 33; e. de gehuwden met kind of kinderenvan 24 tot 28;
f, de gehuwden met kind of kinderen van 29 tot 33 g. de ongehuwden
en weduwenaars zonder kind of kinderenvan 34 tot 38 h. de ge
huwden zonder kind of kinderenvan 34 tot 38i. de ongehuwden
en weduwenaars zonder kind of kinderen, van 39 tot 49; k. Ae gehuw
den zonder kind of kinderen, van 39 lot 49; l. de gehuwden en we
duwenaars met kind of kinderenvan 34 tot 49 jaar.
Art. 101. De sterkte van het actieve gedeelte der dienstdoende
schutterij in elke gemeente, bedraagt twee man van iedere 100 zielen
der bevolking.
Art. 106. Bijaldien onder de dienstdoende schutterijen zich per
sonen moglen bevinden genegen om in tijd van vrede in de ge
meente de dienst als kavallerist of artillerist te vcrriglen kan zulks
door den koning onder de door denzelve vast te stellen bepalingen
worden toegestaan.
Art. 108. De dienst bij de in het hoofd dezer aangeduide schut
terijen duurt vijf jaren.
Art. 120. De infanterie van de actieve dienstdoende schutterij
wordt vijftien malen en de vrijwillige kavallerie en artillerie bij
dezelve dertig malen jaarlijks in den wapenhandel geoefend.
Art. 121. Boven de in het voorgaande artikel vermelde oefenin
gen worden de actieve dienstdoende schutterijen jaarlijks aan ds
volgende algetneene en bijzondere inspectiën onderworpen, als:
a. eenmaal 'sjaars aan eene bijzondere inspectie, te houden door
eenen hiertoe door den koning aar. te wijzen generaal of militairen
hoofd-officier bepaaldelijk over de wapenen het ledergoed en de
theoretische en praclische oefeningen; en b. tweemaal 'sjaars aan
eene algemeene inspectie, te houden door den kommandant der
schutterij.
Art. 122. Het staat den koning vrij in zeer bijzondere gevallen
ter behoorlijke leiding van de oefeningen militaire officieren en
onder-officieren bij de actieve diensldoende schutterijen te detacheren.
Art. 123. De kommandant <1 er dienstdoende schutterij kan aan
do niet genoegzaam geoefende officieren onder-olficieren en korporaals
van de actieve gedeelten boven het in artikelen 120 en 121 gevor
derde het bijwonen van theoretische oefeningen gelasten op een door
hem te bepalen tijd.
Deze oefeningen worden slechts tweemaal in elke maand en nim
mer langer dan twee uren telkens gehouden.
Art. 125. De actieve dienstdoende schutterijen wonen geena
parades hij dan alleen op *s konings geboortedag, en bezetten geena
wachten eere- of. andere posten dan met toestemming van den
gouverneur der provincie.
Art. 153. De schuttersraden zijn bevoegd de volgende straffen op
te leggen:, aan officieren: provoost-arrest, van 1 lot 8 dagen; huis
arrest, van 1 tol 14 dogen geldboete, van f 10 tot f 50 aan
onder-officieren en korporaals: degradatie; gevangenis, van 1 tot 14
dagen geldboete, van f 1 tot 20aan schutters en tamboers:
gevangenis., van 1 tot 14 dagen; geldboete, van 50 c. tot f 10.
Art. 239. Niemand die zijn 24s" jaar is ingetreden en zijn 49sl*
jaar nog niet heeft volbragt kan een huwelijk aangaan zonder over
legging eener verklaring dat hij aan de verpliglingen ten aanzien
van de schutterij voldaan heeft, of daaraan tot dien tijd niet heeft
behoeven te voldoen.
Art. 247. Bij de oprigting der schutterijen overeenkomstig de ba-
L
-*rr*-T-r-:Ai ir- i
