'Zeetijdingen. JLdvertentiën gen den blaasbalg bij zich hebbende om des noods zijn gewaad e nieuw met lucht te vullen. In weêrwil van de jongst genomen maatregelen valt er nog niet op de veiligheid in Parijs te roemen. Nog 11. zondag werd een 17jarig am bachtsgezel die zich des avonds naar huis begaf, nabij de brug Marie, door 5 of 6 boosdoenders aangevallenzij ontnamen hem het geld dat hij bij zich had benevens zijn goud horlogie en wierpen hem voorts in het water. Eene daar juist aankomende patrouille heeft de boosdoenders, maar Ie vergeefs, nagejaagd. De jongeling die bij geluk een goed zwemmer was, heeft zich daardoor gered. Sedert den 1 December hebben 74 rooverijen en afzettingen van geld op de straten van Parijs plaats gehad. Te Munchen worden alle kinderen welke op straat bedelende wor den gevonden in een daartoe ingerigt godshuis opgenomen. Bij hunne intrede, en voor dat nog eenige zorg aan hen is besteed, worden zij geportretteerd in den staat waarin zij zich bevinden dat is te zeggen met lompen bedekt en dikwerf in eenen terugstootenden morsigen toestand. Nadat het portret is vervaardigd worden zij in een bad gebragt en vervolgens in de kleeding van het huis gestoken. Na ver volgens eene zedelijke en godsdienstige opvoeding en genoegzaam on derwijs te hebben genoten, leert men hen een handwerk of ambacht, terwijl zij in het huis blijven tot dat zij door de opbrengst van hunnen arbeid de onkosten van hun onderhoud hebben vergoed om daarna hetzelve te verlaten en elders hun werk te zoeken. Yoor dat zij echter het huis uitgaan, geeft men hun het portret, dat bij hunne opname is vervaardigd en men Iaat hen den eed afleggen hetzelve gedurende hun gansche leven te zuilen bewaren opdat zij steeds hunnen tegenwoordigen toestand met den ellendigen slaat waarin zij vroeger verkeerden zouden kunnen vergelijken en zoodoende eene altijddurende dankbaarheid koesteren voor die weldadige instelling welke hen tegen ellendeen misschien wel tegen schande heeft beveiligd. Berigtcn uit Weenen van den 20 December vermelden omtrent de in Oostenrijk heersohende veepest het volgende «De veeziekte, waarvan dezer dagen onderscheidene nieuwspapieren hebben gewaagd en welke aldaar de Podolische veepest genoemd wordt is uitgebroken in Busland en Bessarabie heeft zich van daar verbreid naar Moravie, Opper- en Neder-Oostenrijk Boheme, Polen en Gallicie. in Boheme en Gallicie riglte zij de meeste verwoestingen aan ofschoon op verre na niet in dusdanigeu graad als dagbladen en andere geruch ten wel wilden. Zoo vielen er in Bobeme bijv. tot nog toe slechts 1200 runderen. Verminderd is thans de ziekte alierwege opgehouden heeft zij reeds in Opper- en Neder-Oostenrijk. In Weenen zelf hadden zich bier en daar eenige geringe gevallen vertoond. »Zoodra in eene provincie der oostenrijksche monarchie de veepest uitbreektwordt de provincie geheel afgesloten zoodat er uit dezelve noch runderen noch schapen noch zwijnen noch wolnoch varkens- baar noch ruwe huiden noch hoeven (sabots) noch horens noch ©ngereimgdo talk naar eene andere provincie mag worden vervoerd. Van het verkeer met de overige provinciën wat de bovengemelde voor werpen betreftwaren gevolgeiijk in dit rijk uitgesloten: Gallicie, Boheme, Moravie, Opper-en Neder-Oostenrijk. Deze afsluiting heeft thans reeds opgehouden behalve voor Gallicie en Boheme. «Naar builen bestaat er nog afsluiting tegen Busland Bessarabie en Moldavië. «Van buiten bestaat er voortdurend afsluiting tegen aile bovenge melde oostenrijkscbe provinciën van wege Beijeren Saksen en Pruissen. Evenwel is er sedert eenige dagen de invoer weder geoorloofd van wol Bit Oostenrijk en Hongarijebijaldien zij behoorlijk in zakken of balen verpakt en tot doorvoer of dadelijke verwerking in de fabrijken bestemd is. «De voorwerpen, waarvan bij voorkomende veepest, bet vervoer uit de aangetaste provinciën verboden is, worden hoofdzakelijk uitgevoerd riaar Pruissen Saksen en Beijeren verder naar de Rijnlanden en Belgie; zeer weinig naar Nederland. «Reinigingsmiddelen der verdachte voorwerpen worden hier volstrekt niet aangewend eensdeels waarschijnlijk uit hoofde der groote moeije- ïijkheid anderdeels ten gevolge der na te melden dooding en begraving der aangetaste en verdachte beesten. »Bij voorkomende gevallen van veepestmoeten in het geheele rijk niet alleen de aangetaste runderen, maar al het veehetwelk zich in denzelfden stal bevindt onmiddelijk worden doodgeslagen en met buid jvn baar begraven. Alvorens echter daartoe over te gaan, is de eigenaar van bet vee, zoodra er zich aanduidingen van eene dergelijke ziekte in zijn stal vertoonen gehouden er onverwijld opgave van te doen aan de gezondheids-commissie, welke alsdan eenen veearts afzendt ter schouwing, in tegenwoordigheid dër competente overheid en vaneen veeschatter. De arts verdeelt in iederen stal het vee in drie categoriën 1.° het zieke 2." het verdachte en 3.° het volstrekt gezonde. De schatter schat daarop het vee der twee laatstgemelde categoriën en de eigenaar erlangt slechts schadeloosstelling voor het verdachte en voor het gezonde vee hét eerste ten bedrage van een derde de helft of twee derden der waarde het tweede voor de volle waarde naardien gelijk boven reeds gezegd is al het vee in eenen aangetasten stal moet wórden gedood. Het vee datgedood moet worden, wordt, ter vermijding van bloedstorting, gekold. »ln strijd dus met bovengemelde stellige voorschriften der regering zijn de opgaven van dagbladen welke gewagen van genezen vee. Als namelijk overeenkomstig de bevelen der regering onverwijlde dooding plaats heeftkan er geene kwestie van genezing zijn. «Van wege de regering is overigens de grootste zindelijkheid in de stallen voorgeschreven. Koud weder wordt als gunstig beschouwd. Eindelijk is er beweerd dat in dit rijk eene soortgelijke besmettende ziekte de hazen en vossen aangetast hadhetgeen echter ten stelligste door de regering wordt ontkend." De beroemdste schaatsenrijder van Kusland Wilschozkvan Ar changel, is onlangs te Brussel aangekomen hij heeft van den keizer van Rusland bij gelegenheid van eenen wedloop op schaalsen in 1838 een paar prachtige schaatsen met edele gesteenten versierd ais een blijk van keizerlijke goedkeuring ontvangen en heeft na dat tijdstip getracht zich in die kunst verder te volmaken hel is hem gelukt om op vier schaatsen al de bewegingen van den witten ijsbeer na te bootsen welke bij in de gelegenheid is geweest in het streng klimaat van zijn vaderland gade te slaan. Bijzondere brieven van den 16 II. uit Petersburg brengen mede, dat het booge gouvernement met vollen ijver blijft werken aan het plan tot opheffing van het lijfeigenschap in Rusland. De regering yvil aan de landeigenaren de keuze laten om of wel hunne lijf eigenen legen, naar een vast te stellen tarief, te betalen uitkeering en te verleenen heerendiensten de vrijheid met den grond en bodem waaraan zij tegenwoordig verbonden zijn te schenken, of wel hunnen eigendom te ruilen tegen kroongoederen op welke het lijfeigenschap reeds opgeheven is. Dit laatste voorstel is zoo het schijnt daarom er bijgevoegd wijl het de gelegenheid biedtorn de landeigenaren eenige vergoeding te geven voor de schadedie zij hij het opheffen van het lijfeigenschap zullen komen le lijden. Men vreest evenwel dat dit plan hetwelk diep in de belangen Ier groote landeigenaren tast sterke tegenkanting van derzelver zijde al ontmoeten maar het begeeren des keizersdie het plan reeds sdert jaren koestert is hieromtrent zoo bepaald dat do le vreezen tgenkanting daarvoor zal moeten wijken. Volgens de nieuwe verordening zullen de bseren wel niet geheel vr* worden en altijd eenigermale een eigendom des keizers en der kron verblijven maar hunne ontheffing van de slavernij is toch reca een groote stap die van gewigtige gevolgen op de geheele staathuishoudkunde van Rusland zal zijn. B'e gezagvoerder F, ACrocker, met het schip North Bend van Bativii 1 le New-York aangekomen verhaalt het volgend zonderling versdiijasel op zijne terugreis waargenomen le hebben legen den; 2D Noveiiber overdekte een digte zwerm sprinkhanen het dek en de ra's van zip vaartuig; zich 3 dagen aldaar opgehouden hebbende, ver dween \e massa. Naar alle waarschijnlijkheid moesten er zich mil- lioenen tinnen den omtrek van eenige mijlen vertoonenzij hadden eene rood kleur. Volgens de gewone berekening, vliegen deze in secten niet verder dan 200 roeden voort, en deze moeten een weg' van 700 uijlen in volle zee afgelegd hebben; men denkt dal zij door eenen storn verjaagd en uit Zuid-Amerika gedreven zijn. MIDDELJtJRG den 30 December. Laatstleden vrijdag waren 6 kinderen vanArnomuiden met priksleedjes over den watergang naar deze stad gek,men bij eene sluis aan de haven-barière. vielen 5 der- zelve door hclaldaar zwakke ijs; 4 werden door spoedig toegescho ten hulp van «sn Wijt, Hendrik Thomttsse, Johannes Lui, schippers knechts, Daniihde Bidder, Klaas van Belzen en Cornelis van Bel zen visscbers die z?,b met veel inspanning in het water begaven, geluk kig gered maareen der kinderen Adriaun Blaze de Noijer, oud 8 jaren is niet tr^gen behouden worden eerst zaturdag is bet lijk gevonden en bij O) bedroefde ouders verzorgd. ZIERIKZEE dei 2 Januarij. Gedurende het jaar 1844 zijn alhier ingeklaard 10 m uitgeklaard 8 zeeschepen. In het vorige jaar bedroeg het getal ingiklaotde 11 en uitgeklaarde 9 schepen. Gedurende het jaar 1844 zijn le Amsterdam uit zee gearri veerd 2216 schepen, waaronder 3 van Canton, 109 van Java en. 59 van Suriname. In het vorige jaar waren aangekomen 2034 schepen. BROUWERSHAVENden 2 Januarij. Binnengekomen: Jacob Catskapt. W. B. Derks Orion kapt. J. van der Linde beide van Batavia naar DonhrcbL Zuid-IIollandkapt. O. Lindeman,, van Batavia, Elizabeth, lapt. W. Pratt, van Dot] v resbeide naar Rotterdam, Anna Margahthakapt. H. H. Naatje, van Cardiff naar Schiedam en de Jonge Hendrik kapt. H. J. Schuring van Windau naar Antwerpen. Gedurende het jaar 1S44 zijn alhier binnengekomen 160 sche pen waaronder 58 van cava voor Rotterdam en Dordrecht be stemd en nitgezeild 26 schepen waaronder 5 naar Batavia (onder de binnengekomen en uitgezeilde schepen zijn de bijleggers begrepen.) In het vorige jaar waren binnengekomen 174 waaronder 56 van Java en uitgezeild 81 schepen. 194*" KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE LOTERIJ. vijfde klasse. Zevende Lijst. Negende Lijst. N.° 9240 f 1000 N.° 1356 f 1000 Achtste Lijst. Tiende Lijst. 14573 f 50,000 Geene. 15937 - 1000 INTEREST-BETALLNG van alle verschenen Binnen- en Buitenlandsche COUPONSbij de Makelaars van dek STARP BERG wordende tevens iederdie bij dezelven in de 3 pC." Geldleening hebben ingeteekend bij deze verzocht hun four- nissement voor den 4den termijn vóór of op den 15 Januarij 1845:, te komen voldoen terwijl hun Kantoor van heden af bepaald ge vestigd is bij W. van der STARP, in de Poststraatwijk C, ti." 105 en steeds in den voormiddag zal geopend zijn. De ondergeteekende maakt bij deze bekend dat bij zijne TIMMERMANS-AFFAiRE op heden geopend beeft, in het huis vroeger bewoond door C. Boutense aan de noordzijde van de Oude Haven zich minzaam aan het geëerde publiek aanbeve lende belovende in alles eene accurate en eivile bediening. Zierikzeeden 1 Januarij 1845. E. W. MUS. ib zierikzee bij de wed. a. de vos en zoon stads drukkers. PRIJZEN dek EFFECTEN te AMSTERDAM, Woensdag den 1 Januarij 1845. Nederlanden 2f/8 pC. Werk. Schuld 5 gebleven. 65 pC. Amort. Syndikaat teL pC. 99'5/'is Niéuwe 3 pC.9 Leening 79 Handel-Maatschappij 4f/2 148 Oost-Indien 4 Büsland Hope en Comp. 5 Spanje Neg at, 1834 hij Ardoin 5 25 Oostenrijk Bij Goll. en Comp. 5 Negot. Metaliek 5

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1845 | | pagina 2