A dvertentiën. bedekt liaar aangezigt met een stuk linnen met pek besmeerdwerpt baar op den grond, haalt 10 frs uit haar zak, en verdwijnt. Dit alles was het werk van eenige seconden. Deze vrouw zou spoedig geslikt zijn zoo niet twee jongelieden haar hadden opgemerkt en haar hel masker van het gezigt hadden afgerukt, hetwelk niet zeer gemakkelijk ging. Hare lippen waren aan elkander onbeweeg lijk vast. Een dusdanige aanval op dit uur van den avond heeft eenigen indruk gemaakt. hebben vereerd. Alles is onder gepaste vrolijkheid in de boste orde afgeloopen. De heeren Jcrómc en Smith, van Boston, hebben in cenen heuvel niet ver van de hoorden van de Fall-Rivier, in den Staat Massachus- setsin Noord-Amerika eene ontdekking gedaan, die overtuigend bewijst dal de oude Scandinavische volken langen tijd vóór Columbus betrekkingen met Amerika hadden aangeknoopt. Genoemde heeren namelijk, hebben een graf ontdekt, een geraamte bevattende van eene groote gestalte, hebbende op de horst eene ovale bronzen plaat en rondom het midden een' breeden gordel zaamgestehl uit bronzen buisjes van een' vrij grooten omvang, en waardoor koorden loopen van don leder, waarvan de knoopen van achteren zijn vastgehecht. Dit geraamte had ook een' keten van paarlen van eene zelfstandigheid welke op die gelijkt welke men zeeschuim noemt. Op den bodem van het graf was een groot aantal wigvormige steenenwaarschijn lijk bestemd om met een' slinger geworpen te worden een strijdbijl van steen pijlen met brons omkleed en drie kleine ijzeren vazen. De schede! gelijkt naar die der oude inwoners van noordelijk Europa. Do gevonden voorwerpen verschillen geheel van die welke de tegen woordige inwoners van Amerika gebruiken en komen overeen met die welke nog in Jutland en IJsland gevonden worden. Men meent dus ook zekerheid te hebben dal de landen welke de ijslandsche kronijksehrijvers der XI1" eeuw onder den naam van Finland en Liefsbuder hebben vermeld die oorden zijn waarin do heeren Jerónie en Smith in Amerika hunne ontdekking gedaan hebben. De jongste hcrigten uit Tndie behelzen het verslag van eene expe ditie, die in de maand Augustus legen de zeeroovers van Saltarran op Borneo heeft plaats gehad on door kapitein Keppelmet de engelsche stoomboot Didoen do stoomboot der engelsch oosl-indische compagnie Phlegeton is ten uitvoer gehragt. Na de sterkten die de stad Pntusan dekten vermersterd te hebben, voeren de engelsche vaartuigen benevens een ÜDtal inlandsche praauweu naar de ver laten stad Sherif Sahib en staken haar in brand welk lot ook de insgelijks verlaten stad Sakarran wedervoer. Bij Urdup ontmoette de expeditie eene talrijke vloot, die terstond een hevig vuur opende, waardoor, onder anderen, de luitenant Wade, eerste officier van de Didosneuvelde. Ook die stad werd vermeesterd en de vijand op de vlugl gejaagd. Eenige booten den 19 Augustus op verkenning uitgezonden ontmoetten weldra langs de oevers eene aanzienlijke magt van Daijakkers maar voeren echter roekeloos verderdoor eene versperring die dwars door de rivier heen was gemankt. Hier werden zij onverwachts door G groote vijandelijke praauwen ieder niet 50 of 60 koppen bemand aangetast en omsingeld waarop een tooneel van schrikkelijke verwarring volgde. De inlandsche vaartuigen werden in den grond gehoord en een 30tal der onzen kwam om alvorens de 2 booten van de Dido tot ontzet konden toesnellen. Toen echter keerde de kans de vijandelijke praauwen werden ver meesterd en de Daijakkers, met groot verlies, van de oevers der rivier verjaagd. Men kan berekenen dat de slagting onder den vijand aanmerkelijk moet geweest zijn daar 4- of 5000 man gedurende verscheiden uren aan het vuur der Engelschen blootgesteld zijn ge weest. Naardien geen verdere tegenstand ontmoet is kan de expeditie geacht worden hiermede geëindigd te wezen. JILDDEEBUBG den 13 December. Op II. woensdag heeft alhier weder een ongeluk van verbranding plaats gehad de weduwe Heg- tnans oud 69 jaren wonende op het S.'-Jorishofje zich met eene vuurtest willende verwarmen heeft door onvoorzigtigheid of slaperig heid niet spoedig genoeg bemerkt dat hare kleederen hel vuur aan raakten en is olzoo, zwaar gebrand, gisteren reeds aan de gevolgen daarvan overleden. In plaats van wijlen den heer m.' J. Bal Snijders, is tot ad vocaat hij de administratie der directe belastingen in- en uitgaande regten en accijnsen in de provincie Zeelandbenoemd de heer m.r Ph. van den Broecke. Z1ER1KZEE den 1G December. Omtrent hel op den 9 dezer voorgevallene aan het Sas van Goes, kan men nader het volgende melden in den avond ten half elf ure heeft een onbekend persoon van meer anderen vergezeld onder voorgeven van eenen brief te brengen en onder opgaaf van eenen valschen naam zich ten huize van den heer F. Fcrdinandusse dijks-opziener aan het Sas van Goes ge meente Katlendijke c. a. woonachtig de deur der keuken doen openen is dadelijk op de dienstmaagd aangedrongen en heeft wer kelijk aan haar ren papier overgegeven met last om hetzelve ter stond hij haren heer te brengen en welk stuk eene vordering be helsde eener vrij aanzienlijke geldsom onder bedreiging van moord indien daaraan niet dadelijk werd voldaan en heeft ten gevolge van dien de bedreigde al het geld dal hij in huis had afgegeven zijnde daarna dio personen afgetrokken. Men hoopt dat het de justitie gelukken moge, de daders van dezen stouten roof te ontdekken. Te Vlissingen zijn, bij gelegenheid van 's konings jaardag door de gunstige beschikking van het stedelijk bestuur de leden der dienstdoende schutterij in den avond van dien dag in het lokaal van hel koffijhuis de Beurs, feestelijk onthaald welk lokaal op eene doelmatige wijze was versierd. Een goed bezet orkest stelde de schutters in de gelegenheid om zich met hunne vrouwen welke ook tot de viering van dit feest waren uitgenoodigd op eene be hoorlijke wijze te vermaken hetwelk nog verhoogd werd door het bijzijn van den kommandant van voormeld korps, den heer luitenant- kolonel Tromp, alsook door eene commissie uit het stedelijk bestuur, welke dit feest eenige oogenbükken met hunne tegenwoordigheid 194"" KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE LOTERIJ. vierde klasse. Eerste Lijst, N.° 6893 prem. f 1000 12657 7025 Tweede Lijst. Derde Lijst. Geene. Vierde L.ijst. 14575 1661 6579 f 1250 - 1000 f 2500 - 1000 - 1000 N.° 3666 6058 11482 19249 20490 10294 2014 20846 Vijfde Lijst. Zesde Lijst. 1000 1000 1000 1000 5000 1250 1000 1000 Zevende Lijst. 10735 ƒ25,000 Achtste Lijst. 13890 f 1000 16424 .prem. - 1000 lieden verloste voorspoedig van een' welgeschapen ZooN CORNELIA MARTINA de RIJCKEEchtgenoot van zlerikzëe den 14 December 1844. L. van den ENDE, Rz. Oosterlanü 14 December 1844. Heden verloste voor- spoedig van eene Dochter LOUISE ERNESTINE MARIA SCHUTTER hartelijk geliefde Echtgenoot van Eenige kennisgeving. BERNARD GEWIN. Zierikzee 15 December 1844. Heden beviel voorspoedig van een' Zoon, C. G. SNIJDERS, geliefde Echtgenoot van Eenige kennisgeving. J. van de VELDE OLIVIER, Gaven wij voor eenige dagen met een diep gewond hart kennis van het afsterven van onzen tweeden Zoon des te dieper werd bet nu nog gewond door het afsterven van onzen oudsten en veelbeloveriden Zoon, MARINUS E VEREN LS in den jeugdigen ouderdom van nagenoeg 8 jaren. Een droevig ongeluk maakte een einde aan zijn voor ons zoo dierbaar leven. De Cocksdorp j. van der KLOOT, op Eijerland M. C. van der KLOOT den 10 December 1844. gcb. Steenland. Ons geliefd jongste ZOONTJE overleed heden in den ouderdom van 4 maanden. J. N. van der HALEN. Zierikzeë C. van der HALEN den 14 December lo44. geb. van der Ploeg. Langs dezen weg geven wij aan alle onze Vrienden en Be- kenden in de Stad en op hel Eiland kennis dat onze hartelijk geliefde tweede Dochter, JOHANNA MARGARETHA ALBERTINA heden in den vroegen morgen tot onze hittere droef heid in de hope des beteren levens ontslapen is. Zierikzee J. B. BARENBRUGH. den 17 December 1844. C. E. BARENBRUGH, Colenbrander. Bij de Makelaars van der STARl' BERG zijn infor- rnatiën te bekomen nopens de in de 4J° en 5"" reeks uitge- looUe Nummers der CERTIFICATEN 5 pC 1 Werkelijke Schuld van de Administratie-Kantoren Ketwich eN Voomberg en Weduwe Willem Boivski alsmede van Bi.ondGeest en Zoon c. s.hetzij lot aflossing of wel ter verwisseling. Een ieder die zulks aangaat wordt met deze verwittigt om geen CRED1ET te verleenen aan de EQUIPAGE van liet schip Diligentin, noch aan de drie daar aan boord zijnde ge- pasporteerde MILITAIREN, dewijl er geene voldoening zal worden gedaan aan schulden die huilen voorkennis van den Gezagvoerder van voornoemd schip gemaakt worden. Brouwershaven den 15 December 1844. II. F. BORNEMAN, Gezagvoerder van het Schip Diligeniia. De Erfgenamen onder voorregt van Boedelbeschrijving, van j. A. KE1JZER zullen op Dingsdag deo 31 December 1844, des'middags ten 12 ure, voor het te veilen perceel, door het mi nisterie van den Notaris D. Q. de JONGE van dek HALENpubliek presenteren le verknopen Een kapitaal WOON-en WINKELHUIS, staande aan de zuidzijde van de Sint-Doinusstraal te Zierikzee. De Notaris M.' J. J. ERMERINS zal, Vrijdag den 3 Ja- nuarij 1845, 's morgens ten 10 ure, op Monplaisironder Noordgouivepresenteren te verkoopen eenige zware Upen BOO- MEN geschikt voor Werkhouten eene aanzienlijke partij DROOG- HOUT bestaande in Blokkeelhout Knodsen Mutsaard enz. TE ZIERIKZEE EI) DE WED. A. DE vos en zoon STADS DRUKKERS.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1844 | | pagina 2