N.o 97.
ZIERIKZEESCME
A.° 1842,
COURANT.
Hingsdag
den December»
NIEUWSTIJDINGEN.
GROO T-B RITT A.NNIEN.
LONDENden 30 November. Men kenl hier thans eeno procla
matie, den 1 October door lord Elknborough, den gouverneur-gene
raal van Indie te Simla uitgevaardigd. Na een kort overzigt der
gebeurtenissen gegeven te hebbenverklaart hijhet leger naar de
Sutlej terug te zuilen doen trekken en aan do Afghanezen zeiven de
daarstelling van een gouvernement te zullen overlatente midden der
regeringloosheid die het gevolg hunner misdaden is. Hij zal dus
vervolgt hijelk door hen goedgekeurd gouvernement erkennen dat
in staat en genegen schijnt, vriendschappelijke betrekkingen met na
burige staten te onderhouden. Tevreden met de grenzen die de
natuur zelve schijnt te hebben aangewezen zal het engelsch bestuur
Sn Indie al zijne pogingen aanwenden lot vestiging en handhaving
Van den algemeenen vrede tot bescherming der souvereinen die
zijne bondgénootcn zijn en tot bevordering der welvaart van zijne
eigen getrouwe onderdanen.
De rivieren der Punjab en de Indus, de bergpassen en de bar-
baarsche stammen der Afghanezen zullen voortaan tusschen het engelsch
leger en een van het westen komenden vijand (indien er zoodanig een
bestaan kan)en niet langer tusschen het leger en zijne voorraadmid-
dclen geplaatst wezen. Dé overgroote uitgave tot onderhoud eener
uitgebreide legermagtin eene valsche militaire stelling op een aan
zienlijken afstand van hare grenzengeplaatstzal niet langer eiken
maatreget tot verbetering van bet land en van het volk in den weg
Staan. Afghanistan en China, dus eindigt de proclamatie, hebben
gelijktijdig de krijgsmagt. gezien die ter beschikking van het gouver
nement staaten de kracht waarmede die aangewend kan worden.
Opregtelijk aan den vrede gehecht uit hoofde der weldaden die hij
het volk aanbrengt, heeft de gouverneur-generaal besloten dat die
vrede in acht genomen zal worden en hij zal de geheele magt der
engelsche regering tot bedwang van dien staat aanwenden welke
daarop inbreuk zou durven maken.
Brieven van Bombay verzekeren dat sir ff. Poltinger voorgeslagen
heeft de land- en zcemagtdoor den vrede met China thans beschik
baar tegen Japan aan te wenden zoowel om voldoening te vorderen
voor do belcedigingen welke do keizer van dat rijk de Kngelschen
sedert langen tijd heeft doen ondergaan als oin op voorwaarde van
Wederkeerige handelsvoordeelen de toelating van engelsche schepen
aldaar te vragen,
FRANKRIJK.
PARIJSdén 1 December. Alhier ontvangene berigten van den
28 November uit Barcelona, doen vermoeden, dat de opstand aldaar
ter plaatse spoedig gedempt zal wezen. De kapitein-generaal van Halen
bad den vorigen dag doen bekend maken dat het bombardement op
den 28 oenen aanvang zoude nemen, welk berigt eene niet geringe
verslagenheid onder de gegoede klasse van ingezetenen zoowel als on
der het werkvolk meestal tot de revolutionaire partij behoorende
schijnt teweeg te hebben gebragt. Na het bekend worden dier tij
ding, zijn de meeste opperhoofden der revolutionairen begonnen te
weifelen omtrent de maatregelen Welke behoorden te worden geno
men én is al spoedig verdeeldheid onder dezelve en hunne onder-
hoorigen ontstaan ten gevolge waarvan eenige voorname opstandelin
gen de vlugt hebben genomen aan boord van de fransche vaartuigen
ten einde zich aan de woedè des volks te onttrekken. De nationale
garde beeft baren bevelhebber Llinaswegens gepleegd verraadafge
zet en den brigadier Durando in zijne plaats benoemd. Laatstgenoemde
welke bekend staat als een verdienstelijk officierschijnt spoedig te
hebben ingezien dat met de onder zijne bevelen staande ongedisci
plineerde manschap eene ernstige verdediging van de stad tegen de
troepen van den regent met geen goed gevolg konde plaats hebben
en heeft, uit eigene beweging, zijn ontslag genomen, en zich almede
nan boord van de oorlogs-brik Mèléagre begeven. Ook de generaal
Pastor, welke geen gering deel aan den opstand en aan het bijeen
brengen Van de nieuw aangestelde junta heeft gebadheeft de stad
verlaten, waarop 7 bataljons van de nationale garde zich hebben
verklaard voor de afzetting der junta zelveals geene genoegzame
geestkracht bezittende, om in de tegenwoordige omstandigheden tot
afdoende maatregelen te besluiten. Slechts een bataljon moet zich
ten gunste Van de junta hebben verklaard doch zulks schijnt van
geen invloed te zijn geweest. Naür men meldt, is alleen de voorzit
ter Garsy niet afgezet geworden en bleef deze nog steeds aan het
hoofd van het stedelijke bewind. Ten gevolge der verdeeldheid onder
de opstandelingen zal derhalve de stad wel waarschijnlijk spoedig
genoopt worden hare poorten voor de troepen van den regent te
openen zelfs vleit men zich alhierdat zulks plaats zal hebben
voor dat de regent zich met den generaal van Halen in vereeuiging
zal hebben gesteld.
Uit Bayonne wordt gemeld dat de regent den 26 November te
Saragossa was aangekomen en aldaar door de geheele bevolking met
uitbundige geestdrift was ontvangen. Dezelve heeft, bij besluit van
dien dag, de haven van Barcelona, van de rivier Belos tol aan de
rivier Zlobregatin staat van beleg verklaard.
De telegraaf beeft bevel overgebragt naar Toulon, om dadelijk eene
genoegzame fransche scheepsmagt naar Barcelona te zenden. Dien
tengevolge zal bet lienieschip Jemmappesmet 5 gewapende sloom-
bootenderwaarts vertrekken. Ook uit Gibraltar zullen cngelscho
oorlogschepen naar Barcelona worden gezondenom voor de veilig
heid van de brilsche onderdanen te zorgen.
Den 2. De telegrafische depêches, heden uit Spanje ontvangen,
melden, dat de regent, den 27 uit Sarragossa vertrokken, den 29
op hot fort Montjuich bij Barcelona aangekomen is. Men geloofde
niet dat het tot een bombardement van Barcelona zou komen aan
gezien de meeste hoofden van" den opstand de stad reeds verlaten
hadden en de nieuw benoemde junta zamengesteld is uit den bis
schop en de meest aanzienlijke eigenaars of fabrikantenondersteund
door de meerderheid der militie; zoodat men het er voor hield, dat
de stad zich dadelijk zou onderwerpen.
NEDERLANDEN.
's GRAVENHAGE den 4 December. Heden morgen is Z. M. de
koning uit Tilburg in deze residentie teruggekeerd.
Naar men nader verneemtzal Z. M. koning Willem Frederik,
graaf van Nassau, den 10 dezer Berlijn verlaten, en wordt hoogstdo-
zelve den 15 in deze residentie verwacht.
Het heeft Zijne Majesteit dezer dagen behaagd eene gratificatie
van f 25 te verleenen aan W. van Smaalenrijtuigschildersknecht te
Rotterdam, wiens huisvrouw in Mei II. van baren zevenden zoon was
bevallenen bij den doop hoogstdeszelfs voornamen bekomen had. De
zeven jongens zijn allen in loven.
Het heeft Zijne Majesteit den koning hij besluit van den 16
September II. behaagd aan den gepensioneerden generaal-majoor
G. P. Camp en zijne negen zonen allen officieren in nederlandsche
dienstde vergunning te verkenen den geslachtnaam Del Campo bij
den hunnen aan te nemen en zich dienvolgens te noemen on to
teekenenDel Campo genaamd Camp.
Z. exc. de minister van financiën heeft aangekondigd dat voort
aan geen vrijdom van den accijns op het gedisteleerdtot het ver
vaardigen van alcohol, zal worden verleend, en zulks uithoofde van
het grove misbruikhetwelk hier en daar van dien vrijdom wordt
gemaakt. De daartoe reeds verleende acten van vrijdom zullen met
1." Januarij aanstaande ophouden van kracht te wezen.
In de zitling van de tweede kamer der staten-generaalvari
den 1 dezer is met algemeene stemmen aangenomen het gewijzigd
ontwerp van wetinhoudende eene nadere tijdsbepaling voor de wet
telijk verbindende kracht van het tarief van justitiekosten en salarissen
in burgerlijke zaken.
In de Staals-Courant leest men het Vólgende: «Voor eenige
dagen is in het Handelsblad en vervolgens in verscheiden andere dag
bladen een berigt uit Arnhem geplaatstwegens eene ernstige ver
storing der rustwelke op zekeren avond der vorige week te Zütphen
zou hebben plaats gehad en waarbij niet alleen eenige ambtenaren
der belastingen én der policie grovelijk mishandeld maar ook eenige
der rustverstoorders door de tot herstel der orde ingeroepen gewapende
magt zwaar gewond zouden zijn geworden. Van regeringswege heeft
een naauwkeurig onderzoek naar het bedoelde voorval plaats gegrepen
en daaruit is gebleken, dat wel in den avond van den 21 November
jl. te Zutphen, bij gelegenheid der aanhaling, ton huize van zekeren
vleeschhouwervan twee geslachte runderen, ongeregeldheden zijn
voorgevallen die men steeds" betreuren moetdat echter de com-
miescn in de uitoefening van hunnen pligt niet werkelijk verhinderd
of zoodanig in het gedrang geraakt zijn dat zij door de militaire
magt moesten worden ontzetdat het aanrukken van een klein de
tachement pontonniers op den avond van den 21 November voldoends
geweest is, om het zamengeschoolde gemeen te doen uiteengaan; dat
de te Zulphen in bezetting liggende dragonders dien avond hunno
kazerne niet hebben verlatenen den volgenden morgen bij gelegen
heid van den openharen verkoop van het aangehaaldeslechts weinige
manschappen van dat korps zijn gebezigd om nieuwe stoornis der
rust te voorkomendat het scherp dér wapenen nergens heeft behoeven
gebezigd te worden; dat de «gruwelijke mishandelingen" den com-
mieson aangedaan zich hebben bepaald lot scheldwoorden dringen
en het werpen van Vuilnis en steenen en geen hunner gekwetst is
geraaktdat alleen een agent van policie door eenen steen aau het
hoofd gewond is en dat aizoo het uit Arnhem aan het Handelsblad
toegezonden berigt onjuist cn overdreven is geweest.
Overigens behoeft het geene vermeldingdat door de justitie een
gestreng onderzoek omtrent het gebeurde is ingesteld."
GEMENGDE BUITEN- EN BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
Van Hamburg wordt van den 25 November gemeld dat de Eivebij
Schülaugeheel met ijs bedekt was, en het vuurschip den vorigen nacht
deszelfs station verlaten had. En van Rendsburg van den 24 dat het
Kanaal dien nacht met ijs bedekt was en een aantal aldaar liggende sche
pen verhinderd werd de reis voort te zetten. Volgens berigten uit
Jeruzalem vorderde men goed met bet bouwen van de nieuwePrötestant-
sobe 'kerk op den berg Sion er zouden echter nog jaren verloopen alvo
rens zij ingewijd kon worden. Door de arrondissements regtbank
(correctionele kamer) te Rotterdam is den 1 dezer de persoon van Ludwig
Erich, Becrcns, oud 78 jaren als hebbende zich schuldig gemaakt aaii
het vervaardigen van valsche diploma's voor de Orde der Vrijmetselaren
en bet gebruik maken van dezelven met toepassing van art. 405 van het
wetboek van strafregtveroordeeld tot eene gevangenis van 2 jaren f 25