sr.o 73. ZIERKZEESCIIE Y A.« 1842. COURANT. Dingsdag den 13 September BESTUREN EN ARMINISTRATIEN. NIEUWSTIJDINGEN. WMAit-SCHUIF/IVG tot betaling van Dijkgeschoten over 1842daar de achterlijkheid 'in de voldoening geen uitstel meer toelaat. Zierikzee, den 8 September 1842. Dé Penningmeester van onderscheidene Polders DE JONGE. B E L G I E. BRUSSELden 7 September. De kamer der vertegenwoordigers heeft gisteren, bij eene tweede stemming, bepaaldelijk aangenomen liet ontwerp van wetbetrekkelijk eene geldelijke tegemoetkoming van 's rijks wege aan de stad Brussel. liet bewind schijnt bet vestigen van eene britschè kolonie op het grondgebied, van Guatimala geenszins te willen opgeven. De ko lonel de Puydl heeft dezer dagen een bijzonder gehoor gehad hij deA koning waarin deze aangelegenheid is behandeld. Men zal beginnen met er eeticn consul te zenden en niet het aanleggen immers alzoo wordt verzekerd van vanille-beplanlingen waarvan men zich groote voordeden schijnt te belooven. Den 8. Men heeft zeer onverwachts vernomen dat de koning gisteren naar Luik is vertrokken, ten einde den koning van Pruissen te Aken een zeer kortstondig bezoek le geven. - De reistoglen van Z. M. worden thans met meer geheimzinnigheid beraamd dan le vo ren en het 'schijnt indèrdaad dat het bedoelde bezoek zoodanig is geregeld, dat hetzelve heeft kunnen plaats hebben, nadat de koning van Hanoyer zijn afscheid had genomen en voor dat Z. M. de ko ning der Nederlanden zich naar de Rijn-provinciën op Weg had be geven. Den 10. Z. M. is eergisteren morgen ten 10 ure te Aken aan gekomen en heeft aldaar eene conferentie met den koning van Pruis sen gehad. Nog denzelfden dag is Z." M. van Aken vertrokken, en gisteren namiddag op Laeken teruggekeerd. Eenige reeders te Antwerpen hebben eene maatschappij opgerigt, die ten doel heeft, om eene geregelde vaart te openen tusscben ge noemde stad en Buenos-Avres. Binnen weinige dagen zal het eerste schip dier maatschappij beladen niet voortbrengselen uit de belgiscbe fabrijkende reis aannemen zullende door hetzelve ook Montevideo Worden aangedaan. De antwerpsche handel stélt zich van deze onder neming veel goeds voor. NEDERLANDE N. 's GKAVENHAGÉden 11 September. Z. M. de koning heeft eer gisteren morgen deze residentie Verlaten zich naar Keulen begevende ien einde aldaar den koning van Pruissen te ontmoelen en de in den omtrek dier stad te houden krijgsbewegingen bij te wonen. Ook HH. KK. HH. de prins en prinses dan Oranje hebben zich donderdag morgen, tot bijwoning dier manoeuvres, naar Keulen be geven. De Staals-Courant behelst een den 29. Augustus geteekend be^ sluit des konings hetwelk de volgende bepalingen behelst Wij Willem II enz. Gelet op ons besluit van den 25 April dezes jnars n.° 79 waarbij, ten einde gevolg te geven aan de van regeringswege toegezegde her ziening der bestaande pensioenen en der daarbij genoten wordende toelagen, mitsgaders van de wachtgelden, eene staats-commissie is ingesteld bestemd om zich niet die herziening bezig te houden en öm ons maatregelen voor le stellen geschikt öm dat doel te bereiken Gezien het verslag door die commissieonder dagteekeuing van den 2 Julij jl. aan ons uitgebragt De hoofden der ministeriële departementen gehoord En in aanmerking nemende dat de regelen der voorsz. commissie aangewezen over het geheel kunnen worden aangemerkt als een zeer gepasten leiddraad te zullen opleveren voor het werk der bedoelde herziening. Hebben besloten en besluiten Art. 1. De hoofden der ministeriële departementen, die zulks aan gaat, zullen, eik in den zijnen, ten spoedigste onderzoeken de pen sioenen en daaraan verbondene toelagen en dezelve toetsende aan de hierna aangewezene regelen ons zoodra mogelijk eene voordragt aanbieden omtrent de vermindering of intrekking van die pensioenen en toelagen welke in verband met gemelde regelendaarvoor vat baar zijn. Art. 2. Zij zullen als buiten bet bereik van vermindering of intrekking vallende aanmerken 1.° De pensioenen welke overeenstemmen met de daarop toepasse lijke algemeene verordeningen alsmede dé kerkelijke pensioenen begrepen in de termen van art. 192 der grondwet 2.° de pensioenen die ter vergelding van meer dan gewone dienstenaan de lande bewezen, verleend zijn, en als een blijk van nationale erkentelijkheid beschouwd moeten worden 3.» de pensioenen gegrond op eene be paalde toezegging van het lioofd van den slaatonder voorwaarde waarvan ambtelijke betrekkingen zijn aangenomen, voortgezet of nedcr- gelegd geworden; 4.° de pensioenen ter vergoeding van schade, in het belang van don staat geleden of tot extinctie van schuldvorde ringen ten laste des rijksverleend 5.° de pensioenen aan burger lijke ambtenaren, onder de voor den jare 1814 bestaan hebbendn regeringen hier te lande verleend 6." de pensioenen Van weduwen en kinderen van burgerlijke ambtenaren die bij wijze van in de plaats stelling voor hunne mans of vaderskunneii geacht worden te vallen in eene der bij deze aangewezene cathegoriën7." de pensioenen van militairen bij de land- en zeemagt die 40 en meer dienstjaren tellen; 8." de pensioenen aan militairen bij do land- en zeemagt verleend van voor den jarc 1795 tot en met 1813 9." de pensioenen vvaar- j.nêde. sedert 1814 begunstigd zijn geworden personen die in den jare 1795 de militaire dienst van den staat verlaten hebben zoomeda die, verleend aan hen, welke tot in 1813 eeUe allouance van het engelschs gouvernement hebben genoten en 10." de pensioenen aan weduwen van militairen of aan kinderen van militairen toegestaan. Art. 3. Ten aanzien van de overige pensioenen, welke, volgens de vorenstaande cathegoriën niet buiten het hereik van intrekking of vermindering vallen, zal in acht worden genomen: 1.° dat niet verder dan tot het maximum van pensioen bij de reglementen bepaald, Zullen verminderd worden de pensioenen verleend aan ambtenaren die door suppressiën of organisatiën zijn uitgevallen; 2.° dat, met betrekking tot de hoofden van departementen van algemeen bestuur niet behooren te worden verminderd beneden de f 6000, de pensi oenen van ministersnoch beneden de f 5000 die van directeuren- generaal en 3.° dat, in geval van cumulatie van pensioenen met andere inkomsten niet meer dan de helft van bet bedrag dier in komsten op bet pensioen zal worden ingehouden met dien verstande nogtans dat bet genot door zoodanige cumulatie verkregen, nim mer de som van f 6000 te boven zal gaan. Art. 4. Indien er eenig pensioen mogt zijn niet bepaaldelijk val lende in eene der hierboven aangewezene cathegoriën zal daarop irt bet bijzonder onze aandacht moeten worden gevestigd, onder bijvoe ging van bepaalde voorstellenwaarbij zooveel mogelijk zal moeten worden uitgegaan van de beginselen welke ten aanzien der overige zijn aangenomenen overeenkomstig de beschouwingen en bedoelin gen ontwikkeld bij het verslag der staals-commissie. Art. 5. Er zal ons mede zoodra mogelijk door de hoofden der de partementen rcspectivelijlc eene vo.ordragt aangeboden worden ien aan zien van de thans toegestane wachtgelden. Met betrekking lot dezezal in hel oog moeten worden gehouden 1." dal alle wachtgelden die gedeelten der laatstgenotene belooning te hoven gaantot dat bedrag zullen worden gereduceerd 2.° dat zij niet langer dan gedurende de jaren 1842 en 1843 zullen worden genoten 3.° dat alle genieters van wachtgeld welke binnen den voor schreven termijn niet zijn of niet hebben kunnen worden in dienst gesteld zullen worden gepensioneerd naar gelang van hunnen dienst tijd met inbegrip van diengedurende welken zij wachtgeld genoten hebben en 4." dat de laatstvorige bepaling ook toepasselijk zal zijn op hen, die minder dan 10 jaren dienst tellen; zoodanig dat dezen pensioen zullen erlangen in evenredigheid van het tijdvak van dienst en van wachtgeldgenot zamengenoinen ofschoon die beide tijdvakken vereenigd minder dan 10 jaren moeten uitmaken. Afschriften enz. Naar men verneemtis bovenstaand besluit op bet eensluitend advys van den raad van ministers genomen, en stemt in alle declen overeen met bet Voorstel der staats-commissie, met de herziening der. pensioenen belast. Ten gevolge van eene door Z. M. aan z. exc. den minister van binnenlandsche zaken gegovene instructie zijn de gewestelijke bestu ren herinnerd aan het besluit van den souvereinen vorst van den 15 February 1815, n.°16, waarbij onder anderen bepaald wordt«dat het aan niemand, buiten hoogstdeszelfs uitdrukkelijke töestsmming, zal vrijstaan te gelijker tijd twee lucratieve ambten te bekleedenten zij geen derzelvg een zuiver inkomen van f 300 jaarlijks opbrengen mogt- en zijn tevens voorschriften gegeven omtrent dè toepassing van de in dit besluit vermelde uitzondering. Men verzekert dat er eerlang een nieuw plan voor de kon. ned. loterij zal worden bekend gemaakten dat dit plan aanmerke lijke veranderingen zal ondergaanin vergelijking met dat van vorige, loterijen. Volgens een ingezonden artikel van het Nederlandsch Nieuwsblad meerit men do oorzaak gevonden te hebbën van de oogziekte die in ons leger, gelijk in die van andere europescbe staten, vele slagtoffers heeft gemaakt. Het laken, tvaaruitde kapollen en pantalons der in fanterie en artillerie gemaakt worden wordt door do fabrikanten niet van de bij de bewerking gebezigde volaarde ontdaandeels om kósten uit te winnen deels óm bet laken een voorkomen van stevigheid te geven. Die volaarde bestaat uit ammoniac, urine en pijpaarde, wélke zelfstandigheden.; vooral de twee eerstezeer schadelijk op dè oogen werken. Men houde slechts eenig ammoniac onder do oogen of be- geve zich in de kazernen bij de urinebakkenen zal gevoelen boo onaangenaam het oog daardoor wordt aangedaan. Door bet zweeten worden die in de kleéderen van den soldaat aatiwezige stoffen ont wikkeld tot dampen die dikkef wordenhoe meer soldaten bijeen zijn. De werklieden in de volmolens lijden meestal aan oogontstekin gen. Het hoofdmiddel om die plaag uit het leger le verwijderen is derzelver oorzaak weg te nemen, dit is, laken dat van de volaarde gezuiverd iste gebruiken. Uit bet verslag nopens den staat van het armwezen over 1840, blijktdat er in hot geheel 6278 instellingen van weldadigheid zijn 6262 zijn gemeentelijke; do .overige hebben eeAe raieèr algemeene be stemming. De gevraagde inlichtingen onlbfekeö van 151. Er hebben

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1842 | | pagina 1