ZIERIRZEESCIIE
COURANT.
BESTUREN ËN ADMINISTRATIEN.
bekendmaking.
NIEUWSTIJDINGEN.
Dingsdag
A.o 1842,
den 1 Februarijo
am
Achtervolgens art. 3 van Zijner Majesteits besluit van den B Ja
nuari) 1831, n.° 68, Staatsblad no. 2,) heeft Zijne Excellentie de
Heer Minister van Financiën bij resolutie van den 27 Januarij 1842,
bepaaldde prijzenbet opgeld daarónder begrepen waarvoor de
Kollekteurs, SpiitterS en Débitanten der Koninklijke Nederlandsche
loterij, de loten en gedeelten van dien, Vóór de derde week dér
trekking van de laatste klasse der 185,le loterijzullen mogen uitge
ven te "weten
Geheele loten
Halve
Vijfde
Tiende
Twintigste
Verkóop
f 83,00
- 41,50
- 16,60
- 8,30
- 4,15
Bij Verhuring
Geheele loten 45,00
Halve 22,50
Vijfde 9,00
Tiértde - 4,50
Twintigste- 2,25
Wordende de belanghebbendeh hij deze herinnerd, dat hij voornoemd
artikel van Zijner Majesteits besluit uitdrukkelijk is vastgestelddat
de KollekteursSplitters en Debitanten gehouden zijn om zich naar
die prijsbepaling te regelen en dezelve gedurig ter inzage Voor net
publiek beschikbaar te hebbèn.
Zierilczee, den 31 Januarij 1842.
Voor den Staatsraad Gouverneur van de provincie Zeelabd
Dé Burgemeester der Stad Zierikzee,
DE CRANE.
De COMMISSIE voor de Onderlinge Waarhorg-
Vereeniging van Arbeiders en Werklieden te Zierikzee.
Aan derzelver Stadgenoöten
Toon in het afgeloopen jaar binnen déze Stad de vorenbedoelde
inrigting stond te worden in werking gebragtheeft de Commissie,
op daartoe bekomen magtiging van het Stedelijk Bestuur zich tot de
meèrgegoede Ingezetenen dezer Stad gewendzoowel tot bekoming
van een don gratuit, ten einde ëen Fonds té zamen te stelleli, om
daaruit op éene blijvende wijze in de kosten dezer inrigting te voor
zien als tot verkrijging van jaarlijkschè bijdragen daartoe strekkende.
Intusschen hebben deze pogingen weinig aan de verwachting beant
woord en is de Commissie ter naauwernood in de gelegenheid ge
weest de haar van regeringswege opgedragene taak om de hier be
doelde inrigting in werking te brengen eenigérmate té volvoerenver
mits de haar toegezegde bijdragen slechts eehe jaarlijkschè opbrengst
van f 60 opleverden.
De Commissie is echter overtuigddat alleen de onbekendheid der
zaakwelke uit haren aard nieuw en ongewoon isvelendie het
hnders met den welstand der mindere standen Welmeenen heeft te
ruggehoudenom, door eene geldelijke bijdrage, aart deze zooveel be
lovende onderneming hunnen bijval te schenken en kan niet anders dan
Vastelijk gelooven dat haar ruimer Ondersteuning zal tebéurt vallen
Zoodra de aard en strekking dezer zaak méér in deszelfs bijzonder
heden zal worden gekenden eenige uitkomsten konde worden me
degedeeld van hblgene met zulke geringe middelen reeds verkre
gen is.
Met dat Oogmerk heeft de Voorzitter dér Commissie in den Zèeuw-
schen Volks-Almanak van hét loopende jaar een berigt én Verslag
doen plaatsen Waarin de heilbedoelende strekking dezer inrigting in
eenigé bijzonderheden is voorgedragenert acht de Commissie het niet
ongepastde uitkomsten kenbaar te makendie het eerste proefjaar
reeds heeft opgeleverdten einde daaruit te doen beoordeelen wat
men vo'or het vervolg zal mogen verwachten indieh de meergtgOede
Ingezetenen dezer Stad haar beter mogten ondersteunen en behulp
zaam zijn.
In den afgeloopen zomer hebben in het geheel 46 personen aan deze
Waarborg-Yereehiging deelgenomen.
Tan dit getal hebben twintig de Voile bij het reglement bepaalde
wekelijkschè inlage in het fonds ingebragten deze personen zul
len nuvan half Januarij tot half Maartnaar gelang van de grootte
hunner huisgezinhen, f 2,25, f 1,50 of f 0,75 's Weeks uit het
fonds genietenen dus eene meerendeels door vlijt bespaarde toelage
ontvangen in een tijdperk dat genoegzaam alle arbeid stil staat en
dé behoeften dus groot zijn.
Dé andere zes en .twintig deelnemers ofschoon niet ten volle de door
het reglement gevorderde inlagen in. het fonds gebragt hebbende, heb
ben echter voor het gróótste gedeelte zooveel ingebragtdat zij ge
durende het genoemde tijdperk beduidende wekelijkschè toelagen zul
len bekomenbedragende het gezamenlijk bedrag der döor de deelne
mers gedane inlagen de niet onaanzienlijke som van f 278,80 welke
met de bijdrage uit het fonds nu invoege voorschreven wordt te
ruggegeven.
Het blijkt dus, dat reeds gedurende dit eerste jaar zes en veertig
buisgezinnen van minvermogenden onder ons door middel dezer inrig
ting in dit strenge jaargetijde belangrijk worden ondersteund
terwijl méh hier nog bij kan voegen datdoor voorspraak Van de
Commissienu eens sommige arbeiders gedurende het zomer-sai-
zoen aan werk zijn geholpendan weder derzelver kinderen op
de Armschool en de Katoenweverij zijn geplaatst, of de huisgezinnen
van sommige behoeftige deelnemers aan het Gezelschap Dorkastot
bekoming van kleedingstiikkén zijn aanbevofen;
Wie ziet niet iti, hoe gesphikt deze inrigtiug uit haren Wfd Woj-
deu kanom de steeds toenemende armoede in onze Stad tekeer
te gaan en welke gezegende uitwerksels zij zal kunnen opleverenin
dien slechts aan de Commissie de middelen worden verstrekt, om ze
in ruimer Werkkring uit te breiden? en dat daartoe de gelegen
heid niet zal ontbreken daarvan houdt zij zich overtuigddaar zij
na een zoo kortstondig bestaanondef de persohen voor welke zij
bestemd is, steeds meeV en meer op hare waarde geschat wordten
de verkregene uitkomsten niet missen kunnen tot navolging aan to
sporen.
Doch daartoe is het dan ook nóodigdat de Commissie ruimer
worde ondersteund, en ieder, die het eenigzins kan, naar Vermogen
medewerke een meer belangrijk fondstot bestrijding van de bij
drage, die aan de inlagen der deelnemers worden toegevoegd, en van
de ondersteuningendie beloofd zijnis onvermijdelijkwant moet
de Commissie zich vergenoegen niet hare tegenwoordige inkomsten
dan zullen alle personen die zich voortaanbuiten de reeds aange-
nomene, tot de deelneming zullen aanmelden, wegens de beperktheid
van onze middelen moeten worden afgewezenen dus daardoor ver
hinderd wordeftdat deze nuttige inrigting op Oené eenigzins vol
doende Wijze aan haar döel beantwoorde-.
En dit kunt gij niet verlangenIngezetenen dezer Staddia
nimmer achterlijk waartom iets goeds en nuttigs tot stand te bren
gen gij kunt niet wensohen >- dat deze inrigting aan welker wel-
gelukken men nu niet meer behoeft te twijfelende feerste van
dien aard in deze Provincie en zoo geschikt tot eené weinig kostbare
ondersleuning der behoefte in den Winter bij Zulk een groot
getal minvermogenden onder ons, zich tot dit veertigtal bepale, en
het begonnen werk slechts ten baive verrigt worde!
De Commissie wenscht daaromonder welmeenende dankbetuiging
jegens diegenendie haar door hunnë giften in staat gesteld hebben
reeds dit goede te stichten, deze heilbevorderendé inrigting nader aan
te bevelen aan allendie vroeger met dezelve niet genoeg bekend
waren of aan derzelver welgelukken hebben getwijfeld; aan allen,
wier vreugde het is weldadigheid te bewijzen en den nood der hulp
behoevenden te verzachtenaan alle welgestelde Ingezetenen in het
algemeen, die in de gelegenheid mogten zijn, de bedoelingen der
Commissie door eénigé giften of door hunne medewerking in de hand
te werkenzij wil de werkbazen landbouwers en hoofden van werk
dadig® inrigtingen onder ons hebben verzochtniet alleen de deel
neming in dit fonds aan hunnë werklieden en arbeiders, die niet
den ganschen Winter door kunnen in het werk gehouden worden
aan te raden, maar ook hen daarin, door inhouding op hun loon, be
hulpzaam te zijn, opdat langs dien Weg dé hulpmiddelen, waar
over de Commissie zoude kunnen beschikken eene gewenschte hoogte
hereiken, de deelneming hoe langs hoe meer zich uitbreide, en alzoo
deze inrigting onder biet oppertoezigt der Stedelijke Regering werk
zaam en door de algemeene medewerking geschraagd tot eenig blijvend
en wezenlijk nut dezer Stad moge verstrekken en de belanglooze po-1
gingen die de Commissie niet ophouden zal daartoe aan te wenden,
hoé langs hoe meer bemoediging en ondersteuning erlangen mogen.
Zierikzee, den 29 Januarij 1842.
De Commissie voör de Onderlinge Waarborg-
Vereeniging Van Arbeiders en Werklieden
A. MO ENS van BLOOIS.
Ter ordonnantie van dezelve,
S. G. NA UT A van der GRIJP.
_rrl_|^-l' yI I mm
G R O O T-B RITTANNIËN;
LONDENden 26 Januarij. Z. M. de koning vdn Pruissen is
den 22 des namiddags, aan boord van de stoomboot Firebrand
welke vergezeld werd van de Lightningvan Östende te Greenwich
aangekomen en daar met veei plegtighèid ontvangen. Z. M. werd
opgewacht, en verwelkomd dooi' Z. K. H. prins Albert, dén hertog
van Weïlingtohwelke met bijzondere hartelijkheid door Z. M. begroet
werdden admiraal Stopförd en andere aanzienlijke personen. Na
een kort- oponthoud is de koning, met prins Albert, naar Windsor,
het verblijf van H. M. gereden,
Het ontwerp oin dén koning van PruisSen bij den overtogt van
Östende le doen begeleiden door een klein éskader oörlbgsohepen
is niet ten uitvoer gebragt uit hoofde van het ongunstige weder
hetwelk het in zde steken der Schépen verhinderdeof Onraadzaam
maakte. Dé voor hët bedoelde eskader bestemde vaartuigen te Weten
een linieschip en drie fregatten hebben aan deh ingang dér Theems
post gevat ert Z. M. bij bet voorbijvaren begroet.
Gislereö, heeft de doop van den prins vdn Wallisin de S.' George-
kapel te Windsor niet veel plegtigh&id plaats gehad. Behalve II. M..
en boogstderzelrer gemaal prills Albert, beheVfens de leden van het
koninklijke geZin warén in dè eerste plaatsals doopgetuigen
daarbij tegenwoordig de koning van Pruissen en prins Ferdinand van
Saksen-Cohurg. De kerkelijke dienst en de toediening van den doop
is verrigt d'oör deh aartsbisschop van Canterbury bijgestaan door den
aartbisschop van York èn de bisschoppen van Londen en Norwich.
De piegtigBeid op zichzelvfe zóo verheven scheen op alle aanwe
zigen één diepen indruk te maken. De jeugdige pfinSde vermoe
delijke opvolger op den troon vari dit magtige rijk, heeft bij den
doop de namen van Albert Eduard bekomen. Naar het schijntzal
hij gewoonlijk Eduard genaamd Worden j ten minste zoo wenscht