ZIEMRZÈESCHB Dingsdag A;® 1841. COURANT. den 21 December BESTUREN EN ADMINISTRATIEN. NIEUWSTIJDINGEN. N.o 102. Van wege het PROVINCIAAL GOUVERNEMENT van Zeeland, zal eene partij AMMUNITIEoude WAPENSTUKKENmet toe- behooren en ander Materiëêlaan den hoogsten inschrijverten ge- iloege van den Staatsraad Gouverneur, wordenverkocht; zijnde de voorwaarden deswege hij den Concierge van het Oost-Indische-Huis te lezen tot en met den 2!) December aanstaandeterwijl de goederen drie dagen voor de Verkooping, van 's morgens 9 tot 12 ure, te Jbezigtigcn zullen zijn, G R O O T-B R I T T A N N I E N. 1L0NDEN, den 15 December. De ra'tificntiën van het verdrag van den 13 Julij jl.tot regeling van het oostersche vraagstuk, zijn eer gisteren uitgewisseld, en dus is eene acte bekrachtigd, die vooreerst den vrede van Europa verzekert en waarschijnlijk het toeken van al- gemeeno ontwapening zal zijn. FRANRRIJR. PARIJS den 16 December. In de zitting van het geregtshof der pairs van gisteren zijn de pleidooijen in de zaak van den aanslag van den 13 September afgeloopen. In die zitting is de aangeklaagde Dufour voor het geregtshof in Oenen ziékelijken toestand verschenen en heeft men vernomen dat hij in dén vorigen nacht getracht had zich van kant te maken door middel van vergiftiging en te dien einde eene groole hoeveelheid Snuifwelke zijne sAuifd'oös bevatteen vVelké door hem was verborgen gehoudenhad ingenomen. Men heeft hem dadelijk geneeskundige hulp löegebra'gt en in hét levert weten te be houden. In de eerstvolgende openbare teregtzitling zal hét hof over gaan lot de uitspraak van het vonnis. Men vindt in het regeringsblad van den 13 dezer, een konink lijk bevelschrift waarbij eene nieuwe regeling van het legér op den voet van vrede wordt tot stand gebragt en die eene wezenlijke ver mindering van hetzelve ten doel heeft. Het is opmerkelijk dat het bevelschrift reeds van den 8 September is gedagteekend. "Reeds dade lijk met 1842 zullen deze nieuwe bepalingen nopens het leger worden uitgevoerd. Het is vooral om de groote vermeerdering van uitgaven ftie den halven oorlogstoestand noodzakelijk maakte dat de regering tot dé tegenwoordige vermindering van de krijgsbenden overgaat welke de maarschalk Soult zoo lang mogelijk heeft tegengehouden. Het fransché leger zal voortaan zamengesteld zijn uit100 regementen infanterie ieder van 3 bataljons; 10 bataljons jagers te voet; 54 regementen ruiterij, iéder van 5 eskadrons; 14 regementen artillerie, gedeeltelijk ieder uit 10 tot 15 batterijen en overigens uii 4 tot 14 batterijen bestaande 4 regementen der genie 26 legioenen gendarmerie waarbij dan nog andere korpsen van treinsoldatén en eenige legioenen iti Algiers komen. Voorts zijn de noodigé maatregelen getroffen om deze korpsen des noodig spoedig weder tot een* staat van oorlog te brengen en de thans overtollige officieren langzamerhand te doen invallen. De 'oppositie vaart hevig tegen deze vermindering uit, en schrijft dezelve aan den invloed van Engeland toe. Het hof van assises der Neder-Pyreiiéën heeft, met uitzondering Van zekeren Rousildie tot drie maanden gevangenis is veroordeeld, al de beschuldigden in de zaak der onlusten van Toulouse vrijgespoken. Het hof van dé Bouchés-du-Rhóne heeft daarentegen, in de zaak van het kompldt van Marseillevan de 54 beschuldigden 51 veroor deeld als: 11 tot opsluiting gedurende 5, 6 en 7 jaren; 17 tot 5 jaren gevangenisstrafdeze allen wegens samenzwering23 tot één jaar en zes maanden gevangenis i wegens deelneming aan ongeoor loofde genootschappen. In dert Moniteur vindt men een uitvoerig artikel over dé kolo nisatie in Algeria hetwelk de strekking hééft om aan te toonen van hoeveel belang het is, dat doör de wetgevende kamers aanzien lijker geldsommen dan tot nu toe, voor deze zaak worden toegestaan. Daarin wordt verder aangewezen hoe ver men gevorderd is met den wal en de gracht, dié van de zeekust nabij Coleah tot aan Belidah gegraven wordt, om de vlakte van Metidiah tegen strooptogten der ten westen daarvan wonende Arabieren te beveiligen. Langs dien wal zullen doornhagen worden geplant, terwijl men ook voornemens is> aldaar opgaand geboomte te plaatsen. Men vleit zich, dat die dóor- loopende afsluiting binnen twee maanden gereed zal zijn. Daarachter zullen zich dan op de vruchtbare, doch geheel Onbebouwde vlakten volkplanters kunnen vestigen. Vervolgens treedt de Moniteur in ver schillende bijzonderheden omtrent de wijs van kolonisatie, en eindigt, ten slotte, aldus: «De ouropesche bevolking in Algeria Vermeerdert tegenwoordig op eene opmerkelijke wijs. Zij stroomt niet enkel pit Frankrijk, maar ook uit de aan dat rijk grenzende landen toe. Het zijn niet meer enkele personendie daarheen komenmaar gelieele gezinnendie daar landen om te bebouwen arbeid en welvaart komen zoeken. De 32,000 Europeanen, die thans buiten de krijgsmagt, in weerwil van den oorlog en moeijelijkbeden van allerlei aardin Algeria gevestigd zijn vormen reeds eene indrukwekkende massadie echter nog zeer zwak is, wanneer men ze met de onmetelijke woeste nijen, met de uitgestrekte en vruchtbare terreinen vergelijkt, die naar onzen handenarbeidnaar de verlevendiging door onze nijverheid wachten." NEDERLANDEN. 's GRAVENHAGE den 19 December. Door Z. M. is onlangs een besluit genomen waarbij onder anderen wordt vastgesteld dat met de geheele afschaffing van de nog in Indie behoudene benaming van koloniale marine de nog bruikbare vaartuigen die vroeger tot die marine hebben behoord zullen worden geacht een deel uit te maken der nederlandsche marineen dat de sterkte der scheepsmagt in Oost-lndiè vooreerst word! bepaald op 2 fregatten 4 korvetten 4 brikken, 8 schoeners, 2 groote stoomschepen, 2 kleinere stoom- booten en 2 wachtschepen te zamen met eene bemanning van hoog stens 2200 európeschc manschappen. Door Z. M. is het aan dcri predikant Wildschut, te Brummen toegelegde pensioen in te gaan met den 1 Januarij 1842, voor on- bepaalden tijd wederom ingetrokken. Men wil dat de gemelde predikant die zijne spraak verloren had, door éené toevallige'Oorzaak 'dit vermogen heeft terug bekomen. De directeur-generaal van oorlog zalop den 12 Januarij aan staande in het openbaar aanbestedende leverantie van 760 rij paarden gedurende de jaren 1842 en 1843 benoodigd ten dienste van de regementen zware 'en ligle dragonderslansiers en rijdende artillerie. De inspecteur voor de geneeskundige dienst der landmagt heeft bekend gemaaktdat den 15 Julij aanstaande een vergelijkend examen zal plaats hebben van de jonge lieden wélke als kweekelingen hij 's rijks kweekschool voor militaire geneeskundigen verlangen geplaatst te worden en datom daartoe te worden toegelaten een verzoek schrift aan hem inspecteur moét worden ingezonden vóór 1." Mei 1842. Dé adspirantên zullen niét jonger dan 16 en niét ouder dan 20 jaren mogen zijn. Het vaststellen der rigting voor den aanleg van den ijzeren spoorweg tusschen 's Gravenhage en Rotterdam in Verband tot de bereids aangenomen, strekking voor het gedeelte van dien weg tus schen Léijden én 's Gravenhage zal, naar men vér'néemtde onder neming, aan welke de uitvoering dier werken is opgedragenveroor loven ofn aari het léggen der baan tusschen beide laatstgenoemde steden reeds spoedig de hand te slaan en dit werk met kracht door te zetten, zoodat men mag verwachten dat met den aanvang van 1843 de weg tusschen Amsterdam en 's Gravenhage geheel rijbaar zal zijn. Onder de kunstwerken, in het voorschreven gedeelte behoort ónder, anderen eene kapitale brug over den Rijn in d'e nabijheid van de hérberg de Vinkwaarvan de besteding binnen korte dagen zal worden aan gekondigd. Wat het gedeelte tusschen 'S Gravenhage en Rotterdam betreftverneemt men nu stellig dat het station voor de laatste stad zal worden gevestigd in dé nabijheid van de stadsherberg de Romein dat' Vóór Schiedam nabij die stad terzijde van den straatweg naar Overschie eii dat voor Delft Vlak aan de Watersloolschepoortin plaats van op eenigen afstand daarvan gelijk primitief was Ontworpen. Uit Batavia wordtvan den 14 Augustus, het volgende gemeld «Uit een uittreksel van het journaal, gehouden aan boord van het nederlandsch schip Elisabeth Anthónia, gezagvoerder S. H. Veer, ge durende de jongste reis van Amsterdam naar Batavia, blijkt, dat doordien bodem, in de nabijheid dör linie, een verdacht vaartuig is ontmoetzijnde eene brik zwart geschilderd zoowel de romp als de masten eh raas, góed getuigd en getopt, voorzien van een lang gal joen sterk hangende masten en lange bramstengen met eene groole sloep aari weerszijden in de ddvids. >>De gezagvoerder Tits, van de door de Elisabeth Anthohia gepraaido bark the White Oak, van New-London, verklaarde, dat hij de brik had gepraaid dat hij veel volk öp hél dék gezien had en dat aan boord vele hangiriatteri liirigen te drorigen Vólgens zijn zeggen had de brik éenen vérgulden dolphijn op het galjoen, waarvan het goud tot aan den bóeg liep en geen naam achterop. Dé brik liet de engelsche vlag zien, zeilde zéér Snel én scherp bij den wind; werd het eerst gezien Op 5 gr. 13 min. noorderbreedte ert 19 gr. 38 min. westerlengte, en verliet de Elisabeth Anthónia niet, Voor dat zij op 1 gr. 6 min. noorderbreedte en 20 gr. 22 min, Westerlengte gekomen was, waar een frissche z. o. passaat haar aan de verdachte bewegingen van het vaartuig onttrok. De gezagvoerder Veer was. van oordeel, dat het schip voor een roovers-vaartuig moest gehouden worden." GEMENGDE BUITEN- EN B1NNENLANDSËHE BERIGTEN. Uit het zuiden van Frankrijk meldt men, dat, terwijl bijna alom over do weersgesteldheid geklaagd wordt dezelve echter eencn zeer gunstigep invloed schijnt gehad te hebben op de olijfboomen waarvan de oogst als dubbel kan gerekend worden. Te Rotterdam is een vreemdsoortig dier aangehragthetwelk dezer dagen op de duinen van Rockanje nabij Briélle levend is gevangen hetzelve zou veel gelijkenis hebben met het dier hetwelk Buffori '(torn. VII pag. 60) bestempelt met den naam van le Kinkajou. Deze vangst op onze kusten wordt als eene groote zeld zaamheid aangemerkt. Door den raad der stad Amsterdam is het be ginsel aangenomen der verlenging van den spoorweg naar Haarlem tot binnen Amsterdam. Te Tilburg is den 16 dezer de touwslagcrij van J. Malleusmet de zich daarin bevindende werktuigen en voorraad van kemp, eene prooi der vlammen geworden. Alles was voo.r brandschade verzekerd. In 1840 zijn in de Vereenigde-Staten van Noord-Amerika 871 nieuwe schepen houdende 118,309 tonnen aangebouwd. Er is te Havre voor den tuin van koning Philips uit Indie aangekomen een 7,warte tijger van een zeer bijzonder soortvoorts twee gazellen en een

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1841 | | pagina 1