ZIERIKZEESCHE COURANT. N.° 24. Hingsdag A.° 1841. den 23 Maart NIEUWSTIJDINGEN. DUITSCHLAND. FRANKFORT den 17 Maart. Ten aanzien Van de krijgstoerustin gen in Duitschland is het op eens zeer stil geworden. Het schijnt dat dezelve cenigzins beperkt;, althans vooreerst niet verder uitgebreid zullen worden, en men verwacht, dat dit in Frankrijk een goeden indruk zal maken. De fransche bezettingen in den Elsas worden reeds merkelijk verminderd. Vermits het water van don Rijn nu is begonnen te Vallen, zal met het wegruimen van den steenen dam voor Biéberich een aanvang worden gemaakt. De Rijnvaart-commissie zal beslissen, of de door Nassau in do rivier aangelegde werken op nassausch öf op hessisch grondgebied gemaakt zijn. Aan de Augsburger Allgcmeine Zeitung is uit Paf ijs toegezonden een op den 5 dezer geteekend protokol der londenschc conferentie. Het blijkt daaruit dat de gcvolmagtigden der vier mogendheden en der porte toen bijeen gekomen zijnom te beraadslagen over de uit Kon- slantinopcl tot 4 October ontvangen beriglen en over de mededeelin- genwelke tusschen de vertegenwoordigers der vier hoven en de porto te Konstantinopel gewisseld waren. Uit die berigten en mededeelin- gen had de conferentie gezien, dat Mehemed-Ali zich onvoorwaarde lijk aan zijnen souverein onderworpen en ten bewijze daarvan de vloot terug gegeven haddat Syrië door de egyptische troepen ontruimd en dat daar zoowel als op Kandia het gezag des sultans wederom er kend was; dat de sultan de onderwerping van Mehemed-Ali aangeno men entoegevende aan den raad zijner bondgenooten het voorne men uitgedrukt had om Mehemed-Ali als pacha van Egypte te her stellen en hem met het erfelijk beheer van dat gewest te bckleeden op den grondslag der voorwaardenomschreven in de hij het traktaat van den 15 Julij gevoegde separate acte. «Bij dezen stand der zake," dus luidt het slot van het protokol, «hebben de gevolmagligden der verbonden hoven in aanmerking ne mende de omstandighedendie tot het vertrek der consuls van de vier mogendheden uit Alexandrie aanleiding gegeven hebben, het tegen woordig oogenblik voor geschikt gehouden, om die agenten op hunnen post te laten terugkeeren. De vertegenwoordigers der vier hoven te Konstantinopel zullen zich tot dat einde met de verhevene porte ver staan ten einde het tijdstip te bepalen, waarop deze agenten zich gelijktijdig naar Alexandrie zullen begeven." Het stuk is ondertee kend door de heeren Ester hazyNeumann, Palmèrston, Bulow, Brun- now en Schekib-E ffendi. In een bijzonderen brief uit Parijs van den 11 Maart, in genoemd blad voorkomende, leest men: Onze betrekkingen met Groot-Brittanniën zijn in den laatsten tijd blijkbaar on oenen beteren voet gekomen. De spanning die tot hiertoe bestaan heeft, zal allengs verdwijnen, en de algemeene vrede zal Weder den door niets te vervangen waarborg erlangendien alleen de goede verstandhouding tusschen Engeland en Frankrijk vermag te verlcenen. De laatste tijdingen uit Konstantinopel zijn wel is waar weder van een vorontrustenden aard, intusscken koestert men de vaste overtuigingdat ook deze nieuwe en zoo men hoopt laatste mooije- lijkheid, even zoo zal uit den weg te ruimen zijn, als met vroegere het geval is geweest. Ditmaal schijnt het ten minste onmogelijk, dat de europeSche mogendheden van bedoelingen verschillen, daar zij zon der uitzondering het punt der erfopvolging in Egypte in denzelfden zin begrepen hadden. De nota der vier mogendheden van den 30 Januarij drukt te dien aanzien ook den wensch van Frankrijk uit, ofschoon hetzelve zich niet officieel en stellig daarmede vereenigd heeft. Hier is men op dit oogenblik slechts voor één ding beducht, dat na melijk Mehemed-Ali, door kraebtigen tegenstand aan de voorwaarden der porte te bieden nieuwe verwarring zal doen ontstaan. Intusschen is ook daarvoor reeds gezorgden de fransche zaakgelastigde te Alexan drie heeft bevel ontvangen te bewerken dat Mehemed-Ali de groot ste gehoorzaamheid jegens de beschikkingen der porte aan den dag leggemaar tevens onderdanig verzoeke, om eene goedgunstige wij ziging dor voorwaardenwelke te drukkend mogten zijn. Dat de mogendheden gaarne alle billijke wenschen van Mehemed-Ali te dien aanzien zullen ondersteunen is niet twijfelachtig." Voorts wordt in dezen brief bij herhaling gesproken van ophanden zijnde onderhandelingen tot finale regeling van alle punten die met de oostersche aangelegenheden in verband staan, en waaraan ook Frank rijk zal deelnemen. Een voornaam onderwerp van die onderhande lingen zou in de eerste plaats de vaart door de Dardanellen en den Bosporus en voorts het voor allo natiën vrije gebruik der land-engte van Suez zijn. Met berigtem-uit Konstantinopel van den 24 Februarij zijn tij dingen uit Syrië ontvangen inhoudendedat Ibrahim-bassa den 9 dier maand zich nog te Gaza bevond. Hij lag daar ziek aan de geel- cn waterzucht en verkeerde in eenen zoo zorgelijken toestand dat hij van den bevelhebber van het voor Jaffa ten anker liggende engelsche linieschip Bembow een geneesheer verzocht haddie hem dan ook terstond toegezonden was. Mehemed-Ali had eene stoomboot naar Gaza gezonden, om den zieken Ibrahim-bassa naar Alexandrie over te brengen. Voorts gewagen de berigten uit Syrië eenstemmig van de vele gru welen en wreedhedenwaarmede Ibrahim-bassa zijn laatste verblijf in Da'naskus gekenmerkt heeft. Hij heeft allo dorpen in don omtrek doen uitplunderen, om levensmiddelen voor zijn leger te bekomen, en daarbij al degenen welke de voor zichzelven benoodigde levens middelen poogden te verbergen, laten ombrengen. Bovendien heeft hij ongeveer 100 personen laten Onthoofden deels op het vermoeden dat zij wilde deserteren, deels omdat zij de wapenen tegen de Egyp- tenaren hadden opgevat. Eens moet hij zich door zijne drift zoo Ver hebben laten vervoeren, dat hij met eigene hand een zijner hof bedienden vermoord hoeft. Na zoodanige bloedtooneelen plagt hij zich aan allerlei onmatigheid en de schandelijkste buitensporigheden over te geven. De vreugde in Damaskus moet dan ook na het vertrek van dezen woesten wreedaard uitermate groot zijn geweest. Een paar dagen na het vertrek dor Egyptenaren zijn troepen van den sultan in de stad binnengerukt, welke de orde hersteld hebben, en later is de nieuwe stedehouder Hadschi-Ali-bassa er aangekomen. Ter viering van de verlossing van het juk der Egyptenaren is dé stad gedurende drio nachten verlicht geweest. GROOT-B RITTANNIEN. LONDENden 17 Maart. Men zegt dat zes regementen waarvan twee thans in Ierland liggen zich gereed moeten houden om naar Noord-Arnerika ingescheept te worden en dat ook ingeval van nood behalve de reeds vroeger vermelde 10 linieschepen verscheiden ge wapende stoombooten derwaarts zullen gaan. Men heeft berigten uit New-York tot den 3 dezer. Men had alstoen de nadere depêches van lord Palmèrston over de zaak van M'Leod nog niet ontvangen. Dienvolgens was de stemming des volks nog vrij ongunstig; en sprak men in het congres nog veel van dó noodzakelijkheid tot hot brengen des lands in behoorlijken staat van Verdediging. Beslissend was er echter nog niets geschied. De dagbla den gaan voortden ooflogzuchtigen toon van het congres te veroor- deelen. Bij de vertegenwoordigers was eene wet in behandeling tot vermeerdering van de strijdkrachten der republiekwat het leger be treft was dezelve reeds zoo goed als aangenomenwat het zeewezen aangaatdeswege scheen men het minder eens. De broeder van M'Leod heeft een brief in het licht gegeven om te bowijzen dat genoemde zijn broeder geen deel aan het verbranden der stoomboot Caroline gehad heeft, en zelfs dat voorval eerst den vol genden morgen heeft vernomen. FRANKRIJK. PARIJS, den 16 Maart. ILet Journal des Débats zegt van het traktaat met Holland sprekendedat het doel hetwelk dat land zich Voorgesteld heefttweeledig is. Het heeft in de oost-indische kolo niëndie sedert 1815 behoorlijk bestuurd, tot eenen onvoorzienen trap van bloei opgeklommen zijndie onder anderen kolïij genoeg voort brengen om do markten der geheele wereld er mede te overstelpen en die ook suiker en indigo in steeds toenemende hoeveelheden ople veren. Holland had er dus belang bij om het vertier dier voortbreng selen in Frankrijk gemakkelijk te maken. Overigens komt Holland tot zijne oude roeping terughet wil weder worden hetgeen het vóór Cromwell was, de vrachtvaarder der zeecn. Maar, dus vervolgt het Journal des Débats, aan Marseille en aan Havre moet de regtmatige voldoening gegeven worden welke die sto- den verlangende spoorweg van Parijs naar Havre moet voleindigd en Marseille moet door oenen spoorweg met de Rhóne verbonden wor den. Anders handelen ware zich medepilgtig maken aan het ontwerp, hetwelk blijkbaar Holland gesmeed heeft om met ons in de Noord-Zeo te wedijverente Rotterdam een entrepót te vestigen hetwelk ten koste van het nationale entrepot te Havre blocijen en hetwelk onze hoofd handelstad in de Middellandsche-Zce tot armoede brengen zal. Eene uitvinding, wier mogelijkheid niemand wilde aannemen, uit hoofde van de onwaarschijnlijkheid noch wenschen mogtvermits vele arbeiders daardoor van hun bestaan zouden worden beroofd na melijk eene machine om te zetten, is tot stand gekomen, en dat wei op verschillende punten van Europa, zijnde op die uitvinding alreeds octrooijen verleend in Frankrijk, Engeland, Pruisson Boijeren en Rus land. De zetmachine van den heer von Kliegel, te Presburgkomt tamelijk gelijk aan die van de heeren Young en Comp.te Londenja overtreft die zelfs omdat zij het gezette wederom distribueert. De machine van den Engeischman verrigt den arbeid van tien zetters met een eenigen do vorm der letters moet eenige verandering ondergaanhoewel liét niet geheel ónmogelijk is bij de machine van Yöung ook de thans ge bruikelijke letters te bezigenook is de machine nog slechts voor ééne soort van letters te gebruikenen wanneer cijfers of andere schrift soorten voorkomen alsdan moet do plaats openblijven en naderhand in den vorm worden aangevuld. Overigens zal men do zetters niét meer letterzettersmaar letterwevers noemenwant do theorie van den weefstoel is ook op de zetmachine toegepast. De heeren Young zijn voornemens nog in den loop van dit jaar eene hunner zetmachi nes te Leipzig ten toon te stellen en openlijk ie laten werken. Do gevolgen van deze uitvinding zijn onmetelijk. BELGIE. BRUSSEL den 17 Maart. Gelijk men vermoeddezijn de be raadslagingen bij den senaat Over het onderwijs zeer levendig. Do aanvallen tegen het bewind waren zoo eergisteren als gisteren aller- vinnigst en ontaarden uitsluitend in persoonlijke aanvallen Waarbij de ministers ronduit van kuiperij werden beschuldigd. Dit liep zoo hoog datten gevolge van een gedaan voorsteldo openbare zitting in eene piet gesloten deurenis veranderd. Een half uur daarna werd

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1841 | | pagina 1