m f) A ZIEBIKZEESCIIE COURANT. )y Y P€f- Dingsdag den 24 Maart NIEUWSTIJDINGEN. W.o 24. A.o 1840. D U I T S C II L A N D. FRANKFORT den 19 Maart. Naar men verneemtis eens afdee- ling van de naar Chiwa bestemde russisehe troepen in Astérabad (aan de Zuid-Oostkust van de Kaspische zee) binnengerukt. Men had mis schien meer berigten omtrent Chiwa kunnen bekomen, ware het niet, dat verscheidene vreemde bezoekersvooral Engölschenop bevel des khans, opgesloten waren geworden. De peterburgsche dagbladen, van den 12 Maartbehelzen berigten nopens de expeditie naar Chiwa. De generaal Perowsky geeftonder dagteekening van den 30 Januarij kennis van den togt eens deta- cbements naar Ab-Bülak en Ust-Jufi. Spoedig nadat de troepen de sterkte aan den Embra verlateh hadden legden de felle koude en hageljagtende stormen in de steppen en de buitengewoon hoog liggende sneeuw vele hinderpalen aan den togt in den weg vooral de kameelen leden daardoor zeer. Ook een ander detachement had met zoodanige mocijelijkheden te worstelen. Dezelve waren van dien aarden het gevaaroin door de magtclooshcid der kameelen de ba- gaadje te verliezenzoo grootdat de opperbevelhebber beslootvan zijne volmagt gebruik te maken, om do troepen bij de sterkte aan de Embra zamen te trekken. Hiek werd op het invallen van beter weder gewacht. De gezondheid en stemming der troepen liet intus- schen niets te wcnschen over. Behalve bij de vroeger vermelde rui- terschermutsclingheeft zich de vijand nergens vertoond. Den 10 had men te Petersburg weder eene koude Van 20 gr. Reaumur nadat het voorjaar zeer vroeg scheen te zullen invallen, Uit Meiszen meldt men van den 9 Maart. Boven de stad maakt de rivier do Elbe eenen grooten bogt, alwaar zich, wegens de stilte Van het water, ijs had vastgezet; men vermaakte zich daar op, of schoon het ijs afnam, tot den 6 dezer, en bemerkte niet dat dé stroom opzette en de groote massa ijs van den oever dreigde te spoelen. Plotse ling, toen zich juist eene menigte menschen op hetzelve bevonden, geschiedde zulks; een gedeelte sprong aaö land en werd gered; vëeriiéti personen echter konden den writ'niet meer bereiken en werden op de ijsschots stroomwaarts gedreven, Aan dé brug alhier zonk dezelve en de ongelukkige personen vonden hun graf in de golven. Van de italiaanscho grenzen schrijft men van den 5 dezer Ten gevolge van een onlangs in de haven van Ancona voorgeval len twist tusschen havenwerkers en de matrozen van een engelschen Schoener, werd een scheepsreedcr uit Ancona door een engelsch ma troos doodgestoken,, waarop het geregt den dader in hechtenis deed nemen, die ook het gepleegde feit geenszins ontkende. Van zijnen kant schreef de hritsche consul naar Korfu om bijstandonder voor geven dat de Anconezen de aanvallers geweest waren en de Vorm van het tegen den matroos ingestelde geregtelijke onderzoek onwettig was. Zeer spoedig kwam den ook eene engelsche oorlogsbrik opdagen en in de haven ten anker, waardoor in Ancona, en vooral onder de schippers en de havenwerkers eene groote gisting ontstaan isdie echter gelukkig nog geeno verdere gevolgen gehad heeft. De Wederkeerige Verbittering duurt intusschen voort en men vreest nog altijd voor nieuwe onaangenaam heden." GROOT-BRITTANNIEN. LONDENden 18 Maart. In de courant van Bombay vindt men een rapport van eene jagt, den 24 September gemaakt op twee Wilde olifanten van eene buitengewone grootte, zijnde de een elf en de ander tien voeten hoog, welke zich nabij de cantonnemenlen der troepen vertoond en aldaar veel schrik verspreid hadden. Na vele moeiten en uitgestaan gevaar was het eindelijk gelukt beide dieren door een geducht vuur uit vierponders te dooden zijnde uit hunne ligchamén niet minder dan negentien kanonkogels gehaald, terwijl men dacht daarin zeker nog tien meerder te zullen vinden. De laatstelijk uit Oost-Indie ontvangene berigten behelzen zeer belangrijke opgaven omtrent den uitvoer der indische voortbrengselen. Vooral maakt de zeer toenemende uitvoer van katoen hier een giln- stigen indruk om dat Engeland hierdoor allengs minder afhankelijk wordt van de Vereenigde-Staten van N. Amerika van waar tot nog toe verre het grootste deel van het voor onze fabrieken benoodigde katoen ontvangen werd. De uitvoer van dit artikel te Calcutta welke in 1837 bedroeg 2,584 balen is in 1839 gestegen tot 24,658 balen. Dok de uitvoer van suikerzijde rijstolie-zaden enz. is zeer aanmerkelijk toegenomen. FRANKRIJK. PARIJSden 18 Maart. De kamer is heden in hare bureaux ver gaderd geweest, in welke zich onderscheidene ministers hebben laten vinden. De voordragt, welke uit den boszem dor kamer is ontspro ten om de heldhaftige verdedigers van Mazagram een blijk van na tionale erkentenis te verleenenheeft in de meeste bureaux tegenstand gevonden. Men heeft begrepen dat in dergelijke omstandigheden het bewind het initiatief behoorde te nemen. Men laat echter de 123 Franschen, die de slecht bevestigde sterkte tegen eene menigte van Arabieren hebben verdedigdwelke thans op niet minder dan 15000 wordt geschat, allezins regt wederwaren, te meer, omdat zich onder de aanvallers een battaillon arabische infanterie bevondvoorzien van twee stukken geschutwelke niet kwalijk wefden bedienden omdat onder de verdere Arabieren een paar duizend op den Koran ge zworen haddendat zij Mazagram zouden vermeesterenof het leven laten. Men meldt, dat de verdedigers behoorden tot do zooogenaamdo disciplinaire compagnie. Berigten, op welke men vrij goeden staat kan maken, verzekeren:, dat van de Arabieren niet minder dan 600 voor Mazagram zijn gesneuveld. Gisteren verhaalde menen heden verzekert men op nieuw dat er ernstig aan gedacht wordtom den generaal Bugeaud het opper bevel over al de troepen in Algerie optedragen. Dit zoude veel tegenspraak kunnen baren, ofschoon sommigen van oordeel zijn, dat de generaal Bugeaud te regter tijd het tractaat van de Tafna heeft ge sloten ten einde destijds het fransche leger in Algiershetwelk door een zamenlöop van omstandigheden in een zeer bedenkelijken toestand gebragt wasvoor éen aigeheelen ondergang te hewaren. Den 19. Aan een onzer meest geachte ochtendbladen wordt uit Brussel geschreven, dat voor het ontslag, door de belgische.ministers als zoodanig gevraagd de eerste betaling aan Nederland voor de ver effening van het aandeel van Belgie in de gemeenschappelijke schuld heeft plaats gehad met vier millioenen 720507 fr. 94 c. uitmakende de helft van de jaarlijks te betalen som; in dit berigt koirit voordat 'f. Al. de koning der Nederlanden het huis Rotschild zoude hebben heiastmet het ontvangen der gelden en het overmaken derzelve naar Amsterdam. Men voegt er bij, dat men alzoo met genoegen meer en meer den staat van vréde ziet bevestigen welke door de tusschen- komst der groote mogendheden tusschen Belgie en Nederland is be werkstelligd en waarvan de instandhouding niet dan bevorderlijk kan zijn aan de duurzaamheid van den algemeenen vrede. Uit Algiers wordt van den 11 geschreven dat bijna de geheela bezetting is uitgerukt. De maarschalk Vallée is met een talrijken staf naar Boufarik getrokken en heeft aldaar zijn hoofdkwartier gevestigd. Twee stoombooten zullen gebruikt worden om Cherchell van üe zee zijde te bombarderen. Inmiddels zal die plaats van de landzijde door eene expeditionaire collonne worden aangetast en getuchtigd wegens het wegrooven van het fransche koopvaardij-schip Frederik Adolf. Van daar zal de collonne zich naar de zijde van Milliana en Medeah be geven om de Arabieren die inmiilfjels van den kant van Blidah zullen worden opgedrevSn tusschen twee vuren te brengen. In een rapport vAn den kapitein Dumont d'Urville, die met twee corvetten eene reis rondom de wereld doet, op de reede van Amboine in de Molukkes den 17 Februari] van het vorig jaar geschre ven vindt men een verhaal van de wijze waarop hij in den Archipel der eilanden Viti wraak genomen heeft op een magtig hoofd, Naka- lassé genaamdover den moord vroeger aan een Franschen scheeps kapiteinBureau, door hem uit roofzucht en verraderlijk gepleegd. Hij heeft het fort te Piva, onder welks puinhoopen Nakalassé'gezegd had zich liever te laten begraven, dan voor de Franschen te bukken, door vijftig gewapende zeelieden onder het bevel van den luitenant ter zee du Bouzet, doen verbranden. Nakalassé, had den aanval niet afgewacht, maar was met al zijn volk gevlugt. Daarna had de heer d'Urville aan het opperhoofd van die eilanden,, in tegenwoordigheid van zijne rijksgrooten en volk, openlijk betuigd dat de Franschen geenszins gekomen waren om de inwoners van Oceanie te bestrijden, maar zich verpligt gerekend hadden om de beleediginghunne vlag aangedaan door den bekenden moordop den schuldige te wreken. Hij was in goede verstandhouding met de inboorlingen gescheiden. Men meldt uit Alexandrie van den 26 Februarij, dat de onder koning heeft gezorgddat dén Russischen consul eene schitterende vol doening is gegeven voor de beleedigingwelke de russische vlag in die haven is aangedaan. Dé officier, die zich aan deze beleediging heeft schuldig gemaakt, is afgezet en de onder-koning heeft zijnen eersten aide-de-camp naar den consul gezondenten einde denzelven zijn leed- Wezen over het gebéurde te betuigen. De minister van binnenlandsche zaken, de heer de Remusat, heeft de opvoering van een drama Vautrin geheetenvervaardigd door den bekenden letterkundige Balzac, nadat ééne voorstelling daarvan op den schouwburg aan de porte St. Martin had plaats gehad verboden. De zedelooze strekking van dit stuk waarin een galeiboef de hoofdrol speelt, heeft tot dien maatregel voorbaibelijk aanleiding gegeven. De daardoor aan alle weldenkcnden gegevène ergernis was nog vermeerderd doordien do voornaamste too'neclspeler door kleeding en gebaren aanleiding tot zeer onvoegzame toespelingen van staatkundigen aard gegeven had. Onze dagbladen, van allerlei staatkundige kleur, juichen, tegen hunne ge woonte, dit besluit des ministers toe. BELGIE. BRUSSELden 20 Maart. De minister van openbare werken heeft twee besluiten betrekkelijk den spoorweg genomen. Bij het eerste, wordt de opening van den zijtak van Brussel naar Tubise op den 17 Mei bepaaldbij het tweede wordt het plan voor de verlenging van den spoorweg binnen de stad Antwerpen goedgekeurd. De koninklijke schouwburg is bankroethet te kort wordt door sommigen op zestig, döor andefen wel op 200,000 franken begroot. NEDERLANDEN. 's GRAVENIIAGE den 23 Maart. De ingekomen zeven ontwerpen van wethoudende nadere wijzigingen in de grondwetluiden als volgt I. Art. 6 der grondwet veranderd als volgtDe uitoefening van het stemregt in de steden en ten platten landezoo wel als de be voegdheid om deel te nemen aan de provinciale en plaatselijke besturen wordt bij de wet geregeld. Art. 7 der grondwet zal vervallen.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1840 | | pagina 1