P
ZIEMKZEESCI1E
COURANT.
22 tFiinij»
NIEUWSTIJDINGEN.
No. 50.
'/Y.../ Vrijdag
Ao. 1838.
DUÏTSGHLAND.
FrAnkforï den i5 Junij. Van Bazel schrijft men dat weldra
de stoombr ot-vaart tusschen die stad en Straasbürg geopend zal
Worden. Tegen over Grosshiiningen aan dén badenschen kant
Wordt een huis gebouwd en eene kraan aan den Rijn opgerigt, met
Oogmerk om de goederen die van Frankrijk naar Duitschland be
stemd zijn niet meer den ouden omweg over Bazel te laten maken.
Ook beeft men plan om de beide oevers van den Rijn te Grosshü-
Dingen en bij het zoogenaamd Schustersinsel door eene schipbrug
te verbinden.
In de streek van Tetschen in Boheme, heeft dezer dagen
eene grondverzinking van zeldzattien aard plaats gehad. Eene vlakte
van acht of tien akkers, meest boschgrónd is gezonken en nog aan
het zinken. Op verscheidene plaatsen bedraagt de verzinking slechts
een paar voelen óp andere echter tot 5o voet zoodat daar de hoo
rnen reeds voor een gedefelte bedolven zijn. Men bemerkt tevens
eene gedeeltelijke geringe beweging en eene soort van verschuiving
Van groote aardschollen zoodat bet verschijnsel als nog niet geëin
digd mag beschouwd worden. Het zeldzame deszelven bestaat zoo-
Wel in de grootte der grondverzinking, als daarin dat er naauwe-
lijks een voorbeeld daarvan in bergachtige streken gelijk de onder
havige te noemen is.
GROOT-BRIT TANNIEN.
Londen, den 16 Junij (des ayonds). Reeds wordt er een aan
hang gemaakt met de toebereidselen voor de feesten bi) de kroo-
ning. Sedert gisteren is een groot aantal werklieden op Hyde Park
hezig met het oprigten der staketsels voor eene zeer schitterende il
luminatie Welke aldaar zal plaats hebben.
De koninklijke opperstalmeester beeft bekend gemaakt, dat, op
hevel van H. M. de leiding van den geheelen stoet aan hem is
Opgedragen. Dezelve zal den volgenden weg nemen van het nieuwe
paleis op de Constitution Hill langs Piccadilly St. James-Street,
Pall Mall Gockspur StreetWhitehall, Parliament-street naar
de deur ten westen van den Westminster-Abdy.
Langs dien weg worden vele toebereidselen gemaakt. De voor
gevels der huizen zullen met groen vlaggen zinnebeelden trans
paronten enz. versierd zijn. Alle vensters zijn reeds voor ongehoorde
sommen verhuurd. In menigte begeeft men zich naar Westminster,
om aldaar de toebereidselen te zien, evenzeer als naar de werkplaats
van den heer Hoffié, in Castlestreet, alwaar de rijke draperiè'n voor
de abdy van Westminster en het kleed dat H. M. bij de pleg-
tigheid zal dan hebben worden vervaardigd. De stof is schitte
tende doch éenigzins zwaar. Op het kleed prijkt eene kroon uit
drie bloemen gevormd als zinnebeelden der drie koningrijken, na
melijk: de röos van Engeland, het klaverblad van Ierland en de
distel van Schotland. Ook vindt men op hetzelve de zinnebeelden
der voornaamste mogendheden van Europa waaronder het wapen
der Bourbons, de Lelie, doch niet de Fransche haan. De voor
naamste europesche kunstenaars BubiniLablacheTamburint, me
vrouw Datnoreau, mejufvrouwen Grisi en Taglioni bevinden zich
hier, en zullen zeer schitterende vertooningen geven.
Bij het programma van de plegtigheden welke bij de krooning
van H. M. zullen plaats hebben zijn al die vormen voorgeschre
ven Welke sinds eeuwen hier te lande bij zoodanige gelegenheid
gebruikelijk zijn geweest en die voor den vreemdeling deels in
drukwekkende, ja treffend, deels echter te tooneelmatig of als over
dreven aankleving van het oude, voorkomen. Hoe dit zij de pleg-
tigbeid zelf, en de optogt zal buitengemeen luisterrijk wezen en
gewisselijk ontelbare bezoekers uit het binnenland en van elders
herwaarts lokken.
Het blijkt, dat de koninklijke stoet den 28, des morgens ten 10
lire het paleis van Buckingham zal verlaten en zich een uur la-
Ier aan de abdij van Westminster zal bevinden. H. M. zal aldaar
ontvangen Wórden door de grootofficieren van slaat, de pairs enz.
dragende de regalia (teekenen der koninklijke waardigheid) be
staande in i.° den staf van St. Eduard gedragen door den hertog
Van Boxburghe2.8 de sporen door lord Byron3.° den schep-
ter met het kruis door den hertog van Cleveland4-° het gepunte
zwaard (voorstellende de wereldlijke Geregtigheid) door den mar
kies van Westminster5.o het gepunte zwaard van de geestelijke
GeTegtigheid door den hertog van Sutherland; 6.° de Curtana
of het zwaard der Genadedoor den hertog van Devonshire
7.0 het zwaard van Staat, door den hertog van Melbourne8.0 den
schepter met de duif, door den hertog van Richmond; 9.° den
wereldbol door den hertog van Somerset; 10.0 de kroon van St,
Eduarddoor den hertog van Hamilton; n.° de Patina (het dek
sel der miskelk), door den bisschop van Bangor; 12.0 demiskelk
door den bisschop van Lincoln i3.° den Bijbel door den bis
schop van Winchester.
Bij de komst van H. M. aan de abdij zijn de pairs derzei ver
gemalinnen de geestelijken en anderen reeds in de kerk aldaar ver-
eenigd. De koningin wordt nu eerstmeer bepaald voor de pleg
tigheid gekleed. Vervolgens begeeft tij zich terwijl het orchesl
een loflied zingt naar het koor voorafgegaan door de groot-
waardigheidbekleeders des rijks ieder met een' page die derzei*
ver kroonen dragen door haren thesaurier die een' fluweelën zak
in de hand houdt met medailles wegens dit krooningsfeestwelke
later worden uitgestrooid door verscheidene hooge geestelijken, ia
derzelver aartsbisschoppelijk gewaad hunne mijter dragende door
de prinsessen van den bloede als HH. KK. HH. de hertoginnen
van Cambridge van Kent 'en van Gloucesteralle in staatsiegewaad
van purper fluweel met gouden versierselen gekaptderzelver sle
pen worden door hofdames en derzelver kroonen door edellieden
in de hand gehouden. Voorts wordt een deel dei* regalia vóór de
koningin uitgedragen. Hierna verschijnt de koningin in haar ko
ninklijk gewaad van karmozijn fluweel met hermelijn gevoerd en
met goud gestikt dragende de versierselen harer orden en met
een* göuden krans gekapt. Hr. Ms. sleep wordt door acht staat-
dames opgehouden. Naast de koningin heeft men aan elke zijde
een bisschop en een tiental wapenherauten zij wordt gevolgd door
den lord kamerheer van haar huis door de greotmeesteresse der
garderobe, door de eerste lady van de slaapkamer en zes andere
ladies derzelve, door acht Hofdames, door even veel kamerdiena
ressen door den kapitein-generaal van de koninklijke schuttergarda
van Schotland den kapitein van de Yeomengarde door verschei
dene bevelhebbers der Yeomen, door den grootstalmeester, enz.
De stoet wordt deels naar derzelver plaatsen geleid deels volgt
hij de koningin tot bij het troon-verhemelte. H. M. zet zich nu
op den aan het zuiden van den troon geplaatsen armstoel onder
dat verhemelte, zijnde de stoel van staat. Aan beide zijden plaat
sen zich de bisschoppen die haar moeten ondersteunen de edelen^
dragende de zwaarden stellen zich aan Hr. Ms. regterhand. De
lord groot kamerheer en de lord groot-connetable (de hertog van
Engeland) nemen plaats ter linkerzijde terwijl de andere groot
officieren van staat de edelen dragende de regalia de deken vaa
Westminster de afgevaardigde van den koüseband en de deurwaar
der met de zoogenaamde zwarte roede i de bisschoppen die dö
heilige voorwerpen dragen achter de koningin staan gelijk medë
do lord-kamerheer van hoogstderzelver huis en eenige anderen»
Nadat de koningin geknield een gebed heeft uitgesproken ne
men de plegtigheden een' aanvang. Eerst heeft de erkenning plaats^
keerende de aartsbisschop van Canterbury en eenige der grootoffi
cieren van staat zich naar de vier zijden der kerk vragende of
men bereid is de tegenwoordige j onbetwistbare koningin te hul
digen gedurende welken tijd H. M. staaten zich naar het volk
wendt telkens naar de zijde t welke toegesproken wordt. De aan
wezigen beantwoorden de genoemde vraag telkens met gejuich en
bij de laatste erkenning, worden de trompetten gestoken en da
trommen geroerd. De bisschoppen de heilige voorwerpen op het
altaar nedergelegd hebbende en twee opzigters van de garde-robö
een rijk gouden laken op de trappen van het altaar gespreid heb
bende waar zij een kussen stellen gaat men tot het eerste offer
Over. H. M. op genoemd kussen geknield offert een altaarkleed
van gouden haar thesaurier een staafje goud een pond we
gende. Vervolgens worden de regalia behalve de zwaarden op
bet altaar gelegd. Daarna wordt de litanie gezongen een dienst
verrigteene preek door den bisschop van Londen gehouden ea
de eed door H. M. afgelegd. Bij laatstgemelde plegtigheid begeeft
H. M. zich naar het altaar knielt op het kussen voor hetzelve 9
legt ha re regterhand op het Evangelie, door den aartsbisschop
aan H. M. aangeboden spreekt den krooningseed uitkust het
Heilige Boek, en teekent een afschrift van den eed, tvaartoe de
lord kamerheer een' zilveren inktkoker voor haar ophoudt. Na
een gezang, wordt overgegaan tot de zalving, welke geschiedt dool?
den aartsbisschop. De deken van Westminster neemt de- ampulla
of vaas met de gewijde olie vau bet altaar giet een weinig daar
van in den zalvinglepel waarop de aartsbisschop H. M. op het
hoofd en de handen zal zalven kruisgewijs. De koningin zal
daarna geknield een gebed uitspreken. Opgestaan zijnde gaat
de koningin in den stoel van St. Eduard zitten. Vervolgens wor
den haar de sporen en het zwaard aangeboden zijnde het zwaard
van staat. H. M. brengt dit, in de schede, op het altaar ten of
fer waarna het door den burggraaf Melbourne toor 100 schellin
gen aan den deken te betalen wordt ingekochtde burggraaf
ontbloot het en draagt hetzelve gedurende de geheele plegtigheid*
Alsnu wordt de koningin met den rijksmantel Omhangen i wor
den haar achtervolgens de wereldbol overgegeven de ring aan den
vinger gestoken de schepters aangeboden en door den aartsbis
schop de kroon op Hr. Mjs. hoofd gezet als wanneer het volk
luide den kreet aanheft vanGod save the Queenen onmiddel
lijk daarna Zetten de pairs en derzelver gemalinhen mede hunns
kroonen op de bisschoppen hunne mijters en de wapenkoningen
hunne kroonen worden de trommen geroerdde trompetten ge
stoken en wordt op btt gegeven teeken het geschut van den
Tower en het Park gelost. Daarna vindt plaats de aanbieding van
deft bijbel aan H. M. wordt de zegen uilgesproken en hetTeDeum
gezongen de koningin door den aartsbisschop op den eigenlijken
troon gezetwaarna al de grootofficieren van Staatde edelen
die do zwaarden dragen en die de regalia gedragen hadden zicl$
