c
OÜRANT.
ZIER1&ZEKSC1IE
A°. 1838.
10 April.
No. 29.
Dingsdag
BESTUREN m ADMINISTRATIEN.
Bekendmaking.
w. J. P. K Pi OEF.
MeJiendmak ing-
GROOT-BRITTASNIEN.
WapenschouwingSchutterij.
NIEUWSTIJDINGEN*
DUITSCHLASD.
V
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ZIERIKZEE
brengen c|oor deze ter kennis vaji derzelver. In- en Opgezetenea dat
het Kohier der grondbelasting op de gebouwen en ongebouwde
eigendommen, van deze Stad, over het dienstjaar i838 op den
3o Maart jI. door" Z. E. den heer Staatsraad Gouverneur dezer
provincieis executoir verklaard, en op heden wordt gèsteld in
banden van den heer Ontvanger der Directe Belastingen alhier, ten
fine van invordering.
Afgekondigd van den Raadhuize der Stad Zicrikzee, den 6 April i838.
Burgemeester en Wethouders voornd.,
DEC R ANE. vt.
Tel' ordonnantie van Dezeiven,
De Stads Secretaris,
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ZIERIKZEE.
Onderrigt geworden dat de ware heerschende Longziektezich
onder de Runderen van de Erven FIS in de Gemeenie Renesse
heeft geopenbaard. Brengen zulks ter kennis van het publiek ten
einde alle gemeenschap met de Hofstede van deD Deer P. VIS,
te Renesse, te vermijden mei uitnoodiging aan de Veehouders in
deze Stad en het Poort ambachtom bij het onverhoopt ontstaan
dezer ziekte ten hunnentdaarvan dadelijk aan den lieer Burge
meester kennis te geven.
Zierikzeeden <j April i838.
Burgemeester en Wethouders voornd.,
DE CRANE, vt.
Ter ordonnantie van Dezeiven,
De Stads Secretaris
i W. J. P. It R O F.
stand van Pesth een voorschot van a millioenen fl. tegen i percent
te doen.
Het gerucht van den dood van Ibrahim pacha is daardoor ont
slaan dat die prins te Aleppo ernstig ziek lag zoodanig zelfs
dat hij het bevel van het leger had moeten overdragen aan Ahmed-
pacha chef van den algemeenen staf van het egyptische leger ia
Syrië (zie ons vorig nummer). Dezej zou. echter niet gelukkig ge
weest zijn, onderscheidene nadeelige gevechten tegen dö Syriers ge
leverd hebben en gekwetst te Alexandrië teruggekomen zijn. In
Lyrië moet veel beweging heerschen. Het schijnt zeker dat een
groot gedeelte der bevolking in vollen opstand tegen de Egyptenaren
is. De Porte zit daarbij geenszins stil. Volgens de jongste berig-
ten uit Konstantinopelhad de Sultan onlangs een aanzienlijk ge
tal troepen naar Azië laten inschepen voortdurend moet ook te
Konstantinopel vólli aangeworven worden. Omtrent bovengemelde
belangrijke gebeurtenissen in Syrië leest men in een' bijzoaderea
brief het volgende
De bevolking der provincie Awuan is in massa opgestaan om.
nieuwe afpersingen van volk voor bet egyptische leger af te weren.
De rebellen hebben een' egyptischen generaal die belast was met
hen ten onder te brengen teruggeslagen en een aantal gevangenen
gemaakt: de bewoners van den Libanon en die uit de, omstreken
der Doode Zee hadden zich bij den opstand aangesloten en deze
had zich steeds meer uitgebreid terwijl de egyptische (roepen ook
op andere plaatsen gedeeltelijke nederlagen hadden geleden. Ten
gevolge dezer gebeurtenissen bad zich Ibrahim pacha in de drin
gende noodzakelijkheid gezien hulp aan zijn' vader te vrageD en
deze had de minister van oorlog, Ahmed pacha met eenige rege-
menten naar Syrië afgezonden. De jongste over Triest ontvangen
handelsbrieven uit Alexandrie melden dat Ahmed pacha door de
in opstand zijnde Syriërs, niet verre van Jaffa aangevallen ge
slagen en bijna zijn geheel legerkorps uiteengedreven is. Ahmed-
pacha moet zelf gewond en naar Alexandrie vervoerd zijn. Met
de grootste spanning verwacht men nadere bijzonderheden over
dezen opstand, welke voor de toekomst van het Oosten van groot
belang zijn kan."
Den 5. Uit Konstantinopel schrijft toen van den 7 Maartdat
de perzische gezantna een zeer vriendschappelijk schrijven van
zijnen meester aan den Sullac te hebben overhandigd onderschei
dene confererilien met deu minister van buitenlandsche zaken had
gehad. Men vermoeddedat dezelve betrekking hadden tot het
nemen van gemeenschappelijke maatregelen van voorzorg tegen de
oorlogszuchtige houding welke de onderkoning van Egyple in Syrië
aangenomen beeft, omdat dezelve zöo wel de zekerheid van Perzië
als die van Turkye bedreigt. De Porte betoonde de grootsle belang
stelling in de gebeurtenissen, welke thans in Syrië voorvallen en
men was niét vreemd van het denkbeeld dat zij zeer genegen was,
om zich len nutte te maken de voordeelén die de opstandelingen
mogten behalen ja zelfs om bij de uitbreiding van den opstand,
eenen aanvallenden oorlog tegen MehemëdAli aan te vangen.
Latere berigten van den 14, houden in dat twee dagen te voren,
op bevel des sullans, de waardigheid van seraskier van Rumelië, of
van generalissimus der geregelde troepen aan den oudsten schoon
zoon des sultans ontnomen, en aan deszelfs jongsten schoonzoon op
gedragen was. Welke de reden zij van deze onverwachte en gewig-
lige gebeurtenis, die zeer veel opziens gemaakt had was tot dusverre
onbekend. Er waren geene nadere tijdingen uit Syrië doch men
ging steeds voort met het zenden van krijgsvolk en oorlogsbehoeften
naar Rlein-Azië. In de vorige week was derwaarts een artilleriepark
van 5o stukken geschut vertrokken, onder geleide van twee pruis-
siscbe officiëren.
In den nacht van den 4 April is le Bèrlijn een hevige brand
ontslaan in eenen molen, die met drie daaraan belendende huizen
éeiie prooi der vlammen géworden is i5 bewoners hebben bij deze
ramp jammerlijk het leven verloren.
Londen, den 4 April. De oostenrijksche fransche en russische
ambassadeurs, en de pruissische gezant, zijn maandag in langdu
rige conferentie met lord Palmerston geweestdie zich daarna ook
met den belgischen gezant heeft onderhouden.
Men verhaalde elkander voor den aanvang dezer bijeenkomst,
dat de conferentie het aanbod van den koning der Nederlanden
tot aanneming der vier en twintig artikelenformeel van de hand
zou wijzen en verlangen dat de onderhandelingen hervat zouden
worden als of zoodanige artikelen niet bestónden.
Een blad der behoudende partij is van oordeel dat, bijaldien
de Gelgen zich thans aan het genoemd tractaat niet meer bonden
wilden de engelsche regering ben zoo door het blokkeren der
Schelde en van Ostende, als door andere krachtige maatregelen
tot nakoming daarvan dwingen moet.
In een ander dagblad vindt men eene berekening van een cor
respondent uit Brussel afkomstig, volgens welke, na aftrek van
hetgeen Belgie gedurende zes jaren voor het op voet van oorlog
houden zijner troepen meer heelt moeten uitgeven aan de eene, en
na bijvoeging der kosten van het bezetten der aan Holland toege-
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ZIERIKZEE,
Brengen door deze ter kennis van de daarbij belanghebbenden
dat Zijne Majesteit heeft goedgevonden te bewilligen dat de wa
penschouwing over de met onbepaald verlof zijnde mobiele Schut
ters die in de loópende maand zou worden gehouden eerst in
den loop Van de maand October aanstaande plaats zal hebben.
Zierikzeeden 9 April j838.
Burgemeester en Wethouders voornd.
DE CRANE, vt.
Ter Ordonnantie van Dezeiven
De Stads-Secretaris
W. J. P. KROEF.
FiUnkfokt den 4 April. Uit Napels, 20 Maart, schrijft men
dat daar niets stelligs bekend (was omtrent het doel van de reis
des konings naar Sicilië; maar dat het waarschijnlijk was, da!
Z. M. de invoering van eenige veranderingen in het bestuur des
eilands door zijne persoonlijke tegenwoordigheid wilde bevorderen.
Te Messina aan wal stappende was Z. M. door de verzamelde
volks-menigle met gejuich begroet.
Van regeringswege is te Pesth eene opneming gedaan van de
ingestorte huizen daarbij was bevonden dal het getal derzelve
2281 bedroeg. Bovendien waren nog 827 huizen derwijze bescha
digd dat zij gestut moesten worden. Men moet echter opmer
ken dat het roeerendeels geringe huizen waren waarvan een ge
deelte zelfs bouwvallig was. Het aantal der tot den 21 dezer ver
miste personen bedroeg omstreeks 1200. De schade die aan goe
deren huizen enz. geleden was werd geschat op 20 millioenen
guldens. Men was reeds begounen met het sloopen van bouwval
lige woningen en het herstellen van sommige minder beschadigde
gebouwen. Door den overvloedigen toevoer van levensmiddelen uit
onderscheidene streken des rijks had men geen gebrek meer; zelfs
heerschte er overvloed van brood. Alom beijverden de meerver
mogenden des lands zich om de ongelukkige stad door bijstand
Van onderscheidenen aard in staat te brengen om de geledene
schade te herstellen. De Weener bankier, baron Sina, had 4o,ooo fl.
en de baron von Rothschild i5,ooo fl. ter ondersteuning van de nood
lijdenden geschonken. Bovendien had de laatstgenoemde aan de
stad aangeboden haar 400,000 fl. tegen 4 percent voor een' onbe-
paalden tijd voor te schieten doch dit aanbod was niet aangeno
men. De oostenrijksche nationale bank had onder den waarborg
van den Weener handelsstandvoorgesteld om aan den handels