ZIERIKZEESCIIE
tt«. 84.
A". 18S7<
COURANT.
20 October
BESTUKEN en AODMINISTRATIEN.
Fublicati e.
NIEUWSTIJDINGEN.
Vrijdag
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ZÏERIKZEE,
brengen door deze ter kennis van de Ingezetenen dat bij hun de
treurige lijding ontvangen is van bet overlijden BARER MAJESTEIT
3DE KONINGIN en dat als blijk v»n rouwbetoon gedu
rende acht dagen driemaal eiken dag, alle de Klokken van de
openbare Gebouwen zuilen geluid worden; zullende de dag der
Begrafenis nader worden bepaald en de daarbij in acht te neuiene
plcgtigheid geregeld.
H. Ed. Achtb. houden zich overtuigd van de algeme'ene deelne
ming welke dit verlies bij ieder zal te weeg brengen, vooral bij
bet besef van de beminnelijke hoedanigheden der booge afgestor
vene T on van het gemis hetwelk daaruit voor den KONING op zijnen
reeds gevorderden i er-ft ij d ontstaan moet. a
En vertrouwen dat al zoo volkomen in den geest der Ingezetenen
sal zijn het tegenwoordige verbod om gedurende dit rouwbetoon
eenige openbare vermakelijkheden te doen plaats grijpen.
2 ie fik zee den i<j October 1837.
Burgemeester en Wethouders voornd.,
DE CRANE, vt.,
Ter ordonnantie van Dezelven,
De Stads Secretaris
W. J. P. K R O E F.
itekeiidmaking.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ZÏERIKZEE.
Gezien het Besluit van Zijne Excellentie den Heer Staatsraad
Gou veineur dezer Provincie, van den 2 dezer maand (Prov. blad
N.° 79,) houdende aanschrijving tot openbare afkondiging der be*
palingen van de artikelen 27 en 42 der wel op de personele belas
ting van den 29 Maart i833, (Staatsblad N.o 4,) betrekkelijk de be
lasting naar tüds£<*iarig en de suppleioire aangifte.
atig en de suppleioire aangifj
Hebben goedgevonden:
De In- en Opgezetenen te herinneren aan de bedoelde wetsbepa
lingen luidende als volgt
Artikel 27.
1. Zoo wanneer een perceel hetwelk op den 10 Mei niet in
gebruik was, of ook een woonhuis, op hetzelfde tijdstip, en
kel en op den voet bij de laatste zinsnede van art. 26 2 be
paald door eenen huisbewaarder bewoond zijnde gedurende
den loop des dienstjaars betrokken in gebruik genomen of
van mobilair voorzien wordt zal de belasting, volgens de vier
eerste grondslagen naar de hierboven bepaalde regten des
wege moeten worden voldaan doch slechts naar gelang van
dat gedeelte des dienstjaars hetwelk op het tijdstip der in ge
bruikneming betrekking of meubelering overig blijft.
2. Ingeval de belastingschuldige welke zoodanig perceel als bij
1 bedoeld aanvaardt in het dienstjaar bereids wegens een
ander perceel vvas aangeslagen, en hij dit tot dien tijd toe door
hem gebruikte perceel verlaat met wegvoering van alle roe
rende goederen hoe ook genaamd en zonder achterlating van
buisbewaarder of van andere personen in zijne dienst zal het
bedrag van den te zijnen name op het kohier gebvagten aan
slag voor al de vier bedoelde grondslagen gezamenlijk en in
evenredigheid van het nog t« verloopen tijdvak worden afge
trokken van dat des op den voet als boven te doenen aau-
slags zonder dat indien deze aanslag minder bedraagt dan
de vroegere er eenige ontheffing zal kunnen worden gevorderd.
3. De uitbreiding 'vermeerdering verwisselingen of aanschaffing
van belasting voorwerpen des vier eerste grondslagen, na i5
J?lei, zal behalve in de gevallen bij 1 en 2 hierboven ver
meld geen grond geven tot eenen nieuwen of verhoogden aan
slag in den loop des dienstjaars.
4- Ter zake van zoodanige voorwerpen der vijjdc en zesde grond
slagen als na ï5 Mei in dienst of gebruik genomen of aange
schaft worden zal de belasting, naar gelang van den nog ove
rigen tijd des dienstjaars, zijn verschuldigd met dien verstande
dat geene verwisseling van dienstboden of paarden met andere,
waarvoor geene hoogere regten verschuldigd zijn, op zich zelve
tot het nogmaals aanslaan van denzelfden belastingschuldige
zal kunnen aanleiding geven.
5. Het aanwenden tot belastbaar gebruik van zoodanige voor
werpen van de vijfde en zesde grondslagen als aanvankelijk
tot onbelastbare einden aangelegd of gebezigd waren zal met
aanschaffing worden gelijk gesteld zoo inede, wat aangaat de
paarden derzelver geheel verlies van het tweede viertal hun-
tier melktanden in den loop des jaars.
6. Naar gelang de omstandigheden eens belastingschuldige, in
den loop des dienstjaars, met betrekking tot deszelfs voorwer
pen van de vijfde en zesde grondslagen veranderen zulks, dat
volgens de tarieven van art. 17 en 21 de opklimming der be
lasting ten zijnen aanzien toepasselijk zoude worden zal van
wegens.de dienstboden en paarden, aanvankelijk gehouden
die verhooging voor den nog overigen lijd des dienstjaars zijn
verschuldigd.
Deze bepaling is mede van toepassing in betrekking tot de
paarden bij het opkomen van de omstandigheden aan het eindö
van 7 van art." 20 vermeld.
7. Paarden, bij verschillende personen of gezinnen in gebruik,
zullen, in geval die gelijktijdig voor een en 'tzelfde rijtuig wor
den gespannen, hem, die zulks doet, of wel den eigenaar o£
gebruiker des rijluigster zake van hel grooter aantal paarden
hetwelk door hem alzoo mogt zijn gebezigd dan waren aange«
geven mede aan de opklimming der belasting Baar 6 doen
onderwerpen.
8. Hooger belastbaar gebruik van dienst-en vrerkboden of paar
den aanvankelijk minder belastbaar, zal de verpligting tot eene
evenredige verhooging der belasting voor den nog overigen tijd
des dienstjaars ten gevolge hebben.
9. De tijd, waarover de belasting loopt, zal in betrekking tol
al de grondslagen worden berekend bij vierendeelen jaars op
het dienstjaar overschietende zonder dat een vierendeel jaars
zal kunnen worden gesplitst en zullen als vierendeelen jaars
worden beschouwd de tijdvakken aanvangende met primo Mei,
primo Augustus primo November en primo Februarij.
Art. 42.
De zoodanigen welke, door eenige der omstandigheden voor
zien bij art. 27, in den loon des jaars, komen te vallen on
der de toepassing van liet aldaar bepaalde, zullen, alvorens,
en naar gelang van het ontstaan dier omstandigheden en op
de boete bij art. 35 en 39 vastgesteld verpligt zijn lot het
indienen van behoorlijke aangiften deswege in voege als bij art.
3o voorgeschreven zullende zij daarvoor een biljet ter invul
ling bij den ontvanger kunnen bekomen.
En zullen de vorenstaande wetsbepalingen door openbare afkondi.
ging en bekendmaking in de Slads Courant worden gebragt ter ken
nis van het publiek ten einde een ieder zich dien overeenkomstig
gedrage.
Zierikzeeden 16 October 1837.
Burgemeester en Wethouders voornd.
DE CRANE, vt.,
Ter ordonnantie van Dezelven,
De Stads Secretaris
W. J. P. KR OEF.
DÜITSCÏÏLAND.
Frankfort, den 33 October. De wurtembergscbe dagbladen kon
digen officieel aan dat Z. M. de koning als hoofd der konink
lijke familiezijne toestemming tol bet huwelijk van hertog Alexan
der Frederik van Wurtemberg met de fransche prinses Maria
Ckristina heeft gegeven.
Volgens een saxisch dagblad, zou zich in Noorwegen eene
partij gevormd hebben die ten doel heeft Noorwegen weder vaa
Zweden af te scheiden. Zekere kapitein Hie lmeen medelid der
Storthing wordt als het hoofd der ontevredenen genoemd en on
der zijne voornaamste medewerkers telt men den regtsgeleerde Si-
vertson en den dichter Wer ge land.
Te Napels is men den 28 September ernstig verontrust ge
worden door de verschijning van drie fransche linieschepen van
92 stukken die aldaar ter reede waren gekomen, en zich, zonder
de gebruikelijke salutschoten te doen in slagorde geschaard had
den. De koning had terstond zijne ministers bijeengeroepen, het
geschut en de bezetting van al de forten werd vermeerderden
men verhaalt zelfs dat Z. M. des nachts in persoon eenige dier
forten bezocht heeft. Den anderen morgen had de fransche flotille
wel de reede, maar nog niet de golf van Napels verlaten. Vol
gens loopend gerucht zou zij de verklaring hebben overgebragt,
dat Frankrijk, in overeenstemming inet Engeland, formeel tegen
de interventie eener vreemde mogendheid in de binnenlandsche on
lusten van het koningrijk Napels protesteerde. Anderen wilden de
verschijning dezer schepen aan de bestaande handelstwisten tusschen
de fransche en napelsche regeringen toegeschreven hebben.
De rust iu Sicilië schijnt op verre na nog niet hersteld te
wezen.
Volgens herigten uit Odessa, hebben zich de keizer en kei
zerin van Rusland, niet den troonopvolger, de grootvorstin Maria
en den aartshertog Johan\ an Oostenrijk, den 21 der vorige maand
aan boord eener stoombootnaar Sebastopol begeven. Op eeuige
mijlen, a Glands dier haven ontmoette het vorstelijk reisgezelschap de
russische vloot die in de Zwarte Zee ligt, welke verscheiden evo-
lutiën voor den keizer maakte. Na verloop van weinige uren kwam
de stoomboot te Sebastopol aan.
Men meent dat de oostenrijksche aartshertog zijne reis tct Jeru
zalem va! uil 'rukken.