IV». 51. ZIERIKZEESCHB Ap. 1837* COURANT. 27 tFunijé &ESTUREN en ADMINISTRATIEF. AANBESTEDING. NIEUWSTIJDINGEN. DTJITSCHLAND. G R O O T-B RI T T A N N IE N. JDingsdag BURGEMEESTER «n WETHOUDERS der Sl.d ZIERIKZEE, fcija voornemen, op Vrijdag dan 3o,tcl' 'dezer fnaand, 'des middags, ten Raadhuize, publiek en aan den minsteischenden aan te besleden' I-. Al bet noodige Voeg- en Stopwerk aan de kaai- en andere muren dezer Stad. nf". Het Schrappen en Teeren van de palen langs de galerij van het Westhavenhoofd. Waarvan de Bestekken dagelijks ter Secretarie te lazen liggen an de 'noodige inlichtingen daartoe bij daii Stads-Architect var. heden af ta hekomen zijn. Zierikzee dén 4asttn 'Junij 1837. Burgemeester en Wethouders voornd. DE CRANE, vl. Ter ordonnantie van DezelveÜ J. BOEIJE. Lid van den Raad L. S. tniNR^oET«en 20s*eu Junij. Êen der duitsche dagbladen maakt hij gelegenheid der herdenking van den slag va* Waterloo de öpi taerking dat het jaar 1837 met het jaar i8i5 daarin overeenkomt idat men toen even als nu Paasschen op den i6st*a Maart had en Pinksteren op den i 4^en Mri terwijl de dag waarop Napoleons heer schappij voor altijd vernietigd Werd even als in dit jaar was de Vijfde zondag' na pinksteren. Brieven uit Athene van den igJen Mei, melden dat de pest 'op Potos is uitgebroken; er waren tot den i yden dier üiaand 47 personen aan gestorven iy in behandeling fen i4 nieuw verdacht. De beste voorhocdsmiddelen waren genomen j om deze schrikkelijke ziekte op het eiland dat met alle gestrengheid ingesloten ii te Verstikken, en hare verspreiding öp het vaste land is weinig te Vreezenl De pest is te Poros overgebragt door eenën schipper, die uit cene Aziatische haven ill gekomen. Hij vond daar een dorp door de in gezetenen wegens de pest verlaten en natn deze omstandigheid te baat oih zich tfc verrijken. Hij brak het liüis van eeneu koopman bpen stal de voorhanden zijne waren en sleepte met dezelve dfc pest op zijn vaartuig. Stervende matrozen hebben dit verklaard. Die schipper bevindt zicli thans in hechtenis en zal de geheele ge strengheid der wet ondervinden. Londen, den Junij. Z. M. koning William IV is gisteren hachl, even vóór twee ure, ten gevolge zijner borstziekte en bijko mende verzwakking op het kasteel van Windsor overleden. Reeds gedurende eenige dagen was de toestand des koning* alge meen als hopeloos beschouwd hoe minst mogelijk verontrustend de uitgegeven bulletins, althans tot maandag toe bok mogten zijn in- gerigt. Hij leed veel door hevige beriaauwdheden en bijna onafge broken maar zijn geest bleef, tot kort voor zijn verscheiden, beider, en hij vestigde, zelfs maandag morgen nog, zijne aan dacht niet alleen op staatszakeninaar maakte vele beschikkin gen ten behoeve zijner achterblijvende betrekkingen en betoonde zich ten uiterste gevoelig voor de blijken van liefde en be langstelling hem door zijne gemalin j zijne kinderen uit vroe gere niet door de wetten bekrachtigde verbindteois Broeders Zuster en overige verwanten gegeven welke allen zijn ziekbed ge durig omringden tot hetwelk zij den ónbelemmerden toegang had den. In de vorige week had de Kranke jegens een zijner genees- heeren den wensch geuit den roemrijken gedenkdag van Waterloo te mogen overleven en het was op dien dag dat hem vólgens de gebruiken der gevestigde kerk het H. Sacrament des Avondmaal* door den aartsbisschop van Canterbury werd toegediend. Maandag was de lijder doorgaans bewusteloos en de uitputting der levens krachten blijkbaar omstreeks den nacht werd hij weder eenigzins bclderer doch zulks was van korten duur en zijn ontslapen was zoo kalm dat men eene poos in twijfel stond of het doodelijk oogen- blik al dan niet was voorbijgegaan. William Henry, de nu overleden monarch, derde zoon van ko ning George III, was den ai41*0 Augustus 1765 geboren, en heeft dus den ouderdom van bijna twee en zeventig jaren bereikt. In zijn veertiende jaar wijdde hij zich aan de zeedienst werd tegen bet einde van den amerikaanschen oorlog, onder het bijzonder op ligt gesteld' van kapitein Digby die later admiraal werden was getuige van bet nemen der vloot van Caraccas door den admiraal RodneyIn 1786 werd Z. K. H. tot luitenant in het volgend jaar tot kapitein trr zee cn in 1790 tot schout bij nacht bevorderd na kórt te voren de waardigheden van pair hertog van Clarence ewi St. Andrews en graaf van Munster (welke laatste titel op een zijner genoemde zonën is overgegaan) verkregen te hebben. Gedurende Jarigen tijd mislukten zijne pogingen om later het land ter zee te dienen öf wees hij de daartoe gedane aanbiedingen welligt ten gevolge der vroegere teleurstellinge* van de hand. In 1811 ech ter verving hij sir P. Parker als admiraal der vloot en voerde ia die betrekking tén jare 1814 Lode wijk ÜCVIÏÏ naar Frankrijk over, waarna hij eenigen tijd doch zonder commando op het eogelsch admiraalschip voor Antwerpen doorbragt en zich in het bloedig gevecht bij Merxim onderscheidde. Na den ndkn Julij 1818, met prinses Adelaidedochter des her- logs van Saxen Meiningen die hem, reeds door zijne voortreffelijke Móéder uit hoofde barer uitstekende en beminnelijke hoedanighe den was aanbevolen in bet huwelijk te zijn getreden j keos hij zich zijne residentie in Hanover naardien het parlement zijne in komsten met slechts zes duizend ponden sterling had vermeerderd en het vorstelijk paar ziilks niet voldoende achtte ohi overeenkom stig hunnen hoogen rang in Engeland te leven. Zij keerden echter in 1819 derwaarts terug waai* de hertogin, eenige maanden later van eene dóchter beviel t die kort daarna overleed, terwijl hare hóóp op nakomelingschap sedert nog driemalen is verijdeld. De hertog onderscheidde zich verder iu gcerie anderfe politieke gebeurtenissen dan de bewuste regtspleging zijner schoonzuster, ko ningin Carolina vóór dat hem in April 1817 de sedert lang on vervulde rang van lord groot admiraal van Engeland werd opge dragen dien hij echter tegen het einde van 1828 weder aflegde. Den 2Ö3tea Junij x83o volgde hij zijnen bróeder George IV, als kening van Groot Brittanje en Ierland en koning van Hanover op. Zijne regering heeft zich inzonderheid doofr de invoering der gewig-, tige pariemeiits hervorming onderscheiden. Wat het karakter des overledeoen aangaatalle partijen stemmen overeen dat hij, ofschoon geen man van uitstekend genii of bui- tengemeene talenten arbeidzaam Opregthuisselijk liefdadig e^ door zucht tot regt en billijkheid bezield was. Niet minder eenstemmig is de lóf, aan deköaingxnWcduwe gege ven wegens de onafgebroken* zorgen, zonder inachtneming vaa éigene wankelende gezondheid tot in de jongste oogenblikkcn aan haren gemaal ge tv ij clwiens krankbed zij veertien nachten echteree* bewaakte en die in haren arm den geest heeft gegeven. Het te Windsor verspreid geruchtdat haar verzocht zou zijn reeds dca dag na 's koniogs dood het kasteel te verlaten en dat alleen ern stige Ongesteldheid haar in het voldoen daaraan zou verhinderd hebben vereischt nadere bevestiging. De noodige maatregelen tot balseming van het vorstelijk overschot zijn reeds genomen. Uit hoofde der vele vcreischte toebereidselen tot de begrafenis zal deze vermoedelijk niet voor na verloop vaa omtrent drie weken kunnen plaats hebben. Op het ontvangen der treurig? tijding zijn dadelijk vel* huizen en winkels gesloten. Men verwacht heden de uitschrijving van dèa nationalcn touw. De dóchter van Zr. Majesteitsin 1820 overleden broeder Eduard,. hertog van Kent, en der hertogin Maria Louiz'a Victoriadóchter des bertögs van Saxen-Saai feld-Coburg is haren doorluchtigen oom bij ontstentenis van diens wettige nakomelingen volgens de britsche constitutie als koningin van Groot Brittanje cn Ierland onder dea titel van Alcxandrina Victoria Iopgevolgd. Zoodra dé dood des konings bekend was, werd op het paleis van Kensington de gewone residentie der vorstin een geheime raad gehouden door wieu be volen is haar als zoodanig uit te roepen waarop zij in dien raad eene plegtige verklaring heeft afgelegd hoofdzakelijk inhoudend* dat zij zoo spoedig op zoo jeugdigen leeftijd en bij zoo gering* Ondervinding tot de kroon geroepen hare sterkte hoopt te vinden in den bijstand der Voorzienigheid in de Zuiverheid barer bedoe lingen en in haren ijver voor het algemeen welzijn verder betui gende op de wiisheid van het parlement en de genegenheid der onderdanen te steunen en verheugd te zijn de Opvolgster van eeneu seuverein te wezen wiens bëstendige zorgen voor de regteö ea «•vrijheden zijner onderdanen en wiens zucht om de verbetering »van 's lands wetten cn instellingen te bevorderen, zijnen naam tea voorwerp van algemeen* verkleefdheid en eerbied gemaakt heb- *bcn." Het slot der verklaring bevat de belofte tot handhaving der hervormde godsdienstals door de wet ingesteld ihef verze kering tevens aan allen van het vol genot der godsdienstige vrijheid, en tot bescherming der regten en bevordering der welvaart van alle klassen harer onderdanen. Tevens heeft zij verlangd, den eed van handhaving van de regten der kerk van Schotland zondef ver der uitstel af te leggen. Nadat verbolgens de oVerige gebruikelijke eeden ivaren afgelegd boden de kabincts-niinisters de zegel* hunner verschillende bedie ningen der koningin aan, die ze bun terstond weder overreikte en ben tot den handkus toeliet eri ook de overige ledea vaa den ge heimen raad in die betrekking bevestigde. De jonge koningin Victötid bestijgt deit tro*»n gedurende hevige woelingen van partijen wier aanhangers wel allen haren voorgm-

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1837 | | pagina 1