ZIERIKZEESCHE
jDingsdag
Ao. 1837.
COURANT.
7 Maart.
BESTUREN en ADMINISTRATIËN.
Nationale Militie.
Herijk der Maten
en Ge wig ten.
NOTIFICATIE.
Ifói 10»
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ZIERIKZEE
brengen door deze ter kennis van de daarbij belanghebbenden dat
de Militie Raad dezer Provincie voor de Jigting van het loopende
jaar deszelfs zittingen houden zal op de navolgende dagen des
morgens io ure, in de Abdij te Middelburg, te weten, voor het
/jdt 5de en 6tIe Militie kanton
Tweede zitting: den 23s[eu Maart aanstaandevoor alle in dit
jaar geloot hebbende personen welke vermcenen regt op vrijstelling te
hebben.
Derde zitting: den iaden dpril aanstaandevoor zoodanige lolelin-
genf welke nummers willen verwisselen of remplaceren.
Wordende de belanghebbenden ooderrigt dat ieder naar gelang
van zijne belangen in de daartoe bepaalde zitting zal bebooren te
compareren en bij non comp ritie zal worden beschouwd ionder
jredenen van vrijstelling te zijn en alzoo voor de dienst finaal zal
tvorden gedesigneerd.
Zierikzeeden ?,8sten Februarij 1837.
Burgemeester en Wethouders voornoemd 5
DE CRANE, vl.
Tisr ordonnantie van Dezelven
De Stads Secretaris
W. J. P KROEF.
(Vervolg en slot van ons vorig nummer.)
Alt. G. De burgemeesters der steden en gemeenten worden uit
genoodigd om aan den arrondissementsijker, voor den aanvang
van den herijk, of bij deszelfs komst in de gemeente, eine naam
lijst te doen geworden van de inwoners hunner gemeente, weike
uit hoofde ran hunne betrekking of hun bedrijf'verpligt zijn, ge
brnik te maken van maten of gewigten.
Tol het opmaken dezer lijsten zal het register der patentpligtigen
Worden geraadpleegd en voorts op dezelve ook gebragt worden de
ambtenaren en publieke administration, welke io derzelver ombts
betrekkingen ran maten of gewigten tot het censtateren van leve
laritiën of werken gebruik moeten maken; wordende met betrek
king tot d' samenstelling der bedoelde opgaven eene bijzondere
naauwkeurighëid aanbevolen opdat in dezelve uitsluitend alle er-
bende ijkpligiigeu en geene audcfe dan de zoodanigenworden
opgenomen.
Art. 7. De arrondissements ijkers zullen betrekkelijk de door
dezelve in iedere gemeente in welke zij hebben gevaceerd, gedane
verificatie en herijk, een relaas opmaken, en daarbij opgeven de
ambtenaren publieke administration en particulieren welke in de
vorengenoemde lijsten begrepen zijnde, bun niet zijn gebleken aan
derzelver verpligting betrvkkelijk den herijk te hebben voldaan.
Afschriften dezer relazen zullen door de arrondissements ijkers
na den afloop van den termijn gedurende welken de herijk is open
gesteld aan ons worden gezonden.
Art. 8. De arrondissements ijkers zulle* ten minst* tweemaal
ia liet jaar op onbepaalde tijden en voorts zoo dikwijls zij znlks
noodig achten vergezeld van den commissaris van policie, of bij
ontstentenis van zoodanig ambtenaar van een lid van het plaatse
lijk bestuur in al de gemeenten van derzelver district visitatie»»
doen io de open* werkplaatsen, magazijnen en winkels op de mark
ten vleeschhallen publieke wagen en op de molens en zich daar
bij verzekeren dat in dezelve geene dan de nieuwe maten tfi ge
wigten aanwezig zijn en dat dezelve behoorlijk zijn herijkt. Zij
zullen de oude afgeschafte maten en gewigten alsmede die welke
niet zijn herijktio beslag nemen en met bet deswege op te maken
proces verbaal aan den officier bij de regt bank van eersten aanl|g
van het ressort inzenden van hun verrigtle te dezen en van hfet
resultaat hunner bevinding in elke gemeente zullen zij bij derzel
ver aan ons in te dienen rapporten omstandige opgaven doen.
Art. 9. Dien onverminderd zullen de burgemeesters der gemeen
ten te platten lande, naar aanleiding van art. 6z en 87 van het
reglement op het bestuur te platten lande, ten minste vier malen
in het jaar gelijke visitatie doen, en zorgen, dat afschriften van
de daarvan opgemaakte processen verbaal overeenkomstig laatstge
meld artikelaan den staatsraad gouverneur worden ingezonden.
En worden burgemeesters en wethouders der steden uitgenoodigd
om de vereischte orders te stellen dat gelijke opneming door den
commissaris van policie of bet lid van bet bestuur hetwelk met
de policie is belastworden gedaan.
Art. 10. Het wordt aan alle op publiek gezag aangestelde of
beëedigde landmeters, wegers en meters verboden, eenige certifica
ten weeg- of meetbrieven af t* gevenwaarin de maat of het ge-
wigt anders dan in de nieuwe alleen wettig* benamingen is uitge
drukt; en zullen door dezelve geene andere dan de wettig erkende
maten en gewigten mogea worden gebezigd.
Art. 11. Insgelijks wordt aan de plaatselijke besturen godshui-
zien of armbesturen en aan alle ambtenaren en publieke admini
stration verboden eenige acten plans bestekken of beramingen
te doen opmaken, aan te nemen of daarop regard te slaan, in
welke de hoeveelheden en afmetingen niet in de nieuwe maten of
gewigten zijn opgegeven.
Art. 12. Aan alle ambtenaren, publieke administratiën en in.
gezetenen binnen deze provincie, wordt bij deze derzelver verplig
ting herinnerd om de door hen gebezigd wordende maten en g*.
wigten binnen der» in art. 1 bepaalden termijn te doen herijken,
bij gemis van welke formaliteit, de door hen gebezigd wordende
of in derzelver openë werkplaatsen magazijnen of winkels bevon
den wordende maten en gewigten in beslag kunnen wordeu geno
men en degenen die bevonden worden dezelve te hebben gebruikt
of in hunne opene werkplaatsen, magazijnen of winkels voorhan
den te behben, volgens de bepalingen van Zijner Majesteit's besluit
van den 3ost«n Maart 1827 Staatsblad n°. 13) zullen worden ver
wezen in eene boete van ƒ10 lot 100.
Aan dezelve worden tevens herinnerd de bepalingen van art. t4
van Zijner Majesteit's besluit van den i8Aen December 1819 Staats
blad n°. 57) volgens welke alles, wat met de maten voor drooge
waren in dat besluit opgegeven wordt gemeten, met den strijkel
behoorlijk moet wórden afgestreken, en dus allen, die van zooda
nige maten gebruik maken, ook van strijkels voor dezelve behoo-
ren te zij voorzieo van welke die voor de halve en voor de kwart
mudde ook moeten worden geijkt en geverifieerdwordende de
plaatselijk besturen alsmede de arrondissrmcnls ijkers aangemaand
om voor de nakoming dezer verordeningen te waken en daarop
bij hunne visitatiën, voor zoo veel een ieder aangaat te letten;
'rrwii van de bevinding te dezen in de bij art. 7 en g bedoelde
processen verbaai of' relazen speciale melding zal moeten wordeu
gemaakt.
'Art. i3. Alle ambtenaren en publieke administratiën worden
uitgenoodigd aan de nakoming van bet tegenwoordig besluit de
hand te houden; en worden de plaatselijke besturen aangeschreven,
om de arrondissements ijkers in de uitoefening hunner functiën
zoo veel mogelijk behulpzaam te zijn, en speciaal, op derzelver
aanvrage, dadelijk den commissaris van policie, of daar waar zoo
danig ambtenaar niet aanwezig is of verhinderd wordt de ver-
eischte assistentie te verleeneneen lid van bet plaatselijk bestuur
te delegeren om dezelve bij de door ben voorgenomeue visitatiën
van winkels en werkplaatsen te vergezellen.
Art. 14. Dit besluit za! door insertie in het provinciaal blad
gebragt worden ter kennis van de districts commissarissen burge
meesters en wethouders der sleden en burgemeesters en wethouders
of assessoren der steden en gemeenten te platten lande, mitsgaders
van de arrondissementsijkers tot informatie en narigt; en wijders
in de binnen de provincie uitgegevene nieuwspapieren worden ge-
iiisereerd, en door de zorg der plaatselijke besturen worden afge
kondigd en aangeplakt in al de steden en gemeenten dezer provin
cie, ten welken einde een genoegzaam aantal in plano gedrukte
exemplaren van hetzelve aan voornoemde bestoren zal worden toe
gezonden zullende wijders exemplaren van dit besluit worden ge
zonden aan den heer procureur crimineel de regtbanken van eer.
sten aanleg én officieren bij dezelve en aan de vrederegïers in de
provincie Zeeland.
Middelburg den 17de" Februarij 1837.
Gedeputeerde Staten voornoemd
VAN VREDENBBHCH.
Ter ordonnantie van dezelve,
VAN'DER HEIM.
De STAATSRAAD GOUVERNEUR van de Provincie Zeeland,
Brengt bij deze ter keunis van de belanghebbenden, dat door
den Opperhoutvester voor de Noordelijke provinciën, met overleg
van Hun Ed. Gr. Achtbare de Gedeputeerde Staten
Gezien art. 9 en 5o der wet van den 1 i<1«- Julij i8i4, (Slaat»,
blad n°. 79) en bet besluit des Kouiugs van den 5<len Juli] 1823
(Staatsblad 25)
Gelet hebbeude op en overeenkomstig de bijzondere bevelen des
Kouings, om, tot voorkoming en wering van alle misbruiken, stip-
telijb te doen letten op bet visschen met ougeoorloofde vischtuigen
Is bepaald
Art. 1. Het is verboden in deze provincie met andere da* de
volgende vischtuigen te visschen;
Aalkorven KorvenV isclikorvenWilligen, Wellen), Fleuren»
ZetlijnenFuiken, (StelneltenHengels, Kruisnet, (Totebel),
Schakels, (V louwenWargarens) Stolpmand Trommels, Da
fuiken), Werpnet Zegen, {Sleepnet)Prang- of Praamneiien, mi1"
alleen i* groot* waterplassen en kreken gebezigd wordendezijm'e