ZIEB1EZEESCHG
Oingsdag
COURANT*
1 November
BESTUREN en ADMINISTRATIEN.
Verpachting.
NIEUWSTIJDINGEN*
DÜlTSCHLANl).
FrAskfört den a6»<™ October. Uit Napels Wordt Jen i t<tcu
October gemeld dat de koning toen hij onlangs door het oude
gedeelte der stad reed door eenen hoop gemeen volk werd om
ringd die om onderstand verzocht en klaagde dat het brood zoo
duur en daarbij steeds slechter werd waarvan hij zich door een
hem aangeboden stuk overtuigen kon- Deze vertoogen hebben eene
goede uitwerking gehad en er ia sedert in dit opzigt cene wezen
lijke verbetering gekomen. De regering laat goed brood bakken en
onder de armen verdeelen. Ook bespeurt men dat sedert het ge
tal bedelaars die hier in veel grootere menigte dan in eenige hoofd
stad van Europa de straten opvullen, veel is verminderd. Even
eens zijn den koning klagten ter oore gekomen dat er nog geene
maatregelen van voorzorg genomen waren ingeval de cholera die
zich reeds in het koningrijk geopenbaard heeft ook tot Napels
mogt overslaan en hieromtrent zijn thans mede beschikkingen ge
maakt. Men is te Napels zeer bevreesd voor de ziekte en als er
maar een plotseling sterfgaval plaats heeftWordt het sterfhuis
dadelijk afgesloten terwijl de bewoners zoo zij niet in het huis
willen opgesloten blijven naar het eiland Nisita vervoerd worden,
om er quarantaine te houden.
Wo. 88.
k°. 1836-
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ZÏERÏKZEE,
lijn voornemens op Woensdag den November aanstaande des
middags ten Raadhnize in het openbaar te verpachten:
De Grasmaaijing aan den Wesihavendijkbenevens hel gebruik
van Huis en Schuur aan hét Westhavenhoofdgedurende een tijd
vak van zeven achtereenvolgende jaren aanvangende den iiden No
vember i836 en eindigende den iii«n November i843 achtervol
gens de voorwaarden daartoe door den Stedelijken Raad vastgesteld,
Welke dagelijks, van heden af, ter Secretarie voor de gegadingden
ter lezing liggen.
Zierikzeeden z5'ten October i836.
Burgemeester en Wethouders voörnd.
K. W. de JONGE,, 'vi. Wethouder l. p.
Ter ordonnantie vail Dezelven
De Stads Secretaris
W. J. P. KR OEF.
De hanoversche courant behelst het volgende, berigt uit Olden
burg van den 20s"u» dezer: «De kleine heerlijkheid Kniphausen
is dezer dagen het tooneel van niet onbelangrijke gebeurtenissen ge
worden. Bij het overlijden van den laatstregérenden graaf Bcntinck,
beer van Kniphausen in den herfst dezes jaars stelde zijn builen
huwelijk geborene zoon, graaf Gustaüf Adolf, zich in bet bezil
der heerlijkheid terwijl de naaste agnaat graaf Willem Frederik
Christiaan Bentinck, als vermeende regtmatige opvolger in dezen
inediaat bondsstaatbij eene proclamatie van den aksten January
dezes jaars de regering aanvaardde. Hij kon echter sedert tot de
uitoefening van zijne landheerlijke regten niet geraken, omdat graaf
Gustaaf AdolJ in bet bezit was. Den 2<hn October dezes jaars
werd door graaf Willem Frederik Christiaan de regering aan zijnen
broeder, den graaf Karei Anion Ferdinand Bentinck,. afgestaan, en
deze als vermeende regtmatige landsheer vervoegde zich den i6i«a
October dezes jaarsvergezeld van weinige bediendennaar bet
kasteel Kniphausen om de afvaarding zijner regering aan de over
heden aldaar bekend te maken. De eerste beambte en chef van
de kanselarij aldaar had hem reeds op zijne aanvraag de sleutels
overgegeven toen andere beambten en bijzondere personen er tus-
scben beide kwamen en hij in het ontstane gedrang dezelven ver
■loor. Eene magt, (eene oproerige of regtmatige laat men onbeslist)
aantreffende, verliet hij het kasteel. Den iS^o October begaf hij
zich naar eene woning in de kniphausensche plaats Sengewarden
door hem gehuurd. Daar kwam nu spoedig daarna genoemde kan
selarij chef aan het hoofd van eene gewapende schare en iiet de
alarmklok luiden. Op het verlangen dat de graaf dadelijk de
heerlijkheid zou verlaten, liet de graaf door zijnen consulent, hierbij
kabinetsraad genoemd de aanvaarding zijner regering proclameren
en alle wederspannigheid tegen hem als oproer legen den wettigen
landsheer verklaren. Deze verklaring werd op het opene plein voor
de vergaderde onderdanen herhaald en eene door den graaf onder-
teekende proclamatie uitgegeven voorts verkondigd dat hij alle
ter zijner beschikking staande middelen zou aanwenden om zijne
regten te doen gelden waarop liii de heerlijkheid verliet.
De Neurb. Correspondent geeft eene uitvoerige beschrijving der
bollandsche zindelijkheid en zegt daarinonder auderen dat in Hol
land de koestallen zuidelijker gehouden worden dan de kamers van
vele logementen in Italië, en dat de bollandsche koeijen veel zinde-
lijker zijn dan de meeste menschen in Polen.
In de russische stad Orla ontstond in den loop van dezen
zomer brand in de woning van eenen voormaligen soldaatwiens
drie minderjarige dochters alleen in huis gebleven waren. Zijn
dertienjarige zoon die op dat oogenblik huiswaarts keerde, snelde
in het brandende gebouw met groot levensgevaar en redde zijne
zusters waarvan de jongsteeen tweejarig kind reeds zwaar ge
wond was; zijné baren waren door de vlam geheel verschroeid,
Het berigt hiervan den keizer ter ooren gekomen zijnde zoo beval
dezelve aan den knaap de reddings medaille te verleenen en zooo
roebels voor hem in de bank te leggen en daar met de intresseu
tot op zijne r eerderjarigbeid te laten berusten hem voorts de reg
ten van een boofd-officiers-zoon toe te kennen en dé daad open
lijk bekend te ken.
Uit Weenen wordt bet Volgende noodlottige voorbeeld van
bijgeloof medegedeeld:
In eene der zuidelijke provinciën van Oostenrijk is onlangs een
zeldzaam kriminee! regtsgeding voorgekomen. Twee gehuwde boe
renlieden die gedurende geruimen tijd vredelievend en arbeidzaam
mét elkander leefdenen deswegens niet slechts de achting en
liefdé hunner mede dorpelingen genoten maar zich ook te ver
heugen hadden over de bijzondere toegenegenheid hunner over
heden werden verscheiden achtereenvolgende jaren door eene
reeks van ongelukken, als brand, óverslroomingveeziekteenz.
bezocht zoodat zij ten laatste schier tot den bedelstaf moesten
grijpen en zich aan wanhoop overgaven. Op zekeren dag trad
eene heidin hunne woning binnen, aan welke zij verhalender
wijze hunnen jammerlijken toestand mededeelden. De heidia
boorde met deelnemend gelaat dit verhaal aan trok de schouders
op en verklaarde (waarschijnlijk om bare looverkunsten aannemelijk
te maken) dat al deze tegenspoeden het werk Van eeneu boozen
geest waren. Nog onder het heengaan wees zij waarschuwend eu
voorzeggend met den vinger en zeide met een veelbeteekenend ge-
zigt«Zoo lang gij uwen kwaden vijand niet hebt onschadelijk
gemaaktis alles vruchteloos." Hierop ging de waarzegster heen.
Eenige weken later waren de boer en boerin op het land met ar
beiden bezig toen op een naburig korenveld plolselijk eene mert-
schelijke gedaante als uit den grond oprees en onder het makeu
van onbegrijpelijke gebaren onophoudelijk naar hen heen staarde.
Door schrik overmand snelden beide naar het dorp terug. Hal
ver weg stond echter de man eensklaps stil de woorden der
heidin waren hem te binnen geschoten, en terzelfder stond kwam
bij hem de gedachte op dat het spook op het korenveld de
booze geest kon zijn door wien hun veeljarig ongeluk veroor.
zaakt ware: Dit denkbeeld deelde hij zijne vrouw mede, die
hetzelve zeer juist vond. De vurige wensch om met eenmaal aan
hunne tegenspoeden een eind te maken, gaf hun heldenmoed, en
beide keerden terug met het vaste besluit om hunnen vijand de
magt van te schaden te benemen, dat is, indien hij niet vrijwjllig
de wijk nam, hem dood te slaan. Op hun akkerveld teruggekomen
zijndestond de verschijning nog op dezelfde plaats en maakte nog
onverstaanlijker gebaarden dan de eerstemaal. De man trad Op
het spook toe én vermaande hetzelve in dreigenden toon zich te
verwijderen; toen nu aan deze vermaning niet werd voldaan vielen
de boer en boerin met hun akkergereedschap over het vijandelijke
wezen heen en sloegen zoolang op deszei fs hoofd tot dat het dood
was. Toen het geen teeken van leven meer gaf keerden zij blij.
moedig huiswaarts in de. vaste overtuiging voortaan ongestoord le
vensheil te zullen genieten en deelden aan hunne buren de geluk
kige tijding mede dat zij van hunnen kwaden vijand verlost waren.
Ook bij de overheid gaven zij kennis van het gebeurde. Deze ver
voegde zich terstond naar de plaats om de zaak te onderzoeken,
en daar bleek het dat het doodgeslagen wezen een uil de nabuur
schap ontsnapte doofstomme was die te vergeefs getracht had zich
voor. het domme bijgeloovige echtepaar verstaanbaar te maken. De
boer en boerin werden in hechtenis genomen, om die uitspraak af
te wachten, Welke op hunne daad zal toepasselijk bevonden Worden.
Zoo men weet heeft het gebruik van befnderen tot mes
ting voor de aarde in de laatste jaren eene groote uitbreiding be
komen: Een onzer dagbladen behelst thans deswege de volgende
bijzonderheden: Vergruisde beenderen zijn steeds meer onmiddel
lijk voordeelig ter vruebtbaarmaking bevonden, als zij eenige weken
met aarde vermengd in hoopen aan de werking der lucht bloot
gesteld blijven. Wanneer zij aldus ontbonden en in een beteren
staat Van oplossing gebragt worden zijn zij spoediger geschikt
als voedsel voor de planten waarvoor zij gebezigd moeten worden.
Dit is inzonderheid het geval met den haver, rogge en ander lente-
graan, daar deze niet zoo lang in den grond blijven als andere voort
brengselen des grönds. De verhouding is op 5o schepels beende#
ren vijf ladingen aarde of klei, of op 4° schepels vijf ladingen ge
wone derrie. .Voor boekweit en weideland is de voorafgaande ont
binding der beenderen zoo noodzakelijk niet. Op ligtendroogen
grond worden de beenderen met bet meeste voordeel aangewend
de opbrengst per akker is van io tot schepels. De goede uit
komsten van de landbereidiog zijn in de laatste jaren bij velen erkend
gewórden. Een hoevenaar, in de nabijheid van Waterford die sinls