ZIEBIRZEESGHE
C O U R A N T.
N°. 54.
BESTUREN en ADMINISTRATIE!*.
NIEUWSTIJDINGEN.
DUIT SC HL AND.
Fbaskfort den racen Junij. De Gazette delle dué Sicilië ifteldt
Uit Napels, van den 28s,en Mei: «Wij kunnen thans volledige be-
'rigten mcdedeelen om'rent de aardbeving, welke in den nacht van
den z48len April 'net district van Rossana in dezerzijds Calabriezbo
zeer heeft verwoest. De schok schijnt in de rigting van Grpsia naar
Rossana (de hooidplaats van het district) of van bet zuiden naar
bet noordwesten plaats gehad te hebben. In de even gemelde ge
meenten leden meer of min schade aan gebouwen naarmate zij in
bet middelpunt der beweging lagen. Zoo heeft bet albanische di*
strict slechts weinig schade ondervonden terwijl daarentegen te- I'a-
ludi, Scala en Cropalati de meeste huizen onbewoonbaar zijn ge-
Worden. Het ongelukkige Crosia werd geheel verwoest. Te Rossana
zijn de wijken der GirdeCCa en der Capuccini geheel ingestort en
Weinige oogenhlikken na den vreesselijken schok zag men de weinige
nog staan geblevene gebouwen ineenzakken. In deze stad zijn 92
personen omgekomen en 80 gekwetst. Te Grosia telde men 160
dooden en 100 gekwetsten, te Gropalati 5 dooden en 2 gekwetsten,
te Calopezzatie 2 en te Coriglianos e'e'n slagtoffer. Toen echter in
laatslgemelde plaats een gezin zich onder de bouwvallen Van hunne
gewezen woning waagde, om eenig huisraad te redden, stortte een
muur op twee meisjes, van welke er een dood bleef, doch het an
dere, nog levendig uit den puinhoop gehaald werd. Ook te Scala
evenzeer als te Conigliano kostte de aardbeving aan een persoon bet
leven.
A°. 1836.
c%<X^ Dingsdag
Sc hutter ij.
BEKENDMAKING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ZIERIKZEE,
Provincie Zeeland.
Gezien hebbende Art. i5 der Wet op de Schutterijen van den
uien April 1827, (Staatsblad n°. 17) en Zr. Ms. Besluit van den
a8sten Junij 1828, (Staatsblad n°. 42)-
Brengen bij deze ter kennis van alle de daarbij belanghebbenden:
Dat de Commissie van onderzoek voor de Schutterij binnen deze
Stad hare tweede gewone jaarlijksche zitting zal beginnen op Za-
turdag den gden. Julij aanstaande in een der zalen van het Raad
huis alhier, en eindigen met den 3is'e» Julij daaraanvolgende, tot
het onderzoeken en beoordeelen van alle de reclames welke tot vrij»
stelling of uilsluiting van de dienst der Schutterij, door de geloot
hebbende personen van dit jaar en door de reeds ingelijfden van
worige jaren zijn ingebragt.
Dat degenen die voor de commissie van onderzoek niet opko
men op zoodanige tijdstippen als de commissie bepaalt, waarvan
de dagen en uren aan de Lotelingen door toezending van een op
roepingsbiljetzal worden bekend gemaakt zullen gehouden wor
den geene redenen tot vrijstelling te hebben en voor zoo verre
zij dienstpligtige nommers getrokken hebbendeniet vallen in de
termen van Art. 3 en 4 der Wetbij de Schutterij zullen worden
ingelijfdblijvende het hun evenwel vrij om hunne redenen tot
vrijstelling in een volgend jaar te doen gelden.
Dat aan personen die voorgeven met ziekten of gebreken behebt
te zijn geene vrijstelling zal worden verleend op vertoon van attes
ten maar dat de zoodanigen zullen worden onderzocht door den
Genees of Heelkundigen bij de Commissie en dat hij die buiten
staat is voor de Commissie te verschijnen in zijne woning zal wor
den onderzocht; terwijl ingelijfde Schutters die voorgeven tot de
dienst onbekwaam te zijn op de door officieren van gezondheid
afgegeven certificaten tusschentijds niet zullen worden ontslagen maar
111 de maand Julij van elk jaar in de tweede gewone zitting der Com
missie van onderzoek moeten beoordeeld worden.
Eindelijk, dat, indien de belanghebbenden eenige inlichtingen be
geren in zake der Schutterij of voor de schriftelijke bewijzen tot
staving hunner redènen van vrijstelling bij de Wet gevorderd zij zich
daartoe dagelijks ter Stedelijke Secretarie kunnen aanmelden, al
waar de vereischte teregtwijzing zal gegeven worden.
En opdat niemand hiervan onwetend zoude zijn zal deze afgekon
digd en in de Stads-Courant worden geplaatst.
Gedaan ten Raadhuize der Stad Zierihzeeden 3o,ten Junij i836.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
DE CBAHE, rt.
Ter ordonnantie van Dezelven
De Stads Secretaris
W- J- P. KROEF.
Uit Smyrna wordt den a4"1 Junij bet volgende geschreven:
Op het eiland Syra waren de scholen door de protestanten opge»
5 tful
tigt, sints lang het voorwerp van den haat der orthodoxe bewo-
ners van Syra en Samosdoch door een allerwege verspreid gods
dienstig geschrift, hetwelk te Parijs schijnt gedrukt te wezen werd
dezer dagen plotseling eene uitbarsting te weeg gebragt. Het ge*
meene volk riep luid dat men het tol den overgang tot het pro-
testantismus wilde noodzaken, en stormde naar de scholen om
alle boeken te vernielen. Alle voorhanaene godsdienstige boeken
der vreemde onderwijzers werden op den vollen dag verbrand en
het gepeupel beging ook nog andere buitensporigheden. Op de ver
zekering dat het niemand inviel, om de ingezetenen van hun ge-
loof afvallig te maken werd de rust eindelijk hersteld. Middeler
wijl had de gendarmerie de bezittingen bewaakt, en nog slechts
aan een buis der protestanten werd de band geslagen. Doch ta
Naxos ging het bijgeloof zoo ver dat bij eene plaats hebbende aard
beving bet volk voor de kerk vlugtte, en onder zuchten en tranen
de oorzaak dezer onderaardsche beweging aan de protestanten dis
allen op schepen de vlug* hadden genomen toeschreef.
Te Milaan zijn groote toebereidselen gemaakt om de fransche
prinsen te ontvangen.
Uit Konstantinopel wordt den 8«en Juni} gemeld dat de mis
handelde Engelschman Churchill sints 10 dagen weder uitging. Toen
hij zich voor de eerste maal te Galata vertoonde, was bij bet voor
werp der algemeene opmerkzaamheid, zoo wel van de zijde der
Rajas als van die der Turken.
Den 22sted Junij is er te Weenen weder een engelscb koerier
uit Konstantinopel aangekomen. De koericrwissel tusschen Londen
en Konstantinopel is tegenwoordig zeer levendig.
Uit Petersburg wordt van den 28"™ Mei gemeld:
Een landman uit Koblewkaeen dorp ongeveer $5 wersten van
Odessa gelegen, heeft op de plaats, waar men nog sporen ontdekt,
dat er oudtijds gebouwen waren, eene marmeren plaat gevonden
welke met een grisksch opschrift voorzien is. Dit opschrift is
buitengemeen goed bewaard en gewaagt van beroemde spelenwelke
de Grieken aan den Pontus Euxinus ter eere van Achilles, ingesteld
hebben. Voorts bevestigt zij ook nog het vermoeden omtrent het
bestaan van eene oude stad, Odyssos genaamd, op den regteroever
van Axiakus. Het opschrift is uit de1 tweede eeuw na Ghrisfüs
geboorte, en derhalve uit den l.aatsten tijd der grieksche koloniën
op den noordelijken oever van de Zwarte Zee.
Men leest in een Hamburgsch dagblad
«Kapitein M. Matzenvan het deensche schip ï)iana, den Iz-ifO
Februarij jl., na eene reis van 97 dagen van Hamburg in Valparaiso
aangekomen, berigt het volgende:
»Toen wij ons den 25s'en Januarij jl. in de Zuidzee bevonden,
bespeurden wij op eenen kleinen afstand een ons onbekend eiland.
Ik zag onze nieuwste kaarten en boeken na en pok daarin niets
deswege vermeld of aangeduid vindende konden wij hetzelve slechts
als eene door ons gedane ontdekking beschouwen. Wij naderden
het eiland alzoo tot op J mijl wanneer wij het duidelijk voor
ons zagen liggen en ik de gelegenheid had eenige gezigten daarvan
te teekenen en deszelfs ligging naauwkeurig te bepalen. Hetzelve is
ongeveer eene eugelsche mijl lang en omstreeks 200 voet hoog, en
ligt op 58° 21' 3o'' Z. br.8o° 22' W. leng. van Greenwichóf
W. Z. W. Z. t2o duitsche mijlen van Kaap Hoorn, welken af
stand wij in zeven dagen aflegden. Het eiland heefteen donker aan
zien en een zwarte klip ligt aan de oostzijde, omstreeks 5o voeten
daarvan afl Het is opmerkelijk, dat hetzelve niet reeds sinds lang
ontdekt is gewordenvermits het in den koers van de om Kaap
Hoorn zeilende schepeD ligtinlüsschen kan dit daaraan worden
toegeschreven, dat in deze stroken eene immer ondoorschijnende
lucht heerscht. Daar echter dit kleine eiland, aan hetwelk ik den
naam van Christians eiland gegeven heb zeevaarders wien hetzelve
onbekend is, zeer gevaarlijk worden kan, zoo heb ik het van mijnen
pligt gehoudenmijne waarnemingen algemeen bekend temaken.
Den 48slEn. Uit Roveredo (een stadje in Tyrol op den weg
tusschen Trente en Verona) wördt bet volgende gemeld:
«Den i8i«n dezer, 's namiddags ten vier ure, kwamen de her
togen van Orleans en van Nèmonrsuit Bolzen hier aan. De vreugde
der menigte die van alle kanten was toegestroomd om deze ko
ningszonen te zien werd verbitterd door bet spoedig verbreide ge
rucht, dat de hertog van Nemours aan eene hevige keelontsteking
leed en zich dadelijk naar bed had hegeven. Op hooge order
snelde «nze bekwame kreits heelmeester jdheole dadelijk naar hem
toe en vond het nöodigom een aanzienlijk getal bloedzuigers bij
den vorst aan te zetten. Daar dit de gewenschte werking nog niet
deed, moest men in den ochtend van den igdah tot eene ader
lating evergaan en daar de ontsteking aanhieldwerden cp nieuw
bloedzuigers gezet. Tegen den avond begon de ontsteking zigtbaar
te verminderen, zoodat de zieke den nacht van den 1 0p deQ
2osten tamelijk rustig beeft doorgebragt. Heden neemt de vorst in
beterschap toe. De hertog van Orleans, die den i8den en 19^0
het ziekbed zijns broeders niet verlaten had is beden naar Verona
gereisd om daar den koning van Napels en den prins van Salerno
te ontnioeten in wier gezelschap hij vermoedelijk heden avond
naar Roveredo zal terugkeeren."
De tijdingen uit KontUntinopel loopeu tot den Bom dezer,