■iyhef ZIERIRZEESCIIE Dingsdag 28 tfunij» 1,. 3ï*i 52. I®, A». COURANT» TOEWSTIJDINGm "-ütï» DUITS CHL AND. FaAKKFötrrden aostea Junij. Het oóstenrijksche régéringsbiad behelst dé volgende berigtén uil Syrië van den 17één April: «In dén napht van den 14^° op den i5^en dezer deserteerde een sol daat van het a5"e regemen tdat te Jerusalem in garnizoen ligt. - Dé kommandant wilde de manschap daarvoor verantwoordelijk stel len en veroordeelde 36 man van de kompagnie der deserteurs tot honderd stokslagen ieder in zoo verre de vermiste niet binnen Vrier uren mogt uitvindig gemaakt worden. Hierover sloegen twee ipmpagnien welke op de citadel lagen aan het muiten. Zij 'stormden de poort uitverbraken de poort van het gouvernements paleis grepen den bimbaschi en eiscliten met onstuimigheid de sleu- ■fels van de stadspoorten en van den kruidtoren. Op zijne verzeke ring dat de gouverneur ze hadstaken zij hem met de bajonet Uedèr. In de meening dat de man dood Was lieten zij hem lig gen en begaven zich naar den gouverneur. Deze had middelerwijl allé toegangen tot zijne woning versperd en met chuwassen die naars enz. bezet. Toen de muiters dezen tegenstand vonden, trok ken zij wet groot getier naar de poort van Bethlehem namen tneer anderen der hunnen mede lieten zich in de stadsgracht ne der en gingen met wapens en bagaadje voort. De gouverneur kwam en sloot de achtergeblevene soldaten in hünne kaserne op uit vrees voor een groot komplot niet alleen onder de obtvlugten, maar ook onder andere reeds te Karak verzamelde misnoegden en deserteurswaaraan zelfs het landvolk niet vreemd zou kunnen ïijn. Bij het aanbreken van den dag werden er vijf soldaten op- gebragtdie, bij bet naar beneden glijden, armen en beenen ge broken hadden. De overigen ten getale Van i 7, schijnen wer kelijk den weg naar Karak ingeslagen te zijn Want óp dén weg tiaar de Doode Zee werden verscheidene, wapen en monteringstuk ken gevonden. Het rumoer was groot en ook de angst onder de ingezetenen Van Jeruzalem. Men vreesde voor eene plundering. De gouverneur riep de ingezetenen ter verdediging op, doch daar ■lij ontwapend zijn had deze oproeping geen gevolg. Daar hij in de soldaten geen vertrouwen stelt en van buiten niet spoedig hulp komen kan is hij aan zijn eigene Weinig beteekenende krachten 'overgelaten, daarin namelijk bestaande dat hij de stadspoorten Zorgvuldig laat bewaken en het garnizoen van 260 man naauwkeu- tig laat gadeslaan. «In de paaschweek sprak meh veel Van de onveiligheid der Wé gen. Verscheidene pelgrims zeide men, waren aangerand en uit geplunderd geworden. Drie gevallen uitgezonderd die aan den °Beneden-Jordaan voorgevallen zijn, is er niets gebeurd wat deze 'geruchten zoude kunnen bevestigen. Doch wel is de naaste toe komst eenigzins donkerder. Van hun eigendom verjaagde menscbe.n, 'landloopers misdadigers voornamelijk deserteurs en dienstpligti- 'gen uit 'gansch Palestina hebben te Karak aan géne zijde' der roodc zee, eene verzamelplaats opgerigt en maken er zich tot weerstand gereed. Hun steun zijn de Beduinen uil de woestijnen van steen achtig Arabie. Aan dezen sluiten zij zich aan, terwijl zij alle mis noegden en verdrukten in Palestina ên Syrië tot zich trekken hen •leijende met de verlossing van het egyptische juk. Het ontbreekt hun noch aan munitie en wapens noch aan levensmiddelen en paarden. Hunne gewoonte is echter om alleen dan aan te vallen als hun vijand veel zwakker is dan zijen naar de woestijn te vlugten als hij hun te magtig toeschijnt. Officieren, die voor twee jaren de bestorming en verwoesting van Karak en Salta bijgewoond hebben en thans door Jeruzalem naar Jaffa trekken verhalen, dat noch geld noch amnestie vermogend genoeg zijn om de rebellen te' winnen. Van de amnestie zou niemand wlRen gebruik maken, Vsaiit de Syriërs verkiezen bét Nomadenleven bóven dat der kazer- tien en voelen zich gelukkiger onder de Beduinen dan onder de egyptische gouverneurs en generaals. Intusschen 'stroopeh deze ben den tot in de omstreken S'. Saba eh Tecqüa (drie of vier uren van Jeruzalem). Ibrahim-pacha weet het en maakt zich gereed tot cenen gecombineerden aanval uit Rama. Benige troepen en proviand zijn reeds aan den BoVen-Jordaan aangekomen: de pacha zelf wórdt binnen kort te Damascus verwacht. In latere berigtén uit Syrië "an den 20st,n April Wordt gemeld: «Sedert het oproer van het garnizoen van Jeruzalem is het op de naburige wegen en zeifs in -de voorsteden onveilig. De roovers plunderen de reizigers op den Tollen dag uit, drijven het vee weg, en dringen des nachts in openc steden en dorpen om te plunderen. Ongeveer dertig de serteurs zijn teruggebragt de overigen schijnen Karak bereikt te hebben. Middelerwijl is de bezetting van Jeruzalem door 4<>ö mart Uit Rama en Kaiffa versterkt geworden. Doch daar deze soldaten Tasiojen zijnheeft men hen zonder wapens en pakaadje laten mar cheren uit vrees dat zij naar Karak zouden overloopén gelijk dit reeds verscheidene hunner landgenpoten gedaan hebben. •**-' Berigten uit Konstauiinopelvan den i»ien dezermelden dat daags te voren op nieuw een engélsch koerier naar tonden Was vertrokken. Men dacht, dat hij weder mededeelingen van lord/'ón- tonby aan zijne regering over het heWUste geschil toet de Porie z'óli overbrengen. Lord Ponsonby geeft niets töe. Ofschoon dc I'orto hem dé lagere atobtenaren ten zoenoffer geven Wil en aangeboden heelt óm den kadi van Scutari af te zetten blijft Hij echter ten stelligste Op de bestraffing Van den reis effendi aandringen. Allé pogingen tot verzoeningwelke dé gevoltóagtigden der groote hovérk tot heden hebben gedaanzijn bij den ehgelscbén gezant mislukt. De Porte is blijkbaar in verlegenheid zij Weet zich niet te helpen, en heeft den seraskierChosrèw pacha belasttoet jöfd PohsoHby in onderhandelingen te treden en aannemelijke voorslagen te dbén toet uitzondering nogtans der afzetting van den reis-effendi. De lord heelt te kennen gegevendatWanneer zijne regering toet de geding voorslagen genoegen toogt nemén hij er niets tegen in te brengen had <jöch dat hij moest doen opmerken dat zulks bezwaarlijk hrjt géval zou zijn. vermits de mishandeling aan een en Engelschtnan gepleegd, de strengste straf vorderde. Zoo stonden de zaken op den ifi!en Junij en men dacht te Konstauiinopeldat lord l'onsonby Wél zou vertrekken. Koning Otto van Griekenland heeft den 1 J0éa Junij de belangrijke ruïnen van bet kasteel te Heidelberg bezocht, Brins Leopold van Salerno is met zijne familie den tpj«« junjj te Florence aangekomen waar zijn neef, de koning dek beide-Siciliëtt zich mede nog ophield. Uit Weenén wbrdt nader gemeld, dat de som door de fratl- sché prinsen voor de keizerlijke hofbedienden achtergelaten slecht 30,000 franken bedraagt. 1 De prins vail Mclternvch heeft van den koning der Franseheft een porceléinen servies ten geschenke Ontvangenen de framché prinsen hebben ieder van den keizer een uitmuntend paard uii dé keizerlijke stallen bekomen. Het boogé gerigt dér stad Frankfort heeft laten bekend tnakert belgeen gebleken is bij Onderzoek der zaak betrekkelijk den móórd., .door denjtóeester kleedermaker Jfohanh Joachim Christiadn Lichtwerk^ dezer dagen aan zijne vrouw twee kinderen en zich zeiven gepleegd. Hij is uil VietschoW in MeckelenbUrg-Schwerm geboortig en was burger van Frankfort. De verklaringen van geloofwaardige getuigen en de gevondene schriftelijke opstellen en brieven laten geénen twij fel over of de kleedermaker Lichtwerk voornoemd heeft, toet 0Ver leg Zijner huisvrouw deze en de bij haar Verwekte twéé hindered van het vrouwelijke geslacht, oud drie en anderhalf jaar; eh ver volgens zich zelveh dOOr middel Van een scheermes, om het levert gebragtvoorts door deze vermoording zijner zwangere huisvrouW vermoedelijk bok Verobrzaakt den dood van hare bijna voldragen® vrhchtWelke bndanks alle aangewende pogingen Van deskundigen niet meer is te redden geweest. Tot déze gódlooze en ijseiijke daafl is hij, volgens zijné Opgaaf, gebragt door gebrek aan middelen van bestaan, düch voornamelijk Wel door zijn slecht gedragten gevolgti waarvan Ook onlangs een vonnis wegens gepleegd bedróg tegen bent Was geslagen. De lijken van Zijne vrouw en kinderen zijn. in gevolge besluit van het gerigtin stilte begraven döch Lichtwerk Zelve is döör het geregt eene eerlijke begrafenis Onwaardig verklaard! Zijh lijk Zal door de knechten Van den scherpregter op eene kar Haar de vllplaats gebragt, en aldaar door hunne handen begraven worden. De keizer van Rusland heeft aan de akadgmie 'Ier wetenschap pen e6né som van vijftig duizend roebels toegestaan tot bekOsliginjj van een onderzoek naar het Verschil der Watervlakte Van de Zwa,rté en Kaspische Zeeën Waarover de gevoelens der geleerden tot hedett toe toerkelijk hebben uit een geloopent GRÖOT-ËRITT AN NI Eft Londen. den 2ïst<"> Junij. Omtrent de grdbte revue in Hydeparfc öp den léJe" Worden théns nadere bijzonderheden medegedeeld, waaruit-blijkt dat omstreeks vijt duizend-man aldaar vereenigd wa ren dat de prins van Oranje nevens den koningin het rijtuigwaé gezeten dal tlezéh derwaarts btagl èn dat tie Volksmenigte, die op Ongeveer honderd duizènd taenschêii hegrool Wordtdien vórst e# zijne zonen toet een daverend gejuch begroette toen zij zich daarna te paard 'te luidden van hef plein vertoonden. Een ruiter, die ge- durende de evólutiën van liet paard viel werd dóór den prins mei zijne bekende goedwilligheid opgeholpen terwijl de jonge prinseii en verscheiden hoofd officieren toeschoten om dó néodige hulpain tè brengen. Na dén afloop der revue tverd aan de vorstelijke per. sOnert een dejeuner Op het paleis vaii 3' James aangeboden. De partij doof dén' hertog van Wellington ter viering van dién dag gegeven is allerprachtigst geweest. De zaal en tafels wired versierd met onderscheiden geschenken in gótid zllVer en koStbsay porselein dién veldlieef 'tia de OverwinningzOö döör de engel- sche regering als dóór buitenlandsclie Vorsten geschonkentetwift men er ook het zilverenséhild zag prijken toenmaals van dósikil Lbriden ontvangen. Nadat de hertog dert feestdronk ter eere dén Toiling had ingesteld Werd zulks door dezert beantwoord nuf te zeggen dat bet hem'boOgst aangenaam was' zich' Wéder tetoid- dén van zoovele dappere krijgslieden 'te bevinden die den vr-edé véh Ëiiröpa'hadden helpen herstellértj Welken vrede Hfj bésltrte# had met al zijfie toagt té handhaven. DaarnaWêtd geestdrift op het welzijü van deo prins van Oranje gedronkendié

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1836 | | pagina 1