londer goedkeuring vail aarmenlijke Heden hel huis opengeloopen van een' der voorstanders van de afschaffing. De ingezetenen van New-York hebben eene vergadering met den lord-maire aan het hoofd gehouden en besluiten genomen waarin zij den slavenstand in sterke bewoordingen afkeurden doch te gelijk de overdreven woeiingen van de voorstanders der afschaffing wraakten. In Phila delphia is hetzelfde geschied. De staat van Virginia was willens drie ijverige voorstanders van die afschaffing, welke naar New-York gevlugt waren, op te eischen ten einde dezelve naar de wel te straffen doch daar tóen vreesde dat aan die opeisching niet zoa voldaan worden is ten slotte het voorstel aangenomen om de drie bedoelde personen vogelvrij te verklaren onder belofte van belooning voor degenen die dezelve uitleverden. Deze aanmoedi ging tot moord had wel eenige afkeuring verwekt doch was niet temin doorgegaan. Zulks kan ten bewijze strekken van de hevige verbitteringwélke thans in de Vereenigde Staten heerscht. Het schijnt, dat het bewind aldaar er op bedacht is, de woelingen welke vooral uit den overdreven ijver van de voorstanders der af schaffing voortspruiten te fnuiken door het maken van strenge strafbepalingen tegen de oproerige geschriften welke deze lieden uitgeven Naar de laatste berigten van Lima verkeerde daar alles steeds m een' erbarmelijken toestand en was het openbaar vertrouwen ge heel geweken. NEDERLANDEN. 's Gravenhsge den 27»"» September. Men verneemt, dat dezer dagen door Z. M. bepaald is geworden dat de merken van bin nenslands gebouwde scbepeu geheel zullen worden veranderd en dat het besluit daartoe onlangs door hoogstdenzelven geleekend i«, Naar men verneemtzal de eerste der twee ijzeren stoomboo- ten welke het gouvernement voor de dienst in Oost Indie te Feije- ïioord doet vervaardigen, in de volgende maand stuksgewijze ineea koopvaardijschip geladen en, onder geleide en toezigt van den lui! nant ter zee der eerste klasse Felsberg, naar Java vervoerd en a's- daar vervolgens in elkander gezet worden. De tweede ijzeren stoom boot zal later op dezelfde wijs, onder het geleide van den luitenant ter zee der eerste klasse, van Flooten, derwaarts worden gezonden. Beide de genoemde officieren zullen later het bevel voeren over de aan hun geleide toevertrouwde bodems. Zoo men verneemt, is de zamenstelling dier ijzeren stoombooten uitmuntend geslaagd; dezelve gacn slechts twee voet diep en kunnen dus met het meeste nut te gen de zeeroovers in de Indische wateren worden gebezigd. Men is te-Vlissiijgen druk bezig met toebe: eidseïen te maken lot het. afloopen van Z1'. Ms. schip van linie de Ncphtunusvan 84 stukken. Uit Leeuwarden wordt van den sisten dezer gemeld: «Ook alhier is de komeet van Halleyin den afgeloopen nacht, bij tamelijk helderen hemel met twee en drie voets acromatisciie kijkers, waargenomen tusschen de sterrebeelden de Tweelingen en den bVagenman, in de rigting der sterren Castor en den Noprdelij- ken Hoorn van den Slier, op weinig meer dan de heift van eerst genoemde ster afstaande, welke punt met de berekening van 92 graden regte klimming overeenkomt. Zij vertoonde zich met een flaauw licht, en had een nevelachtig aanzien; het voorkomen eener kern wu, zelfs bij herhaalde en naauwkeurige waarnemingen, zeer livijfela htig en de staart almede moeijelijk te bespeuren. Behalve de 35 vaartuigen die van Scheveringen dit jaar ter haringvi5scherij op de kust van Yarmouth uitgerust zijn varen er voor dezelfde vangst nog uit 11 vaartuigen van Katwijk, zijn-de 1 minder, en 3 van Noordwijk, zijnde hetzelfde getal als liet vorig jaar. Sedert eenigen tijd mist het kunstlievend publiek uit het ko ninklijk museum te Parijs.twee meesterstu ken van kunst, het eene van Rubbeasonder den naam van la J'ierge aux Angesen op 80,000 franken geschat, en het andere, niet minder kostbaar, van Raphael, genaamd la Fierge au tinge. Het gerucht loopt dat deze 2 beroemde kunststukken, bij gelegenheid dat men over dezelve een nieuw vernis wilde leggen geheel bedorven zijn. In herigt uit New-York, tot den dezer, wordt de aan komst aldaar gemeld van het nederlandsche fregat, tie Maas, ka pitein Arriensaan boord hebbende Z. K. H. prins bFillem bre- drik Hendrik der Nederlanden hetzelve had de reis van Curacno in zeventien dagen afgelegd. - Iu het brusselsch handelsblad, le Mercureleest men uit Antwerpen gesohreven het volgende: j*» «Sederi eenigen tijd is men op den inval gekomen om met onze binnen^andsche vaartuigen over zee naar Holland te varen. Te dien einde worden de masten eenigzius veranderd, maar de bouw van het schip blijft er verre af voor deze vaart de noodige geschikt heid te hebben. De Jonge Hortense, kapitein F creptvan Boom van Botterdam komende, met suiker geladen voor onze haven be stemd, is eergisteren (den igiz") verongelukt tusschen Hellevoet en Vüssingen de kapitein, zijn zoon en de stuurman zijn gered; d» beide matrozen zijn omgekomen. Dit is het derde ongeluk van dipu aard dat wij in weinig maanden te betreuren hebben. Mogt-n onzen overigen schippers tot voorbeeld strekken en hen w-erhou- den van zich op eerien togt te wagen dien hunne zwakke vaartui gen bij de menigmaal onstuimige zee niet kunnen volbrengen." Hetzelfde blad meldt, dat het belgisch handeivaartuig 71beteore, na eene overvaart van 28 dagen, van Antwerpen te Algiers is aan gekomen. De tentoonstelling van voorwerpen der nationale nijverheid te Brussel, welke thans in die stad plaats heeft, moet op verre na aan de algemeeDe verwachting niet beantwoorden. Men merkt op, dat dezelve in vele opzigten minder is dan die van het jaar i83o onder het vorige bewind. Ook heeft men met bevreemding opge merkt dat onderscheidene voorwerpen welke tot de fraaiste behoo- ren, dezelfde zij ij welke hij laatstgenoemde tentoonstelling ingeleverd waren met dit onderscheid alleen, dat op die stukken, in plaats van den letter W, die daarop prijkte, thans eene L geplaatst is. —r De zoogenaamde September-feestentot aandenken der revo lutie van i83o, hebben den a3sl«n te Brussel eencn aanVang genoJ men. De toevloed van vreemdelingen aldaar is bij deze gelegenheid bijzonder groot, veel grooter dan in voorgaande jaren. De nieuwe ijzeren spoorweg draagt daartoe het zijne bij. Het volgende verhaal wordt ons uit Paramaribo gemeld we gens de redding der vrouw van den kanonnier L7!?. Freyin gar- nisoen op de forteresse Nieuw Amsterdamhetwelk met belangstel ling zal gelezen worden «Op Vrijdag middag van den iz<hn Junij 11., omstreeks half 3 ure vertrok ik van het fort Amsterdam, naar Paramaribo met de sloep van den heer van Gelderom levensmiddelen te koopen al waar ik om drie ure aanlandde. »De noodige aankoop, bestaande in boter, kaas, ham zeep en jenever, te zamen voor het bedrag van ƒ55, gedaan hebbende, ging ik daarmede naar den waterkant, alwaar ik een schulp-cor- jaal vond met twee negers, welk vaartuig mijn man, volgens af spraak mij na had gezonden om daarmede nog dien dag van de stad aan het fort terug te komen. »Wij verlieten de stad met bet vallen van den avond met bet begin der ebbe; de neger Wilhelm zat aan bet stuur; de andere neger wiens naam mij onbekend is, zat aan den achterkant en ik plaatste mij op de middenbank van dc corjaal en wij scheep ten af. »Ik bespeurde, dat de beide negers beschonken waren; dan, dö taal niet magtig zijnde, kon ik met hen niet spreken of hun voor- zigtighcid aanbevelen. «Alles scheen tamelijk wel te gaan tot aan den oversteek bij Jagtlust, toen ontstond er twist tusschen Wilhelm en zijn' maat (zóo ik geloof over het scheppen) dewelke tot die hoogte rees, dat de eerstgemelde met zijn schepper den anderen een' slag trachtte toe te brengen welke door dezen werd afgeweerdterzelver tijd Wilhelm's hand grijpende en vast houdende; bierdoor zijne balans verliezende viel bij uit de corjaalen trok Wilhelm bij de band, welke hij vast hield, ook over boord in het water. Weinig had het gescheeld of de corjaal was terzelver tijd in dien strijd omge slagen dezelve bad water geschept en was half vol ik schriktè geweldig en dacht niet anders of de corjaal zoude met mij gezon ken zijn en schreeuwde om bulp. Met een calbas die ik ge lukkig in de corjaal vond, hoosde ik het water uit, en dreef met de felle ebbe naar beneden. »Het weder was onstuimig, met zware wind, regen en donder, hetwelk mij alles des te akeliger maakte, en waardoor mijn gesta dig roepen niet moet gehoord zijn. "Den geheeïen nacht dus in angst en koude, door den feilen regen hebbende doorgebragt bevond ik mij het aanbreken van den volgenden dag ver in zee uit de rivier gedreven kunnende ter naauwernood aan den linkerkant bet bosch onderscheiden terwijl aan de regterzijde de wijde oceaan lag. -*■ Het besef van mijnen hulpeloozen toestand, ginds én herwaarts geslingerd, in eene open en lekke schulp, tusschen hooge baren, dacht ik alle oogeiiblikken verzwolgen te zullen worden; in dezen angst bad ik tot God, otn mij genadig in mijn groot gevaar te willen zijn en bulp toe te zenden. »In dezen verschrikkelijker) toestand, ben ik zeren dagen en acht nachten op bet water en ten prooi der golven geweest, des daags blootgesteld aan eene brandende zon en des nachts aan de koude door de zware stortregens welke laatsten echter de eenigste mid delen waren om mijnen feilen dorst te laven eenmaal had mij reeds de dorst gedwongenzeewater te drinken. Daarna, bij de zware stortregens, ving ik de droppels op ineens kom met welke ik mijn' dorst laafde. »De corjaal lek zijnde, zoomoest ik gestadig bet zoutwater uit- hoozen het regenwater, hetwelk daarin, viel was daardoor brak 7-.0 onbruikbaar; ik leed minder van den honger, vermits ik met een pennemes hetwelk ik gelukkig bij mij bad nu en dan een s! tikje van het ^mager gedeelte van den ham sneed en gebruikte cn waarmede ik bet leven behield. "Eindelijk erbarmde zich God over mij en ik sloeg aan wal i'egen een bosch, op den vroegen morgen van Vrijdag den i^ea Junij, hetgeen ik nader vernam dat de Curantijn-kust was; dari helaas! de zware branding tegen de kust dreigde mijnen gewissen ondergang; in dien verscbrikkelijken angst dacht ik le zullen be zwijken ik hield mij aan het bosch vast kort daarop begon het water te vallen en de corjaal viel droog. Ik stapte er uit, dankte God voor mijne wonderdadige redding en wandelde heen en we® der op het strand om een' doortogt op het drooge land te vin den dan dit was te vergeefs, vermits ik er onbekend was. Met den vloed, was ik weder vevpligt in de corjaal eene schuilplaats te r.emen om met het hoog water niet te verdrinken. In dezen on- zekeren toestand verkeerde ik van Vrijdag morgen den ipden tot Maandag morgen den zzsten Junij op welken ochtendstond ik, ver der dan naar gewoonte wandelende aan eene kreek kwam, alwaar i'. mij regt met het zoete water verkwikte. Ik nam het besluit om de kreek te doorwaden welker diepte mij in het mid'dsa tot aan den hals kwam en aan de andere zijde gekomen zijnde, ontdekte ik voetslappen; mijn hart sprong van vreugde, en die sporen volgende, kwam ik kort daarna op een' voordam alwaar ik twee negers als wacht!ieden vond deze negers bragten mij on de plantagie Alness bij den president vrederegter van het di st, iet den heer O. L. Muirdie mij zoo wel als de heeren plan ters met alle menschlievendheid hebben bijgestaan en verzorgd tot dat ik op last van den heer sheriff va» Berbice, naar de stad Nieuw Amsierdaui ben gezonden alwaar ik van kleederen en geld ben voorzien om van daar, op kosten van hetzelve gouvernemeiat 9 naar mijne familie in Surinamen terug te keeren." PRIJZEN VAN HET GEDISTELEERD Te SC li IE DAMden aösten September i835. G ur e-, h«t Nederlandsche Vat, zonder i'ust j\ï_9,25i zontjer d* jc'-c-v Auvc m efhet 0 »».«.- 22,00] Te Zierikzeebij A. DË VOSJi,Stadsdrukker, 1835,

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1835 | | pagina 2