ZIEMRZEESCHE W. 28. Vrijdag A". 1833. 5 April. NIEUWS TIJDINGEN. DuUscIiUnb. Frankfort v den 29. Maart. In de zitting der eerste kamer van Hongarije, van den i4- dezer, is met eenparigheid van stemmen, besloten, om Zijne Keizerlijke Majesteit te verzoeken, een gedeelte des jaars in Hongarije te resideren, en hoogstdeszelfs toestemming te verleenen ten einde de jongere Koning zijn verblijf te midden der getrouwe hongaarsche natie moge vestigen. Het Journal de Francfort behelst eenen brief uit Petersburg, van den i5. Maart, waarin het volgende voorkomt: »De generaal Lafayette heeft den 19. Februarij in de franscbe kamer der afgevaardigden gezegd «Onlangs heb ik mij beklaagd, »of liever heb ik de wegvoering van kinderen in Polen geboren «aangegeven. Keizer Nikolaas ontmoette op zijnen weg bij Kiow «zes honderd dezer kinderen die naar Siberie of de kaukasische «gebergten vervoerd werden. Die ongelukkigeu meenden nu gered «te zijn maar verre van daar: drie honderd mannelijke kinderen «liet men hunnen weg vervolgen, terwijl de meisjes onder russi- «sclie officieren, wie ze maar hebben wilde, verdeeld werden. Dit «is eene daadzaak waarvan ik zeker meen te wezen en de kamer «gelieve .eenig vertrouwen in mijne opgave te .stellen." De kamer der afgevaardigden, vervolgt de briefschrijver, heeft zeker niet nagelaten aan de verzekeringen van den generaal La fayette geloof te slaan want hoe zou men kunnen vooronderstellen dat de veteraan der beide wererelddeelen de regtschapen republi kein met zoo veel gewisheid op het spreekgestoelte dingen zou ko men vertellen die niet waar zijn en alzoo zijne medeleden zou misleiden. «Nogtans zie hier het geval Keizer Nikolaas ontmoette op zijne reis 600 Polen die niet naar Siberië, maar naar Petersburg gin gen. Die arme kinderen moeten sedert hun vertrek uit Polen wel groot geworden zijn want de jongste was 24 °f jaren oud. Allen waren met musket of lans gewapend geweest en hadden te gen de troepen van hunnen wettigen souverein gevochten. Het wa ren krijgsgevangenen die een officier en 20 russische soldaten be geleidden. Ten zij men deze laalslen voor jonge meisjes boude waren er bij dien troep bezwaarlijk te vinden om aan wie ze Vtoar hebben wilde uitgedeeld te worden gelijk de generaal La fayette zoo deftig gezegd heeft. De Keizer steeg uit zijne kales naderde de Polen, sprak minzaam met verscheiden hunner, vroeg onder welke troepen' ieder gediend had wees er zelf verscheidene aan om onder de keurbenden der grenadiers opgenomen te wor den en gaf last om hen op karren naar de depóts dezer rege- menten te brengen. De rest vervolgde den weg naar Petersburg om bij de finiandscbe linie-regementen over te gaan. Die manschap pen waren allen goed gekleed en gevoed. De Keizer liet aan elk hunner twee roebels uitreiken na van'den officier gehoord te heb ben dat zij zich gedurende den ganschen tógt goed gedragen hadden. "Om op de poolsche kinderen terug te komen voor welke de generaal Lafayette zoo veel zorg toont', kan men bevestigen, dat er zich de zoodanige» te Móskou en Petersburg bevinden. IJ et zijn ongelukkige weezen die de revolutie zonder middelen var. bestaan beeft gelalen. Zij worden bij de onderscheidene kadetten-korpsen geplaatst, en aldaar opgevoed met al die zorg, welke de keizer en zijn broeder Michael aan deze kweekschool van officieren toe wijden. Brieven it Triest, van den 21. dezer, melden het volgende: »Door een schip, hetwelk na eene vaart van veertien dagen den 17. dezer uit Koustantinopel is aangekomen, heeft men berigt., dat de russische vloot nog altijd bij Bujukdè.re lag. Te Konstaniinopel bad voorts het gerucht geloopen dat binnen kort eenige duizend Kussen te Adrianopel zouden binnenrukken en er reeds toebe reidselen waren gemaakt, om dezelve te ontvangen. Uit Livorno beeft men nog tijding van een schip, hetwelk den 5. Maart Kou stantinopel verlaten bad. Volgens zeggen des schippers, waren er 6000 man Russen bij Konstaniinopel geland, terwijl de russische vloot welke nog 4o°o man landingstroepen aan boord bad door andere oorlogsschepen uit Sebastopol was versterkt geworden. Brieven uit Berlijn melden., dat het pruissiscbe kabinet nog altijd werkzaam is, om eene minnelijke schikking der boilandsch- belgischc zaak te bevorderen. Dezelve zou gegrond zijn op de on afhankelijkheid van Belgie, zonder de hollandsche belangen te krenken. Stemt men in Londen daarmede overeen wil men Bel gie niet bovenmatig ten koste van Holland bevóordeelen dan is er, volgens deze brieven geenszins aan zoodanige schikking te twijfelen. Jx&nferi jfe. Parijs, den 29. Maart. De discussien over het budget van oor log bij de gedeputeerden zijn begonnen en hebben tot nog toe niets van buitengewoon belang opgeleverd Zoodra -J:1 zal naar men: Zooara de discussien over bet budget van oorlog afgejoopen zijn r vil de heer Sebasliani minister van oorlog de beer de Moiiialivcl minister van binnenlandfeche zaken worden. COURANT. De hertog de Broglie zou alsdan den maarschalk Soult als voor^ zitter ran den raad opvolgen. De partij der oude regering blijft volhouden dat de hertogin. van Berry zeer gevaarlijk ziek is en dat bet voortduren van hare gevangenschap baar het leven zal kosten. De beer de Mésnars dies haar steeds op hare togten beeft vergezeld heeft aan de regering verlof gevraagd om met haar opgesloten le worden doch zulks moet hem geweigerd zijn. In de kamer der gedeputeerden heeft men een vlugschrift ten voordeele van de hertogin van Berry rondgedeeld. Eenige leden hebben zich hierover beklaagd en anderen hebben volgehouden dat hierin niets kwaads gelegen was. De heer Thouvenél heeft beweerd dat de afgevaardigden die trouw aan de constitutie ge zworen haddeii telkens behoorden onderrigt te worden wan neer zij geschonden werd en dat het willekeurig gevangen houden van de hertogin eene ontegenzeggelijke inbreuk op de charter was, eene overweldiging van het uitvoerend bewind op de reglerlijke magt een aanslag tegen de persoonlijke vrijheid en eene daad van schandelijk despotismus. De tegenwoordige zitting der kamer zal waarschijnlijk tot den 20* of 25April duren en de tweede zitting tegen de maand Junij bij een worden geroepen. Men zegt dat de russische gezant de graaf Pozzo di Borgo zeer sterke vertoogen bij bet gouvernement beeft gedaan tegen de houding, door den admiraal Roussiri aangenomen. De linieschepen Suffren en Duquesne zijn den 21. des ochtends van Brest uitgeloopen te gelijk met het fregat Melpomene. De schepen zeilen naar den Levant en het fregat naar Lissabon. Na het ontvangen van depêches uit Londen zou de belgische mi nister gisteren avond eene audiëntie bij den Koning en lieden och tend een gesprek met den hertog de Broglie gehad hebben. Men zegt, dat de Prins de Talleyrand geschreven beeft, dat er moge lijkheid was, dat de tegenwoordige staat van zaken bleef voortdu ren dat Engeland aarzelde om zich 111 nieuwe dwangmiddelen in te laten en dat de heer Dedel niet gemagligd was- om de onaf hankelijkheid van België te erkennen. Den 16. zijn de infant don Carlos, de infant don Sebastiaait en de prinses van Beira van Madrid naar Portugal afgereisd. Men had-eenige opschudding onder het volk gewacht, dat men dacht dón Carlos zeer toegedaan te zijn eri daarom de straten met troe pen bezet, onder voorwendsel 0111 de hooge personaadjen de mi litaire eer te bewijzen. De Prinsen en bun gevolg waren in der tien rijtuigen gezeten en werden tot drie uren afstands van Madrid door den kapitein generaal der provincie begeleid. Zij mo'esteoi. den. 21. in Portugal aankomen. Den 3i. De Nouvellisle deelt eene bijzondere correspondentie uit Londen mede, volgens welke de nederlandsche gezant aan het engèi'sch bestuur een ontwerp van traktaat zoude hebben medege deeld, waarin voorkwamen de navolgende bepalingen Frankrijk en Engeland zouden liet embargo opheffen en de krijgsgevangenen, vrij geven. Lillo en Liefkenslioek zouden door de Hollanders bij voorraad bezet blijven even als Luxemburg en Limburg door Bel gie. De Scheldevaart zoude vooreerst even als sedert den jare i83o vrij zijn, ook de vaart op de Maas met toepassing op bet tarief van Maintz. Belgie zoude vooreerst geen aandeel in de schuld betalen, doch ook deszelfs onzijdigheid niet worden erkend. Ein-: del ij k zoude men tot den 1. Augustus eenen wapenstilstand sluiten. De berigtgever van het. ministerieel dagblad voegt bierbij, dat-deze voorwaarden als onaannemelijk waren van de baud gewezen. St. Omkr den 22. Maart. Neêrlands krijgslieden moeten tegen woordig aihier en in de omstreken hunne kazernes of verblijfplaat sen houden omdat er eenige ongeregeldheden tusschen sommige hunner en de franscbe artillerie hebben plaats gehad. Daardoor h-aken zij al meer en meer naar bet oögenblik om naar bet vader land weder te keeren. Zij hopen ten minste dat nu men den weg der bnderhandelingen weder schijnt te zijn ingeslagen, bun verblijf iil Frankrijk niet eyen zoo lang als op de citadel worde gerekt. De franscbe regering schijnt intusschen niet vreemd van bel denk beeld om de n'ederfandsche krijgslieden uit te lokken voor de zaak van don Pedro de wapenen op te vatten. Dit leidt men ten. minste af uit het navolgende te St. Omer in ruime mate verspreide berigt, dat te Boulogne ter drukkerij van Birle Morel gedrukt is: BerigtDegenen, welke zouden verlangen dienst te nemen bij bet bevrijdingsleger van Portugal dat onder bevel van den maarschalk Polignac staat, worden verzocht zich aan te melden 111 de straat Aumont no. *14 'n het. hooge deel der stad Boulogne, dagelijks van des morgens tien tot twaalf lire, om aldaar over de voorwaar-' dèh hunner verbindtenis overeen te komen. Degenen welke zich verbinden zijn verwittigd dat hun eene toelage van vijf en twintig franken zal worden verleend, op bet oogenblik van hunne inscheping naar Portugal en dat hun vertrek onverwijld zal plaats hebben. Men beveelt de oude gedienden aan zich te voorzien van hunne staten van dienst, ontslag, getuigschriften enz." iicbcvlaufecn. 's Graveshaoe tien Si. Maart. Men verneemt, dal de gerucb- teu van eene op haudin verandering in het ministerie van .oorlog.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1833 | | pagina 1