No. 31.
ZEERIKZEESCHE
Yrijdas
Ao. 1830;
COURANT.
den 10 April.
>g
NIEUWS TIJDINGEN.
D U I T S C II L A N D.
T RANKFORTden 9 april- Naar berigten op welke men zicb
kan verlaten, maken, de russische troepen aansta) te om gauseli ito-
ïnelie te ontruimen en over den Balkan terug te trekken en wel
ten gevolge van de betalingen van den tweeden termijn der gelden
tot welker voldoening de Porte zicb bij bet Iractaat Van Adriaaopel
vèrbonden heeft
Be vice-admiraal der turkscbe vloot, TbAz/'-pacba, maakt zich
volgens tijdingen uit Konstantinopel van den 10 maart, gereed,
om met een fregat naar Algiers te vertrekken ten einde zoo liet
mogelijk ware, den dcy te bewegen zich met Frankrijk te verzoe
nen en heiii opmerkzaam te maken op de gevaren welke hem-,
Lij cene landing der franschcn bedreigen- Men verzekert, dat de
Sultan tot deze zending besloten beeftop aandrang van den brit
seben gezant- Zb/uV-pacba is van eene uitgebreide magt voorzien,
en er worden de beste gevolgen van zijne pogingen verwacht.
De grootvizier, die sedert zijne nederlaag "bij Scbuin'Ia, zeer in
de gunst van den Sultan gedaald was beeft een verdedigings-geschrift
.aan denzelven ingediend waarvan het gevolg geweest is dat bij bet
voormalige vertrouwen weder verworven heeft, en tot stadhouder
over Romelie en over alle andere in Europa gelegen provinciën
benoemd is- Er was hoop dat de bekende Jüssio-pachaeen der
turkscbe bevelhebbers bij bet beleg van Varna door den Sultan
wederom in genade zoude worden aangenomen-
Met uitzondering van eenige lioofden van huisgezinnen is aan
Mie kathoïijke armeniers vergund naar'de hoofdstad terug te keereri.
Tüsschen Konstantinopel en Alexamlrie zal eene geregelde brieven-
po:t worden aangelegd door middel van twee stoombooten-
Hetgeen verhaald is aangaande de ongunstige gevoelens van
graaf Ccipo tl' Islriasten opzigte der laatste bepalingen der drie
21 „endlieden omtrent bet lot van Griekenland en omtrent de b'e-
1' -ïning van prins Leopold tot souverein van dat land, schijnt-vat;
a1!?n grond ontbloot- Alen schrijft ten minste in brieven uit de
In.usche eilanden dat de graaf, bij gelegenheid, dat bij de be-
■sK.sing- der drie mogendheden aan de wetgevende vergadering rnede-
é-.lde, beeft te kennen gegeven dal bij desi persoon van den prins
pcscbouwde als den meest gesehikteu voor het welzijn van Grieken
land, en dat ook hij wanneer de nieuwe Souverein dit mogt ver
langen, het vaderland, verder zijnen dienst zou toewijden.
-r— Na eene langdurende ziekte is den C» april te Darmstad over
leden Z K. H- de groothertog pan Hessende oudste dei- rege
rende vorsten in Europa, in den ouderdom van bijna 77 jai'en
waarvan bij 4° jaren het bestuur heeft in handen gehad- Dezelve
is als landgraaf van Hessen aan de regering gekomen, onder den
naam van Lodewijk X doch na 1806 is hij tot groothertog, van
Hessen en bij den Rijn enz- verbevenonder dien van Lodewijk I.
Deszelfs oudste zoon, de groot en erfprins-, die onder den-naam van
Lodewijk II terstond de-regering aanvaard heeft; is geboren den 26
december 1777, en gehuwd aan prinses IVilhehnirta van. Baden
van welke 4 kinderen, namelijk'3 prinsen en eene prinses inleven
Z,J'V
Berlijn, den 7 april. Aolgens cene aan de russische regering
medegedeelde opgave, beloopt het aantal Israelite», behooreiide tot
de belastbare volks-klassein geheel bet russische Rijk, 422j44°
personen van bot mannelijk geslacht; van deze zijn 6227 kooplie
den36o6 landbouwers, én 412,607 burgers van onderscheiden
beroep- De meeste Joden bevinden zicli in bet gouvernement Ka-
menetz-Podolskde mluste in Lijfland-
De oostenrjjkscbe regering beeft besloten een gedeelte van de
»iaats-schuldwelke eene rente geeft van meer dan 4 ten .hónderd,
gelijk ook van de schuldbrieven van den lombard/ijseb-venef'iaanschcn
Montetc laten afbetalen- Het bedrag der kapitalen, welke afbe
taald zullen worden, is 10,000,000 florijnen-. De aflossing zal'ge
schieden met 1 november van dit jaar- De houders zullen bevoegd
zijn, om vóór julij hunne obligatien te laten verwisselen tegen 4
pet. rentende schuldbrievenen zulks wel in dier voege datzij
voor 100 flor- rentende 5 pet-, ontvangen 104 flor- rentende 4 ten
honderd-
Hamburg, den 9 april- Men meldt uit Koppenhagendat de
Winter op IJsland dit jaar bijzonder zacht is geweest- De. weinige
sneeuw, welke aldaar was gevallen, was dadelijk gesmolten- Daar
entegen hadden er vele stormen gewoed- Ook uit Kamschatka
wordt berigt, dat de winter aldaar zoo zacht- is g'êweést, ah de oudste
deden denzelven nimmer hebben beleefd-
G R T-B R I T T A N N I E N.
Londen, deii io april- In de zitting van dat huis, van den 8
april, heeft de heer Grant aan den minister van biniienlandsclie
zuiten eenige vragen gedaan nopens de zaak van de vrije vaart op
den Rijn, uit krachte van bet Ween er verdrag yan 181 5- Hem was
hekend, dat daaromtrent vroeeer ondferhamlfvKnnpn Ladder» rdanisgQ-
ad,
nu. xi-. l vvccurr vcrurag yan 101 j.iem w
heiend, dat daaromtrent vroeger onderhandelingen hadden plaats
haa noch vermits hij ni'imi een' geruimen lijd vernomen ha
dat dezelve tot nog toe geen gevolg geliad hebben maarinlegèii-'
deeldat de Koning der Nederlanden thans een verdrag bad ge
sloten of eene verbindtenis aangegaan met. eene der mogendheden
waarvan de bepalingen regtstreeks strijdig waren met die van bet
VVeener verdrag, in zoo verre als dezelve eene strekking hadden
om de scheepvaart op de gemelde rivier slechts aan twee of drie
Anogeridhederi; ie vergunnen en aan andere zware regien voor die
vaart op te leggen; verlangde hij te wéten: 10. of de regering eenige
officiële kennis droeg van het bedoeld verdrag of van de bedoelde
verbindtenis; -2°. euzoo ja, waarin de zwarigheid bestond, om
daarvan opening aan bet buis te geven; 3°. of er eenige onder
handelingen plaats hadden 0111 de bepalingen van het traktaat van
1815 ten uitvoer te brengen?
De lieer staatssecretaris Peel verklaarde bereid te zijn, cene korte
opheldering aan "zijnen geacliten vriend te geven- Hij begon met in
weinige woorden den eigenlijken staat'van het punt in geschil, liet
ware versland van de woorden jusopi'd la nierin het Ween er
verdrag voorkomende, te schetsen. Deze uitdrukking wordt doov
de mogendheden verklaard te beteekenen tot de uitwatering van
den Rijn 111 Zee, terwijl de ncucrlandsche regering van gevoelen
is, dat dezelve beteekend tot aart de zee, welke laatste uitlegging
den spreker niet geschikt voorkwam- Maar daar deed zicli ten déze
nog eene andere zwarigheid op, te weten, wat men voor het ware
miwatèringskanaal van den Rijn te houden heeftde Waalof al
leen en hij uitsluiting de Lek-
De Koning der Nederlanden scheen het laatste gevoelen te om
helzen; docli iudien dit zoo ware, voer de lieer Peel voort, en
dewijl de Lek niet voor zeeschepen, en ook niet to allen tijde be
vaarbaar is, zoo zou daardoor de vaart op de rivier den Rijn be
perkingen ondergaan- Engeland dat erkende li ij bad er meer daii
eenige andere mogendheid belang bijdat de scheepvaart op den
Rijn vrij zijn of sléchts onderworpen zijn mogt aan zoodanige uiterst
matige regten als voldoende zouden wezen om de politie over de
vaart op die rivier, het onderhoud van derzelver oevers en de vei
ligheid der schépen te bekostigen- Wat betrof het door den heer
Grant bedoelde verdrag, deswege zeide de minister Peeldat dit
eigenlijk niet bestond- Eéne commissie van afgevaardigden van al
de aan den Rijn grenzende staten was le Mentz gevestigd Onder de
benaming van de centrale commissieen tüsschen deze commissie
e'u den Koning der Nederlanden was geen verdrag gesloten- Eeu
ontwerp van zoodanig verdrag tüsschen Pruissen en de Nederlan
den was, wel is waar, aan opgemelde commissie medegedeeld, doch
deze had. hare goedkeuring aan hetzelve nog niet aangekondigd- Hij
koude er ook niet voor instaan, dat liet verdrag niet bekrachtigd
was, doch in dat geval zou de britsche. regering ongetwijfeld ken
nisgeving daarvan bekomenen dan zou zij dé hoódige Opening aan
tiet parlement doen om te handelen zoo als uoodig zou bevonden
worden naardien Engeland in geenen deele ccnig stelsel tot bewer
king van uitsluitende handelsrfcgten zou toegeven, en reeds aan die
mogendheden liad te kennen gegeven, dal het zich niet zou laten
bena'deelen door. dérzeiver uitsluitend handelsverdrag, en dat het
zijne i'egten overeenkomstig het verdrag van 18it5 zou doen gelden.
Hij eindigde met de verzekering te gevendat de belangen van En-
gelands' handel en de voorkoming van deszelfs uitsluiting door
andere mogendheden geenszins door Zr Ms- regering uit bet oog
verloren werden.
Het parlement is lot den 26 april geadjounieerd.
Men heeft met de laatste brieven uit Amerika berigt van Bo
livar's terugkomst in de hoofdstad van Columbia en van de verga
dering van het nationaal congres- Dadelijk na dat hij teruggekomen
was heeft Bolivar eene proclamatie aan zijne, medeburgers uitge
vaardigd, waarin liij verklaart, na twintig jaren dienst, liet bestuur
als president neder te leggen dewijl liet congres nu vergaderd is
om aan de natie die instellingen ie schenken wélke zij verlangt- llij
beklaagt zich, dat men hem beschuldigd heeft van naar de opper-
magt eu naar eene kroon te .liehbeii gestaan en zégt, (lal die aan
tijging het werk is van lieden die zicbzelve tot het bestuur willen
verheffen en hem meermalen eehe kroon aangeboden hebben die
liij met verontwaardiging van de baud gewezen beeft- Hij vermaant
voorts de 'Columbianenom liet constituerend congres met alle
kracht te ondersteunen indien zij het land niet in den rampzalig-
sien staat van regeririglóoslieid willen dompelen-
Nog heeft hij het tongres eene boodschap gezonden waarin hij
zich dus uitdrukt:
De taak om eene constitutie aan eene natie fè 'géven die door
de wapenen het juk der onderdrukking afgeschud heeft, zonder
geschikt te zijn om vrije instellingen te ontvangen, is zeer moeije-
Jijk maar gij1 hel)!als zoo vele bakens, voor'u het voorbeeld der
geschiedenis van .Europa en de ondervinding van twinlig jaren oni-
W'cnteling- Ik vertrouw, dat uw oordeel voldoende zijn zal om do
bartstogten van eenigen en de onkunde van velen te boven le ko
men- liet is nu vier jaren geleden dat onlusten mij uit Peru
naar binnen 's lands terug riepenen mij bewogen den eersten post
als openbaar magistraat te -aanvaarden. Ik kon niet aarzelen dit te
doen toen ik onze instellingen in het grootste gevaar en de wet
ten krachteloos zag- Het besluit van dort 27 nugiwlas 1828 toonde
