a. si a T)
cr 5- ir -i c.
trtfaa-N
m
3 be cr a. ip s*. St 2. o* <S* 5 ti «S t»j <J 2.
S 5- -■ s a 5 re OT
woordige toeftam! van Spanje oplevert; dus
danig zijn de rampenwaaronder een braaf en
een beter loc verdienend volk gebukt gaat;
dusdanig, eindelijk, is de regtftreekfche oor-
zaak der billijke ongerustheden, welke zoo
véle zamcn vereenigde hoofafloffen van onlus-
ren en vet warring aan de landen hebben moe
ten inboezemenwelke in onmiddelijke aanra
king nier het ichier - eiland ilaan Zoo ooit
in t en boezem der befchaviiig zich eene magt
heelt opgedaan der beginfelen van behoudenis
vijandig, vooral der zoodanigen, welke het
Eüropefche verbond ten grondzuil verllrekken
dan is het Spanje in deszelfs tegenwoordige
'dssorganifatie.
Zouden de Monarchen met onverfchillig-
heid hebben kunnen aanzien zoo vele over één
land opeengeitapelde rampen, vergezeld van
zoo vele gevaren voor de andere (laten? In
dit gewigtig vraagiluk flechts hun eigen oordeel
en hun eigen geweten te raadplegen hebben
de, hebben zij zich zeiven moeten afvragen,
of, in eenen (hat van zaken, welken ieder dag
dreigt wreeder en verontrustender re maken,
bet hun geoorloofd, was dille aanfehouwers te
blijven, en zelfs, door de aanwezigheid hun
ner vertegenwoordigers, den valfchen glimp
eencr (lilzwijgende goedkeuring te geven aan
de verrigtingen eener factie, welke befloten
heeft alles te ondernemen orn haar noodlottig
gezag te behouden. Hun befluic heeft niet
twijfelachtig kunnen ziju. Hunne gezantfehap-
pen hebben het bevel ontvangen om het fchier-
eiland te verlaten.
Welke ook de gevolgen van dezen djp
zijn mogen, zoo zullen de Monarchen aan Eu
ropa hebben bewezen, dat niets hen kan no
pen om van een door hunne inwendige over
tuiging gebillijkt befluic af te .gaan. Hos meer
vriendfehap zij voor Z, Kath. Maj. voeden,
hoe meer belang zij in het welzijn eener natie
Hellen, welke door zoo vele deugdenen door
zulk eene grootheid van ziel, in meer dan een
tijdvak harer gefchiedenisheeft uitgemunt,
des te meer hebben zij de noodzakelijkheid in
gezien, oin de partij te kiezen, tot welke zii
bedoren hebben, en die zij zuilen weten' vol
te houden.
Gij zult u, door het voorafgaande over»
zigt, overtuigen, dat de grondbeginfelenwel
ke de Monarchen in de vraagdukken van orde
en bedendigheidaan welke de gebeurtenisfeii
onzer dagen een zoo grooc gewigt hebben bij
gezet, voldandig hebben geleid, door hunne
iaatde overeenkomden geenszins zijn gelogerr-
draft geworden. Hunne op die grondbeginfe
len wezenlijk gevestigde eendragt verkrijgt,
verre van te verzwakken, van tijdspunt tot
tijdspmu meerder zamenhang en kracht. Het
Hit vervolg op de ids bladz.)